MÏDDELBÜRGSCHE
COURANT.
N°' 110.
Donderdag
1807.
11 Juli.
Editie van Woensdag avond 8 uren.
Middelburg IQ *9uli.
De eerste kamer heeft gisteren het wetsontwerp tot
regeling der schutterijen met 19 tegen 15 stemmen ver
worpen. Vóór stbraden de heeren van Paflandt, van
Beeck Vollenhoven, Cost Jordens, Dnymaer van Twist,
Hartsen, Hnydecoper van Maarsseveen, Joost vanVollen-
hoveu, van der Lek deClercq,Messchert vahVollenhoveu,
Rahussen, Schimmelpenninck van der Oije, Smit, Taets
van Amerongen, Tonckens en de voorzitter.
Afwezig waren de heeren Blankenheym, Verschoor,
van Weel, van Swinderen en van Itbemen.
Middelburg zag er gisteren morgen reeds zeer vroeg
recht feestelijk uit. De vlaggen wapperden uit schier
alle woonhuizen en ook de openbare gebouwen prijkten
met dit symbool van feestviering. Onderscheidene win
kels waren opgesierd, 't zij door met meer dan gewone
zorg geschikte uitstalling der goederen, 'tzij door het
aanbrengen van planten, bloemen, beelden enz. Enkelen
hunner onderscheidden zich daarbij door blijken van
keurig fijnen smaak. Ook de woning van den heer Lien-
ders, den aannemer van een gedeelte der spoorweg- en
kanaalwerken in de nabijheid van Middelburg, was met
groen, beelden, enz. versierd.
Naarmate het uur der feestviering naderde, werden
straten, pleinen en grachten levendiger, en getuigde de
buitengewone drukte van de aanwezigheid van een
groot aantal vreemden. Ook de ingezetenen werden trou
wens tot wandelen uitgelokt door het heerlijke weder dat
2icb als het ware tot het middaguur had laten wachten,
maar nu ook verder de geheele feestviering begnnstigdc.
Het genot der jeugd werd vooral verhoogd door de aan
wezigheid van verschillende kook wafel- en poffertjes
kramen, draaiorgels en een caronssel.
Het feest ontworpen door het bestuur der Middel-
burgscbe vereeniging voor volksvermaken, en door deze
instelling uitgevoerd, met geldelijke tegemoetkoming
van het gemeentebestuur en oudersteuningzoowel in geld
als moeite en zorg van verschillende vereenigingen cn
talrijke particulieren was bestemd tot viering van den
aanvang der spoorweg- en kanaalwerken op het eiland
Walcheren, en bestond, voor wat den eersten dag betreft,
hoofdzakelijk in een allegoriscken optocht.
De stoet ving te 5 uren den tocht door bet voornaamste
gedeelte der stad aan, en trok in geregelden gang langs
den in het programma opgegeven weg voorwaarts. Overal
in de huizen en op de straat wareD talrijke toeschouwers
geschaard; nergens echter was de toeloop belemmerend,
en zoowel de feestcommissie alsdctalrijkedeelnemersaan
den optocht zullen zich wel geen beter resultaat van
hunne vele bemoeiingen en zorgen hebben kunnen voor
stellen.
De trein bood werkelijk een schilderachtigen aanblik
aan, en vele der zegewagens waren recht smaakvol in
gericht en versierd. Hij was volgenderwijzesamengesteld:
Twee trompetters te paard; onder-officieren cn kor
poraals der stedelijke schutterij,leden der sociëteit: Door
de wapens vrienden, met banier; de banier der ver-
eeniging voor volksvermaken alhier; het muziekkorps
van het 3e regiment infanterie, in garnizoen te Vlissingen,
onder directie van den heer Schmidt de vlaggen van
Middelburg, Nederland en Oranje, waarvan de dragers
met bandelieren van de kleuren der vlaggen waren ver
sierd; de banieren der provinciën Zeeland, Noord-
Brabant en Limburg: ecne eerevvacht te paard, bestaande
uit een negental heeren, onder aanvoering van den heer
J.M. Abée;een naambord: spoorweg 1860, ter herinne
ring aan de wet van 18 Augustus van dat jaar tot den
aanleg van spoorwegen voor rekening van den staat
waaronder de lijn Itoozendaal—Vlissingen. Een door
vier paarden getrokken, met wimpels, groen enz. versierde
zegewagen, bevattende de voorstelling van eene locomo
tief. Op verschillend aaugebrachte schilden stonden de
namen der ministers onder wier bestuur de spoorweg
wetten zijn aangenomen; die der gewestelijke en ge
meentebesturen, welke daaraan bevorderlijk zijn geweest,
van de commissie voor de staatsspoorwegen en der kamer
van koophandel. Aan de voorzijde werd hulde gebracht
aan den commissaris des konings in deze provincie
en daartegenover aan den heer D. Dronkers, den
eersten ontwerper van een plan om Zeeland met
Duitschland te verbinden. De paarden waren versierd
mot dekltleoden en pluimen. De leiders van deze en alle
andere paarden waren in jockey costuum.
