3fctijfcingwt. Jöuitrnlcmö. De conferentie. Lirxemburg's neutraalverklaring. Algemeen overzie Int. De Etrropeesche diplomatie heeft zich wedereeriigszins gerehabiliteerd. De Londensehe conferentie'heeft geleid tot het behoud van den vrede tusschen Frankrijk en tuisen. Omtrent den inhoud van het gesloten tractaat 18 voor het oogenblik officieel nog weinig'bekend. Vol gens den Franschen Moniteur zal de inhoud daarvan scliter spoedig aan den senaat en het wetgevend lichaam borden medegedeeld. Het laatste transportschip met Fransche expeditie- f°epen is uit Mexico te Brest aangekomen. Deze terug keer wordt in de olficieele dagbladen met stilzwijgen eSroet. De geheele Mexicaansche expeditie schijnt reeds yorgeten te zijn, behalve door de talrijke huisgezinnen ln Frankrijk, wier leden op Mexicaanscben bodem den <*°od vonden. De Engelscbe dagbladen bevestigen het gerucht der fftreding van den staatssecretaris van binnenlandsebe '-aken, Walpole, als gevolg van zijne houdiDg ten opzichte der meeling in Hydepark. Tbe Daily telegraph beweert, dat de heer Githorne Hardy tot zijn opvolger bestemd Zo'>zijn. Deze is thans president van the.Poor Lavv Board. Uit eene Griekscbe bron wordt gemeld, dat de bevel hebber der Turksche troepen op Kandia, Oiner-pacha, ^®der eeue aanvallende beweging tegen de opstaude- "tgen heeft gedaan, doch met zwaar verlies is terug plagen na een strijd van verscheidene uren. Volgens geruchten uit Washington zon de regeering er Ainerikaansche republiek aan Engeland voorgesteld e"!'en om van hare zijde den eisch tot schadeloosstelling de rooverijen, gepleegd door in Engelscbe havens Ultgeruste geconfedereerde schepen, te laten varen, Onder voorwaarde dat de regeering te Londen het weste- Ükdecl van EugelsohColumbiaaan de Vereenigdestaten afstaan. Het Fransch officieus orgaan laPatrie ver geldt deze geruchten. Volgens berichten uitNew York zou de prooedure tegen den vroegeren president der Zuidelijke confederatie, den '•eer Jefferson Davis, heden een aanvang nemen voor het hof van Virginië. L Avenir national, waaraan wij een kort verslag van e eerste zitting der conferentie ontleenden, geeft thans het volgend resumé van hetgeen op de tweede zitting ^er coutereutie is voorgevallen: »In de tweede zitting heeft de conferentie, artikel v°or artikel, het door Engeland voorgesteld protocol ®angenoinen. »In den aap vang hiervan wordt gezegd dat de souve nnen van Oostenrijk, vau Groot-Britannië, van Rusland, Vil" Frankrijk en van Pruisen, met medewerking der 6üUv'ereinen van België, van de Nederlandeu en vau het ëfeotbertogdom Luxemburg bezield door hetverlangen jn de verwikkelingen te voorkomen, welke de Luxern- ^rBSche quaestie in het leven dreigde te roepen, waar- U| de algemeene vrede wordt bedreigd- J hebbe -zich vereenigd °en ter beraming van de beste middelen om het ver- °P te lossen. otu 'ar koning van Italië zijn verlangen had geuit -'au de vredelievende pogingen dier souvereiuendeel v,Dei»en, hebben deze laatsten zich beijverd om aan dit 'e voldoen. j.|"1 11 de aanneming van dit begin van het protocol, ver- land'^ velteKenwooidiger van den koning der Neder- op 1 ('at z«n souverein zijne souvereiniteitsrechten ■vutJ'groothertogdom behoudt en de rechten der agnaten Nassausche huis reserveert. °ctb vertegenwoordiger verklaart voorts dat de Vei.""l>ng van deu Duitschen bond de banden heeft lukon, Welke tusschen liet Nederlandsch Limburg eu de j. SC'.l'il,id bestonden, eu dat de Pruisische regeering »lech*!iteit ViiQ 'aat8te 'ieeH erkend; dat echter eene üio verklaring in tegenwooidigheid der groote ^.-"^edeu dezen feitelijken toestand ook rechtens het^ VIU1 heataan kan geven. Hij verzoekt alzoo dat in Uitsl|,r"toc°' worde opgenomen dat Limburg voortaan ^""epd een Nederlandsche provincie zal uitmaken. la*(p 'eeds bekende verschillende punten van Enge- de s'lt('giamma worden vervolgens aangenomen, onder J^P'-de opmerkingen. ('e neutralisatie van het groothertogdom Luxeui- etieft, deze wordt erkend en Engeland stemt, btiig in Revol ^^Pruisen's verlangen, toe in zijn voorstel dat .een telegram, te 'sHage ontvangen, heeft de confc- °Püemaa|(t"n toegestcm<l en is daarvan een afzonderlijk protocol gesteld, aan llen hlederlandschen vertegenwoordiger ter liand deze neutralisatie door(de geu::f ,.Peuaji|pelijkeguarantie der mogendheden zal worden verzekerd. „De ontruiming der vesting woidt door Pruisen aan genomen, maar de termijn voor die ontruiming voorgesteld geeft