Aan den lieer G. Delacuisine is, op een door hem in de Fransche taal schriftelijk ingediend en ter vergade ring voorgelezen adres, met ingang van 1 Augustus a. eervol ontslag verleend als hulponderwijzer op de school voor gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs voor jongens. Geschiedt voorlezing van een brief van de Centrale directie van Walcheren aan burgemeester en wethouders, houdende mededeeling dat in eeneop 25 April jl. gehouden buitengewone vergadering van den polder Walcheren machtiging is verleend om over te gaan tot de verpachting der zijkanten van de wegen; met uitnoodiging om vóór den 17 Meia. te willen mededeelen of het gemeentebestuur geneigd is tot de pacht der zijkanten van wegen behoo- rende tot de gemeente Vlissingen, en zoo ja opgave der pachtsom. Bij dien brief is tevens eene opgave van de taxatie der waarde gevoegd. De voorzitter deelt mede dat naar aanleiding van den inhoud van dezen brief eene bijeenkomst van de burge meesters in Walcheren heeft plaats gehad, waarin men is overeengekomen om aan de verschillende gemeenteraden voor te stellen, te besluiten dat voortaan aan Walcheren, bij wijze van transactie, zal betaald worden de helft der waarde van de zijkanten en de helft der grondlasten, met reserve van het recht van uitgifte. De heer Pot zegt dat dit voorstel hem bevreemdt, daar Walcheren blijkbaar geen recht op de zijkanten dei- wegen heeft, want anders ware reeds sinds lang van dat eigendomsrecht gebruik gemaakt. De voorzitter antwoordt dat, al heeft Walcheren zich reeds sedert jaren het eigendomsrecht als het ware toe geëigend, het moeilijk te bewijzen is wie de rechtheb bende is. De heer de Kruyff verklaart dat hij van de besproken zaak niet genoeg op de hoogte is om daarover thans reeds een oordeel uit te spreken. Hij zou dus gaarne zien dat het stuk vooraf eens bij de leden ter nadere overweging werd rondgezonden. De voorzitter repliceert dat voor de verlangde rond zending de tijd ontbreekt, doch dat dit ook weinig baten zou, daar het voorgelezen stuk niet veel licht over de zaak geeft. Hij herinnert echter dat dit onderwerp ook reeds vroeger in den raad is besproken. De heer Winkelman meent ook dat de rondzending van het stuk den heer de Kruyff niet veel licht verschaffen zal. Ook hij brengt in herinnering dat ten vorigen jare, bij het bespreken dezer sinds lang bestaande quaestie, door den raad besloten is aan Walcheren de betaling dei- grondlasten te verzekeren. Daar het echter gebleken is dat Vlissingen slechts weinig zijkanten van wegen bezit, acht hij het 't best de geheele zaak thans op haar beloop te laten. De voorzitter antwoordt dat het belang der gemeente bij de graskanten geheel op zich zelf staat en de inkom sten overeenkomstig de bijdrage zijn. De heer van Uije Pieterse deelt mede dat de gemeen teraad van Middelburg eene rechtskundige commissie heeft benoemd, ten einde over dit onderwerp advies uit te brengen. Hij zou daarom de beslissing thans nog willen aanhouden tot eene volgende zitting, waarin wellicht het advies dier Middelburgsche commissie be kend zal zijn. Overigens merkt hij op dat de waarde dei- zijkanten voor Vlissingen niet groot is, daar die slechts ongeveer f 80 bedraagt, waarvan voor omstreeks f 35 in de onteigening valt, zoodat het overschot slechts 4.5 is de bij te dragen helft is alzoo slechts 22, eene som welke althans de moeite eener procedure niet waard is. De voorzitter antwoordt dat van eene procedure thans nog geene sprake is. De heer Laernoes zegt dat de raad eenigen tijd gele den een deel der zijkanten te Oost-Souburg aan iemand heeft afgestaan. Hij vraagt hoe het komt dat zoodanig verzoek dan is gedaan aan dezen raad, als de gemeente geen recht op die zijkanten had. Hierop antwoordt de voorzitter dat dit eene andere zaak was en die zijkan ten behoorden