de schatkist en uit het oogpunt van het beter onder
houd van weg en gebouwen, en over het algemeen
van betere bezorging van den dienst. De groote meer
derheid echter ontwikkelde een tegenovergesteld ge
voelen. Zij achtte in ieder geval het oogenblik niet
gunstig gekozen om thans de exploitatie van staats
wege te beginnen en zon het eene groote onbillijkheid
achten, wanneer de staat van de tijdelijke geldverlegen
heid der maatschappij gebruik maakte om zich een voor
deel te verschaffen.
Men meende intnsschen ook van die zijde dat althans
het voordeel der rente en der terug betaling van het te
verstrekken voorschot aan de schatkist behoort verze
kerd te blijven.
Algemeen, ook van do zijde der voorstanders van het
wetsontwerp, verlangde men nadere inlichtingen en op
helderingen van de regeering omtrent den toestand der
maatschappij, ook voor zoover deze sedert de indiening
der voordracht verandering kon hebben ondergaan.
Voorts drong men op nieuw aan op het bezwaar dat
zou voortvloeien uit eene opvordering van het voorschot
bij gedeelten. Duidelijk wilde men gestipuleerd hebben
dat dit niet kon plaats hebben, dat althans niet minder
dan de hdft van het te verstrekken kapitaal in eens zal
mogen worden teruggegeven. Daardoor zou aan den
staat wellicht een vrij aanzienlijk rente-verlies worden
bespaard.
De maatstaf, die tot berekening der waarde van het
materieel der maatschappij in de overeenkomst is aan
genomen, vond evenzeer op nieuw vrij krachtigen
tegenstand.
Terwijl sommige leden de voorgestelde vrijstelling der
rechten van registratie en inschrijving op nieuw bestre
den, daar zij die als eene onnoodige gunst aan de maat
schappij beschouwden, waren anderen van oordeel dat
het onbillijk zou zijn om de te verleenen ondersteuning
zoo duur mogelijk door de maatschappij te laten betalen.
Deze qnaestie gaf intusschen aanleiding om te wijzen
op de gebreken der wetten die op het stuk der registra
tie hier te lande gelden. Vele leden gaven hnn wensch
te kennen dat deze regeering spoedig een wetsontwerp
zou indienen, waarbij de heffing der registratierechten
op voldoende wijze wordt geregeld.
De gemeenteraad van Utrecht heeft in zijne in de
vorige week gehouden zitting eene beslissing genomen
betreffende de plaats voor oprichting van een ziekenhuis
aldaar. Het plan was wel is waar reeds vroeger door den
raad goedgekeurd, doch toen stuitte men op het bezwaar
van gebrek aan terrein. Die moeilijkheid kon nu worden
opgeheven en de met deze zaak belaste commissie stelde
dan ook voor, een perceel land onder Katharijne, ter
grootte van 2 bunders 55 roeden, voor f 30,000 daartoe
aan te koopen. Het was dit voorstel waaromtrent alsnu
moest worden beslist. Eon der leden stelde bij den aan
vang der beraadslaging eene motie van orde voorttrek
kende om geen gevolg te geven aan het voornemen tot
oprichting van een nienvv ziekenhuis of de daartoe
noodige gronden aan te koopen, zoolang niet is uitge
maakt dat het rijk minstens f 100,000 zou bijdragen, dat
de directe belastingen er niet door verhoogd zouden
behoeven te worden en dat men de tekortkomende gel
den op de gewone wijze zou kunnen negotieeren. Deze
motie werd echter met 21 tegen 9 stemmen verworpen.
Over de voordracht der commissie liep de zienswijze
zeer uiteen. Sommigen achtten de aankoop niet wensche-
lijk, daar het terrein te veel aan bet uiteinde der stad en
ook te dicht bij de stations der spoorwegen en stoomboo-
ten ligt, te klein is en te weinig gelegenheid tot latere
uitbreiding van het ziekenhuis aanbiedt. Een dezer
sprekors wees er op, dat in 1863 te Kopenhagen een
ziekenhuis is gebouwd op eene oppervlakte van 76,000
vierk. ellen. Van het voorgedragen terrein te Utrecht
gebruik makende zal de kubieke ruimte volgens de
commissie voor eiken zieke omtrent 33 kub.el bedragen.
