öuitfnlcmö. Brieven uit België. den kunnen worden weggenomen door ter hoogte van de aansluiting van den St. Geertruidsweg aan den om- gelegden singelweg een toegang onder of boven den spoorweg te maken, of op zoodanige andere wijze als den minister na een in te stellen onderzoek het meest geschikt zal voorkomen. In den voorgelezen brief wordt eene gunstige overweging van genoemd adres en tegemoet koming aan de daarin uiteengezette bezwaren gevraagd. Nadat de heer Lambrechtsen van Kitthem, ook namens zijne mede-adressanten, het dagelijksch bestuur voor de genomen moeite zijn dank heeft betuigd, wordt de ge dane mededeel ing voor kennisgeving aangenomen. Is ingekomen een brief der commissie van bestuur over den rijweg MiddelburgYlissingen, houdende ver zoek om machtiging tot afstand aan het rijk van eenige onder Ylissingen gelegen perceelen zijkanten van dien weg, te zamen ter grootte van 1 bunder 62 roeden 30 el len, voor eene som van f 2398.18, ten behoeve der spoor weg- en kanaalwerken. De voorzitter deelt mede dat een gelijk contract ook door den ingenieur Simons is ingezonden, doch burge meester en wethouders alsnog met dien beer in corres pondentie zijn over enkele gerezen bedenkingen betref fende de overdracht en bet onderhoud van den weg. Tot zoolang die correspondentie zal geëindigd zijn, is de beslissing op den brief der commissie van den rijweg aangebonden en bet stuk inmiddels voor do leden ter inzage gelegd. Een voor de leden ter inzage gelegen hebbende staat van af- en overschrijvingen, mot daarbij behoorende memorie van toelichting, door den gemeente-ontvanger ingediend, wordt met algcmeene stemmen goedgekeurd. Wordt voorgelezen de door burgemeester en wethou ders, ingevolge raadsbesluit van 1 Mei jl. aan de plaatse lijke schoolcommissie toegezonden brief, waarin (naar aanleiding van het verzoek dier commissie tot liet verleenen cener gratificatie aan den lieer G. Keijzer, hoofdonderwijzer der gymnastiekschool, wegens door dezen verrichte buitengewone werkzaamheden tijdens dc hulponderwijzer, de heer de Zeeuw, in het vorige jaar oenigo maanden afwezig is geweest) gevraagd wordt of de hoofdonderwijzer, en zoo ja welke, meerdere werk zaamheden verricht heeft gedurende den tijd van het aan den hulponderwijzer verleend verlof. Eveneens geschiedt voorlezing van het op die vraag door de plaatselijke schoolcommissie gegeven antwoord, waaruit in hoofdzaak blijkt dat de lessen der leerlingen die gratis onderwijs ontvangen en in den regel door den hulponderwijzer worden gegeven, tijdens dc afwezigheid van laatstgenoemden door den hoofdonderwijzer gegeven zijn, terwijl deze zich ook met het onderwijs in verschil lende andere klassen meer dan gewoonlijk heeft moeten belasten, en hoezeer hij ook niet meer uren les dan anders heeft gegeven, heeft hij zich toch gedurende geruimen tijd zeer veel moeite en zorg moeten getroosten. De lieer Lambrechtsen van Ritthem zegt dat uit den voorgelezen brief der schoolcommissie blijkt dat de heer Keyzer meer heeft verricht dan waartoe hij gehouden Was, zoodat hij het billijk en wenschelijk acht dien heer eene gratificatie te verleenen. De heer Sifflé ondersteunt dit gevoelen. De lieer de Jonge vraagt eene definitie van do in den brief der schoolcommissie voorkomende woorden „ge- ruimen tijd", onder 'opmerking- dat die brief niet zeer duidelijk is. De lieer Lambrechtsen van Iiitthem antwoordt dat hij, daar hij niet tegenwoordig is geweest in de jongste ver gadering der schoolcommissie, de gevraagde inlichting niet geven kan. (De heer van Deinse komt ter vergadering.) De heer Lantsheer zegt dat hem is medegedeeld dat de bedoelde tijdruimte is geweest van het begin van Mei tot het begin van Juli. De meerdere werkzaamheden bobben hoofdzakelijk bestaan in het voordoen van oefe ningen, daar waar hij anders slechts toezicht behoeft te bonden. Om een en ander is spreker voor liet toestaan oener gratificatie tot een bedrag van 50. De voorzitter zegt dat hij niet van zijne vroegere zienswijze is