tot den rijweg. De heer van Uije Pieterse wil in het algemeen, aange zien het begrip der stukken betreffende dit onderwerp eene bepaalde studie vereischt, de zaak aanhoudenper soonlijk is hij echter tot dadelijke afdoening bereid, daar het iets betreft waarvan de gemeente nooit eenig voor deel heeft getrokken en dat steeds aan behoeftigen is uitgegeven, zoodat het nu toch niet wenschelijk is voor zoo iets te betalen. De voorzitter hecht voor zich zeiven aan de zijkanten ook geen groot gewicht, maar hij meent dat men dezer zijds ook letten moet op andere gemeenten wier belang daarbij meer betrokken is. Ook is hij voor eene dadelijke beslissing, omdat Walcheren na den gestelden termijn met de verpachting zal doorgaan. De beraadslaging wordt gesloten en het voorstel des voorzitters, om zich jegens Walcheren bij wijze van transactie te verbinden tot -betaling der helft van de waarde en de helft van de grondlasten, met reserve van het recht van uitgifte der zijkanten, met 11 tegen 2 stem men verworpen. Vóór stemden de heer Hector en de voorzitter. Daarna niets meer te behandelen zijnde, is de zitting gesloten. Gemeenteraad van Goe*. Zittiagvan WoensdagG Mei.Ingekomen stukken; benoeming stembureaubezwaarschriften lokaal gemeenteschoolon betaalde erfpacht; verzoek M. Meyier; adres kamer van koophandel Zierikzee; rekening vereeniging van werk lieden concept-verordening veemarktenwijzigingen brandreglement. Afwezig de heeren Saaymans Vader en Pilaar, beiden buiten de gemeente. Na resumtie der notulen worden als ingekomen stuk ken medegedeeld a. Drie brieven van gedeputeerde staten 1. toezendende de goedgekeurde begrooting van kosten der dienstdoende schutterij voor 1868; 2. berichtende de goedkeuring van het besluit van dezen raad, tot het doen van af- en overschrij vingen op de posten der begrooting over 1867; 3. berichtende de goedkeuring van het raadsbesluit tot uitgifte van grond in erfpacht aan J. Koens Hz. b. het besluit van gedeputeerde staten, volgens hetwelk de rekening over 1867 zal behooren te worden ingezonden vóór den 31 Augustus e. k. c. het jaarverslag der plaatselijke schoolcommissie over 1867, en d. eenige Staatsbladen. Tot leden van het stembureau ter verkiezing van leden der provinciale staten wordenachtereenvolgens benoemd tot eerste lid de heer Saaymans Vader, tot tweede lid de heer van Voorst Vader, en tot plaatsvervangers de heeren Verhagen, de Knokke van der Meulen en van den Bosch, bij al welke benoemingen de heeren Nortier en van den Bosch als stemopnemers hebben gefungeerd. Aan de orde worden gesteld de ingekomen bezwaar schriften tegen het lokaal der openbare gemeenteschool van de le klasse, welke bij de.raadsleden hebben gecircu leerd en waaromtrent de voorzitter, namens burgemeester en wethouders, voorstelt het beginsel aan te nemen dat in de bekrompenheid van dat schoolgebouw zal voorzien worden. De heer Verhagen verklaart zich voor dat voorstel, daar hij zich in persoon overtuigd heeft van de noodza kelijkheid tot verbetering van dat schoollokaal. De heer van den Bosch vereenigt zich ook met het voorstel, behoudens nadere regeling van de wijze hoe en de middelen tot vinding der kosten. De lieer de Laat de Kanter heeft niets tegen de afschei ding van het beginsel en het plan van uitvoering, maar acht het noodzakelijk nu reeds het laatste punt te bespre ken, en vraagt hoe burgemeester en wethouders daarover denken De voorzitter antwoordt daarop dat het dagelij kseh bestuur deswege nog geen bepaalde opinie heeft. De heer de Laat de Kanter wenscht alleen te bepalen wanneer burgemeester en wethouders daaromtrent een voorstel zullen doen. De heer Fransen van de Putte acht het noodzakelijk, dat allereerst het beginsel worde uitgemaakt, alvorens tot het beramen van een plan kan worden overgegaan, waarop de voorzitter verzoekt