MIDDELBURGSCHE \$W COURANT N* 80. K t J 181 Dinsdag 19 Mei. Öimwnlcmïr. Editie van Maandag avond 8 uren. middelburg 18 mei. De Burgemeester en Wethouders van Vlfsslngen geven kennis, dat de betrekking van eersten hulp onderwijzer op de sshool voor gewoon en meer uit gebreid lager onderwijs voor jongens vacant is. Voordeelen zijn: eenc jaarwedde van f 600 benevens kost, inwoning enz., ton huize van den hoofdonderwijzer. Belanghebbenden worden uitgenoodigd om met hunne acten en getuigschriften zich in persoon of met franco brieven te wenden tot den hoofdonderwijzer van ge noemde school, den heer E. G-. J. Stuart. Vlissingen, den 16 Mei 1868. De Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. W. CALLENFELS. De secretaris, P. FOEBES WELS. AASlBESTEilI Ni G. Burgemeester en Wethouders van 's Gravenpol der, zullen op Donderdag den 4 Junij 1868, des mid dags ten 12 ure, in het gemeentehuis aldaar, trachten aan te besteden Het verbeteren en begrinden van den aarden- weg, van 's Gravenpolder naar Eversdijk, ter lengte van 2125 strekkende ellen. De aanwijzing in loco zal plaats hebben op den dag der aanbesteding, des voormiddags ten 9 ure, aan te vangen nabij het dorp 's Gravenpolder. Het bestek zal ter lezing worden gelegd, ter secretarie der gemeente en in het gemeentehuis te 's Gravenpolder. Terwijl inmiddels informatiën kunnen verkregen wor den bij den heer F. Fjsrdinandusse Wz., te Goes. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. P. LENSHOEK VAN ZWAKE. De Secretaris, C. M. DE BLINDE. BEHENDMAKING. Burgemeester en Wethouders van Goes, maken bij deze bekend: dat de voorgenomene openbare verpachting van het ophalen van den haardasch en het vuilnis, alsmede van het nachtwerk of het ruimen der privaten binnen die gemeente, aangekondigd den 2 Mei 11. als te zullen geschieden den 23stcn dezer, voor den tijd van zeven jaren, ingaande den 1™ Julij aanstaande, niet zal plaats hebben voor zeven jaren maar slechts voor den tijd van een jaar. Gedaan te Goes, den 16 Mei 1868. Burgemeester en Wethouders van Goes, M. P. BLAAUBEEN. De Secretaris, H. C. PILAAK. Naar wij vernemen, hebben nagenoeg al de gemeente besturen in Walcheren aan de behoeftigen in hunne gemeenten verlof gegeven het gras op do zijkanten der wegen af te snijden. Deze maatregelwelke bij behoor- lijk opgemaakt proces-verbaal is geconstateerd schijnt genomen te zijn tegenover de door de centrale directie van Walcheren voorgenomen verpachting dier zijkanten. Dezelfde vergunning is ook door het gemeentebestuur vau Middelburg verleend. De Nieuwe Rotterdamschecourant brengt nadrukkelijk onder de aandacht dat, behalve de discussiën in de jongste zitting der eerste kamer gevoerd, ook de uitslag der ver- 'ezingen voor de provinciale staten een ernstige les voor de nog aan het bestuur zijnde ministers en hunne partij heeft opgeleverd. „In enkele districten, zegt zij, hadden die verkiezingen een bepaald politiek karakter. „Dit was vooral hot geval te Amsterdam, Rotterdam, Enschede en Ommen. In allen bleek het, dat de liberalen eenc krachtige meerderheid vormen. Te Amsterdam zijn van de 15 gekozenen 11 liberaal. Hadden de beide liberale kiesverenigingen eenstemmig gehandeld, al hunne can- didaten waren zeker met groote meerderheid gekozen geworden. En dat die eenstemmigheid bij eene derde ontbinding zal bestaan, hieraan is geen twijfel. „Te Rotterdam heeft de liberale partij, die aaneenge sloten was, met groote meerderheid de zegepraal behaald over de coalitie van conservatieven, ultramontanen en anti-revolutionairen. Daar zijn al de liberalen gekozen. Enschede leverde twee onderteekenaars