Spreker toonde aan dat die ruimte niet te groot is en
gaf zijne vrees te kennen dat het op de voorgedragen
plaats op te richten gebouw spoedig niet meer zal voldoen.
Per zieke bedraagt de ruimte in Koppenhagen 47, te
Berlijn (Bethanie-hospitaal) 50, te Brussel (hospitaal
St. Jean) 48 kub. el. Daarenboven zijn de zalen te
Kopenhagen ingericht voor 10, 5, 2 en 1 zieken, terwijl
de zaken voor Utrecht zijn geraamd op 12zieken. Ook
de tijdsomstandigheden werden door sommige loden als
te ongunstig beschouwd om thans tot een werk, dat
twee a drie tonnen gouds zal kosten, te besluiten.
Deze bezwaren werden door de meerderheid niet ge
deeld. De voorstanders der voordracht deden uitkomen,
dat niet het plan van oprichting, maaralleen de aankoop
van terrein een punt van beraadslaging kon uitmaken en
dat de aankoop van het voorgestelde terrein om verschil
lende redenen wenschelijk was. Niet alleen bestaat er,
naar hun oordeel, geen uitzicht op een beter, maar moet
ook niet gehecht worden aan het geopperde bezwaar dat
het voorgestelde te dicht bij de stations zou gelegen zijn,
daar dit bezwaar door de geneeskundige faculteit zelfs
niet wordt gedeeld. Het terrein werd door de meeste
leden ook groot genoeg beschouwd voor de oprichting
van een ziekenhuis met 300 bedden, terwijl de vereischte
kubieke ruimte voor eiken zieke geheel van de aan te
brengen ventilatie ondersteld werd af te hangen. Ook
werd opgemerkt dat men reeds veertien jaren lang naar
een geschikt terrein heeft nitgezien, zoodat het tijd
werd eindelijk eene beslissing te nemen.
De slotsom der gedachtenwisseling was dat de voor
dracht tot aankoop van een perceel land onder Katha
rijne met 19 tegen 11 stemmen werd aangenomen.
De Staatscourant van jl. Dinsdag bevat opgaven betref
fende de cholera over de week van 11 tot 17 November.
Noord - Brabant: aangetast 6, overleden 2. Sedert
het begin der ziekte aangetast 1,982, overleden 1,169.
Gelderland: aangetast 2, overleden 1. Sedert
het begin der ziekte aangetast 2,257, overleden 1,421.
Zuid-Holland: aangetast 21, overleden 8.Se
dert het begin der ziekte aangetast 12,845, overleden 7,675.
Noord-Holland: aangetast 10, overleden 6. Se
dert het begin der ziekte aangetast 3,572, overleden 2,580.
Zeeland: aangetast9, zijnde 6 te St. Annaland, 3 te
Westdorpe. Overleden 5, t. w.: 4 te St. Anualand,
1 te Westdorpe.
