Middelburgsche COURANT. N° i21 Dinsdag 1867. 30 Juli. öinncnlanLï. van Maandagavond 8 uren. 9-^5= PUBLICATI PERSONEELE BELA ING. Burgemeester van Vllssingcn, aakt bekend tin»' 'let ',em "ntvansren kohier der personeele belas- litv r">' (''enst. 1867/(18, dat op den 22 dezer maand g6r °erbaar is verklaard, op heden aan den rijks ontvan gt invordering is verzonden; a.®n noodigt de daarop voorkomende belastingschuldigen ijSf0ni hunnen aanslag, overeenkomstig de bepalingen rivet 0 -) op den bepaalden tijd aan te zuiveren, ter voor- lng van vervolging; 5e*0r(]eride tevens hierbij herinnerd, dat bezwaren, wan- b;n 'e mochten bestaan, behooren te worden ingediend "en drie maanden na heden. den o 's h'etvan afkondiging geschied waar het behoort, ~6 Juli 18(17 De Burgemeester, J. W. CALLENFELS. R ItEKEADilIAKUtlG. bi; .UrSemeester en Wethouders van Goes, verwittigen de belanghebbenden; tal 'lt de gewone Jaarmarkt binnen deze gemeente 65 LV(lr.den ingeluid op Zatnrdag den 17 Augustus 1867 ey^nnen <>P Dingsdag den 20 daaraanvolgende en ^'Ken op Dingsdag den 3 September daarna, et,/ °p dezelve geen Kwakzalvers, Horoscoopirekkers lgjj ,r!telijke toegelaten, en alle Draaiborden, Dobbelspe- ijtelaars en Bedelaars geweerd zullen worden. hed,1'. de aanvragen om plaatsen, vóór den hierboven güvj1' den aanvang der jaarmarkt, vrachtvrij en met op- maitt d«r benoodigde breedte in de Nederlandsche elle- aila '-allen moeten geschieden aan de marktmeesters, late*Ve'ke een ieder, alvorens te kunnen worden toege- i deszelfs patent zal moeten vertoouen. °°rt3 dat er geen'e nadagen zullen worden toegestaan. edaan ten raadhuize van Goes, den 20 Julij 1867. Burgemeester en wethouders voornoemd, M. P. BLAAUBEEN. De secretaris, H. C. PILAAR. tf\y Kermis te Cortgene zal gehouden worden van tus igg!Jsdao deu 14 tot en met Zaterdag den 17 Augus- Cortgene, den 27 Juli 1867. J. H. BYBAU, Burgemeester. P. H. VAN LIS, Secretaris. middelburg 29 Juli. H0rherinneren den kiesbevoegden alhier, dat e° (Dinsdag) tusschen 9 uren des morgens en 5 uren n'l®iddags, de indienning moet plaats hebben van ftn ^'briefjes ter verkiezing van een lid voor den ateraad alhier bij herstemming. Y !S een sedert jaren bekend feit, dat de boogleeraren 4taat)l|es en van Vloten vijandig tegen elkander over ^Ver ('e oor?'aken behoeven wij niet uit te weiden, raar van Vloten is gewoon met meer hevigheid Ook 01 'Ukheid dan voorzichtigheid zijne antipathiën, V^Ujke, lucht te geven. Dat hij altijd gelijk ty°t(^ Xa' wel niemand beweren. Maar dit moet erkend jjeijn: hij strijdt met opgeslagen vizier. a'getn ^er 00rzahen der bestaande verbittering is, gelijk '«0 6en hekend is, gelegen in de verschillende inzich- W^'-oren over de roeping van de Maatschappij van Ij. -u»ci juv-jiuig vau «v v""Fr'J ««t (j it,,('sche letterkunde te Leiden. Uitgaande van Cel(ibrKrilil)eel(i> dat ebn land als het onze te arm is aan 'Ou e't0n> °m door bun jaarlijksche bijdragen de kos- ^aatscbappij of bare uitgaven te dekken, heeft ^aitatlVente»- hoogleeraar vóór eeDige jaren het voorstel ^ai. e' ^a' ieder, die belaug stelde in Nederlandsche 'otterkunde, lid dor Maatschappij zou kunnen eu daardoor zijn geldelyken steun verleenen. Dit voorstel is, door zeer begrijpelijken invloed, zonder discussie gevallen. Van Vloten heeft daarop, vvij meenen in de Amsterdamsche courant, een scherpe critiek geleverd der nieuw benoemden, en gespot met de col lectie officieele geleerden, die de Leidscbe maatschappij weet uit te vinden. Tevens heeft hjj voor zijn lidmaat schap bedankt. Dit alles is vóór jaren geschied en zoo