middelbürgsche COURANT. S* 91, Zaterdag 1867. 8 Juni. Editie van Vrijdag avond 8 uren. Middelburg 7 Juni. Het wetsontwerp tot onteigening van perceelen ten oeve van een kanaal van Veere naar Kleverskerke, e daarbij behoorende werken, verklaart het algemeen der onteigening ten name van den staat, van de gendotnmen in de gemeenten Veere, Vrouwepolder en Araemniden: j- voor den aanleg van een kanaal van Veere, Vrouwe- er en Arnemuiden, aanvangende met eene buiten- Ven, oostelijk van de kom der gemeente Veere, en van ar in zuidelijke richting door de gemeente Vrouwe- der, om in do gemeente Arnemuiden, nabij Klevers- ke, aan de bestaande nieuwe haven van Middelburg aan te sluiten 2. tot voorzieuing in de uitwatering der polders van bet °orsneden gedeelte van Walcheren, door verbetering d bestaande of aanleg van nieuwe watergangen. Ue memorie van toelichting luidt als volgt: »®>j het plan dat met de bescheiden tot toelichting het bij de wet van 31 December 1865 (Staatsblad 196) bekrachtigde voorstel tot onteigening van per- i,. tei> behoeve van den spoorweg van Goes langs y elbnrg naar Vlissingen, en van een kanaal van 'ssingen naar Middelburg, met daarbij behoorende rken, aan de staten-generaal werd overgelegd, was ■■betering van de nieuwe haven van Middelburg door Verdieping en afsluiting, met eene schutsluis nabij den nd van dit vaarwater, aangenomen. „sedert is door deskundigen de vrees geopperd, dat b ten gevolge van de voorgenomen afdamming van M's beletselen voor den mond der nieuwe haven van 'ddelburg zullen stellen, en dat de zoogenaamde Goud- aaL die nu, tegenover die haven, aan de overzijde van et vaarwater ligt, zich eindelijk tegen den Walcher- 8chen vval zal plaatsen. Door hen werd ter voorkoming het bezwaar, dat later door zoodanige verzanding het vaarwater zou ontstaan, verlegging van den °nd van het kanaal bij Veere aangeraden, alwaar zij enen dat men althans in gernimen tijd geene belem- ringen voor de scheepvaart door verzanding zou te ttchten hebben. de"?'1 ®evoe'en van deskundigen en de overweging dat belangwekkende gemeente Veere door de verlegging b den havenmond kan worden bewaard voor geheelen ergang, hebben de regeering tot het doen van het Sbnwoordige voorstel geleid. nut den aanleg van dit nieuwe kanaalvak volgen jg0 veranderingen in het voorgaande plan. tto" scbntslnis, volgens dat plan in den noordelijken tal Van Ae n'ouwe haven van Middelburg te maken, no dan nabij Veere gebouwd, en de nieuwe haven, ten Vak Van ket ontmoet'ng8Punt met het nieuwe kanaal dat' C'°0r een dain afgesloten worden. Het hulpkanaal, VerJ°°r bet maken van de schutsluis in de haven werd ter !SCht> vervalt. De watergangen naar de schutsluis, ■yy. Toorzien ing in de uitwatering van dit gedeelte van Voor 'en ontworPen> zullen naar het punt, dat thans 'de schutsluis is aangewezen, moeten geleid worden. Van °°r een en ander '3 ooodig eene nadere aanwijzing hodg6 °nte'genen perceelen krachtens het thans aange- Q wetsontwerp, en wijziging van die welke krachtens Sesch^t(}Van december 1865 (Staatsblad no. 196) is enbele bezwaren, ingebracht bij de nederlegging diQ 8 bbken hiernevens gevoegd, betreffen de afsnij- betaijVaa middelen van gemeenschap, de verplichting tot Parti n^- Vaa dijkslasten voor onteigende perceelen, of *>8ch belangen voor waardeering vatbaar, en ver. en ^us hier geen opzettelijke overweging." TT'f rw »Th Jll.'rï~®eve'and schrijft men ons: Schele/1113 's^eSebeele spoorbaan van Goestotde Ooster- G°es mct staven belegd, en kan de locomotief van iSinrii41 ®oster Schelde stoomen. 