Sedert het begin der ziekte aangetast 367, waarvan
2 te Breskens, 3 te Bruinisse, 2 te Clinge, 1 te Elle-
woutsdijk, 12 te Goes, 11 te Hengstdijk, 24 te Hoek, 1 te
Kats, 7 te Kruiningen, 1 te Middelburg, 32 te Neuzen, 5 te
Nieuwerkerk, 2 te Oud-Vossemeer, 26 te Philippine, 1 te
Rilland, 1 te Sas van Gent, 20 te Scherpenisse, 63 te
Sint-Annaland, 2 te Sint-Jansteen, 70 te Sint-Maartens
dijk, 17 te Sint-Philipsland, 1 te Stavenisse, 6 te Tholen,
2 te Vlissingen, 43 te Wemeldinge, 9 te Westdorpe, 1 te
IJzendijke, 1 te Zierikzee en 1 te Zonnemaire. Overleden
235, zijnde 1 te Breskens, 1 te Bruinisse, 1 te Clinge,
1 te Ellewoutsdijk, 4 te Goes, 7 te Hengstdijk, 13 te
Hoek, 1 te Kats, 6 te Kruiningen, 1 te Middelburg, 21 te
Neuzen, 5 te Nieuwerkerk, 1 te Oud-Vosseineer, 20 te
Philippine, 1 te Rilland, 1 te Sas van Gent, 10 te Scher
penisse, 48 te Sint-Annaland, 2 te Siut-Jansteen, 39 te
Sint-Maartensdijk, 15 te Sint-Philipsland, 1 te Stavenisse,
5 te Tholen, 1 te Vlissingen, 24 te Wemeldinge, 2 te
Westdorpe, 1 te IJzendijke, 1 te Zierikzee en 1 te Zon
nemaire.
Utrecht: aangetast 0, overleden 0. Sedert het
begin der ziekte aangetast 4,149, overleden 2,648.
Friesland: aangetast 5, overleden 1. Sedert het
begin der ziekte aangetast 724, overleden 453.
Overijsel: aangetast 1, overleden 1. Sedert het
begin der ziekte aangetast 1,724, overleden 1007.
Groningen: aangetast 5, overleden 1. Sedert
het begin der ziekte aangetast 2,532, overleden 1,479.
Drenthe: aangetast 0, overleden 0. Sedert het
begin der ziekte aangetast 603, overleden 361.
Limburg: aangetast 8, overleden 6. Sedert het
begin der ziekte aangetast 846, overleden 425.
Algemben totaal: aangetast 67, overleden 31.
Sedert het begin der ziekte aangetast 31,611; over
leden 19,459.
Recapitulatie:
In de week van
Aangetast
Overleden
29 April—5 Mei.
305
159
6-12
222
120
13-19
192
118
20-26
179
100
27 Mei—2 Juni.
312
166
39 Juni.
1070
591
10-16
2295
1396
17-23
1738
.1117
24-30
2501
1478
1—7 Juli.
3687
2136
8-14
2086
1368
15—21
3676
2067
22—28
2682
1646
29 Juli—4 Aug.
1993
1270
511 Aug.
1405
893
12-18
962
653
19-25
791
535
26 Aug.—1 Sept.
1353
844
28 Sept.
991
678
9—15
851
541
16-22
472
327
23-29
314
239
30 Sept.—6 Oct.
456
250
7—13 Oct.
380
243
14-20
207
150
21-27
203
108
28 Oct.—3 Nov.
117
91
410 Nov.
68
43
11-17
67
31
Kerknieuws.
De heer J. W. A. Greve, predikant te Oostkapelle, na
volbrachten veertigjarigen diensttijd eervol emeritu3
verklaard, nam jl. Zondag van zijne gemeente afscheid
met eene rede naar aanleiding van 2 Cor. 13: 13.
Marine en leger.
Volgens bericht van Zr. Ms. schroefstoomschip Leeuw
arden, van den 30 Octoberj!., bevond zich dat schip
op 2 graden noorderbreedte dicht bij de linie. Alles
was wel aan boord.
Gemengde berichten.
Bij het vele dorre, hetwelk het proza van andere cou
ranten ons in den regel aanbiedt, is het een welgevallige
afwisseling, wanneer de poëzie bare schoone gaven nu
en dan in de nieuwe Goessche courant uitstort. Onlangs
deelden wij een staaltje mede van de wijze waarop de
door de dichtkunst bezielde N. van Os Pz. uit Leiden,
zijn gemoed lucht gaf. Van dien zanger zullen wel geen
welluidende accoorden ons meer in verrukking brengen,
want een advertentie in de Nieuwe Goessche courant
van eergisteren deelt ons mede, dat die „in den eersten
Adam verdoemde, doch, gelijk hij vast vertrouwde, in
den tweeden Adam verloste zondaar" is overleden.