teruggekomen.' Hij blijft tegen de inwilli ging van het verzoek. De onderwijzer heeft niet meer werk verricht dan waartoe hij uit don aard zijner betrek king verplicht is. Hij moge hij afwezigheid vjin den hulp onderwijzer al een enkelen sprong meer hebben gemaakt, doch dit levert nog geen termen voor eene gratificatie op. Ware het werk van den onderwijzer zoo buitengewoon geweest, dan zou daarin wel op eene andere wijze voorzien zijn kunnen worden, en dan had die heer zich niét zoo behoeven te vermoeien. De heer Sifflé herneemt, dat het blijkt dat de werk zaamheden van den hoofdonderwijzer door de tijdelijke afwezigheid van den hulponderwijzer werkelijk ver meerderd zijn. niet alleen door meer toezicht, maar ook door meer lesgeven, hetgeen vooral in den zomer nog al vermoeiend is. Zelfs heeft de onderwijzer een afzonderlijk uur daaraan moeten wijden. Die meerdere werkzaamheden hebben ruim twee maanden geduurd. Spreker is dus voor liet verleenen eener gratificatie van 50, als zijnde zijns inziens billijk, vooral ook daar indertijd aan den heer. ^Kruseman als rector van het gymnasium eene gratificatie voor tijdelijk verrichte meerdere werkzaam heden is gegeven. Bovendien is liet traktement van den hulponderwijzer voor den tijd dat hij afwezig geweest is ingehouden, zoodat de gemeentekas, al wordt de f 50 gratificatie toegestaan, bij slot van rekening tocli nog eene bate zal hebben. De voorzitter merkt op dat het geval van den heer Kruseman met het tegenwoordige niet gelijk staat, omdat toen eene langdurige vacature bestond, hetgeen hier niet het geval is geweest. De lieer Sifflé antwoordt dat hij ook niet hoeft willen beweren dat beide gevallen gelijk staan, maar dat hij alleen op den lieer Kruseman heeft gewezen, uit een oogpunt van billijkheid. De heer N. J. C. Snonck Hurgronje wil zijne in eene vorige zitting over deze zaak geuite meening thans niet meer herhalen, doch herinnert slechts dat Hij ontkend heeft, hetgeen hij ook nu blijft ontkennen, dat de werk zaamheden van den hoofdonderwijzer door de afwezig heid van den hulponderwijzer zijn toegenomen, zoodat hij tegen de inwilliging van het verzoek stemmen zal. De heer Sifflé voert, na hekomen verlof, ten derden male het woord, om nogmaals te doen uitkomen dat door de schoolcommissie bevestigd is wat men in eene vorige zitting verlangde te weten, namelijk dat de heer Keyzer gedurende de afwezigheid van den hulponderwijzer meer werkzaamheden hoeft verricht. De beraadslaging wordt alsnu gesloten en vervolgens de voordracht van de plaatselijke schoolcommissie tot het verleenen eener gratificatie aan den heer Keyzer in stem ming gebracht en verworpen met 8 tegen 5 stemmen. Vóór stemden de heeren Sifflé, Lantsheer, van Deinse, A. W. Snonck Hurgronje en Lambrechtsen van Ritthem. Aan de orde is de afdoening van de reorganisatie der administratie van het burgerlijk armbestuur. Met alge- meene stemmen wordt achtereenvolgens besloten: de voorgedragen wijzigingen in de verordening van dat bestuur van den 21 Augustus 1855 goed te keuren; de begrooting vast te stelten; den heer N. Verhulst Wz. eervol te ontheffen van de waarneming der betrekking van penningmeester, behoudens te doene verantwoording van zijn beheer; den zakelijken borgtocht voor den te benoemen penningmeester te bepalen op f '2000; en de jaarwedde van den penningmeester te stellen op f 250, ingaande met 1 Juni jl. Vervolgens wordt overgegaan tot de benoeming van een lid der commissie van bestuur over de bank van leening, waartoe uit de hiervoren genoemde voordracht met algemeene stemmen is gekozen rnr. E. P. Schorer. Evenzeer wordt uit het vroeger ingekomen dubbeltal, bestaande uit de heeren Pieter Picliai en Jan Anthonij Zip, een penningmeester voor het burgerlijk armbestuur benoemd en de heer Pichai ais zoodanig met algemeene stemmen gekozen. Daarna wordt de openbare zitting gesloten. Algcmeeii overztchJ. Woensdag' middag is vorst Michael van Servië, terwijl hij te Belgrado eene wandeling deed, in hot park door drie personen