dat de vergadering beslisse of er voorziening in het bestaand gebrek zal plaats hebben. Dit algemeen toestemmend beantwoord zijnde, zegt de voorzitter dat er nu te onderzoeken valt, hoedanig de noodige verbetering aan te brengen is. De heer Verhagen wenscht dit over te laten aan burgemeester en wethouders binnen den kortst moge lijken tijd. De heer Fransen van de Putte geeft in bedenking het dagelij ksch bestuur uit te noodigen, binnen vier weken plannen van verbetering of vernieuwing met berekening van kosten aan den raad over te leggen, waartoe zonder hoofdelijke stemming wordt besloten. De voorzitter geeft kennis, dat alsnog onbetaald is een aan deze gemeente verschuldigde erfpacht, en ver zoekt machtiging om dien post door middelen rechtens in te vorderen, waartoe wordt besloten. Het verzoek van M. Meyier, om vier vierkante ellen gemeentegrond gelegen voor zijne smederij in gebruik te erlangen voor onhepaalden tijd en tot wederopzegging, en tegen zoodanigen prijs als deze vergadering zal billijk oordeelen, tot plaatsing eener Iraoaillewordt op voorstel van burgemeester en wethouders ingewilligd tegen beta ling eener jaarlijksche retributie van f 1, ingegaan den 1 Januari 1868. Wordt gelezen een brief van de kamer van koophandel en fabrieken te Zierikzee, houdende verzoek om adhaesie te verleenen aan een adres aan de provinciale staten van Zeeland, strekkende tot het bekomen van eene verbinding van die gemeente aan de te openen spoorweglijn van Goes op Bergen op Zoom, door middel van een stoorn- bootdienst van Zierikzee op het Goessche sas, in verband met een omnibusdienst van daar op het spoor, in het belang van de eilanden Schouwen en Duiveland. De voorzitter zegt dat burgemeester en wethouders zeer ingenomen zijn met dat denkbeeld en gaarne het voorstel doen om de verlangde adhaesie te verleenen, waartoe na eenige discussie wordt besloten. De rekening van de Vereeniging van werklieden over 1867 ingekomen zijnde, wordt gesteld in handen der vaste commissie voor het financiewezen. De heer Verhagen vraagt inlichting in hoeverre het mogelijk en wenschelijk zoude zijn die vereenigiug als zelfstandig lichaam te laten bestaan? De voorzitter geeft de toezegging, in eene volgende vergadering de noodige inlichting te zullen geven. De voorzitter geeft kennis dat de in de vorige verga dering benoemde leden voor de vaste commissie tot regeling der veemarkten alhier hunne benoeming aange nomen hebben en die commissie is geconstitueerd en dat zij aan burgemeester en wethouders ingezonden heeft eene concept-verordening regelende het houden van die openbare veemarkten. Hij stelt voor, dit ontwerp testellen in handen van de vaste commissie voor de strafveror deningen tot onderzoek, rapport en voorstel, waartoe wordt besloten. In behandeling wordt gebracht het ontwerp van arn- pliatiën en wijzigingen iu het brandreglement. De lieer Fransen van de Putte maakt bezwaar tegen de voorgestelde vrijstellingen, die zijns inziens te uitge breid of niet algemeen genoeg zijn. Hij zou die wen- schen te beperken tot zoodanige autoriteiten en beamb- teu, welke in geval van brand in functie moeten wezen, en mitsdien geen vrijstelling verleenen o. aan den gemeente-ontvanger b. aan den substituut-officier van justitie c. aan de leeraars der godsdienstige gezindheden, en d. aan de leeraars der hoogere burgerschool en burger avondschool en de onderwijzers der jeugd. De heer Verhagen vereenigt zich met dat denkbeeld. De heer de Laat de Kanter verklaart zich daarmede niet te kunnen vereenigen, maar stelt voor, uithoofde van het vergevorderd uur de discussiën aan te houden tot eene volgende vergadering, waartoe wordt besloten- Daarna is de vergadering gesloten. SNERP JE RSDRUKKERIJ VAN DG GEBROEDERS ABRAHAMS.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1868 | | pagina 2