Sophia Leysberge, vrouw van A. de Baare, winke lierster te Aardenburg beklaagd dat zij in 't begin der maand April jl. in haren winkel ten aanzien van M. de Molenaar en E. P. Bliek beleedigend gezegd heeft „dat deze in eene te Middelburg behandelde rechtzaak ten nadeele van haar, beklaagde, als getuigen zich hebben laten omkoopen en een valschen eed hebben gedaan, tengevolge waarvan zij onrechtvaardig in het kot heelt gezeten is, niettegenstaande hare ontkentenis, schul dig verklaard aan laster op eene openbare plaats en, onder aanneming van verzachtende omstandigheden, veroordeeld tot drie dagen gevangenisstraf en in de kosten. Jacob Goethals, landbouwersknecht te Oostburg beklaagd dat hij den 16 April 11. ten nadeele van den landbouwer A. Risseeuw aldaar, bij wien hij tegen genot van loon en kost in dienst was, arglistig eene hoeveel heid tarwe van omstreeks 25 kop weggenomen en zich toegeëigend heeft is bij verstek schuldig verklaard aan diefstal door een loonbediende ten nadeele van zijn meester, en, onder aanneming van verzachtende omstan digheden, veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf en in de kosten. Johannes du Bois, oud 17 jaren, arbeider, en Fran- ciscus de Lange, oud 26 jaren, werkman, wonende te Sluis beklaagd dat zij den 1 Mei jl. uit eene weide onder Retrancheraent ten nadeele van A. Ie Clercqeenige vermaakpersen, ter waarde van 30 cent, uitgetrokken en zich toegeëigend hebben zijn schuldig verklaard aan eenvoudigen diefstal en, onder aanneming van verzach tende omstandigheden, veroordeeld tot veertien dagen gevangenisstraf, alsmede solidair in de kosten. - A. J.P.Hermsen, wonende te Vlissingen beklaagd dat hij in den nacht van 2 op 3 Mei jl. in eene tapperij aldaar aan den muzikant P. de Moor moedwillig een stomp op de borst heeft gegeven, waardoor deze op den grond gevallen is is bij verstek schuldig verklaard aan het moedwillig toebrengen van slagen, waardoor geenerlei ziekte of beletsel om te werken is ontstaan, en, onderaanneming van verzachtende omstandigheden, ver oordeeld tot 3 dagen gevangenisstraf en in de kosten met niet ontvankelijk-verklaring van den mishandelde in zijn vóór den aanvang der terechtzitting gedanen eisch tot schadevergoeding eener som van ƒ2.40,wegens schade, tengevolge der mishandeling aan zijn horloge geleden. Johannes Hendriks, oud 27 jaren, arbeider te Re trancheraent beklaagd dat hij den 19 April jl. op de openbare straat aldaar J. Bouchart moedwillig slagen heeft toegebracht, waardoor eene kleine ontvelling is veroorzaakt is mede schuldig verklaard aan het moedwillig toebrengen van slagen, en, onder aanneming van verzachtende omstandigheden, veroordeeld tot 8 dagen gevangenisstraf en in de kosten. Pieternella Martina Maas, oud 14, en haar broertje Abraham Jacobus Maas, oud 11 jaren, beide zonder beroep en wonende te Sluis, waren beklaagd dat zij den 28 Maart jl. uit de schuur der woning en ten nadeele van J. du Fossee aldaar (waar hun vader in dienst was) te zamen arglistig hebben ontvreemd eene hoeveelheid van 15 kop aardappelen. Deze jeugdige beklaagden bleven het hun ten laste gelegde ontkennen (de jongste zelfs nadat zijn zusje uit de zaal verwijderd was) niettegenstaande de pertinente verklaringen der getuigen en de aanmaningen der rech ters om toch de waarheid te zeggen, onder opmerking dat, gelijk hun niet onbekend was, de vader der beklaag den in de rechtzaal aanwezig svas en hij wellicht de oorzaak van het ongeluk zijner kinderen wezen zou. De substituut-officier van justitie betuigde dan ook, bij de voorafspraak van zijn requisitoir, zijne treurige verbazing over de houding dezer kinderen en verzekerde dat hem geen voorbeeld van zoodanige verstoktheid en boosheid van hart bij zulke jeugdige beklaagden