De banier van Middelburg, door een banierdrager te
paard, omringd door de banieren der aan den spoorweg
of het kanaal gelegen Zeeuwsche steden, benevens van
's Hertogeubosch en Maastricht de hoofdsteden der met
Zeeland vereenigd wordende provinciën gevolgd door
de naamborden der -overige aan den spoorweg gelegen
steden, sloten de eerste afdeeÜDg.
De tweede afdeeling ving aan met banieren: Koop
handel en zeevaart, en: Bevestiging van de instelling
van de broederschap der kooplieden te Middelburg door
graaf Floris, 1271. Daarop volgde eeu door vier paar
den getrokken versierde zegewagen'"^opbandel, waarop
verschillende binnen- en buitenlandsche koopmansgoe
deren waren gerangschikt. Verder kwamen achtereen
volgens in deze afdeeling, allen onder eigen banier, voor:
de stedelijke waagwerkers; de stedelijke korenmeters
werklieden der garanciue fabriek van de heeren Spoors
Sprenger; werklieden uit de ijzergieterij der heeren
Boddaert Co.; bedienden uit het magazijn van ijzeren
meubelen, tuinsieraden enz. van den heer L. Vogel Jz.;
van den heer S. Recb, fabrikant van paraplnies, para
sols enz.; van de heeren Jan Fak Brouwer Zonen,
chocolaad-fabrikanten; van den heer J. Boudewijnse,
tabak- en sigarenfabrikant, en van de gezamenlijke
bierbrouwers alhier, de heeren Luteyn Co., van Burg
en Dronkers.
De derde afdeeÜDg was aan de groote vaart gewijd.
De te paard gedragen banier van Nederland's Oost- en
West-Indische bezittingen en negentien vlagdragers
met de vlaggen der zeevarende natiën gingen vooraf aan
den zegewagen: Zeevaart, voorgesteld als een Ameri-
kaansch center board vesselmet driemast-schoonertuig,
door den scheepsbouwmeester 6. Knol alhier geheel
nieuw gebouwd voor privé rekening van directeuren der
Comraercie-compagnie, welk vaartuig was bemand met
acbt als schepelingen geklecde jongeheeren. Het decora
tief stelde de zee voor. Op dezen wagen volgden
scheepstimmerlieden, masten- en blokmakers, ouder eigen
banier; banier scheepsbouw, model schip, sloepmakers,
masten- cn blokmakers, scheepsmakers en scbeepsbesckie-
ter met gereedschappen; naambord: beroemde Zeeuw
sche zeevarenden en reizigers; bedienden uit de
touwslagerij van den heer B. A. Fokker, onder eigen
banier; de stedelijke kraan werkers, mede onder eigen
baaler, en een naambord: Spoorweg 1865, herinnerende
de wet van 31 December TSGSAïft onteigening van de
perceelen ten behoeve van den spoorweg Goes—Middel
burgVlissingen en van een kanaal van Vlissingen naar
Middelburg, met daarbij behoorende werken.
