middelburgsche COURANT. N8- 81. Dinsdag 1867. 21 Mei. Editie van B aandag avond 8 uren. midi 'liturg 20 Mei. Ue Staatscourant an jl. Zaterdag bevat de wetten 7an 27 en 30 April, houdende vaststelling der hoofd rukken VIIc en VIII der staatsbegrooting voor 1867, jusmede de wetten van 28 en 80 April tot verhooging der hoofdstukken V en VIII der zelfde begrooting, benevens de wet van den 30 April, hondende nadere regeling van het gebruik van het koloniaal batig slot van het dienst jaar 1864. In het Dommer van Zondag en Maandag is opgenomen do wet van den 28 April jl., troudende vaststelling van hoofdstuk V der staatsbegrooting voor het dienst- J*at 1867. Uit Vlissingen schrijft men ons heden: «Eenige dagen geleden hoorde ik met eenige ingeno menheid zeggen: „de uitrustingswerf blijft bestaan" en h«t schijnt dat sommigen onzer ingezetenen in deze tijding 'ets verblijdends vonden, waarom ik daarvan dan ook alleen melding maak. «Evenwel acht ik het niet ongepast in herinnering te hengen, dat de minister van marine bij de aanbieding z'jner begrooting in duidelijke bewoordingen beeft gezegd dat het zijn voornemen was de werf van aanbouw onmiddellijk en die van uitrusting in het volgende jaar °P te heffen, waardoor bovenstaande tijding ophoudt iets bijzonders te beteekenen, tenzij daaraan thans het voor nemen van den minister verbonden mocht zijn om in waarheid oorlogschepen te bestemmen om alhier uitgerust te worden." Bfi don gemeenteraad van Amsterdam is ingediend een adres van de heeren C. Reynvaan, J. J. Danckerts, hrr. F. (j_ van Lüaar, mr, j. c. de Koning, E. J. L. Koch en mi-. W. F. Dijkers, regenten der beide gast huizen aldaar, waarbij zij hun ontslag uit genoemde betrekking vragen. Als grond daarvoor geven zij aan dat de raad, in strijd met de voordracht van burgemees ter en wethouders alsmede met het advies der professoren ln de geneeskunde en van dr. G. D. L. Hnet, eerste ge- heesheer aan het buitengasthuis, een terrein hetzij aan ®e Zaag- of aan de Raambarrière vooreen nieuw gast huis heeft aangewezen. Regenten toch verklaren van "heening te zijn, dat het terrein op den buitenwal van en stadstimmertuin voor dat doel had behooren te wor- engoedgekeurd, en gevoelen thans noch lust noch moed, ot bet ontwerpen van bouwplannen voor een gasthuis °P een ander terrein mede te werken. ia a eNieuwe Rotterdamsche courant van heden bespreekt een hoofdartikel het aan den heer Keuchenius ver- hd ontslag, en doet uitkomen dat de regeering daar- 3er ^een a"dere bedoeling heeft dan den voorsteller n.r Uiotie van 27 September te straffen. De beer Keuche- Vaas''autotelijk waarnemend vice-president van den raad ®en ^t(*er'andsch Indië, bevond zich in Nederland met ya Uveejarig verlof, dat den laatsten Juni zou eindigen. kinD 008etlb'ik ware hij weder gekomen ter bescbik- S van bet gouvernement, hetwelk hem den werkkring aanwijzen, waarin het meende dat hij goede diensten n verrichten, zooals dit steeds met Indische ambte- ren geschiedt, die zich op het einde van bun verloftijd ®r 'o lande bevinden. gt n P'aats daarvan krijgt de beer Keuchenius door de lii^a>tSC°UraB* bul bericht dat hij, tegen zijn verlangen, achtS r"'kS ^'Lnst 's ontslagen. Zulk een handelwijze 3e Nieuwe Rotlerdamsche courant in strijd met den Voli? ^er Sr°ndwet, die de onafhankelijkheid van den svertegenwoordiger wil, en niet veroorlooft dat een We jUaar ontslagen worde omdat hij als volksvertegen- 1 'brer in de kamer tot de tegenstanders van het Bo llater'6 behoort. De Nieuwe Rotterdamsche courant der?t, ?let terugkeeren tot een vroeger tijdvak, waartoe de bundelingen van het ministerie leiden moeten, beef^Sen' VI U°bt die ons het conservatisme gebracht Wjj kunnen dit slechts voor een gering deel toe stemmen, en meenen veeleer, dat zulk een wijze van handelen niet zoo