MIDDELBURGSCHE
COURANT.
N* 49.
Dinsdag
26 Maart.
1867,
Editie van Maandag avond 8 uren
Middelburg as Maart.
sscanss™
Wij ontvangen van iemand, die in de openbare
aangelegenheden onzer provincie levendig belang stelt,
een beschouwing over den stoombootdienst op de
Wester-Schelde, waarin een opmerking voorkomt, waar
aan wij gaarne openbaarheid willen geven. Zij betreft
het verband dat zon kunnen gebracht worden tusschen
den stoombootdienst op de Wester-Schelde en de stoom-
booten de Telegraaf, welke binnen kort dagelijks, met
uitzondering van des Zondags, op vaste uren tusschen
Rotterdam en Antwerpen zullen varen.
Wanneer zich beide diensten te Hansweert aaneen
sloten, zou daardoor aan de bewoners van bet voor
malig vierde en vijfde district, benevens aan die van
een gedeelte van Walcheren en Zuid-Beveland, een
betere gemeenschap met Holland en België worden
aangeboden.
Wij gelooven dat er zeer veel ten gunste eener der
gelijke regeling is aan te voeren, en geven dit punt
dan ook gaarne aan gedeputeerde staten in overweging.
Verder kunnen wij in onze mededeeling niet gaan
retrospectieve beschouwingen kunnen hier van geen nut
zijn.
Wat ons betreft, na sedert jaren op de verbetering
der communicatiemiddelen in Zeeland te hebben aange
drongen, hebben wij met betrekking tot den laatstelijk
door de provinciale staten genomen maatregel geheel
het stilzwijgen bewaard.
Noch voor noch na het gevallen besluit hebben wij
een enkel woord over de zaak gesproken.
Voor de beslissing niet, omdat het ons ondenkbaar
voor wam dat een zoo flink voorstel, door welks aanne-
ming nu eindelijk de gemeenschap eens werkelijk goed
zou kunnen worden, na al bet gebeurde, ernstige oppo
sitie vinden, veel minder nog zou kunnen verworpen
worden. r
Na beslissing niet, ten gevolgo van het vreemde
verschijnsel, dat het voorstel Diet alleen oppositie vond,
maar zelfs bestreden werd door vertegenwoordigers, ge
kozen uit die gedeelten der provincie die geacht moeten
worden bij eene goede gemeenschap het meeste belang
te hebben.
Dat bewoners van Schouwen en Tholen den dienst,
zooals die b. v. in November II. werd uitgevoerd, voldoen
de achtten, is niet bevreemdend, maar dat door afgevaar
digden van gene zijde van de Wester-Schelde is mede
gewerkt tot het nemen van een halven maatregel,
juist nu er eene zoo zeldzame gelegenheid bestond om
een goede aansluiting tusschen verschillende deelen
onzer provincie te verkrijgen, dat heeft ons wij be
kennen het ronduit geheel uit het veld geslagen.
Onder den indruk van bet genomen besluit en vooral van
de gevoerde beraadslaging, gevoelden wij geen opge
wektheid er een enkel woord over te zeggen.
Een lichtpunt heeft de behandeling dezer zaak echter
opgeleverd. Zij heeft ons doen zien hoeveel eerbied de
gedeputeerde staten koesteren voor de publieke opinie.
Alleen toch om deze te bevredigen het is uitdrukke
lijk zoo verklaard stelde men voor „de Zeeland niet
tegenstaande men van de voortreffelijkheid van dat
bootje overtuigd bleef, te verkoopen.
Wij noemen dit een lichtpunt, omdat het billiiken
grond geeft tot de onderstelling, dat in bet vervoj>
zoodia bet blijken zal dat ook de nu te organiselren
dienst op de Wester-Schelde geenszins voldoende zal
wezen, en de publ.eke opin ie zich slechts duidelijk genoeg
uitspreekt - gedeputeerde staten bereid zullen zijn op
den thans genomen maatregel terug te kome ja daJart0e
zelfs het initiatief te nemen. ,J
In ons vorig nommer meldden wij dat de tweede kamer
de amendementen van do heeren de Roo van Aldewerelt
Stieltjes, betrekkelijk vermindering van de cavalerie
e° uitbreiding van de artillerie en infanterie had aan
genomen, en een amendement van den heer de Roo
8trekkende tot opheffing der schietschool, had verwor
pen- Dit is onjuist. De eerstgenoemden werden verwor
pen, bet laatste aangenomen. Men vergelijke het in dit
Dommer voorkomende verslag.
Men schrijft ons uit 's Gravenbage
sDe debatten over oorlog en marine loopen ten einde.
og een paar zittingen zullen wellicht aan de begroo-
als^ V[fn oor'°£ gewijd zijn; maar aanneming is zoogoed
ren cl ij nu eerK'3teren de amendementen van de hee-
verwo6 0 ..en Stieltjes op de organisatie der wapens
eene k^6n Z^n' ministeri zeker meenende dat hij
Krassere houding moest aannemen, nadat Vrijdag
4 generaal-majoors en 2 intendanten waren afgeschaft
als overtollige weelde op ons klein leger, deed duidelijk
doorstralen, dat hij eene portefeuille quaestie van de
amendementen maakte. Nu zijn de beginselen beslist.