Een banier der Zeeuwsche caiicot- en drillingweverij
van de heeren Salomonson Co. opende de vierde
afdeeling, waarin vervolgens voorkwam een door den
heer Salomonson bekostigde zegewagen met een in wer
king zijnde weefgetouw, aldus samengesteld: een in
werking zijnde weefgetouw, waarop voor Oost-Indië
bestemde caiicot vervaardigd wordt; een ophaak tot het
meten en vouwen van de vervaardigde stukken calicots,
met eene tafel tot het verpakken voor de verzending;
eene kammen- en rietenmakerij ten behoeve der weef
getouwen, en een spoel wiel voor het spoelen van ver
schillende klossen garen. Aan de voorzijde van dozen
zegewagen was tot versiering aangebracht: een houten
eerepoortvolgens de Toscaansche orde, waarboven
de burcht prijkte, vervaardigd van pijpjes rood, wit en
geel gareu,cn in het middeu daarop een gouden arcud;
naast den burcht twee sterren, gemaakt van spoeleD,
voorzien van het garen voor den inslag van het weefsel;
in het midden van den wagen: eeu halfronde kroon,ver
sierd met schakels, waaronder een ronde bal, vervaardigd
van roode, witte en blauwe pijpjes garen, met de in
scription in drie verschillende kleuren: Zeeuwsche weverij;
verder twee zonnen, vervaardigd van rieten, waardoor
de calicots worden geweven. liet geheel was opgesierd
met draperiën en guirlandes van rood, blauw en geel
katoen, waarop de verschillende stempels cn fabrieks
merken der calicots zijn afgedrukt.
De vijfde afdeeling bestond uit eene eerevvacht van
landlieden te paard (eerste gedeelte), aangevoerd door
den heer A. den Boer, met de banier van Landbouw en
veeteelt in buu midden. Voorts een zegewagenLandbouw
en veeteelt, waarop verschillende met groen en vruchten
getooide landbouwgereedschappen waren geplaatst, met
het beeld van Ceres op den voorgrond, terwijl het deco
ratief beschilderd was met de emblema's van landbouw,
ontleend aan de medaille der in 1843 opgerichte maat
schappij voor landbouw cn veeteelt, die voor dezen wagen
op het jongste te Cortgeue gehouden congres de geiden
beschikbaar stelde.
Inde zes de afdeeling kwamen voorde banier Nijver
heid; de baniev Bouwkunst, met een vijftal werklieden
ouder eigen banier, vertegenwoordigers van de heeren
M. K. Jeras zonen, W. van Uije zonen, A. de Land
meter, G. J. Will, Jobs. Snel, J. F. M. van der Hell, P. M.
Bos, P. J. van Puffelen,J. M. van Ditmars, J. O. van Miert,
J. Ovaa, M. Tuijtcr, L. C. van Breda, J. van den Abeele,
J. F. Koeleman, H. P. van de Ree, G. Krijger Zoon en
J. Sonius; bedienden van de heeren: I. J. Milborn,
meubelmaker; Maisonneuve, zadelmaker; B. A. Fokker,
leerlooier; J. W. Ie Marchand, schoen- en laarzen
maker; Grips, hoedenfabrikant, en Larsen, schoen- en
laarzenmaker, allen onder eigen banier.Voorts een
zegewagen: Nijverheid,getrokken door vier paarden en
voorzien van eeu aantal voorwerpen van nijverheid, met
de emblema's van werkzaamheid en waakzaamheid, bene
vens verder decoratief. Bedienden van de heeren:
Gebroeders Peek, koperslagers; Gebroeders Peek, brand
spuitmakers; L. Vogel Jz., smid, en werklieden uit de
gasfabriek,sloten,allen ouder eigen banier,deze afdeeÜDg.
De zevende afdeelingbevatte: een heraut van Neder
land; twee trompetters te voet; een banier
drager te paard met de banier van Nederland; een
heraut van Oranje; een banier: Oranje-Wurtemberg,
met de naamschilden van Z. M. den koning en IT. M. de
koningin aan beide zijden; eeu banier: de Neder-
landsehe maagd; het muziekkorps der stedelijke
schutterij onder directie van den beer A. de Jong.