geheel in strijd is met den smaak van een groot deel der natie, dat niet zoozeer uit ingenomen heid met de richting van het behoud, als wel uit onverschil ligheid en lauwheid, bij de laatste verkiezingen steun heeft verschaft aan een ministerie, dat bij zijn adres van 27 September 11. aan den kor.ing durfde verklaren, dat door de aanneming van de motie Keuchenius de tweede kamer hare grondwettige bevoegdheid overschreden en inbreuk gemaakt heeft op het praerogatiefder kroon. Eerstnaafloop der verkiezingen van Juni van het volgende jaar zal bet met zekerheid blijken of wij ons ten opzichte van den geest van een groot deel der natie al dan niet vergissen. Tocqueville, die het oud regime in 2ijn land met zoo veel nauwkeurigheid onderzocht en beschreven heeft, maakt in een zijner werken een opmerking die wel eens in herinnering mag gebracht worden. Het is inderdaad alsof de schrijver do residenten, directeurs-generaal der cultnres, controleurs en onder-controleurs in de uitge strekte koloniën van een klein Europeesch landje op het oog had, toen bij van Fraukrijk's regenten van voor twee honderd jaren getuigde: „De algemeene coutrolenr laat zich rapporten toezen den over den aard der landerijen, hare bebouwing, de soorten en de hoeveelheid voortbrengselen die zij ople veren, den omvang van den veestapel, de nijverheid en de zeden der bevolking. De aldus verkregen opmerkin gen zijn niet zekerder noch minder omslachtig dan die welke tegenwoordig door de onderprefecten en maires geleverd worden. Het oordeel, dat de lagere ambtenaren bij die gelegenheid vellen over de ingezetenen, waarover zij het bestuur hebben, is over bet algemeen niet zeer gunstig. Dikwijls komen zij op hun gevoelen terug, „dat de boeren van nature lui zijn en niet werken zouden indien zij er niet, toe genoodzaakt waren om te kunnen leven". Dit is een economische leer, die bij deze bestuur ders algemeen is aangenomen. Alles, tot zelfs de admini stratieve taal dezer beide tijdperken, heeft een treffende overeenkomst. Toen, zoowel als nu, was de stijl kleurloos, vloeiend, wijdloopig en zonder kracht. Het bijzonder karakter van eiken Bcbijver slijt er door af en lost zich op in een algemeene middelmatigheid. Zooals de intendant schrijft, schrijft ook de prefect." Benoemingen en besluiten. eereteekenen. Verleend, als blijk van goedkeuring en tevredenheid, de bij besluit van 22 September 1855 ingestelde zilveren medaille aan T. Hessels, fungeerend visiteur bij den waterdienst in de leafdeeling, en bronzen medaille aan A. Griep, sloeproeier bij dien dienst, als mede aan ieder een loffelijk getuigschrift, wegens het met levensgevaar redden van vijf personen der op de Zuiderzee bij bet Wor ku mm erg at verongelukte tjalk Bouwina op den 3 Augustus jl. consulaten. Op verzoek eervol ontslag verleend aan den heer C. 11. Becker, als Nederlandsch consul te Stock holm, onder dankbetuiging voor den door hem in die betrekking betoonden ijver. Kerknieuws. De stemgerechtigde lidmaten derEngelsche hervormde gemeente alhier hebben gisteren met eenparige stemmen, op éene na, besloten de tot dusver gevolgde wijze van benoeming van ouderlingen en diakenen en beroeping van predikanten te doen voortduren. Te Oosterland werd gisteren de heer J. T. F. U. Lauts, vanVrouwepolder als predikant naar die gemeente beroepen, in de voormiddag-godsdienstoefening beves tigd door den heer R. A. van Deursen, predikant te Pnrmer, rneteenerede naar aanleiding van Pliilipp.2:29a. Des namiddags verbond zich de bevestigde aan zijne nieuwe gemeente, predikende over 1 Oor. 1 23a. Ilarine en leger. Men schrijft uit de residentie dd. 17 Mei aan de Arn- hemsche courant: „Naar wij vernomen hebben is door den heer Fabius, kommandant van de zeemacht in Nederlandsch Indië, verzocht om naar het vaderland te mogen