8 geruimen tijd worden de schepen met ballast en materialen voor dien weg bij de spoorbrug over het kanaal gelost, waardoor een aanmerkelijke afstand ge wonnen is. Vroeger gescbiqdde dit te Goes. „De geheele baan kondigt hare naderende voltooiing aan. Het voornaamste is nog het bouwen der wachters woningen, waarvan de besteding reeds is aangekondigd. Voegt men hierbij de snelle voortzetting van de afdam ming der Ooster-Schelde, dan mag men met grond de openstelling van de lijn Bergen op Zoom—Goes in de eerste helft van 't volgende jaar verwachten, gelijk dan ook reeds sedert lang het plan is. „Het maken der aardebaan en verdere werken aan de lijn GoesSloe wordt krachtig voortgezet." De tweede kamer beeft heden het wetsontwerp tot overbrugging van den Moerdijk met 54 tegen 14 stemmen aangenomen. De discussie over de prise en considération van het voor stel van den heer de Brauw tot wijziging der wet op het lager onderwijs is tegen Dinsdag aan de orde gesteld. Naar aanleiding van het voorstel van curatoren over het athenaeum te Deventer om aan den hoogleeraar van Vloten ontslag te verleenen, schrijft prof. Vreede het volgende in het Utrechtsch dagblad: „Het geschil te Deventer met den hoogleeraar van Vloten, moge een huiselijke twist zijn, om bet gewicht der beginselen en niet het minst van den persoon, is het meer dan eene huishoudelijke zaak geworden, en wanneer de gemeenteraad zich onverhoopt met het voorstel van curatoren om dien geleerde van zijn post te ontzetten, mocht vereenigen, kon het wel eens eene aangelegenheid worden, die de eer der natie zelve krenken en besmetten zou. Van Vloten is geen gewoon man: door wakker heid en vlugheid van geest, door eene onvermoeide en loffelijke werkzaamheid boven velen uitmuntende, had hij sinds lang eene van onze hoogescholen behooren te versieren. In het buitenland waardeert men zijne wetenschappelijke verdiensten en bovendien eene rond borstigheid, die daar minder dan in het kleine Deventer kwetst, of aan dezen of genen van onze landgenooten ook buiten die stad, nu en dan aanstoot geeft. Ik wensch geene verkeerdheden te verbloemen, veelmin stellingen te beamen, die mij buitensporig voorkomen. Maar dich ters en andere vernuften moet men met hunne gebreken lijden en in hunne excentriciteit met toegeeflijkheid bejegenen. De noeste vlijt van onzen ambtgenoot en zijn nationale ijver, nog in bet vorig jaar in het bevor deren van 's lands weerbaarheid, gelijk vroeger in bet vereeren der nagedachtenis van G. K. van Hogendorp aan den dag gelegd, mogen niet voorbijgezien worden. Men yrage zich af, welk het oordeel in België en in Duitschland over het vonnis zou zijn, dat tegen den weerbarstigen ambtenaar zou worden geslagen? Men zal toch te Deventer niet meenen in staat te zijn, de plaats van van Vloten zoo licht door een geleerde van dezelfde begaafdheid en van gelijke vermaardheid te bezetten. Wanneer men, met al het gezag van bet aals heer en handelende, het professoraat van zijne zelfstan digheid en waardigheid zal beroofd hebben, kan een huurling dien zetel nimmer dan tot verderf van het athenaeum innemen. Deventer heeft nog iets anders te verbeuren. Het is van ouds de wijk- en schuilplaats der vrijheid van andersdenkenden, hetzij op geestelijk of staatkundig gebied. Laat men er liever den onver- welkbaren roem van een verlicht voorgeslacht berdenken, de onvergetelijke dagen van 1783, toen Deventer zich met de parel verrijkte, door Groningen onbezonnen weggeworpen, door Frederik den Groote zoo gretig opgeraapt. Heeft F. A. van der Marck, elders door predikanten verketterd, weleer Deventer's milde ver draagzaamheid in en buiten Nederland doen klinken, de naam van dien uit Lingen beroepen geleerde zij van Vloten nog heden ten schild." De verhooging door den minister van oorlog op zijne begrooting voor dit