„In de kamer is geene meerderheid voor het kabinet.
Dit wijzen de stemmingen uit. Drie of vier leden die niet
tot de conservatieven behooren, 's Jacob, Stieltjes, vau
Naamen en de Lom de Berg, doen de schaal nu eens links,
dan eens rechts overslaan, terwijl Storm en de Bieber-
stein in militaire zaken het overwicht geven.
„Z. K. H. de prins van Oranje heeft den commissaris
des konings in deze provincie, den heer Loudon, nitge-
noodigd hem naar Parijs te vergezellen, wanneerZ. li. H.
als eerevoorzitter van de hoofdcommissie van de wereld
tentoonstelling voor ons land derwaarts gaat. De heer
Loudon heeft die uitnoodiging aangenomen.
„De commissie van onderzoek naar den toestand der
Koninklijke militaire academie is ontbonden."
Te Vlissingen circuleert een adres aan den minister
van binnenlandse!)# zaken, strekkende om zijne exc.
ingenomenheid te betuigen met het door den gemeen
teraad gedaan verzoek tot plaatsing van een station van
den spoorweg aan de westzijde van het kanaal in de
nabijheid der stad en eene verbinding vau het marinedok
met het te graven kanaal.
In navolging van wat elders met znlk uitstekend
succes geschiedt, heeft zich te Dordrecht een commissie
geconstitueerd tot bet houden van zoogenaamde „volks
vermaken." Het initiatief is genomen door het bestuur
van het aldaar gevestigde departement der Maatschappij
tot nut van 't algemeen. De commissie is zeer talrijk. Zij
is samengesteld uit den voorzitter, secretaris en penning
meester van het departemenstbest.unr, drie leden van het
departement, den majoor-kommandaut en een officier voor
de muziek van de stedelijke schutterij en afgevaardigden
van de Vereeniging tot bevordering der handwerk- en
fabrieknijveiheid en van de meeste genootschappen, al
daar gevestigd en gewijd aan de beoefening der schoone
kunsten. Reeds had er, naar men ons meldt, een „volks
concert" plaats, dat uitnemend slaagde. De volgende
week zal de commissie zich constitueeren.
Uit Utrecht schrijft men onder dagteekening van
21 dezer:
„De Maatschappij tot nut van den Javaan, in de laatste
helft van het vorige jaar te Arnhem opgericht, telt sedert
korten tijd ook eene afdeeling Utrecht. Deze werd on
langs door eeuige ijverige mannen alhier in het leven
geroepen en heeft zich gisteren, in hare tweede verga
dering, geconstitueerd. Tot leden van haar bestuur
werden gekozen de heeren prof. C. W. Opzoomer,
prof. O. van Rees en dr. J. W. Bok. Ofschoon de afdeeling
nog geen groot aantal leden telt, bevinden zich onder
dezen toch verscheidene mannen van naam, zooals, be
halve de reeds genoemden, prof. Millies, prof. R. van Rees,
prof.Buys Ballot,prof. Brilt,prof. J- A.Frnin, prof. Koster,
de heer Wolbers, enz.
„Het schoone doel van deze maatschappij is bekend. Zij
beoogt handhaving en toepassingder beginselen van recht
vaardigheid en liefde tot den naaste, die de betrekking
tusschen het moederland en Java moeten kenmerken.
Daartoe wil zij o. a. in Nederland: „door vergaderingen en
populaire geschriften de kennis verspreiden van den
roaatschappelijken en zedelijken toestand der Javanen,
en wijzen op bronnen van welvaart en bloei, thans tot
schade van moedeiland en Indië veronachtzaamd of be
lemmerd;in het licht stellen en bestrijden alle onrecht,
tegen Javanen, door wie ook, gepleegd; maatregelen
uitlokken en ondersteunen tot bevordering van het doel
der Maatschappij, in overeenstemming met de wet en de
staatsinstellingen."
„Eveuzoo is het haar streven op Java, „binnen de gren
zen der wet en met eerbiediging vau den band, die Java
aan Nederland verbindt, door zedelijken invloed en stof
felijke middelen het welzijnder inboorlingen te bevor
deren, zoowel door aanmoediging van bet onderwijs als
door ondersteuning der pogingen, die tot hunne geeste
lijke ontwikkeling worden aangewend."
„Bij de groote onzekerheid, waarin de meesten onzer
landgenooten verkeeren ten aanzien der toestanden en
behoeften op Java, en bij de steeds toenemende overtui
ging van ons volk, dat Nederland andere plichten jegens
de Javanen te vervullen beeft, dan voor zich zelf de
vruchten van hun arbeid te plukken, voorziet deze maat
schappij in eene dringende behoefte. Mannen van allerlei
richting kunnen in baar zich vereenigen, want zij beoogt
een doel waarnaar elke partij streeft. Zij kiest geen partij
in den grooten kolonialen strijd onzer dagen; zij wil
slechts kennis aanbrengen, licht ontsteken, belangstel
ling opwekken, onrecht bestrijden, het goede bevorderen
waar zij dit vindt. Dat zij echter alleen dan aan het doel,
bij de oprichting beoogd, kan beantwoorden, wanneer
duizenden bij duizenden toetreden, wanneer in elke
gemeente van eenig belang eene afdeeling gevestigd is,
en zij, in een woord, de zaak van bet gansche Nederland-
sche volk geworden is, behoeft wel geen opzettelijk
betoog."
