COURANT.
N* 37.
Dinsdag
4867.
5 Maart.
tMnmnlantr,
Editie van Maandag avond 8 uren.
aaabestebim.
MEST-VERK.OOPIN&
^en 15 Maart 1867, dos voormiddags ten
iu «re, zal, m plaats van op den 8 Maart 1867, onder
a eie goedkeuring, door den commissaris des konings
n e provincie Zeeland, of, bij zijne afwezigheid, door
een aer deden van de gedeputeerde staten, eu in bijzijn
van den hoofdingenieur van den waterstaat, in het lilde
aan bet lokaal van het provinciaal bestuur te
Middelburg, worden aanbesteed:
Het aanleggen van werken op het strand
aan de Oude Hoeve, noordwestzij de van
het eiland Schouwen.
Deze aanbesteding zal geschieden bij inschrijving
en opbod.
Het bestek ligt ter lezing aan het gebouw van het
ministerie van binnenlandsche zaken, aan dat van bet
provinciaal bestuur van Zeeland, te Middtilbnrg, en is
voorts op franco aanvrage, tegen betaling der kosten, te
bekomen bij den boekhandelaar M. Nijhoff, Raamstraat
no. 49 te 's Gravenhage en door zijne tusschenkomst 'ra
de voornaamste gemeenten des rijks.
Ziillende den 7den en 4en dag vóór de besteding de
noodige aanwijzing tin locoworden gedaan; voorts zijn
nadere inlichtingen te bekomen bij den hoofdingenieur
van den waterstaat te Middelburg en bij den ingenieur
te Zierikzee.
's Gravenhage, 26 Februari 1867.
Van wege den minister,
De secretaris generaal,
J. SCHRÖDER.
DeBurgemeesteren Wethouders van Vlissingen
zullen op Vrijdag den 15 Maart 1867, des namiddags
te 2 uren, ten raadhuize aldaar, in het openbaar bij in
schrijving en opbod verkoopen de Sttraatmest, die
tot den 1 November 1867 .van wege de gemeente zal
worden verzameld, met inbegrip van eene boeveelheid
van circa 150 last, nu reeds voorhanden.
Op de voorwaarden die ter lezing liggen ter secretarie
dier gemeente-van des voormiddags ten 10 tot des na
middags te 3 uren, uitgezonderd des Zondags.
Vlissingen, den 1 Maart 1367.
De burgemeester en wethouders voornoemd
J. W. CALLENFELS.
De seoretaris,
P. FORBES WELS.
Middelburg 4 Maart.
De voorstellen, waarop de staten dezer provincie in
eene morgen te openen buitengewone vergadering,znllen
géhoord worden, betreffen, gelijk wij vroeger reeds gemeld
hébben, den stoombootdienst. op de WputPr.'^holria
Gedeputeerde staten stellen in de eerste plaats voor:
1. bij onderhandsche overeenkomst, in Nederland te
doen vervaardigen
a. een yzeren atoomboot, waarin het stoomwerktuig
van de bont Stad Vlissingen no. 1 zal geplaatst
worden, en waarvoor hetgeen van den inv.en-
taris dier boot bruikbaar is, zal gebezigd worden.
[De kosten hiervan worden geschat op f 22,000 of
daaromtrent];
i. een ijzeren stoomboot met stoomwerktuig. [De
uitgaven daarvoor worden begroot op f 38 000 A
f 40,000]
2. het overblijvende van de Stad Vlissingen no. 1 als
mede de Zeeland, op de voordeeligste wijze te' ver
vreemden.
In verbauil met deze plannen wordt verder voorgesteld:
het sluiten eener geldleening tot een bedrag van hoog
stens f 80,000, niet op de tot dusver gevolgde wjjze, maar
tegen zoodanige renten en op zoodanige voorwaarden als
gedeputeerde staten het meest nuttig en voordeelig
zullen oordeelen. De te leenen gelden zouden moeten
worden afgelost in het tijdvak van 1869—1892, jaarlijks
met niet minder dan drie duizend gulden.
Ten slotte wordt aan de beslissing der vergadering een
voorstel onderworpen om de begrooting overeenkomstig
bovengenoemde voorstellen te wijzigen.
Tot het denkbeeld om de stoomboot de Stad Vlissingen
niet te doen herstellen, maar door een nieuwe ijzeren
boot te vervangen, hebben geleid de rapporten door
deskundigen, omtrent het vaartuig en de machine uit
gebracht. De kosten voor het herstellen van het vaartuig
zijn daarbij ad /"75G0 a /"8000, die voor het herstellen,
uitnemenweder inzetten enz. der machine op f 2480
geraamd.
