W. Huissoon, visscher, wonende te Arnemuiden
beklaagd dat bij in den laten avond van den 7 September jl.
op de straat aldaar den veldwachter M. Glernm,t°en deze
hem aanmaande zich te verwijderen en zeide dat hij
proces-verbaal zon opmaken wegens het maken van nach-
telyk burengerucht, een aantal beleedigende scheld
woorden en verwenschingen heeft toegevoegd ig) niet
tegenstaande zijneverzekering dat hij destijds zoo dronken
was dat hij niet weet wat hij gedaan heeft, schuldig ver
klaard aan beleediging met woorden van een bedienend
beambte in de waarneming zijner bediening, en veroor
deeld tot eene geldboete van f 8, benevens in de kosten.
J. Vader, oud 15, J. Schroevers, oud 13, M. van
Belzen, oud 12, en J. Marijs, oud 11 jaren, allen wonende
te Arnemniden beklaagd dat zij den 29 Augnstns 11.
te zamen en in gemeen overleg in een rondom afgeslo
ten boomgaard in den Oud-Sint-Joospolder in de ge
meente Nieuw- en Sint-Joosland eenige appelen hebben
ontvreemd ten nadeele van den landbouwer P. Rein-
houdt, terwijl de laatste daarbij op den uitkijk zou heb
ben gestaan zijn (met uitzondering van den laatste
beklaagde, wiens schuld niet-bewezen is verklaard en
die alzoo bij verstek is vrijgesproken) schuldig verklaard
aan diefstal door middel van inklimming op eene niet
bewoonde plaats, gepleegd met oordeel des onderscheids,
en veroordeeld: de le (die vroeger reeds vijf malen is
veroordeeld) tot eene maand, de 2e en 3e ieder tot zes
dagen gevangenisstraf, alsmede solidair in de kosten.
J. C. Deïst, oud 10 jaren, J. van Booma, oud lOjaren,
touwpluizer, en J. 0. van Hoepe, allen alhier wonende
beklaagd dat zij den 26 September 11. te zamen en in
gemeen overleg in de rondom afgesloten vruchtboomen-
kweekerij van C. van de Putte alhier, na zich door een
haag op het bolwerk toegang te hebben verschaft, eene
hoeveelheid appeien arglistig weggenomen en zich toe
geëigend hebben zijn schuldig verklaard aan diefstal
door middel van inklimming in de aanhoorigheid van
een bewoond huis, gepleegd met oordeel des onderscheids,
en veroordeeld tot gevangenisstraf; de le van acht dagen,
de 2e van drie dagen, en de 3e van éen dag, benevens
solidair in de kosten.
Gemengde berichten.
De stoel, door Joost van den Vondel in de bank
van leening te Amsterdam gebruikt en daar onlangs
teruggevonden, is thans met toestemming van burge
meester en wethouders door commissarissen der bank van
leening in bruikleen afgestaan aan het bestuur van het
koninklijk oudheidkundig genootschap te Amsterdam.
In den Purmerender courant levert de heer Amers-
foordt, burgemeester van Haarlemmermeer, op nieuw
een uitvoerig artikel, waarin nader door hem aangetoond
wordt, dat de Nederlandsche jongelieden, die als zouaven
dienst nemen bij het pauselijk leger, zich ten onrechte
verbeeldon, voor hnn geloof te strijden. Zij strijden
slechts, zegt de heer A., voor de wereldlijke macht van
een kleinen Italiaanschen souverein, die zijne staten
kwalijk bestuurt, en aan zijne onderdanen de vrijheden
onthoudt, welke door alle Nederlanders op den hoogsten
prijs gesteld worden. Men bedriegt zich voorts, indien
men meent, dat de naar Rome trekkende jongelieden,
die daardoor hunne rechten als Nederlanders verbeuren,
zich dat verlies niet al te zeer behoeven aan te trekken,
of dat men, bij hunne terugkomst, de wet tegen hen niet
zal durven uitvoeren. De heer A. verzekert, dat hem in
Nederland vele overheidspersonen bekend zijn, die de
wet durven uitvoeren tegen wien het ook zij, en het ver
wondert hem, zegt hij, dat niemand tot hiertoe eene
goede verklaring heeft weten te geven van het feit, dat
onze jongelieden zonder 's konings verlof dienst gaan
nemen in het leger van den paus, en alzoo door hen
moedwillig de wet geschonden wordt. Ten slotte deelt
de heer A. de bijzonderheid mede, dat uit de gemeente
Haarlemmermeer, tegen den verklaarden wil zijner ouders
en grootouders en zonder verlof van zijn koning, maar
met goedvinden van den pastoor, zekere Willem Roose
naar Rome vertrokken is, wiens betrekkingen, ten ge
volge van zijn heengaan, gebrek lijden aan het noodige
en, aangezien het roomsch-catholiek armbestuur te Haar
lemmermeer zich buiten staat verklaard heeft om in de
behoeften dier personen te voorzien,onderstand bekomen
uit de gemeente- of staatskas. „Als het dus den vrienden
der zouaven ernst is, hen bij te staan in nood (zegt de
heer A.), dan verzoek ik voor de betrekkingen van
Willem Roose hunne gaven te mogen ontvangen, opdat
ik hen niet langer behoeve te bedeelen uit de kas van
een burgerlijk armbestuur."