aanleiding tot verschillende bespreking. De beslis sing van dit punt woidt tot de volgende vergadering aangehouden. „De koning der Nederlanden verbindt zich van zijne zijde tot ontmanteling der vesting, maar er wordt over eangekomen dat dit aan hem zal worden opgedragen en .ten uitvoer gelegd, met inachtneming der belangen van de stad Luxemburg. „Hetzelfde is het geval wat de getalsterkte vap het -garnizoen der vesting aaugaat. De conferentie bepaalt dat deze niet zal worden vastgesteld, maar dringt er op aan bjj den kouiug-groothertog dat die getalsterkte niet jmeer zal bedragen dan noodig is tot handhaving der politie en dei' openbare rust. „De vertegenwoordigers hebben voortsde verschillende artikelen van bet protocol geparapheerd onder reserve ten aanzien van den tqrrnyn voor de ontruiming van Luxemburg te bqpalen. Er wordt besloten om het protocol te onderteekenen in de volgende zitting. De Fransche Moniteur van gisteren meldt„Het tractaat >tot regeling der qnaestiën ten opzichte van Luxemburg is gisteren geteekeud. De regeeriug zal zich beijveren om de bepalingen daarvan aan den senaat en .bet wetgevend lichaam mede te deelen." Alvorens de eergisteren gehouden zitting der con ferentie te sluiten, heeft lord Stanley een voorstel gedaan tot algemeene outwapening. De vertegenwoordigers der andere mogendheden hebben, na eene gedachtenwisse- ling daarover, verzocht om daaromtrent nadere instruc- tiën hunner regeeringen af te wachten. Voor enkelen onzer lezers, wellicht minder bekend met de technische termen der diplomatie, willen wij eeue Dadere verklaring geven van de beteekeuis der neu traalverklaring van het groothertogdom Luxemburg. Wat is eene neutraalverklaring? Waartoe strekt zij Welke gevolgen heeft zij in den tegenwoordigen toe stand van Europa. In theorie verstaat men door de neutraliseering van een rijk, dat de bevolking daarvau zich steeds onthouden zal van het sluiten van offensieve en defensieve alliau- tiën en nimmer oorlogen zal voeren. Tegenover deze verbintenis van het geneutraliseerde rijk staat van de zijde der overige mogend heden, welke deze nentialiseeiing erkeunen, de toezegging om het grondgebied van dat rijk steeds te eerbiedigen. Gewoonlijk gaat dergelijke toezegging dan vergezeld van de guarantie dier mogend heden, waarhij deze zich de verplichting opleggen om die geneutraliseerde positie te handhaven tegen elk die daarop inbreuk zou willen maken. Zulk eene neutraliseering strekt gewoonlijk in theorie wel te verstaan om het uitbreken van oorlogen onmogelijk te maken, om een grondgebied waarop ver schillende mogendheden een begeerig oog vestigen, voor altijd te outtrekken aan aanvallen en invallen van deze of gene mogendheid, w.aardoor de algemeene vrede zou worden veratoord. .Daartoe verklaren dan eene of veelal meerdere groote en machtige rijken: Wij stellen ons borg voor uwe ongestoorde onafhankelijkheid, en opdat iedere mogendheid voortaan zal weten dat wij, in geval vau aanranding dier onafhankelijkheid, oumiddellijk en ge meenschappelijk u tegen die aanranding zullen verde digen, maken wij daarvan eene plechtige internationale overeenkomst op. In theorie is zulk eene goed gewaarborgde neutralisee ring voor kleine en zwakke staten, wier geographisehe ligging of hulpbronnon bij andere mogendheden steeds begeerte naar inlijving doen ontstaan, van zeer veel belang. In de toepassing echter en vooral in den thans bestaanden gedemoraliseerden toestand van Europa op politiek gebied, beteekent zulk eene neutraliseering, zulk een internationaal contract van waarborg of guarantie niets of althans zeer weinig. Sedert alle internationale contracten en overeenkomsten de waarde bezitten van scheurpapier, en door beide partijen meestal als zoodanig worden beschouwd, heeft zulk eene neutraliseering geenerlei practische waarde. Onderstelt dat in den tegenwoordigen toestand van Europa de door de vijf groote mogendheden gewaar borgde neutrale positie van Luxemburg door een zeer plechtig gesloten tractaat wordt bezegeld. Onderstelt dat in dien zelfden toestand over eenige maanden of jaren een oorlog tusschen Frankrijk en Pruisen uitbreekt. Wat zal er dan gebeuren? De beide oorlogvoerende machten zullen de neutraliteitsrechten van Luxemburg volstrekt niet eerbiedigen, en, als zij daarbjj belang hebben, het groothertogelijk grondgebied niet ontzien, tenzij zij aan de Luxemburgsche grenzen behoorlijk met geweerschoten mochten begroet worden. En wie zal dan de