bekend was. Bij hen heeft die boosheid zich toch niet eerst nu, maar van het begin af vertoond en telkens met nieuwe kleuren, zoodat zij thans zelfs ontkennen in die schuur, waar zij zijn gezien, geweest te zijn. Het gepleegde, op zich zelf weinig beteekenende, feit wordt zijns inziens merkwaardig, door deze ontrouw aan de waarheid, welke moet worden toegeschreven aan slechte opvoeding en zeker grootendeels te wijten is aan de zorg welke de in de zaal aanwezige vader voor zijne kinderen schijnt te dragen en die hen eene les zal hebben geleerd, welke zij hier volmaakt blijken te kennen. Zulke slechte kinderen hebben meerendeels slechte ouders, en het moet voor den hier tegenwoordigen vader dan ook wel eene vol doening zijn als hij ziet hoe zijne jeugdige kinderen zijne lessen opvolgen. Het is bovendien niet onbekend dat het huisgezin waarvan deze kinderen deel uitmaken veel te wenschen overlaat, en laatstgenoemden zich meer malen aan dieverijen schuldig maken. Op grond van een en ander achtte spreker eene strenge straf als middel tot betere opvoeding voor deze beklaagden wenschelijk, en wel de langst mogelijke gevangenisstraf, opdat er gele genheid zij tot hunne opzending naar een gesticht voor jeugdige veroordeelden. -■ De beklaagden bleven ontkennen. De rechtbank heeft hen schuldig verklaard aan een voudigen diefstal, gepleegd metoordeel des onderscheids, en hen ieder veroordeeld tot twee jaren gevangenisstraf, bonevens solidair in de kosten. Ccmengrte berichten. De Nederlandsche handelmaatschappij heeft negen schepen bevracht, waaronder voor Middelburg het fregat schip Zeelandia, gezagvoerder J. Botesz. Het aantal lasten bedraagt 391, de vracht 85.49. Morgen zal door leden van de Antwerpsche sociëteit „Union Club" met hunne dames een tochtje naar Vlis singen worden ondernomen, voornamelijk ter bezichtiging van het oorlogstoomfregat Franklin. Men zal met een der rijksstoombooten te 8 uren van Antwerpen afvaren. Hoe groot hier te lande het verlangen is om in vaste rijksbetrekkingen geplaatst te worden, moge blijken uit de omstandigheid, dat aan het examen voor klerk bij de rijkstelegraaf inde vorige maand door 109 adspiran ten werd deelgenomen, terwijl er slechts 20 eene benoeming ontvingen, en dat aan het examen voor machinist 3C kl. bij de marine door 117 werd deelgenomen, waarvan 8 zijn geslaagd, doch welk getal ongenoegzaam was, zoodat in het najaar nogmaals een examen zal gehouden worden. Aan de Köln. Zeitung wordt uit 's Hage gemeld, dat de Nederlandsche regeering de bepalingen van het ontwerp-postverdrag, door den heer Hofstede overge bracht, nog in overweging wil nemen. Vooreerst zou alzoo de onderteekening er van nog niet plaats hebben. Evenals elders hebben ook twee der te Utrecht aanwezige Japanneesche leerlingen, die de hoogere burgerschool bezochten, bevel ontvangen om, tengevolge van den in hun vaderland voorgevallen omkeer van zaken, dadelijk naar Japan terug te keeren. Alleen de door den taikoen gezondenen vertrekken. De beide anderen, die door den mikado zijn afgezonden, kunnen met hunne studiën voortgaan. Uit Oisterwijk wordt gemeld dat in den nacht van 8 op 9 dezer een vrij hevige nachtvorst in die streken veel nadeel heeft toegebracht aan de te veld staande aardappelen en boekweit. Laatstgenoemd gewas wordt door velen op nieuw gezaaid. Overigens belooft ook daar echter alles een rijken oogst. Gelijksoortig be richt wordt van verschillende andere plaatsen mode- gedeeld. Te Stokholm is jl. Woensdag eene fabriek van nytro-glyeerine in de lucht gesprongen; 15 personen zijn hierbij omgekomen. De schade is zeer aanzienlijk. Nabij het Russische stadje Dunabnrg is in den nacht van den 3 Juni de posttrein van Petersburg uit het spoor geraakt. Tien personen verloren daarbij