Volgens bekendmaking in de Staatscourant van giste
ren en heden zal het hof voor den Lijd van vier dagen
den lichten rouw aannemen, wegens het overlijden van
H. H. mevrouw de hertogin douairière Louise Caroline
van Sleeswijk-Holstein Sonderbnrg Glucksburg, prinses
van Hessen Kassei.
Benoemingen en besluiten.
ridderorden. Vergunning verleend aan den heer
A. E. Maas, lid van het college voor de zeevisscherijen,
tot het aannemen en dragen der versierselen van ridder
der orde van het Legioen van eer, hem door Z. M. den
keizer der Franschen geschonken.
leger. Op verzoek pensioen verleend, ten bedrage
van f 1020 's jaars, aan den kapitein G. D. van der Mey,
van het 2e regiment infanterie.
Benoemd bij het wapen der infanterie, bij het 7e regi
ment, naar ouderdom van lang, tot kapitein 3e klasse de
Ie luitenant-adjudant H. F. C. A. van der Pla3, van het
instructie-bataljon, en tot len luitenant de 2e luitenant
W. C. Bresler, van het korps.
KOLONiëN. Benoemd tot adsistent voor den dienst der
Nederlandscbe bezittingen ter Kust vbd Guinea, de aldaar
gedetacheerde sergeant van het leger in Nederlandsch
Indië J. A. de Beer, en de heer H. P. de Peypers, thans
klerk bij de Maatschappij tot exploitatie van staats
spoorwegen.
belastingen enz. Benoemd tot ontvanger der regis
tratie en domeinen te Vollenhove de heer C.W. Henf ke,
thans als zoodanig te Terhorg.
Opgeheven de ontvangkantoren der directe belastingen
en accijnsen te Sommelsdijk, Oude Tonge en Ooltgens-
plaat, bevattende de gemeenten Sommelsdijk, Nieuwe
Tonge, Oude Tonge, den Bommel en Ooltgensplaat, en
de gemeenten Sommelsdijk en Nieuwe Tonge gevoegd
hij het ontvangkantoor der directe belastingen en
accijnsen te Middelharnisc.a., onder voortdurend beheer,
op den voet van éen kantoor, van den ontvanger
H. J. Goetzee; voorts ingesteld een ontvangkantoor der
directe belastingen en accijnsen te den Bommel voor de
gemeenten den Bommel, Oude Tonge en Ooltgensplaat
(hoofdplaats den Bommel), en benoemd tot ontvanger der
directe belastingen en accijnsen te Nieuwenhoorn c. a. do
heer J. R.Nieuwenhuysen, thans ontvanger der zelfde mid
delen te Ooltgensplaat.
Opgeheven de ontvangkantoren der directe belas
tingen en accijnsen te Havelte en Ruinen, bevattende de
gemeenten Havelte, Nijeveen, Ruinen, Ruinerwold en de
Wijk, en ingesteld een ontvangkantoor der directe
belastingen en accijnsen te Ruinerwold, voor de ge
meente Ruinerwold,Ruinen, de Wijk en Njeveen (hoofd
plaats Ruinerwold), met benoeming tot ontvanger der
directe belastingen en accijnsen te Ruinerwold c. a. van
den heer C. Pothoff Hulst, thans ontvanger derzelfde
middelen te Ruinen c. a.; voorts is de gemeente Haveito
gevoegd bij het ontvangkantoor der directe belastingen
en accijnsen te Diever c. a., onder voortdurend bestuur
van den ontvanger G. van Baaien.
Kerknieuws.
Te Domburg is bij de stemming betreffende de uit
voering van art. 23 van het nieuw synodaal reglement
beslist, dat de nieuwe wijze van benoeming van kerke-
raadsleden en beroeping van predikanten aldaar niet zal
gevolgd worden.
Onderwijs.
Naar aanleiding van een voorval op eene der lagere
scholen in Friesland is door den inspecteur van het lager
onderwijs en de schoolopzieners aldaar de volgende cir
culaire aan de onderwijzersin die provincie toegezonden:
„De ondergeteekenden achten zich verplicht, naar
aanleiding van hetgeen in den laatst verloopen tijd ge
schied is, een welgemeend en ernstig woord tot u te
richten.
ij doen dit geenszins om u in uwe individueele
vrijheid te beperken of te belemmeren, ook niet om een
invloed uit te oefenen, dien wij rekenen dat buiten onze
bevoegdheid is, nog minder om ons gezag aan te matigen,
maar enkel en alleen om tl opmerkzaam te maken op
onaangenaamheden, welke gij zoudt kunnen ondervinden,
om u te waarschuwen voor gevaren, die u zouden kunnen
dreigen.