WDDELBURGSCHE
COURANT.
138.
Donderdag
M-
29 Augustus.
1867.
6mncnlan£r.
van Woensdag
avond 8 uren.
R E K K X I» M AHIA R.
Gedeeltelijke aflossing der provinciale
gcldlccning van f 150,000.
Me Gedeputeerde Staten van Zeeland,
'""gen bij deze ter kennis van belanghebbenden, dat
P Donderdag den 19 September 1867, des voormiddags
elf uur, in hunne vergaderzaal, in het openbaar zullen
'°rden uitgeloot twee aandeelen elk van duizend gulden
bn de provinciale geldleening van ƒ150,000, voor de ver-
®tering der middelen van gemeenschap in de provincie
eeland, om op 1 Januari 1868 te worden afgelost.
Middelburg, den 23 Augustus 1867.
De Gedeputeerde Staten voornoemd,
R. W. VAN LIJNDEN, Voorzitter.
S. VAN DER SWALME, Griffier.
KENNISGEVING.
OPENING DER JAGT OP KLEIN WILD.
Me Commissaris des Konings in de provincie Zeeland,
Gezien het besluit van heeren gedeputeerde staten, de
■M» 23 Augustus 1867, no. 89;
i. Gelet op art. 11 der wet van den 13 Juni 1857 (Staats-
blad no. 87);
|*iaakt bekend, dat de opening der jagt op klein
in deze provincie is bepaald op Zaterdag don
September aanstaande;
v°orts. dat de korte jagt dage 1 ij ks, met uitzonde-
van den Zondag, en de lange jagt op den Maandag,
°ensdag en Zaterdag van iedere week, alsmede op do
'er dagen, voorafgaande aan de sluiting der jagt zal
"'ifloofd zijn.
«u ®ïe kennisgeving zal in het Provinciaal blad ge-
en zullen afdrukken in plano aan de gemeente
llen ter aanplakking gezonden worden.
Middelburg den 26 Augustus 1867.
De Commissaris des Konings voornoemd,
R. W. VAN LIJNDEN.
PUBLICA TIE.
PERSONEELE BELASTING.
Me Burgemeester van Vlissinge»;
maakt bekend
dat het bij hem ontvangen kohier der personeele belas-
,rS no. 3, dienst 1867/68, dat op den 22 dezer maand
''voerbaar is verklaard, op heden aan den rijks ontvan-
1 ter invordering is verzonden:
noodigt de daarop voorkomende belastingschuldigen
j" Om hunnen aanslag, overeenkomstig de bepalingen
cer wet, op den bepaalden tijd aan te zuiveren, ter voor
ging van vervolging.
- ordende tevens hierbij herinnerd, dat bezwaren wan-
b?er die mochten bestaan, bebooren te worden ingediend
"oen drie maanden na heden,
a is hiervan afkondiging geschied waar het behoort,
eo 27 Augustus 1867.
De Burgemeester voornoemd,
J. W. CALLENFELS.
PUBLICATIE.
Me Burgemeester van Vlissingeii
maakt bekend:
o ?at ten gevolge van het koninklijk besluit van den
oezer maand no. 47, in werkelijken dienst zijn opgeroe-
Vp?i' teSen den 5 September aanstaande, de miliciens-
te o'gangers der lichting van 1863, behoorende tot het
S'ment grenadiers en jagers, de acht regimenten infan-
rie, de drie regimenten vesting-artillerie, het korps pon-
Onieis en bet j)ataijon mineurs en sapeurs, ten einde zij
LaOfende eenige weken in den wapenhandel geoefend,
aCl e der infanterie tevens met de behandeling van het
Ji'et'laadgeweer bekend zouden worden;
Vin' voor zooveel z'j ten behoorlijken tijd opkomen, zij
Pa n f op den 14 October daaraanvolgende mot onbe-
e a|d verlof naar hunne haardsteden zullen worden terug
«bonden;
hJ,n dat de miliciens, die vóór 1 September gehuwd zijn
'en oproeping worden gelaten;
v0 n Worden mitsdien de miliciens-verlofgangers van
■Po V10eiI1de lichting, die tot éen der opgenoemde korpsen
behooren, opgeroepen om zich op Woensdag
v0o .September aanstaande, des namiddags te 2| uren,
kie ?feu van hun verlofpas en van al de voorwerpen van
gto ,'ig en uitrusting, door hen, bij hun vertrek met
verlof medegenomen, te bevinden vóór het raadhuis
ten einde naar de algemeene verzamelplaats te Middel
burg te worden geleid en aan deu provincialen adjudant
afgeleverd
terwijl hun tevens onder het oog wordt gebracht, dat
zij, die in gebreke blijven op den bepaalden dag onder
de wapenen te komen, bij hunne latere opkomst, zooveel
langer in dienst zullen worden gehouden, en dat volgens
art. 145 der militiewet, de verlofganger die niet aan de
oproeping voldoet als deserteur zal worden behandeld;
wordende aan hen, die door ziekte of andere redenen
buiten staat mochten zijn, de gelegenheid gegeven om
daarvan te doen blijken, door uiterlijk daags vópr de
aflevering, een gelegaliseerd, op zegel geschreven genees
kundig getuigschrift of een ander bewijs of verklaring
ter gemeente-secretarie over te leggen.