het levenvelen werden meer of minder ernstig gekwetst. De Russische regeering heeft dezer dagen eene circulaire aan hare vertegenwoordigers in den vreemde gericht om aan de verschillende Europeeselie mogend heden voor te stellen in den oorlog nooit ontplofbare kogels te bezigen. Het doel van dezen stap schijnt intus- schen niet duidelijk. Tot dusverre zijn ontplofbare kogels nooit gebruikt en ook zonder eene internationale over eenkomst zullen zij wel nooit gebruikt worden, daar toch, behalve uit overwegingen van technischen aard, ook in het algemeen die kogels onnoodig zijn. Het eigenaardige van dergelijke kogels is dat zij na het treffen in mindere of meerdere mate ontploffen en altijd dooden. Men ge bruikt deze kogels bij de jacht op wilde diereu, maar daar het in een gevecht slechts het doel is, niet om vijandelijke soldaten te dooden, maar buiten gevecht te stellen, zou het gebruik van ontplofbare kogels door een leger te velde niet alleen technische bezwaren opleveren, maar eene onnoodige wreedheid zijn. De Fransche Moniteur bericht dat de Fransche regeering geen bezwaar heeft gemaakt om zich bereid te verklaren aan Rusland's verlangen te voldoen. De keizer van Frankrijk heeft, gelijk men weet, verleden jaar op de tentoonstelling een prijs behaald voor model-arbeiderswoningen, die hij had laten bouwen aan de Avenue Diunesnil, welke allen, zoodra zij voltooid waren, gehuurd waren door arme huisgezinnen. Reeds spoedig werd echter gezegd dat de keizer zich wel ras gedwongen zou zien om zijne woningen aan eene of andere maatschappij over te doen, daar zijne huurders hem rust noch duur lieten met petitiën om vrijstelling van 't betalen der huur, zoodat langzamerhand de arbei derswoningen een arbeiders-hofje begonnen te worden, 't geen in het geheel niet de oorspronkelijke bedoeling was. Wat men toen zeide, heeft zich bewaarheid. De keizer heeft in het begin van den winter zijne arbeiders woningen overgedaan aan de maatschappij, op voorwaarde dat deze andere blokken van die woningen in onder scheiden wijken van Parijs zou oprichten. Een blok op den Boulevard Mazas is reeds bewoond. Zoodra het af was is het gekocht door de keizerlijke hospitalen van Vincennes en Vesinet voor bijzonder gebruik vam de convalescenten dier ziekenhuizen. Volgens het Oostenrijksche dagblad das Fremden- blatt, woont te Weenen een grij saard, die groote sympathie schijnt te hebben voor ter dood veroordeelden. Zoodra hij hoort, dat iemand tot die straf veroordeeld is, zendt hij hem suiker, sigaren, confitures, en doet hij alle moeite om met hem in gesprek te komen. Als nu de dag der terechtstelling daar is, wacht hij reeds tegen 4 uren 's morgens de kar voor de deur der gevangenis af; hij praat met de helpers van den beul, biedt hun zijn hulp aan en begeleidt hen ook naar het schavot. Daar blijft hij tot 's avonds, en als men het lijk van de paal neemt, haast hij zich om een haarvlecht van het lijk te snijden. Deze man, die onder is dan 70 jaren, heeft sedert 30 jaren geene enkele executie overgeslagen. In zijne kamer ziet men langs den muur de kleêren en andere stukken, vroeger aan misdadigers toebehoord hebbende, uitgestald, terwijl er een briefje met den naam van den misdadiger en den dag van zijn döod aan vastgehecht is. De bekende Amerikaansche treurspeler Edwin Booth, trad onlangs te Boston op als koning Richard in Shakespear's drama van dien naam. Om zijne rol schit terend te kunnen spelen, liet hij zich eene echt gouden kroon maken die 1200 dollars kostte. Verder droeg hij de kraag van de Kouseband-orde, geheel uit goud en zilver vervaardigd; een juweelen kruis aan eene massief gouden ketting; een zwaard en een dolk, evenzeer met juweelen en kostbare steenen rijk bezet. Het costuum, dat in waarheid