lang geleden dat weinigen het zich juist meer herinneren. Wel heeft van Vloten in zijn Levensbode nog eens een enkele maal met de welsprekendheid van zijn Leidschen ambtgenoot den draak gestoken, maar overigens is er zooveel ge schied, en heeft van Vloten op zoo velerlei en andere wijze het publiek met zich bezig gehouden, dat niemand aan deze oude geschiedenissen meer dacht. Trouwens met het oog op het onlangs gebeurde te Deventer was dit alles een kleinigheid, van geen waarde. Zoo zou men denken: maar zoo heeft de Leidsche hoogleeraar er niet over gedacht, toen hij bij het honderd jarig bestaan der Leidsche maatschappij de feestelijke toespraak hield. Sprekende over de ongunstige beoor deeling, die de Maatschappij dikwerf had ondervonden, veroorloofde hij zich den volgenden coup de patte aan zijn afgezetten ambtgenoot toe te dienen: „Wij willen de blaam niet op ons Iaden van die ver derfelijke pralerij, die men wel eens aan letterkundige genootschappen te laste legt. Dubbel moeten wij ons hoeden voor dat gevaar, omdat ook tegen ons die be schuldiging gericht is, omdat ook wij ons deel gehad hebben van berisping, soms wel van smadelijke ver guizing. Op de laatste behoeven wij geen acht te slaan. Wij weten, van welke zijde die komt, en uit welke bron zij voortvloeit; en, in het bewustzijn dat wij juist van dien kant aanspraak hebben op erkenning van bewezen diensten, troosten wij ons met de gedachte, dat ondank 's werelds loon is en dat hartstocht verblindt Wanneer een rector magnificus niet het recht beeft, terwijl hij in officieele qnaliteit spreekt, zijne persoon lijke grieven te doen gelden, is dit zeker even ongepast van den voorzitter eener letterkundige maatschappij. Over de hooghartige minachting, waarop hier de naam van van Vloten verzwegen is, op wien men doelt, zullen wij niet spreken. Een ieder wete, op welke hoogte hij het recht heeft zich te stellen. Maar wel mag en moet de vraag publiek worden gesteld, of het edel kan genoemd worden in deze oogenhlikken een man als van Vloten, op zulk een kleine, niets afdoende wijze te trappen Uit Maastricht schrijft men 26 Juli „In de gisteren gehouden zitting van de provinciale staten heeft de heer van Wintershoven, uaar aanleiding van het rapport der deputatie, belast om Z. M. den koning den dank der Limburgers te betuigen wegens de losma king van Limburg van den Duitschen bond, die com missie beschuldigd haar mandaat te buiten tezijn gegaan, omdat zij Z. M. een adres heeft aangeboden, waarvan de redactie niet door de staten was vastgesteld. De heer Seydlitz, lid der commissie, heeft hare handelingen en woorden verdedigd, waarop de heeren de Keverberg en Borman, na nog eenige hevige aanvalleu des heeren van Wintershoven, voorstelden dat de vergadering bij acclamatie de handelwijze der commissie zou goedkeuren, hetgeen plaats had. De heer van Wintershoven, hier mede niet tevreden, zette zijne meening nader uiteen, terwijl de vergadering meer dan eens teekenen van onge duld gaf. De heer Pijls maakte eindelijk aan het incident een einde door de opmerking, dat er geen twijfel bestond aan de goede bedoelingen der commissie, en dat na de goedkeuring hij acclamatie van hare handelwijze, door de vergadering de zaak was uitgemaaist." (Y. Rolt. cour.) Bij beschikking van den minister van koloniën, van 18 dezer, is de heer R. H. C. C. Scheffer, doctor in de wis- en natuurkunde, gesteld ter beschikking van den gouverneur-generaal van Nederlandsch ludië, om te wor den benoemd tot directeur van 'slands plantentuin te Buitenzorg. De Staatscourant van Zondag en Maandag