Te Zwolle heeft Woensdag 11. in het voornaamste
h&teleen hevigtooneel plaats gehad.Een aldaar gelogeerd
heer had reeds gedurende den nacht veel opschudding ver
wekt en in den vroegen morgen deed hij allen voor zijn
uitgetrokken dolkmes vluchten. De bijstand der politie
werd ingeroepen, maar vóórdat hij in bedwangkon worden
gebracht, had hij een der politie-agenten met zijn scherp
wapen een der vingers bijna geheel afgesneden en hem
door de kleedoren een steek in den onderbuik toege
bracht, die gelukkig niet tot in het vleesch doordrong.
De blijkbaar krankzinnige wordt in het logement door
de politie bewaakt, totdat men berichten omtrent zijne
woonplaats, waartoe naar Amsterdam en Utrecht getele-
grapheerd is, heeft ingewonnen.
Uit Rozendaal wordt van 20 November gemeld: Bij
het aankomen van den trein te 11 uren van Breda, juist
bij het binnenkomen van het station alhier, zijn, waar
schijnlijk door eenig gebrek aan het wisselspoor, de
meeste wagens van dien trein op een verkeerd spoor
geloopen en tengevolge daarvan gedérailleerd, zonder dat
daarbij eenige ongelukken zijn voorgevallen.
Volgens een der Engelsche dagbladen heeft zich op
eene boerderij in Berwickshire (Schotland) de runderpest
weder geopenbaard. Het vee was eene week geleden in
Engeland gekocht.
Jaarlijks is de dag der opening van de kamers in
Frankrijk een buitengewoon drukke dag voor de tele-
graphie. Daags te voren worden de lijnen en toestellen
onderzocht. Het gansche personeel is aanwezig. Twee
honderd beambten staan op hunne posten en wachten op
het sein. Zoodra het gegeven is, worden hun exemplaren
der troonrede uitgedeeld en begint de arbeid. Ieder spant
zich in om wonderen te verrichten. Men kan van de
activiteit zich een denkbeeld vormen door de volgende
cijfers. De troonrede bevat 1300 woorden. Zij werd naar
Londen overgeseind in 13 minuten langs 4 draden (toe
stel Morse); naar Berlijn langs een draad (toestel Hughes)
in 1 uur 10 minuten; naar Florence langs een draad
(Hughes) in 1 u. 25 m.; naar Marseille, 2 draden (Hughes)
in 29 m.; naar Lyon, 2 draden (Hughes) in 20 m.; naar
Limoges, 2 draden (Hughes) in 18 m.; naar Rijsel
2 draden (Hughes en Morse) in 25 m.; naarDyon, 2 dra
den (Hughes en Morse) in 17 minuten. Zoo kon Maandag
avond niet alleen in Frankrijk, maar ook in geheel Europa
en zelfs in Amerika de keizerlijke rede worden gelezen.
Wie zou een vijftiental jaren geleden zoodanige uit
komsten hebben kunnen voorzien?
De Wiener Zeitung bevat het telegrafisch bericht
van den admiraal Tegethoff dat hij op 12 November van
Mexico was vertrokken met het lijk van keizer Maxi-
miliaan.