Als motief tot het verkoopen van de Zeeland wordt
opgegeven de ongunstige stemming, waarin de openbare
meening ten opzichte van dat vaartuig blijft verkeeiien.
Be tweede kamer heeft beden de begroeting voor
justitie met 43 tegen 21 stemmen aangenomen.
In den loop der discussie heeft de minister nadruk
kelijk te kennon gegeven dat de afschaffing van de dood
straf en de afschaffing van den lijfsdwang niet door hem
zonden worden voorgesteld.
De afdeelingen van de tweede kamer der staten-gene-
raal hebben jl. Zaterdag onderzocht het wetsontwerp tot
wijziging der begrooting van Nederlandsch Indië voor
het dienstjaar 1867, strekkende tot traktements verboo
ging der inlandsche hoofden en ambtenaren op Java en
Madura.
In de sectiën der tweede kamer is, naar men ons
meldt, bet ontwerp van wet over den bouw van de brug
over bet Hollandsch Diep, niet gunstig ontvangen.
In de heden namiddag te Vlissingen gehouden zitting
van den gemeenteraad is door den heer'Pot het wen-
schelijke betoogd, om bij de regeering aan te dringen op
eene wijziging van het ontwerp voor de spoorweg- en
kanaalwerken voor zooveel die gemeente aangaat, en wel
zoodanig, dat de spoorweg in plaats van aan deoost-
zijde, aan de westzijde van het kanaal zou worden gelegd,
alsmede dat eene verbinding van de stad met de haven
en doks plaats hebbe. Hij heeft mitsdien voorgesteld om
öf eene commissie uit den raad te benoemen, ten
einde hierop bij den minister persoonlijk aan te dringen,
óf een adres in dien geest aan de regeeting in te dieuen.
Vólgens besluit van den raad zal dit voorstel een punt
van overweging bij het dagelijksch bestuur, met toevoe
ging van drie deskundige leden (de heeren Tideman, de
Krnijff en Verkuyl Quakkelaar) uitmaken, ten einde
daaromtrent zoo spoedig mogelijk hun gevoelen aan den
raadunede te dealen.
Bij koninklijk besluit is aan eene bijzondere commis
sie opgedragen de vervaardiging van een supplement
op de Pharmacopoea Neerlandica en de Nederlandscbe
apotheek, in welk supplement bedoeld artseiiij-meng-
kundig formulierboek wordt, gewijzigd eu aangevuld
overeenkomstig den tegenwoordigen stand.der weten
schap. Daarin zijn benoemd: tot. lid en voorzitter
dr. F. A. W. Miqnol, hoogleeraar te Utrecht; tot secre
taris dr. C. A. J. A. Oudemans, hoogleeraar te Amsterdam;
tot leden, G. J. Jacobsen, oud-apotheker te Schiedam,
dr. P. J. van Kerckhoff, hoogleeraar te Groningen,
P. J. Haaxman, apotheker te Rotterdam, F. J/Swartwoirt,
apotheker te Amsterdam, en dr. J. E. do Vrij, te 's Gra
venhage.