voor de Vreede- verklaring, waarvan ëen lid der provinciale staten, waar over nu gestemd moest worden. Deze is niet herkozen, en in zijne plaats een liberaal afgevaardigd. Te Ommen is baron van Ittersum, die zich zeer in reactionnairen zin in de verkiezingen had gemengd, niet herkozen. „Ziedaar de voorproef van hetgeen de ministers van eene derde ontbinding te wachten hebben." De groothertog van Luxemburg heeft tot ridder der orde van de Eikenkroon benoemd den ingenieur van den waterstaat L. H. J. J. Mazel, belast met het beheer der landsgebouwen te 's Gravenhage. Benoemingen en besluiten. leger. Benoemd bij het wapen der artillerie tot G" lui tenant (naar ouderdom van rang) de 2e luitenant E. Thesingh, van het wapen, thans op non-activiteit; bij don staf van het wapen tot 1™ luitenant (naar ouderdom van vang) de 2' luitenant-magazijnmeester der artillerie klasse te Woudrichem A. A. van Reyns; bij het regi ment veld-artillerie, tot i™ luitenant (naar ouderdom van rang) de 2c luitenant J. W. K. Verwey en C. de Wit, van het korps; bij het 3« regiment vesting-artillerie, tot kapitein 3e klasse (naar ouderdom van rang) de 1« luitenant C. M. B. W. Redemagnie, van het 2e regiment vesting-artillerietot P» luitenant (naar ouderdom van rang) de 2« luitenant P. van der Meer, van het korps. Op verzoek pensioen verkend, ten bedrage van f 1300 'sjaars, aan den luitenant-kolonel H. E. de Bruyn, vau het 3C regiment huzaren. Benoemd bij het wapen der cavalerie bij het P regi ment huzaren, tot pn luitenant (naar ouderdom van rang) de 2' luitenant W. J. II. Römer, van het korps; bij het 2c regiment huzaren, tot ritmeester 3c klasse (naar ouderdom van rang) de P luitenant M. T. II. S. Exalto D'almaras, van het korps; bij het 3e regiment huzaren, tot luitenant-kolonel, de majoor H. H. Guerin, van het korpstot majoor de ritmeester P klasse E. J. van Lidth de Jeude, van het 4c regiment huzaren. Kerknieuw». Men verneemt dat het provinciaal kerkbestuur van Zuid-Holland in zijne dezer dagen gehouden vergadering overeenkomstig art. 37* van het reglement op de vacature, uitspraak heeft gedaan dat de predikant J. C. Zaalberg Pz., van 's Gravenhage, behoort ontslagen te worden. üarine en leger. De luitenant ter zee 2c klasse A. W. Vinkhuyzen, laatst behoord hebbende tot het eskader in Oost-Indië en den 8 dezer van daar in Nederland teruggekeerd, is met dat tijdstip op non-activiteit gebracht. Den 19en en 20™ dezer zullen 66 korporaals-titulair van het instructie-bataljon te Kampen naar de onder scheidene infanterie-regimenten vertrekken, om daarbij als korporaals-effectief te worden ingedeeld. In verband met deze overplaatsing zijn 80jongelingen aangeschreven zich tegen 25 dezer bij genoemd bataljon aan te melden, om na geschiktbevinding te worden geplaatst. Men verneemt dat het getal adspiranten om als cadet aan de koninklijke militaire academie te Breda te worden toegelaten, dit jaar merkbaar minder is dan in andere jaren; voor ongeveer 80 openstaande plaatsen zijn slechts 85 adspiranten. TVecrologle. Zaterdag ochtend was de hoogleeraar O. van Rees te Utrecht, algemeen geëerd om zijn kennis en recht schapenheid, voor het eerst van dit jaar gaan zwemmen in de zwemschool aan den Krommerijn. Een goed zwem mer zijnde, had hij de klassen een paar maal op en neer gezwommen, toen hij plotseling om hulp riep. De knecht sprong dadelijk gekleed naast hem, doch hij zonk en het gelukte eerst na eenige minuten hem boven te krijgen. Er bestaat alle reden om te vermoeden, dat hem het een of ander toeval in het water getroffen heeft. Er is dadelijk door lcweekelingcn van 's rijks