Volgens berichten uit Londen was het garnizoen te
Manchester, met het oog op de tegen heden bepaalde
executie der drie Fenians, zoodanig versterkt dat het
executie plein heden door tienduizend man troepen kon
worden afgezet, voorzien van de noodige stukken geschut,
welke met mitraille zouden worden geladen.
De bijdragen voor het pauselijk leger, door de Tijd
ingezameld, zijn geklommen tot een totaal van ƒ70,474.45.
De Italiaanscho dagbladen deelen uitvoerige opga
ven mede van de Garibaldiaanscbe vrijwilligers, die bij
de jongste gevechten gedood of gewond zijn. Daaronder
bevinden er zich drie, die, bij het eerste gevecht bij
Monte Rotondo gewond, naar het stationsgebouw werden
gebracht en in den loop van het gevecht in de macht der
pauselijke zouaven vielen; aan een hunner werden nog
32, aan de beide anderen 18 bajonetsteken toegebracht.
Deze drie ongclukkigen werden na de overwinning der
Garibaldianen nog in leven gevonden; de andere ge
wonden, die in dat gebouw eene toevlucht gezocht had
den, waren allen om het leven gebracht.
De Deensche dichter H. C. Andersen is door zijne
geboortestad Odensoe tot haar eereburger benoemd.
De consul van Caïro heeft per telegraaf, op gezag
van stellige berichten, gemeld dat Livingstone zich voor
zeven maanden te Marunga bevond. Hij is verder naar
het westen gereisd en het meer Tangawijika gepasseerd.
De consul had maatregelen genomen tot het inwinnen
van nadere berichten.
Gisteren is te Londen eene depêche ontvangen van
den gouverneur van Tortola, van 31 October jl., waarin
bijzonderheden worden medegedeeld omtrent de ver
schrikkelijke uitwerking van den orkaan die aldaar ge-
heerscht heeft. Alle publieke gebouwen zijn verwoest.
Hel aantal daarbij omgekomen personen is onbekend.
Volgens eene depêche uit St. Thomas, door de
Engelsche admiraliteit publiek gemaakt, zijn bij den
onlangs aldaar gewoed hebbenden orkaan vijf honderd
personen omgekomen.
Een zestal personen teHarlingen, kocht voor eenige
dagen het in openbare veiling verkochte wrak van een
tjalkschip, onlangs met koopmansgoederen op de Ballast-
plaat gestrand. Men koesterde zoo weinig hoop op het
afbrengen van het wrak, dat er door bedoelde zes per
sonen niet meer dan ƒ65 geboden en het daarvoor ook
gegund werd. Nadat de participanten eerst 10 lastkoffie-
boonen en 90 zoetemelkscbe kaasjes hadden gered, is
het schip zelf in zeer goeden toestand te Harlingen
binnengebracht.
Te Parijs zijn in de laatste dagen verschillende
personen gearresteerd, die de aldaar op verscheidene
plaatsen aangeplakte keizerlijke troonrede hadden afge
scheurd; zij zijn ter beschikking gesteld van den procu
reur des keizers.
Uit Pouilly-sur-Loire (Nièvre) wordt aan den Cour-
rier franqais geschreven dat de bevolking aldaar dezer
dagen een aantal arrestatiën heeft zien doen van pet"
sonen, die Huoriepen. Do gendarmes zagen daarin
zekerlijk een oproerkreet, doch de procureur des keizer8
heeft al deze lieden onmiddellijk in vrijheid doen stellen-
De heer Mangin, redacteur van de Phare de 'a
Loire, broeder van den onlangs overleden journalist, i8
door de rechtbank te Nantes veroordeeld tot eene boete
van vijftien honderd franken en in de kosten der proce
dure wegens een in dat dagblad opgenomen artikel,
getiteld: Ni liberté, ni prosperité.
Het Journal de Paris bevat den volgenden brief:
Parijs 20 November.
Mijnheer de redacteur, heden morgen te zes uren beo
ik gewekt geworden door een commissaris van polïti©
en drie agenten. Deze heeren vroegen mij of ik wapenen
en kruit in huis had, wierpen mijne familie-papieren door
elkander, scheurden verschillende bladzijden uit het
boekje, waarin ik mijne visites opteeken en verwijderden
zich daarop weder zonder mij eenige inlichting te geven.
Ik heb gemeend, mijnheer de redacteur, deze zonderling8
handelwijze ter uwer kennis te moeten brengen. Ont
vang enz. DR. PAUL CHAULET.