verdediging van Luxemburg op zich nemen tegen deze strijdvoereude internationale medu-borgeu van Luxemburg's neutraliteit? Rusland zal weinig lust hebben om een leger naar Luxemburg te zenden; Enge land zal zich ouder gewoonte bepalen tot eenige diplo matieke depêches en nota's; Italië en Oostenrijk zullen ongaarne zjch mungeu in deu strijd, indien hun belang dit niet medebrengt. Al deze mogendheden zullen zich hoogstens bepalen bewerende tot niet-gemeeiiscbap- .pélljke interventie ongehouden en niet gerechtigd te wezen tot eene oproeping van hunr.e mede-borgen om „gemeenschappelijk" desnoods met geweld de inter nationale oyereepkomst van 1867 te handhaven, welke „helaas, door twee der partijen zelf zoo geheel eu al uit het oog wordt verloren." Zulk eene oproeping zou ook van Pruisen of Frankrijk kunnen uitgaan,,naarmate het aan Fraukrjjk of Pruisen gelqkt was vroeger dan de andere mogendheid eenige punten in Luxemburg te bezetten. Hoe weinig dan ook zulk eene neutraliseering vroeger gebaat heeft, leert o. a. de geschiedenis van de republiek Krakau en van Polen hoe weinig die thans haat zal wellicht spoedig de geschiedenis van Turkije leurenlioe weinig waarde zij bezit in het oog der geneutraliseerde l ijken zelf, blijkt uit de wapeningen van België en Zwitserland, welke begrijpen dat men lieden ten dage, geneutraliseerd of niet, iu zijne eigene verdediging moet voorzien, als men nog eenigen prijs stolt op vrijheiden onafhankelijkheid. Mag men zich dus al verheugen over het oogenblik- kelijk resultaat der conferentie, waardoor een voorwendsel voor bet uitbreken van den oorlog wordt weggenomen, voor de toekomst beteekent de neutraalverklaring van Luxemburg niets. Voor Nederland zou zulk eene neutra liseering zelfs zeer nadeelig zijn, gelijk de Arnhemsehe coprant te recht opmerkt in de volgende .regelen: „Het is ongerijmd ju fle onzijdigheid eenigen meer deren waarborg voor ons nationaal bestaan te zoeken. Waar hetgeweld do onafhankelijkheid van zelfstandige ,en gewapende staten niet ontziet, zal het zekerlijk ook niet meer eerbied betoonen voor de zooveel zwakkere onzijdige volken. Geweld is dan alleen met geweld te keeren. Waar eerbied voor de recliten van onzijdigen en voor zwakken bestaat, zal nog tneer eerbied bestaan voor hen die geen inbreuk op hunne rechten behoeven te dulden en voorzien zijn van de middelen, om allo aan slagen met behulp van eigene krachten en die van bond- geuooten te wederstaan. Tegenover den wreeden wolf die haar wil inlokken, is het onschuldig en onzijdig Roodkapje niet bestand. „Eu ware men doox de onzijdigheid nog slechts bevrijd van de nachtmenie die de kleine staten verontrust, tel kens wanneer in Europa het evenwicht der staten bedreigd wordt, ware men daardoor ontslagen van de verplichting zich te wapenen. Doch dit is geenszins het geval. Zwit serland eu vooral België bewijzen het. De onzijdigheid baat hiervoor niet. Men moet zich toch wapenen en het heet dan dat men wapenen moet om zijne onzijdigheid te handhaven. Men moet dikwijls nog grootere offers bren gen omdat men, verstoken vau alle of- en defensieve alliantiën met groote mogendheden, zien overspannen moet om ten minste eene laatste kans voor het zelfstan dig bestaan te wagen. „In wélk opzicht men dus de onzijdigheid beschouwt, Nederland heeft er uiets hij te winnen, maar wel bij te verliezen. Zij geeft geen meerderen, maar minderen waar borg aanzijn zelfstandigen onafhankelijk bestaan,omdat onze onzijdigheid volstrekt niet kan uitwerken dat men in Duitschland of elders meerderen eerbied zal gevoelen voor de rechten vau derden, die men toch zal schenden wanneer het eigenbelang spreekt en de gelegenheid gunstig schijnt, terwijl zij nog meer de veerkracht der natie zou nitdooven en haar beletten door eene goede wapening, gepaard aan politieke alliantiën, haar bestaan op hechte gronden te verzekeren. De onzijdigheid zou aan onze nationale zelfstandigheid den genadeslag geven en ook onze heerschappij in Indië aan het wankelen brengen." Zaterdag jl. is te Vlissingen in de haven gekomen de Nederlandsche schoener Maria Adolphina, gezagv. H. Meuldijk, en gisteren de Nederlandsche galjoot Twee Gebroeders gezag.vr TL^Tarsoon, beide komende van Engeland met steenkolen, bestemd voor Vlissingen. Gisteren4s ter reedë-van Vébre gekomen de schooner Newcastle met kolen Exertiou, gej.'^gv. IJ. Elder, naar Middelburg'bestemd.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1867 | | pagina 3