Laatste berichten,
Brieven uit België.
Menabrea, na de medegedeelde redevoering van den
Resident-minister een votum van vertrouwen ten deel
Üevallen. De kamer heeft, waarschijnlijk met eenigszins
k bevroeden zeer scherpzinnige politieke bedoelingen,
k volgende motie aangenomen:
„De senaat, acte nemende der door den voorzitter van
4eu ministerraad afgelegde verklaringen, en verzekerd
^t het ministerie de waardigheid en de rechten der
Hatie zal handhaven, gaat over tot de orde van den dag."
De verklaring der Fransche regeering, bij monde van
den heer liouher, in het wetgevend lichaam heeft in
frankrijk een ontzaglijken indruk gemaakt. Het Napo
leontisch keizerrijk zal dus „voor altijd de wereldlijke
kacht van den paus handhaven." De clericale dagblad-
Pers is buiten zich zei ven van vreugde en beweert dat
deze verklaring Frankrijk heugen zal. Wij twijfelen
hieraan niet, doch vatten dit gezegde dan in anderen zin
l&p als de clericalen. Terecht toch wordt door de liberale
°rganen betoogd dat de verklaring van 5 December den
Matsten band heeft verbroken, welke Italië nog aan
Napoleon III hechtte. Reeds dadelijk toen de verklaring
Van den heer Kouher naar Florence was overgeseind, is
Hoor eenige leden der linkerzijde in de kamer van afge
vaardigden een interpellatie daaromtrent tot de regeering
lêericht. De minister Menabrea verklaarde echter eerst
Itadere inlichtingen van den Italiaanscheu vertegen
woordiger te Parijs te willen afwachten en heden (Maan
dag) op de gedane interpellatie te zullen antwoorden.
Het votum van vertrouwen in den senaat maakt het
'hans voor den heer Menabrea een dubbelen plicht om
Oene krachtige houding aan te nemen.
Volgens het Fransch dagblad la Patrie zal dezer dagen
®ene samenkomst plaats hebben tusschen prins Napoleon
On zijn schoonvader koning Victor Emmanuel. Eerstge
noemde zal zich daartoe naar Monza begeven, ongeveer
drie uren ten Noord-oosten van Milaan gelegen.
Volgens het officieus Fransch regeerings-dagblad
''Eteudard zou Garibaldi, gebruik makende van de ver
kende amnestie, Caprera weder verlaten hebben. Van
nlders wordt dit gerucht echter nog niet bevestigd.
Uit Berlijn wordt thans officieel de optreding van den
heer Leonhardt als opvolger van den heer van Lippe
gemeld. De nieuwe minister van justitie, vroeger reeds
'w Hannoverals zoodanig werkzaam geweest, was laatste
lijk president van het hof van appèl te Berlijn.
Het voorstel om den president der Vereenigde Staten
staat van beschuldiging te stellen is met 108 tegen
54 stemmen in het congres verworpen. Daaruit blijkt
Hat het aantal aanhangers der partij van den heer Johnson
'a de nationale vertegenwoordiging veel grooter is dan
Sommige dagbladen wel willen doen voorkomen.
Parijs. Volgens den Moniteur heeft de Italiaansche
president-minister op de interpellatie van den heer
Torrearsa in den senaat welke de aanneming der in
het overzicht vermelde motie ten gevolge had geant
woord dat het noodzakelijk is om voorzichtig en gematigd
'e wezen in het zoeken naar middelen tot oplossing
Wan het Komeinsch vraagstuk. Daar de gevoelens der
fogeering aan de kamer genoegzaam bekend zijn, ver
acht de minister, ter voorkoming van alle raoeielijkhe-
Hen, elk ontijdig debat te vermijden.
Dublin. Eene volksvergadering is hier ten gunste
Her Fenians gehouden. Zestien duizend personen namen
Haaraan deel, doch zij is rustig afgeloopen.
Brussel, 7 December.