Thcrinometerstand.
22 Nov. 'sav. 11 u. 48 gr.
23 'smorg.7u.44 'smidd. 1 u.48gr.
Staten-generaal
TWEEDE KAMER.
Zitting van Vrijdag 22 November. Ingekomen stuk 5
benoeming president commissie verzoekschriften; be
raadslaging en aanneming hoofdstuk IIaanvang dis
cussie conclusie Luxemburgscli tractaat.
Van den minister van koloniën is ontvangen eene nota
van inlichtingen op het verslag der commissie omtrent
deovergelegdeovereenkomsten metinlandscbe vorsten.--
In handen .eener commissie, bestaande uit de heeren
Heemskerk, van Eek, Blom, Godefroi en van der Hucbt-
Tot voorzitter der commissie voor de verzoekschriften
is benoemd de heer Insinger.
Bij de beraadslagingen over hoofdstuk II (hooge col-
legiën van staat) wordt door den heer Dam, bij de
behandeling van het artikel betreffende de ambtenaren
van den raad van state, als amendement voorgesteld op
dit artikel eene som van f 200 te schrappen, voorge
dragen ter verbooging van het traktement van den
adjunct-commies bij dat collegie. De strekking van dit
amendement was om op alle mogelijke wijze bezuiniging
aan te brengen.
Dit amendement werd bestreden door den minister van
financiën, die van oordeel was dat het stelsel van be
zuiniging, hoe goed overigens ook, niet moest word8"
toegepast op de verhooging van het traktement van een
ambtenaar, die gedurende 16 jaren het land met ijver en
trouw heeft gediend.
Na re- en dupliek werd het amendement aangenomen
met 36 tegen 32 stemmen.
Met algemeene stemmen werd vervolgens aangenomen
een amendement van den heer van Kerkwijk, tot weg
lating eener som van ƒ2,125, aangevraagd ter bezoldiging
van nieuwe ambtenaren, bij de rekenkamer aan te stellen-
Dit amendement werd niet door den minister van
financiën bestreden, ofschoon deze te kennen gaf dat die
som op de begrooting was gebracht om den schijn te
vermijden alsof de regeering de financieele controle det
rekenkamer zou willen bemoeielijken.
Bij deafdeeling kan s el ar ij der bei de orden besprak
de heer van Eek het begrip dat door velen gehecht werd
aan de Luxemburgsche orde van de Eikenkroon. Hl)
wilde dat duidelijk blijke dat de Nederlandsche regeering
hiermede volstrekt niets te maken had en tevens dat-
krachtens de grondwet, door den koning verlof moet
worden verleend aan Nederlanders tot het dragen det
orde van de Eikenkroon.
De beer van Zinnicq Bergman verlangde dat de beslu''
ten, waarbij ridderorden worden verleend, met redenen
wierden omkleed. Hij kon het ook niet goedkeuren dat
ridderorden verleend werden aan oprichters van stand'
beelden.
De ministers van binnenlandsche zaken en van finan
ciën gaven te kennen dat inderdaad de orde van de
Eikenkroon ook door de regeering beschouwd werd al8
eene buitenlandsche orde, maar dat het feit alleen da
die orde verleend werd door denzelfden vorst, die toe
stemming moet geven tot het dragen van vreemde ridder
orden, in zich sluit dat het verlof tot het aannemen der
Luxemburgsche orde verleend is.
Na nog eenige woordenwisseling wordt het geheel
hoofdstuk II met algemeene (70) stemmen aangenomen-
Hierop zijn de beraadslagingen aangevangen over8
conclusie der commissie omtrent het Luxemburgsch tra
taat, welke conclusie strekt om dit tractaat voor kenm8
geving aan te nemen.
Men zal zich herinneren dat de minderheid der co
missie (de heeren Thorbecke en van der Maesen) bij da
raport eene nota hebben gevoegd, waarin zij verse.bi
lende bezwaren tegen de handelingen van den mini8
van buitenlandsche zaken hebben ontwikkeld.
Die bezwaren werden heden door den heer van
Maesen uitvoerig toegelicht. Hij trad in de eerste P!;l3er
in talrijke historische herinneringen ter staving z!'°^
meening dat de minister verkeerd heeft gehand
door de internationale sanctie te verlangen van