bevat bekendmakingen van den minister, volgens welke tot opleiding voor telegrafist bij den dienst van de rijks telegraaf, na vergelijkend onderzoek, ongeveer twintig leerlingen zullen worden toegelaten, om te Amsterdam onderlicht te ontvangen, alsmede omstreeks twintig klerken, na vergelijkend onderzoek, zullen in dienst gestold worden. Benoemingen en besluiten. ridderorden. Benoemd tot ridder der orde van den Nederlandschen leeuw de heer T. C. Brunn, raad van legatie en chef de bureau aan het departement van buitenlandsche zaken te Kopenhagen. onderwijs. Benoemd tot hoogleeraren aan de poly technische schooi de heeren dr. F. J. Stamkart, arrondis- sements-ijker der maten en gewichten te Amsterdam, en dr. H. G. van de Sande Bakhuyzen, leeraar aan de rijks hoogere burgerschool te Utrecht. leger. Benoemd bij het wapen der infanterie, bij het 3e regiment, tot 2en luitenant de sergeant J. P. F. G. E. Delpy, van het korps. Kerknieuws. Bij de voortzetting harer werkzaamheden heeft de algemeene synode der Nederlandsche hervormde kerk onder anderen met eenparige stemmen als haar oordeel te kennen gegeven, dat er geene overwegende redenen waren tot voldoening aan het verlangen eener classicale vergadering, om uit art. 14 1° van bet synodaal regle ment op de kerkeraden weg te laten de woorden „dat het avondmaal, telkens na voorafgegane voorbereidings predikatie, en na de voorstelling aan de gemeente van de daartoe verordende vragen, geregeld viermalen desjaars gehouden worde." Een voorstel van een kerkeraad, om de censura morum vóór de avondmaalsviering buiten gebruik te stellen, en om hij de kerkvisita'ien niet langer onderzoek te doen naar de belijdenis der kerkeraadsleden, werd onaaune- lijk geacht. Naar aanleiding van verschillende adressen, om bij gelegenheid van den 350sten verjaardag der kerkhervor ming tot eene meer plechtige herdenking dier zoo ge wichtige gebeurtenis op te weklten, is besloten tegen den daarvoor bestemden tijd dergelijke opwekking te plaatsen in de Kerkelijke courant. Jl. Donderdag heeft de synode hare werkzaamheden ten einde gebracht cn is de vergadering gesloten. Onderwijs. De gemeenteraad van Goes heeft in zijnejl. Donderdag gehouden zitting waarvan wij het verslag in een vol gend nommer mededeelen tot leeraar in de staathuis houdkunde en het boekhouden aan de hoogere burger school benoemd den heer mr. M. J. de Witt Hamer. Jl. Vrijdag heeft te Rotterdam de algemeene zomer vergadering van de gymnastiek-onderwijzers in Neder land plaats gehad. In die vergadering is onder anderen voorlezing gedaan van een schrijven van den minister van binnenlandsche zaken, waarbij deze te kennen geeft dat vooreerst geen gevolg kan worden gegeven aan het adres tot oprichting eener kweekschool voor aankomende gymnastiek-onder- wijzers, omdat nog zooveel in het belang van het onder wijs moet worden gedaan. Amsterdam is als plaats voor de wintervergadering aangewezen. Marine en leger. Uit de residentie wordt aan de Arnhemsche courant gemeld, dat hij het ministerie het voornemen bestaat in September a. aan te kondigen eene vermeerdering der militie met 25,000 man, waarvoor het budget van oorlog, nu 13 millioen, zou verhoogd worden tot 20 millioen. De benoeming van een 70tal cadetten van het 4e studiejaar der militaire academie, tot officieren bij bet leger hier te lande en in Oost ludië, kan binnen weinige dagen worden tegemoet gezien. Het examen der adspiranten, dingende naar den rang van 2eu luitenant, is voortgezet met de 5e serie, zijnde

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1867 | | pagina 1