„De wereldlijke macht zal u allen overleven", riep
Hezer dagen in het Fransch wetgevend lichaam de afge
vaardigde en gewezen mouchardde heer Graniet" de
Cas8agnac, den heer Paul de Bethmont toe, een der 17,
H'e bij de interpellatie van den beer Jules Favre over
He Komeinsche quaestie tegen de regeering gestemd
hebben. Deze brutale uitval, die bedreiging met de
Pistool op de borst is geen ijdel gezwets, geen dwaze
grootspraak; de geschiedenis zal die ellendige beschim
ping eenmaal als een profetisch woord aanhalen, maar
er tevens bijvoegen, dat deze treurige voorspelling in de
19e eeuw niet zou kunnen vervuld worden dan door de
medeplichtigheid en de laakbare zwakheid van hen, die
niet alleen de getrouwe beproefde en onvermoeide tegen
standers der ontvvettige inmenging van de roomsch-
catholieke kerk in de wereldlijke zaken zijn, maar er
aich op beroemen dat zij dit zijn. Helaas! het is niet
alleen in Frankrijk dat wij een Voltairiaan als Thiers
Joo een lans zien breken voor een theocratisch stelsel;
het is niet alleen in Fraukrijk dat het ultramontanisme
het land met godsdienstige bijeenkomsten overdekt; dat
He geestelijkheid tot de civiele macht bevelen richten
een openlijken oorlog durft verklaren aan hen, die gelijk
He heer Duruy, minister van het openbaar onderwijs, die,
h°ewel niet zonder schroom, het monopolie betrekkelijk
het onderwijs, dat de clericalen zich toeëigenen, trachten
tegen te werken, zelfs in België, onder een liberaal
Ministerie, omringd,ondersteund en bijgestaan door eene
Getrouwe en genegene meerderheid, durft men de cleri-
{Mlen niet het hoofd bieden. Het gezag der wet moet
pokkeu voor de aanmatiging der clericalenzelfs de
belangrijkste artikels van de grondwet worden verdraaid
en geschonden voor hen en de hunnen. Indien ik nog
een bewijs behoefde te leveren voor mijne bewering, dan
zouden de debatten, die heden in de kamer van afge
vaardigden gevoerd zijn, voldoende zijn om aan te toonen,
dat onze liberale ministers werkelijk een steun zijn van
het clericalisme.
Sedert eenige dagen behandelt men in de kamer het
wetsontwerp op de rechterlijke reorganisatie. Men was
aan het artikel: „Samenstelling van het hof van assises"
gekomen. De heer Dupont had als amendement voorge
steld om den census die tegenwoordig vereischt wordt
om lid van de jury te worden, te verlagen. De heer Defré
stelde op zijn beurt voor, om van de lijst der gezworenen
de gemeente-secretarissen weg te laten, omdat hunne
tegenwoordigheid voor de gemeente onmisbaar is. De
minister van justitie bestreed beide amendementen, het
eerste omdat hij bevreesd is dat onbekwame mannen tot
belangrijke werkzaamheden zouden geroepen worden,
het andere omdat hij niet gelooft, dat men voor de vrij
stelling der gemeente secretarissen zulke overtuigende
gronden kan aanvoeren als ten gunste der apothekers en
geestelijken, wier bijstand op elk uur van den dag en
den nacht kan worden ingeroepen. Nauwelijks had de
minister deze woorden gesproken of het enfant terrible
van de rechterzijde, de onvermoeide strijder, de heer
Coomans, afgevaardigde uit de Kempen, staat op en ver
klaart terwijl hij het amendement van den heer Dupont
ondersteunt, dat de reden waarom de geestelijke is vrijge
steld in de kanonieke wet gelegen is, die zelve op de godde
lijke wet: Abhorret a sanguine gegrond is. Wij kennen slechts
de civiele wet, riep de heer Bara met drift uit, maar de
heer Coomans is niet iemand om zoo spoedig een tegen
stander loste laten, die hem zoekt te ontsnappen. Gij
moet deze wet erkennen, zeide hij, op straffe van de
vrijheid van godsdienst te schenden. Hier werd den
ministers het argument tegengeworpen, waarvan de
heer Thiers zich in hut Fransch wetgevend lichaam
bediend had, om te bewijzen dat op Frankrijk de plicht
rustte om de wereldlijke macht tegen elk gevaar te
beschermen.