En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort,
den 27 Augustus 1867.
De Burgemeester voornoemd,
J. W. CALLENFELS.
De Kermis te Tholen zal dit jaar niet plaats
hebben.
Tholen, den 26 Augustus 1867.
De Burgemeester,
C. J. DE V. VAN NOORDEN.
Middelburg 28 Augustus.
Sedert jl. Vrijdag zijn te Bruinisse weder 3 gevallen
van cholera voorgekomen, waarvan 2 doodelijk zijn
afgeloopen.
Volgens opgaven bij don burgerlijken stand te Rotter
dam zijn Maandag 24 personen door cholera aangetast
en 15 overleden. Gisteren zijn 20 aangetasten en 16 over
ledenen aangegeven.
In verschillonde plaatsen van ons land komen, naar
men ons mededeelt, enkele sporadische gevallen van
cholera voor, meerendeels bij personen die uit Rotterdam
zijn gekomen.
De Nieuwe Rotterdamsche courant ontleent het.vol
gende bericht aan de Arnhemsche courant. In het exem
plaar dat wij ontvingen komt dit bericht echter niet voor.
„Zaterdag avond was er op nieuw eene groote volks
beweging in en voor het raadhuis dezer stad. Er was
eene buitengewone raadsvergadering belegd, naar aan
leiding eener aanschrijving van het provinciaal bestuur,
waarbij werd aangedrongen op schorsing der kermis. Na
levendige discussie besloot de raad adhaesie te schenken
aan hetgeen door burgemeester en wethouders verricht
was (d. i. desinfectie en buitengewoon toezicht). De ver
gadering werd hierna gesloten onder het luid geroep van
het publiek: „Lang zal hij (de burgemeester) leven!" enz.
Onmiddellijk daarop had tegen den eersten ondertee
kenaar van het adres tot afschaffing der kermis, den heer
H. B. Breijer, eene demonstratie plaats. Door dit alles
zijn de gemoederen zoo opgewonden, als hier nooit te
voren het geval geweest is."
Men meldt ons uit Utrecht, dat de hoogleeraar
J. G. Mulder, tengevolge van den minder gunstigen
toestand zijner gezondheid, gedurende den eerstvolgen-
den academischen cursus zijne lessen niet zal geven.
Het onderwijs in de scheikunde aan de hoogeschool
aldaar, zal voor dien tijd worden opgedragen aan de
beide adsistenten voor de chemie, prof. E. Mulder en
dr. A. Reinecke.
Benoemingen en besluiten.
ridderorden. Benoemd tot ridder der orde van den
Nederlandschon leeuw de kapitein van het regiment
rijdende artillerie jhr. D. C. M. Hooft, gouverneur van
Z. K. H. Zr. Ms. beminden tweeden zoon prins Alexander.
Vergunning verleend aau jhr. mr. W.G. Hovy/s konings
kamerheer in buitengewonen dienst, tot het aannemen
en dragen der versierselen van ridder der orde van de
Pool3ter, hem door Z. M. den koning van Zweden en
Noorwegen geschonken.