hospitaal en door den hoogleeraar van der Lith, geneeskundige hulp en bijstand verleend, die nog lang door anderen is voort gezet, doch te vergeefs. NOir. cour.) Koloniën. De Arnliemsche courant ontvangt van de Kust vau Guinea het volgende schrijven: „Acra, 4 April. „De zaken gaan hier niet vooruit; het oorlogschip Metalen Kruis is vertrokken en men is hier zeer bevreesd of het wel spoedig door een ander zal worden vervangen, hetgeen den toestand zeer moeilijk zou maken. Het detachement, dat Hollandscli Comanda beschermde, is naar Elmina teruggekeerd en onmiddellijk daarna is dat dorp door de negers verbrand. Dagelijks ziet men den rook der brandende dorpenAmpeenie, Hankwanda, Broenietjiema en anderen hebben dit lot reeds ondergaan alles wordt in den omtrek verwoest, en na den regentijd, die nu op handen is, zullen de negers van honger omkomen. Het is nu de tijd om te planten, doch vriend noch vijand bekommert zich daarover. De gemeenschap is overal gestremd. Onlangs kon ik geen brief verzenden omdat mijn jongen, die te Elmina te huis behoort, bepaald weigerde die naar Cope Coast te brengenik kon hem geen ongelijk geven, want hij loopt, groot gevaar zijn kop te verliezen, welke operatie verscheidene zijner dorps- genooten reeds hebben ondergaan, wier onderkaken nu aan de vijandelijke trommelen bengelen. „Naar men mij verhaalt, heeft er een soortgelijke toe stand in 1809 en in 1822 gelieerscht. Elmina was toen door de Fantijnen en andere negerstammen ingesloten, doch zij werden in bedwang gehouden door het geschut der forten; de aanvallers hadden, bij een Fetiche-eed gezworen, niet te zullen rusten, voordat Elmina verwoest was, maar zooals nu ook te voorzien is, hebben honger en ziekten hen gedwongen om af te trekken en hunnen eed ontrouw te worden. „In den handel gaat niets om, dit zal ook niet spoedig veranderen. Alleen voor schepen die mondbehoeften aanvoeren, vooral millie (Turksche tarwe) zal iets te verdienen zijn. „Maar hoe het ook zijde toestand is allertreurigst, vooral als men bedenkt, dat alles had kunnen zijn voor komen, maar de zaak ligt er! Eenige beweren dat de gouverneur geene instructiën heeft gehad; anderen zeggen weder dat de minister het te druk heeft met de Oost," en dus genoodzaakt is de zaken van de Kust aan een ambtenaar, een secretaris geloof ik, over te laten zijn naam is mij ontschoten. Zoo moet de gouverneur, bij gemis van goede instructies, er ingeloopen zijn. Zoo zegt men hier; uit Holland is het ook geschrevenwat er van aan is kan ik niet beslissen. „Groote vrees bestaat er dat de opeenhooping der bevolking, die gebrek aan levensmiddelen heeft en slecht drinkwater gebruikt, eene epidemie zal ontstaan, die duizenden het leven zal kosten. „Yoor de blanken is liet evenzeer hoogst bezwarend om voedsel te bekomen en soms moet men zich met negerkost behelpen. „Het gerucht loopt, dat de gouverneur het voornemen heeft een uitval te doen. Wel is waar moet er iets gedaan worden om uit den tegenwoordigen toestand te geraken doch van zulk een maatregel stel ik mij weinig goeds voor. „Iemand, die vele jaren hier doorbracht, zeide mij dat het afbranden van Comanda in geen geval is te veront schuldigen, doch, nu het gebeurd is, men het aan tijd en omstandigheden moet overlaten om, door palabbeeren (zoo noemt men aan de Kust het bijleggen van verschil len) de zaken weder in het effen te brengen. „Yoor den gouverneur is het een kritieken tijd, maar hij zelf draagt de schuld van het verzet der negers. (Hier volgen eenige opmerkingen op het bestuur van den

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1868 | | pagina 1