Gelukkig heeft hij dadelijk een opvolger gevonden in
„de Gr." die in genoemd weekblad onder het opschrift
Aan mr. J. Heemskerk Az., minister van binuenlandsche
zaken, en mr. J. P. J. graaf van Zuylen van Nyevelt,
minister van buitenlandsche zaken, het volgende gedicht
ten beste geeft:
Heemskerk, met uw edel voorhoofd,
daar men schranderheid op leest;
Zuylen, wien eens 't land in koor looft,
met uw argloos vromen geest;
D'eerste stap in Bismarck's voetspoor
hebt ge in 's Heeren kracht gedaan
Weest er nu ook verder goed voor!
blijft niet halverwege staan
Eiverlost ons van de grondwet,
die Oranje en God belaagt
Maakt de kamer 't weer te bout, met
frisschen moed ze uiteen gejaagd!
Geeft ons ook een nieuwe kieswet,
die niet strijdt met 's Heeren leer.
Lukte u dit, dan zeker wier het
vaderland weêr als weleer.
Odan deelde 't in het aardsche
heil dat God aan Pruisen geeft;
Dan wordt eens van U verklaard: »ze
hebben Bismarck nagestreefd."
's Hage, November 1866.
En men meene niet dat deze redeneering gekheid is.
Neen zij is volle ernst, ook in hare overige bladzijden
verkondigt die courant dezelfde leer. Zeer merkwaardig
is o. a. het mede in het nommer van eergisteren voor
komende betoog: dat de eed door den koning op de grond
wet afgelegd, geworden is wat de eed van koning Herodes
aan zijne dochter geworden was, en dat men dus moet
roepen weg met zulke valsche eeden
Eergisteren avond is een man te Vlissingen, door
de duisternis misleid, van de sluis afgestapt en in het
water gevallen; gelukkig voer er juist een sloep naar
buiten, en werd hij door de daarin zittende roeiers opge
merkt en, hoezeer hij reeds onder water was, gered.
Tien bakkers te Hengelo hebben in de Enschede-
sche courant een brief openbaar gemaakt, door hen aan
den heer Hattink, predikant te Tnbhergen, in zijne qua-
litoit van „hoofdman" der kiezersvereeniging Koning en
vaderland, te Tubbergen, geschreven. Zij eischen daarin
van den heer Hattink, dat hij hun den persoon zal noemen,
die, volgens het beweren van den heer Just de la
Paisières, zich door den heer van der Linden met een
last tarwe zou hebben laten omkoopen om stemmen voor
hem te winnen. De tien bedoelde bakkers verlangen dit
daarom van den heer Hattink, omdat hij aan het hoofd
staat van de kiezersvereenigjng, uit wier naam de heer
Just de la Paisières gesproken heeft.
Men verneemt dat ook te Wageningen zich een be
stuur heeft gevormd van eene vereeniging tot vrijwillige
oefening in den wapenhandel, en dat onderscheidene
personen daarbij reeds als lid zijn toegetreden.
Als een voorbeeld van het aantal kleine staatjes in
Thuringen verhaalt men, dat bij een jachtdelict in die
streken, het een groote vraag was in welk land het feit
gepleegd was; de haas was doodgevallen onder een
Keurhessischen boom, doch bet schot was gekomen uit
een hertogelijk Saksen-Coburg-Gotascb boschje, terwijl
de kogel nog onderweg een stukje koninklijk Pruisische
lucht moest doorklieven, hoewel de afstand slechts 70
passen was.
Men verhaalt, dat dezer dagen langs den trans-
atlantischen telegraafkabel eene depêche gezonden i3
aan generaal Oastelnau, die 47,000 franken van over
seinen gekost heeft.
Op eene boekverkooping te Utrecht,door den boek
handelaar Beijers gehouden, was een verzameling ge!e"