jaar aangevraagd, bedraagt f880,000. Deze som is bestemd voor de volgende werken1. drie forten in de stelling Amsterdam, geraamd op f 750,000, waarvan voor dit jaar uitgetrokken ƒ250,000; 2. het aan voeren van gronden tot het onder profil brengen van bestaande werken in bovengenoemde stelling f 50,000; 3. een fort op den separatiedam tusscben de Waal en bet Pannerdetische kanaal, geraamd op ƒ450,000, waarvoor thans uitgetrokken 250,0( 04. verdedigingswerken bij Naarden ƒ80,000; 5. een nieuw militair hospitaal te Amsterdam 250,000. De Temps meent dat de reden waarom de heer Lich- tevelt zijn ontslag heeft gevraagd als gezant van Neder land aan het Fransche hof, moet gezocht worden in de ongenade waarin hij gevallen is, tengevolge van het mis lukken der onderhandelingen over de aanhechting van Luxemburg aan Frankrijk. Benoemingen en besluiten. kanaal zuid-beveland. Benoemd tot rijks haven meester bij het kanaal van Zuid-Beveiand C. H. Klint, thans sluismeester bij dat kanaal, en tot slnismeester bij dat kanaal J. Schraver, opzichter van den waterstaat 3e klasse te St. Maartensdijk. leger, Overgeplaatst in rang bij den staf van het wapen der infanterie de le luitenant van het regiment grenadiers en jagers A. G. F. de Petit. Benoemd tot kolonel bij den plaatselijken staf de luite nant-kolonel J. C. P. Hamminck Schepel, plaatselijk kommandant 2e klasse te 's Bosch. Benoemd tot Zr. Ms. adjudant in buitengewonen dienst de kolonel der infanterie van het leger in Nederlandsch Indië E. C. F. Happé. Kerknieuws. De heer K. J. van Goor, te Hoogeveen, heeft voor het op hem uitgebracht beroep als predikant bij de christelijk afgescheidene gemeente alhier bedankt. Beroepen bi) de christelijk afgescheidene gemeente te Vlissingen de heer M. van Minnen, te Tholen. Onderwijs. Op de voordracht voor hoofdonderwijzer aan de open bare school der tweede klasse te Goes zijn geplaatst de heeren C. J. Witte, hoofdonderwijzer te Kloetinge; G. van der Kaaden, te Wijk bij Duurstede, en W. van Kamer, hulponderwijzer met den rang van hoofdonder wijzer, te Middelburg. Marine en leger. J|. Maandag hebben de kadetten der koninklijke militaire academie van het derde en vierde studiejaar zich naar het kamp op de Teteringsche en Oosterhoutscbe heide begeven. Rechtszaken. Jl. Dinsdag werd voor het provinciaal gerechtshof in Noord-Holland de behandeling aangevangen der bekende zaak wegens de in September des vorigen jaars te Velzen voorgevallen ongeregeldheden ter zake van het werk loon der arbeiders aan de doorgraving van Holland op zijn smalst. De beschuldigde John Marrs, stalmeester, geboren in Kings County in Engeland, voor wiens afwezigheid bij de terechtzitting van 7 Mei de behande ling der zaak was verdaagd, was weder niet tegenwoordig en werd nu wederspannig aan dc wet verklaard. De zaak werd thans tegen de drie overige beschuldigden voortgezet, zijnde Cornelis Visser, oud 14 jaren, aard- werker, Johanna Brouwer, huisvrouw van A. van den Bosch, oud 41 jaren, arbeidster, en Jan Mooy, oud 41 ja ren, landbouwer, allen laatst wonende te Velzen. Deza drie worden beschuldigd van moedwillige brandstichting in een gebouw, waarbij te voorzien was dat eenig men- scbenleven in gevaar kon worden gebracht, de derda bovendien van het moedwillig en met voorbedachten rade toebrengen van een kwetsuur, waardoor eene ziekte of beletsel om te werken van meer dan twintig dagen is ontstaan. Met het verhoorder getuigen, ongeveer zestig in getal, wordt heden, Vrijdag, voortgegaan. Gemengde berichten. Zaterdag avond hebben de keizer van Rusland en zijue zonen in burgerkleeding de voorstelling in het

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1867 | | pagina 1