aangevallen, welke, met revolvers gewa pend, hem hebben vermoord. Het zal nader moeten blijken ot hier aan persoonlijke wraak of aan een politiek misdrijf te denken valt. Ais opvolger van den drie en veertigjarigen vorst schijnt een zijner neven te zijn aangewezen, die thans in Frank rijk zijne opvoeding pntvangt. Het langdurig verblijf van prins-Napoleon te Weenen schijnt te St. Petersburg eenige sensatie te maken. Een Russisch orgaan, de Golos, bevat te dien opzichte een zeer scherp artikel, waarin het de reis van den prins beschouwt als de voorbode van een aanstaanden oorlog en daaruit een argument ontleent om tegen Oostenrijk te velde te trekken. „Het is duidelijk zegt dit Russisch blad dat prins Napoleon naar Weenen, Pesth en-Con- stantinopel is gezonden, met het doel om zooveel doenlijk de Poolsche quaestie zoo nauw mogelijk te verbinden mét het Oostersche vraagstuk, zoodat men die tegelijkertijd op den voorgrond zal kunnen doen treden. Hoe deze toeleg eindigen zal en welke rol liet kabinet te Weenen speelt is niet uit te maken, maar als de lieer von Beust in ernst de bekende gevoelens van prins Napoleon onder steunt, dan bereidt hij noodzakelijk den ondergang van het rijk der Habsburgen. Overigens is het ons onver schillig of' Oostenrijk zich in twee of in drie stukken vcrdeelen zal en zelfs het voortbestaan van dit rijk van stukken en brokken schijnt ons niet bepaald noodzakelijk toe. Rusland kan echter niet onverschillig blijven terwijl hot zijne tegenstanders zicli ziet aaneensluiten, zelfs al ware dit slechts om de aandacht van Pruisen af te leiden." Zonder nu bijzonder veel waarde te hechten aan dit artikel van de 'Golos, blijkt daaruit weder eenmaal te meer hoe Rusland elke gelegenheid te baat neemt om zich bij Pruisen aan te sluiten en om Pruisen te waar schuwen tegen de te Weenen en te Parijs gesmeed wordende plannen, alles volgens het te St. Petersburg heerscliend idéé fixe van een verbond tusschen de keizers van Oostenrijk en Frankrijk. Dc Duitsche bondsraad heeft dezer dagen het besluit genomen om eene rekenkamer in het loven te roepen. Dit lichaam zal samengesteld zjjn uit de leden van de Pruisische rekenkamer, waaraan nog eenige andere per sonen zullen worden toegevoegd. Behalve dit besluit heeft de bondsraad nog een ander genomen van meer internationaal belang. Gehoor gevende aan petitiën om de oude quaestie der eerbiediging in oorlogstijd van privaat eigendom op zee eindelijk geregeld te zien, heeft de bondsraad dc regeering uitgenoodigd om onderhan delingen met de verschillende zeemogendheden te openen, ten einde dit vraagstuk bij internationaal tractaat moge worden opgelost. De laatste berichten uit Luxemburg spreken niet van nieuwe incidenten. De „Lukemburgsche revolutie" schijnt in hare geboorte gesmoord te zij n en de officieuse Parij sche regeeringsorganen hechten aan het gebeurde weinig waarde. De ltaliaansche kamer van afgevaardigden heeft het voorstel om de couppnbelasting niet te heffen van schuld brieven, welke in handen van buitenlanders zijn, ver worpen. Deze vrijstelling is alleen aangenomen ten aanzien der zoogenaamde Engelsch-Sardinische leening, in 1855 aangegaan. De sultan van Turkije laat geene enkele gelegenheid voorbijgaan om de verzekering te geven van zijn bepaald voornemen om in liet staatsbestuur naar de beginselen van liberaliteit en verdraagzaamheid te werk tc gaan en geheel het regeeringssysteom te hervormen. Wat nog merkwaardiger is: zijne daden zijn niet in strijd met zijne woorden. Overal wordt in de eerste plaats met ijver voortgewerkt aan den aanleg van spoorwegen en tele- graphen, overtuigd als men is dat de wegen, langs welke zich het gezang der telegraaf en het gefluit der locomo tief laat hooren, wegen der beschaving zijn. Brussel 10 Juni. De heeren van Humbeeck, Guillery en G'ouvreur ston den gisteren hoven, de heer Ilymans onder aan de lijst der herkozen leden! Dat is de waarschuwing die de kiezersvereeniging gegeven heeft aan de regeering, die door hare zijdelingsche