Op deze woorden van den heer Coomans, die te
dieper troffen omdat Coomans in zijn recht was, in dien
zin dat de regeering de wet op de jury tegenover de
geestelijken evenmin zou durven toepassen als die be
trekkelijk de garde civique, stond de heer Bara in
zijne geheele lengte op en trachtte de rechterzijde te
verpletteren met de encycliek quanta cura en met den
syllabus. Nu wordt er een debat geopend waarin zich
achtereenvolgensFrère Orban, Vilain XIIII en deTheux
mengen. Men twist over de vraag in hoeverre de syllabus
met de grondwet bestaanbaar is', maar deze schermutse
ling heeft niet belet dat de heer Bara, met betrekking
tot de eigenlijke quaestie van het debat, door het argu
ment ad hominem, dat hem ten laatste nog de heer Coomans
ontrukt heeft, zich geheel heeft mat gezet. Terwijl de
heer de Theux zich slechts bepaalde om den minister
van justitie te zeggen, dat, zoo de wet een catholiek wilde
noodzaken om tegen zijn geweten te handelen, hij er
zich niet toe zou leenen, maar liever de straf ondergaan,
heeft de heer Coomans niet geschroomd om van de in
schikkelijkheid door de regeering zelve aan den dag
gelegd een wapen tegen haar te smeden:
„De groote woorden van den heer Bara, zeide hij, geven
mij het recht om ze op mijn beurt ook te gebruiken, maar
groote woorden bewijzen niets.Ikheb geeneongehoorzaam
heid tegen de wet gepredikt. Tegen deze beschuldiging
protesteer ik. Dit heb ik gezegd: de priesters die tot een
door den staat erkenden godsdienst behooren, zijn ontsla
gen van den plicht om gezworenen te zijn,omdat zp niet
gerechtigd zijn om in crimineele rechtbanken zitting te
nemen. Kan de heer Bara in ernst staande houden dat
capucijneu en jesuiten in de uitoefening van hun beroep
zoo onmisbaar zijn dat men hen niet, zonder schade voor
de maatschappij, zou kunnen noodzaken om gezworenen
te zijn? Dat zou al te kras wezen."
De heer Bara is nog altijd de wederlegging dezer
repliek schuldig en hij zal ze wel altijd schuldig blijven.
Dat zal hem echter niet beletten om aanstaanden Dinsdag,
bij gelegenheid van de begrafenis van den kardinaal
aartsbisschop-primaat van België te Mechelen, toe te laten
dat de wet andermaal geschonden wordt. Deze zal, in
strijd met het decreet van Prairial jaar XII, in den graf
kelder van de bisschoppelijke kerk van St. Rombant be
graven worden evenals de laatstgestorven bisschoppen
van Gent en Namen.
Wat blijft er nu nog over van de gelijkheid voor de
wet, wanneer men daartegenover zulke strafwaardige
uitzonderingen ziet toestaan?
Moet men zich nu nog verwonderen over de altijd
grooter wordende macht, invloed en stoutmoedigheid
van de clericalen, wanneer hunne tegenstan(jers den
moed missen om de wet te doen eerbiedigen, zoodra de
geestelijkheid, in welk opzicht ook, er in betrokken is.
Hoe is het daarentegen bij den onderwijzer van de
lagere school die niet tot de geestelijkheid behoort? Laat
deze eens weigeren om zijne leerlingen naar de mis te
geleidenindien hij de verbintenis daartoe zonder
machtiging van den burgemeester die zich er tegen ver
zet, wat te lichtvaardig heeft op zich genomen. De heer
Vandenpeereboom is dan dadelijk gereed om hem een
berisping toe te dienen, een berisping die hij zelfs tegen
den zin van de liberale meerderheid volhoudt.
Heb ik nu geen gelijk wanneer ik beweer dat, indien
zulke praktijken een weinig algemeen worden, de heer
Granier de Cassagnac nog een profeet zal worden.
En niet alleen zal de wereldlijke macht ons allen over
leven, maar tegelijkertijd zal zij ook alle groote moderne
overwinningen, die van de XVIe eeuw stroomen bloed
hebben doen vlieten, in moordkuilen en catacomben
begraven.
Ja, de volkeren zijn tegenwoordig maar al te zeer in
hun recht wanneer zij zeggendat God mij voor mijne
vrienden beware, wat mijne vijanden betreft, daarvoor
zal ik mij zelf wel in acht nemen!
Gisteren avond is te Vlissingen met zeeschade in
de haven gekomen de Nederlandsche schooner Alida,
gezagv. J. Daliinga, komende van Zante en bestemd naar
Amsterdam, geladen met krenten.