eereteekenen. Verleend als blijk van Zr. Ms. goed
keuring en tevredenheid do zilveren medaille aan F. J
Stokhuyzen, luitenant ter zee 2e klasse aan boord van
Zr. Ms. schroefstoomschip Coehoorn, wegens zijne op
13 October 1863 aangewende poging tot redding van een
matroos uit de rivier van Suriname, en het redden van
drie personen bij het omslaan eener sloep van genoemd
stoomschip bij storm in de branding terreede van Menado,
op den 26 Juli 1866, en de bronzen medaille aau B. van
Vliet, 2en schiemansmaat aan boord van Zr. Ms. rader-
stoomschip Madura, wegens het redden van een van dat
schip over boord gevallen marinier op den Boven-Dousson
voor de Teweh, op 18 October 1865 en voor het met
levensgevaar redden uit den stroom voor Bandjermasin
van een in zinkenden toestand verkeerenden matroos,
op 19 April 1867.
leg er. Op verzoek eervol ontslag uit den militairen
dienst verleend aan den len luiteuant A. Boxman, van
het 4e regiment infanterie, alsmede aan den luitenant
kolonel der infanterie van het leger in Nederlandsch-
Indië J. J. Popelier, thans met verlof hier te lande, met
toekenning van den lang van kolonel en pensioen.
Gedetacheerd voor den tijd van éen jaar bij het leger
hier te lande de officier van gezondheid 3e klasse
N. van Rijnberk, bestemd voor den dienst in Oost-Indië.
ministerieede departementen. Op verzoek eervol
ontslag uit 's lands dienst verleend aan mr. J. Capadose,
hoofdcommies bij het departement van koloniën; en be
noemd tot commies bij dat departement de commies van
staat bij den raad van state jhr. mr. W. M. de Brauw en
de adjunct commies W. P. Bangert.
Gemengde berichten.
Op 29 September zal te Florence het internationaal
congres van statistiek plaatshebben. De Nederlandsche
regeering heeft den heer mr. M. M. von Baumhauer aan
gewezen om haar daarop te vertegenwoordigen. Ook
Frankrijk, Oostenrijk, Pruisen, Beieren, Baden, Zweden
en Noorwegen, België en Zwitserland, zullen afgevaar
digden daarheen zenden.
Charles Dickens moet zich, volgens bericht uit
Londen, wegens eene ernstige ziekte, tegenwoordig van
allen arbeid onthouden. Men wil dat hij tot herstel van
gezondheid eene reis naar Amerika zal ondernemen.
Uit Hoogeveen meldt men: „Jl. Vrijdag had hier de
vergadering der departementen van do Maatschappij tot
bevordering vau deu landbouw in Drenthe plaats, eu wel
onder begunstiging van overschoon zomerweder. Nadat
de vergadering zoowel als de bekrooningen en het wed-
rijden van paarden in 'ttuig waren afgeloopen, had er een
optocht plaats van eenige jongelieden, die's avonds bij
fakkellicht herhaald werd. Voorts werd alles besloten met
een vuurwerk, vervaardigd en afgestoken door den heer
van der Burgh, uit Amsterdam. Het feest had echter ook
zijue schaduwzijde. De optocht bestond namelijk uit vier
hoofdgroepen, handel, scheepvaart, landbouw en nijver
heid voorstellende, en Mercurius, Noptnnus, Geres en
Minerva ontbraken daarbij niet. Aan de voorstelling van
deze goden en godinnen ergerden zich echter de predi
kanten der afgescheidenen. Zij zagen daarin afgoden
dienst, en verzochten niet alleen van den kansel, hunne
gemeenteleden, zich te outhouden van deelneming aan
dergelijken gruwel, maar schreven ook een brie! aan
burgemeester en wethouders, waarin zij, na gewaarschuwd
te hebben voor mogelijke gevolgen, hen verzochten, het
houden van zulk een optocht niet toe te staan. Het ver
zoek aan de leden hunner gemeente had echter beter
gevolg dan dat aan het gemeentebestuur, want, onttrok
ken de eersten hunne medewerking aan den optocht, van
de laatsten ontvingen zij de mededeeling, dat burge
meester en wethouders geene ferraen vonden, om den
voorgenomen optocht te verhinderen, maar dat zij de
heeren predikanten verantwoordelijk stelden voor de
gevolgen, die wellicht uitliun ongemotiveerd ijveren in
deze zouden kunnen ontstaan. Sommigen vreesden dan
ook voor ongeregeldheden, maar gelukkig ia alles in vol
maakte orde afgeloopen." Hotterd. cour.)
Te Londen heeft zich 't geval voorgedaan, dat een