Een zegewagen: Nederland, waarnaast aan weerszijden
een page in costuum. Op het voorste gedeelte van den
met draperiën, tropheën en bloemfestoenen versierden
wagen verhief zich een leeuw met zwaard cn pijlbundel;
op bet achterste gedeelte een baldakijn of troonhemel,
waaronder op pedestallen, verborgen in groen, de borst
beelden der drie koningen van Nederland; in het midden
van den wagen met groen bedekte pedestallen, waaruit
de schilden der provinciën oprezen. Voorts gedeco
reerden met het metalen kruis, tweede afdeeliog, onder
eigeD banier; gedecoreerden met bet zilveren kruis,
gezeten in open rijtuignaambord: Zeeuwsche spoor
weg 1867, herinnerende aan de opening van het voorden
Zeeuvvscbeu spoorweg zoo belangrijke scheepvaartkanaal
door Zuid-Beveland in October jl.; vlaggen van Neder
land, Oranje en Wurtemberg, gedragen door drie geeos-
t urn eerde pages.
De alhier gevestigde handboogschuttervj de Eensge
zindheid was in de achtste afdeeling geplaatst en met
baar eenige Zeeuwsche schutterijen, onder anderen Wil
lem III, uit Vlissingen, met haren koninklijken stand
aard; Jacobs van Beieren, uit Goes, en St. Sebastiaan,
uit Heinkenszand (allen herwaarts gekomen tot deelne
ming aan een concours ter herinnering aan het vijftien
jarig bestaan der eerstgenoemde sociëteit, waartoe ook
door de Vereeniging voor volksvermaken eene zilveren
vergulde medaille is uitgeloofd). Hierop volgde de in
1858 door eenige Middclburgscbe dames aan de Confrérie
van Sint Sebastiaan alhier geschonken banier, gedragen
door eeu gecostumeerden drager te paard. Daarna eeu
zegewagen; de Confrérie van Sint Sebastiaan, dienende
tot opluistering van den optocht en geschonken door
genoemde Confrérie. Een banier op het achtergedeelte
van den wagen gaf eene zinnebeeldige voorstelling uit
het leven van den beschermheilige van dat genootschap,
den heiligen Sebastiaan. Links en rechts waren verschil
lende andere vlaggen, wapenrustingen, helmen, schilden,
zwaarden, schietgeweer enz., vroeger hij het schutters
gilde in gebruik, aangebracht. Ter zijde liggende leeu
wen, in rnstige houding, strekten tot symbool van den
overgang van meer oorlogzuchtige tijden tot de dagen
van heden, nu de Confrérie, behalve enkele malen schieten
roet de handboog, zich meer bepaalt tot het houden van
muzikale vereenigingen enz. Hieraan herinnerden de
vooraan op den wagen geplaatste schilden met de op
schriften: Vereeniging der zomerconcerten in den hove
de Edele handboog, opgericht door de Confrérie van
Sint Sebastiaan ie Middelburg, in 1S52. In het midden
van den wagen bevond zich een met fluweel bekleede
lutrin, waarop de in vroegere jaren door het bandbo-
gengilde behaalde medailles waren tentoongesteld. Op
een pedestal te midden der trophee waren vermeld deplaat-
sen waar de Confrérie gevestigd is geweest, te weten
a. tot. 1542 in haren hove bij de St.Janstraat: b. van 1512
tot 1572 in haren hove buiten de voormalige Seispoort
c. sedert 1578 in haar tegenwoordige hof, De edele
handboog genaamd. De dekkleeden der paarden be
vatten liet wapen der Confrérie. Aan weerszijden
bevonden zich een schutter van St. Sebastiaan in oud
costuum en een hellebaardier.
In de negende afdeeling ging het eerste gedeelte
van de leden der Werkmans-vereeniging en de sigaren
makers uit de fabriek de Eenhoorn van den heer C.G. Ljj-
naar le Nobel, beiden onder eigen banier, vooraf aan de
banier: Drukkunst, welke gevolgd werd door een zege
wagen meteen in werkingzijndedrukpers. Op het voorste
gedeelte van den wagen stond het beeld van den uitvin
der der drukkunst Laurens Janszoon Costcr. Voorts
verhieven zich met levend groen bekleedestijlen,pvieels-
gewijze saamverbonden. In bet midden eene trophée van
vlaggen en ter weerszijden daarvan linten met de vol
gende opschriften„De stem der gedachten," „Defakkel
der verlichting," „De bron der kennis," „De spiegel der