terugkeeren, en zal dit verzoek worden toegestaan, terwijl hij in het volgend jaar zal vervangen worden door den heer Andreae, thans nog kapitein ter zee, en vroeger afgevaardigde voor Leeuwarden, die dan eerst den vereischten dienst tijd zal hebben om tot schout-bij nacht te worden be vorderd." Veeziekte. De Fransche Moniteur deelt een ministerieel besluit mede, waarbij de doorvoer van hoornvee, versche huiden en verschen afval van vee verboden wordt langs de Fransche grens, van Lauterburg tot en met het depar tement Savoye, wegens de nieuwe gevallen van veepest in verschillende Duitsche landstreken en bijzonder te Frankfort. üit Gotha schrijft men het volgende: „De veepest is thans, in verscheidene gedeelten van Thiiringen uitge barsten. Het is gebleken, dat zij eerst door vee uitPodolië naar Untersteinacht in Beieren overgebracht en aldaar niet terstond als de typhus herkend, maar voor longziekte gehouden is. Van Beieren is zij door ingevoerd vee naar eenige dorpen in de omstreken van Hildburghausen over gebracht, en ook daar is aanvankelijk niet de noodige voorzichtigheid en waakzaamheid in acht genomen, zoo dat ziek vee naar de omstreken van Schmalkalden en Eisenach vervoerd is, waardoor de pest zich ook daar verspreid heeft. Thans zijn overal de strengste maat regelen van voorzorg genomen, en de besmette oorden door troepen geheel afgezet. Blijkens den jongsten weekstaat betreffende de veeziekte zijn gedurende de week, eindigende den 11 Mei> in Engeland 17 stuks runderen aangetast, zijnde 7 meer dan in de daaraan voorafgegane week. Men is weder ernstig beducht voor de verspreiding van de ziekte. In het geheel werden, van het oogenblik dat zij zich bet eerst vertoonde, 278,561 runderen aangetast, terwijl 56,598 stuks gezond vee werden geslacht om de versprei ding tegen te gaan. De Staatscourant heeft medegedeeld opgaven be treffende den veetyphns over de week, beginnende den 5 en eindigende den 11 Mei. Daaruit blijkt, voor zooveel de provincie Zuid-Holland betreft, dat in die week zijn aangetast 71 runderen; 7 zijn gestorve^ 64 afgemaakt en geene hersteld, terwijl er geen meer ziek zijn. Sedert het uitbreken der ziekte zijn in die provincie 96,526 runderen aangetast, waarvan er 46,418 stierven, 15,585 werden afgemaakt, 34,523 her stelden en geen meer ziek zijn. In de provincie Noord-Holland werden in die week aangetast 13 runderen, gestorven 2: 11 werden afge maakt, hersteld en nog ziek geene; bovendien werden nog '6 niet aangetaste runderen afgemaakt. Sedert het uitbreken der ziekte werden 8227 runderen aan getast, waarvan er 963 stierven, 6424 werden afgemaakt en 840 herstelden, terwijl geen zieke aanwezig is. In 't geheel werden 3359 niet aangetaste runderen afge maakt. In de provincie Gelderland werden in die week aange tast 2 runderen, gestorven 0; 22 werden afgemaakt, hersteld en nog ziek geene. Sedert het uitbreken der ziekte werdeu 910 runderen aangetast, waarvan er 48 stierven, 3895 werden afgemaakt, hersteld 4 en ziek geene. In de provincie Utrecht werden in die week aange tast 1 rund; geene stierven, afgemaakt 1, hersteld geene. Sedert bet uitbreken der ziekte werden 50,408 runderen aangetast, waarvan er 30,653 stierven, 3557 werden afgemaakt en 16,198 herstelden, nog ziek geene. Blijkens eene bij deze opgaven gevoegde recapitu latie zijn aangetast van 21 tot 27 April: in Zuid-Holland 338, in Noord-Holland 6, in Gelderland 3, in Utrecht 15, in Noord-Braband 0, totaal 362 runderen. Van 28 April tot 4 Mei: in Zuid-Holland 148, in Noord Holland 11, in Gel derland 6, in Utrecht 18, in Noord Braband 2, totaal 185. Van 5 tot 11 Mei: in Zuid-Holland 71, in Noord-IIollaud 13, in Gelderland 2, in Utrecht 1, in Noord-Braband 0, totaal 87 runderen.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1867 | | pagina 1