Op het voorstel van den heer Enthoven, in de zitFng
van den gemeenteraad van 's Gravenhage den 22 Ja
nuari 1867 ingediend, dat toen ondersteund werd door do
heeren Mock en Bleeker, en de strekking beeft om de
directie van den Hollandscbenschouwburg uitte noodigen
des Zondags avonds gepaste voorstellingen te geven,
tot zoo geringen entréeprijs, dat de „kleine burgerman" en
de .„werkzame klasse" daarvan gebruik kunnen maken,
waartegen aan de directie eene nader te bepalen toelage
zal worden toegekend, in £een geval tot een hooger
bedrag dan f 5000 <en zulks hg .wijze van proefneming
voor .een jaar, hebben burgemeester en wethouders een
ongunstig praeadvies uitgebracht. Zij zijn tot dit resul
taat geleid door de navolgende redenen 1. na raadpleging
met den directeur van den Hollandschen schouwburg,
die het denkbeeld als strijdig met zijne belangen be
schouwt, zoodat maar zijn gevoelen de voorgestelde extra
toelage van f 5000 in geen geval voldoende zon zijn, is
men eenparig tot de overtuiging gekomen, dat de aan
neming van het voorstel niet is aan te raden; 2. de ver
wezenlijking van het denkbeeld, 'twelk aan het voorstel
ten grondslag ligt, behoort niet tot de taak van een
gemeentebestuur, maar daarin behoort zoo noodig door
particulieren te worden voorzien; 3. de ondervinding
heeft bij herhaling geleerd, dat bij de Zondags voorstel-
lingen tegen gewone entrée-prijzen, wsartoe van rijd tot
tijd vergunning is verleend, de derde rang niet zelden
wordt verontreinigd, een kwaad, dat bij vermindering der
entrëe:prijzen voorzeker zal verergeren en zich wellicht
tot andere rangen zou uitstrekken, waarbij nog komt dat
de Zondagsvoorstellingen eerst te 8 uren des avonds
kunnen aanvangen, betgeen ten gevolge heeft dat die
voorstellingen in den regel vrij laat geëindigd zijn; 4. de
overigens welwillende bedoelingen van de heeren voor
stellers wegen tegen deze ontwikkelde bezwaren geens
zins pp, wanneer men bovendien hierbij 'D aanmerking
neemt, dat de gewone voorstellingen ook voor de mindere
klasse, nu reeds tegen geringe entrée-prijzen toegan
kelijk zyn.
Marine en leger.
De minister van marine heeft ter kennis gebracht van
belanghebbenden een staat van nalatenschappen, welke
in den loop des jaars 1865, ten gevolge van het overlijden
of het vermist geraken van manschappen, behoord heb.
bende tot de Koninklijke Nederlandsche marine, open
gevallen en als niet door de erfgenamen opgeëischt, in
bewaring zijn,gebleven van het,departement van marine
of van bet korps mariniers. Be minister heeft allen, die
vermeenen op de vermelde nalatenschappen, recht te
hebben, opgeroepen, ten einde zicb, met,overlegging der
bewijzen, aan te melden.
- Reeds is door ons medegedeeeld, 'het koninklijk
besluit van 19 Februari 1867, nopens de lichting der
nationale militie van 1867. Die lichting ten bedrage
van ldjOOO man, wordt verdeeld als volgt: Noord-Brabaut
136S, Gelderland 1335, Zuid-Holland 1995, Noord-Hol
land 1664, 'Zeeland 536, Utrecht 515, Friesland 962,
Overijssel 808, 'Groningen 692, Drenthe 342, Limburg
777 man.
Gemengde berichten.
In de vlassei-y van de heeren C. van der Vliet en
J. L. de Does te Zierikzee is Zaturdag middag omstreeks
kwart vóór een uur brand onstaan, welke in den tijd van
éeu nur twee gebouwen, staande in het Jannewekken,
geheel in de asch heeft gelegd. Terstond was de brand
weer ter hulp gesneld. Ook de schutterij en politie ver
schenen spoedig op de plaats des onheils. Naar wij
vernemen waren zoowel do gebouwen als hetgeen er
zich in bevond legen brandschade verzekerd. Het domp-
buis is blijven ataan. Daar gemelde vlasschuren geheel
op zich zelf stonden, kon men den.brand spoedig stuiten.
De oorzaak is onbekend.
In den nacht van jl. Dinsdag op Woensdag is op
den Lancaster en Carlisle spoorweg een vreesélijk onge
luk gebeurd. De lyn loopt ter plaatse van het ongeval
van zuid.naar noord. Een goederentrein,,die noordwaarts
stoomde, derailleerde. Van ieen der 'goederenwagens,
midden in den trein, brak de as, de wagen stortte om en
sleepte onderscheiden andere wagens mede, waaronder
ook een kruitwagen. Deze laatste bestond uit een van
alle kanten gesloten ijzeren cylinder, die alleen tot het
vervoeren van buskruit ^gebruikt werd en naar bet
schijnt op bet oogenblik wan 'het ongeluk een groote
massa kruit hiélti. De wagen bleek doelmatig te zjjn,
want het kruit ontplofte niet, en rustig lagen de omge-
storte wagens, sommigen half gebroken, over den w?g.
Ongelukkig kwam weinige oogenblikken later de goeder-
rentrein zuidwaarts op betaudere spoor, dat ooit versperd
was, in woilen vaart aanstoomen, en liep regelrecht in
de verwoeste hoop, die over de rails lag, en midden t oor
den ijzeren kruitwagen. Zoodra deze scheurde, vatte