UitBath wordt van jl. Vrijdag aan de Nieuwe Rotter-
damsche courant geschroven De Engelsche stoombooten
Harwich, komende van Antwerpen, bestemd naar Harwich,
en Sultane, stoomende van Bristol naar Antwerpen, heb
ben elkander dezen middag circa half vier uur, in het
zoogenaamde nauw van Bath, bij de witte ton zoo ge
ducht aangevaren, dat laatstgenoemde boot schier on
middellijk te midden van het vaarwater is gezonken. De
passagiers, 20 in getal, zijn, even als de equipage, uit
genomen de stuurman, die juist in zijne hut was en
verdronken is, door de Harwich opgenomen en te Bath
aan land gezet. Op stroom drijven vele en onder
scheidene goederen, van de Sultane afkomstig; van de
6 paarden die er aan boord waren, is er slechts een aan
land gezwommen. De Harwich, die oogenschijnlijk niets
geleden heeft, is naar Antwerpen teruggekeerd. De
contrdleur van 's rijks belastingen te Bath was met de
klaringsloep spoedig op de plaats des onheils tegen
woordig, ten einde zoo veel mogelijk hulp te bieden en
heeft de beste orde gesteld op het bewaken en opbrengen
der opgevischte of aangespoelde goederen. Op het
oogenblik dat de geredde schipbreukelingen der Sultane
aan land werden gezet, werd het lijk van schipper J. B.
Ceulemans, die 11. Zondag bij het zinken van zijn vaar
tuig door den heerschenden storm verdronk en even te
voren was opgevischt, het fort binnen gebracht; naar
het lijk van zij ne dochter wordt nog onophoudelij k gezocht.
De schippers, die de Wester Schelde van Bath tot
Yiukenisse bevaren, worden in hun belang opmerkzaam
gemaakt op de gezonken stoomboot, waarvan de top der
mast, bij laag water, slechts een paar voet is te zien en
waarop of waarbij door de zorg van den heer de Groof te
Bath voorloopig des nachts een brandende lantaarn ge
hangen is en des daags eene roode vlag wappert.
MeckrajpprjJz.cn.
Rotterdam 9 December. Door te hooge prijzen
weinig handel.
&<raaiiinarik<.eu enz.
Rotterdam 9 December. Tarwe, rogge, boekweit
en erwten 25 cent hooger.
Axel 7 December. Tarwe 14.— a f 14.70; rogge
f 10.25 A f 10.75; wintergerst 7.45 a 7.95; zomergerst
Pa 7.45; haver f 4.50 a 4.85; paardenboonen
/8.40 a/8.85; bruineboonen f 12.35 a/13.05; groene
erwten /8.95 a /9.55; gele duo /'8.40 a ƒ9.05; grauwe
dito f 9.35 a f 10.25; boekweit 7.65 a 8.05.
Rrijzen vau eltecten.
Bij het afdrukken van dit nommer was het beursbe
richt van heden nog niet ontvangen; wij herhalen daarom
de noteering van jl. Zaterdag.
Amsterdam 7 December 1867.
Nederland. Certific. Werkelijke schuld 2ipct. 53^
dito dito dito 3
dito dito dito 4 83fi
Aand. Handelmaatschappij 4J
België. Certificaten bij Rothsehild 2* 54,'
Rusland. Obligatiën 1798/1816 5 931
Certific. Hope Co4
Oblig. dito 1855, 6e serie 5 711
dito dito Leening 1860 4-1 77^
dito 1000 1864 5 84£
Certificaten6
Aand. spoorweg1851
Oblig. 1000 1866 5 831
Loten 1866 5 1841
Polen. Schatkistobligatiën 4
Oostenrijk. Obligatiën metalliek5 46
dito 1847/1852 2|
Oostenrijk, dito rente Amsterdam 5 pet. 661
dito 1864 5 "6b
dito fr. 500 1865 62
dito nationale5 51J
Bankactiën8 e
Italië. Leening 18616 41$
Spanje. Obligatiën3 thans 2-1 34f'j
Amortisable schuld
Portugal. Oblig. 1856—1862 3 39TV
Griekenl. dito (blauwe)5
Turkije. dito (binnenl.)5 311
Amerika. dito Vereenigde Staten (1882) 6
dito Illinois7
dito St. Paul Pac.Spw. 2e sec. 7 50.J.
dito Atl.Gr.W.Spw.Ohio sec. (p) 7 39
dito dito geconsolideerde 7 lö-jj
dito dito debenturcs 8 22
Brazilië. dito 1852/63 H 64
dito 1865 5 73i
Mexico. dito3 13A
Grenada. dito afgestempeld/?
Venezuela, dito