koninklijk mocht genoemd v tegenwoordigt eene waarde van 50,000 dollars 25 Reed3 eenigen dagen geleden is door d flgl den gemeld, dat de regeering aan de drukkers van den Parij- schen Moniteur, de firma Panckoucke, had doen weten, dat zij niet voornemens was, het met hen aangegaan en op 1 Januariaanstaande vervallende contract te hernieuwen. Thans meent men, dat de boekdrukker Heuri Pion met de uitgaaf van den Moniteur zal worden belast, en dat onder de verplichtingen, welke den nieuwen drukker zijn of zullen worden opgelegd,behoort het uitkeeren vaneen bedrag van 300,000 franken 'sjaars, ter bestrijding van de kosten van redactie van het blad, welke redactio echter door de regeering zelve zou worden aangesteld. Le Siècle, dit een en ander mededeelende, vraagt, welken titel het nieuwe officiëele blad nu zal voeren'? „Die van Moniteur (zegt hij) is, van de oprichting van het blad af, het eigendom van de tegenwoordige uitgevers Panckoucke geweest, en deze zullen zich dat eigendom zeker niet laten ontnemen." De muren van Antwerpen waren dezer dagen ge durende den verkiezingstrijd wederom met spotprenten en allerlei geschriften overdekt, voornamelijk tegen de candidaten der oppositie gericht. Na den uitslag ziet men thans eene spotprent aangeplakt tegen de minis- terieele partij, tot opschrift voerende: „Uitvaart van het doctrinarismus te Antwerpen." In het midden dezer plaat ziet men eene lijkbaar, waarop de statiehoed en de degen van den minister Frère zijn geplaatst en in het midden waarvan geschreven staat: „Het doctrinarismus overleed te Antwerpen den 9 Juni 1868." Ter rechter zijde wordt de minister, die vroeger zijn zegepralenden intocht deed te Antwerpen, thans voorgesteld, als met schaamte en droevig de stad verlatende en een schop gevende aan de redacteurs der ministerieele dagbladen, die zijne candidaten bij de laatste verkiezingen onder- steunden maar in hunne pogingen niet slaagden. Ter linkerzijde vindt men den voormaligen burgemeester, een schepen en onderscheidene ingezetenen der stad, allen ministerieelen, in diepen rouw gedompeld, boven aan de namen der verschillende ministerieele kiezer.-.- vereenigingen, die van hunne candidaten met hunne bijnamen, enz. Thermomefersiaiid. 12Juni'sav. llu.55gr. 13 's morg.7 u. 62 's midd. 1 u. 75 gr. Staten-generaal. TWEEDE KAMEK. Zitting van Vrijdag 12 Juni, Beraadslaging over en aan neming der begrootingen van marine, oorlog, financiën en koloniën; intrekking wetsontwerp. Bij de algemeene beraadslagingen over de begrooting van marine voerde het eerst het woord de heerNierstrasz, die verklaarde de ministers, voor zoover zij geene poli tieke antecedenten hebben, met welwillendheid te zullen ontvangen en hunne daden te zullen afwachten, om daarna te beoordeelen welke mate van vertrouwen hij hen kan schenken. Tegenover den minister van marine was voor hem afwachten niet eens noodig, omdat zijn vastheid van karakter en groote kennis eenige geruststelling gaven voor de omstandigheid dat hij is gaan zitten in het kabinet van Bosse, welke minister steeds gestemd was tegen de uitbreiding der militaire uitgaven. Ilij wijdde vervolgens een woord van lof aan den afgetreden minister van marine, die met zooveel energie in de eerste behoeften van ons zeewezen heeft voorzien. Ilij vroeg den minister: 1. in hoever hij het stelsel van den vorigeu minister zal volgen2. of zal worden voortgegaan met het bouwen van schepen in Indië ten behoeve van den Indischen dienst; 3. of de minister de ingetrokken wet op de ver betering der pensioenen van de zeeofficieren op nieuw zal indienen4. of er voor do opleiding der zeeofficieren te Willemsoord een gebouw aan den wal zal worden opgericht.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1868 | | pagina 2