bemoeiingen eene aanslag op hare onafhankelijkheid had willen doen, en aan haar werktuig en nederigen dienaar, den heer Louis Hymans, die de taak op zich had genomen de kiezersvereeniging te beduiden dat men tusschen hem en de heeren Guiilery en Couvreur moest kiezen. De Association heeft zich mot een volkomen, doch niet van ondeugendheid vrij te pleiten bonhomievergenoegd met op den heer Hymans, den officieusen publicist, de volgende vernederende om standigheid toe te passenzij heeft hem niet geëlimineerd maar hem de dertiende geplaatst! Van dat oogenblik af is hij hoos gebleven. In zijn toorn schrijft hij brieven aan de andere dagbladen van Brussel om aan te toonen dat het de schuld der clericalen is. Het is weer hot oude welbekende liedje: O est la fuute a llousseau. Cest la faute d Voltaire. Maar dat heeft niets te beteekenen, want indien de clericalen opgekomen waren zooals zij behoorden, zou de heer Hymans op dit oogenblik eenvoudig hoofdredacteur van TEcho du parlement zijn. Brussel komt de eer toe van dc waardigheid der verkiezingen tegenover de regee ring gered te hebben. Antwerpen komt denzelfden lof toe. Niet dat ik zoo ingenomen ben met de clerieale depu tatie van Antwerpen, maar doordat het ministerie, door zijne politieke Antwerpsche vrienden gedrongen, niet geschroomd heeft het parket voor eene verkiezingsintrige te gébruiken, ten einde den heer de Laet te compromit- teeren, hebben de Antwerpenaars gelijk gehad, toen zij den heer de Laet met den heer Jacobs aan het hoofd der lijst herkozen. Overigens heeft het feit van den wijnpen ning van 100,000 franken-, waarvan de heer de Laet beticht is, doch waarvan hij geen enkelen frank opge streken heeft, niets zoo buitengewoons. Hoeveel afge vaardigden zouden een eed willen doen dat zij nooit op eene min of meer bedekte manier een wijnpenning ontvangen hebben, hetzij door eene spoorwegonder neming op te hemelen ot eenige andere industrieele onderneming.? Wat is de post van bestuurder van een spoorwegmaatschappij en andere ondernemingen, die door menig afgevaardigde' bekleed wordt de heer Pirmez, minister van binnenlandsche zaken,was het wel van eene ijzermijn anders dan eene belooning voor de diensten die zij krachtens hunne politieke positie hebben bewezen, Maar men heeft den lieer de Laet zedelijk willen dooden, en zooals het spreekwoord zegtWie een hond wil slaan, vindt licht een stok. Antwerpen heeft zich goed gehoudende rninistcrieeleii zijn omstreeks 1000 stemmen in de minderheid gebleven. Wanneer men Brugge uitzondert, waar het ministerie twee der zijnen verliest en waar de heer de Vrièrc alleen hij herstemming gekozen is, zijn de resultaten voor het kabinet gunstig. Het wint een of twee stemmen, al naar mate men den heer Lelièvre,den afgevaardigde van Namen, door clerieale stemmen benoemd, een liberaal of een renegaat, mederekent of niet. liet ministerie kan zich dus verbeteren, het kan een meer liberalen weg inslaan. Brussel noodigt het daartoe uit. Indien liet die waar schuwing veronachtzaamt, wees verzekerd dat de doc- trinair-libcrale partij binnen twee jaar zoo totaal ver sleten zal zijn dat zij vallen zal om nooit wedér op te staan. Over een kwartier zullen mellc Favart en de hleêr Dclannoy van het théatre Francais hunne eerste voor stelling in het tliéatrc St. Ilubert geven. Gij zult mij dus wel willen toestaan er heen te gaan cn voor heden hier te eindigen. Slechts nog éen woordje. Een brief in cijferschrift uit Parijs meldt mij dat het bericht van een moordaanslag op den keizer te Rouaan geenszins verzonnen was. Vier personen zijn gearresteerd, terwijl zij bezig waren de rails van den spoorweg te vernietigen. Zij zijn gevangen genomen, doch men weet niet hoe het. verder met hen gegaan is. Meer en meer komt de keizet: in een staat van volkomen uitputting; de verschijnselen worden talrijker, en de geneesheeren zijn er zeer tegen l dat de keizer volstrekt de badeij_iap__yichy, die hij uiet

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1868 | | pagina 3