öüitentetö.
Duitschland.
Oostersche quaestie.
Algemeen overzicht*
Terwijl de voor ontruiming van Rome bestemde ter
mijn ten einde spoedt, loopen weder verschillende ge
ruchten omtrent de oplossing der Romeinsche quaestie.
Thans verhaalt men te Parijs elkander dat er onderhan
delingen met de Pauselijke regeering zouden geopend
zijn om Rome tot eene vrije stad te verklaren met een
gemeentebestuur, waaraan liet kerkelijk element vreemd
zou zijn en blijven.
De aftreding van den Franschen minister van buiten-
landsche zaken en de daarmede in verband staande wij-
'zigingen in Frankrijk's vertegenwoordiging te Weenen,
te Berlijn en te Constantinopel, honden voortdurend de
Parijsclie dagbladpers bezig, die zich daaromtrent echter
zoo voorzichtig mogelijk uitlaat om alle waarschuwingen
te ontgaan.
Keizer Napoleon beeft aan zijne minister van binnen-
landsche zaken de Lavalette, tijdelijk belast met de por
tefeuille van buitenlandsche zaken, in afwachting der
aankomst van den heer Moustier uit Koustantinopel,
waarin hij verklaart volstrekt niet te denken aan eonige
uitbreiding van grondgebied.
In Duitschland gaat Pruisen intusschen rustig voort
om zijne veroverde landen te organiseeren en vredes
verdragen voor te schrijven aan die staten, welke men
voorloopig althans wel onafhankelijk wil laten. Deonder-
handelingen met Saksen hebben echter nog tot geen
resultaat geleid en ook het lot van het groothertogdom
Luxemburg is nog niet belist.
Een bericht uit Florence meldt dat de Fransche gene
raal Leboenf zich reeds met de Oostenrijksche autoriteiten
in betrekking heeft gesteld, om Venetië namens Napo
leon III over te nemen.
Als gevolg van de steeds toenemende vriendschap
pelijke verhouding tussclien de Vereenigde staten en
de regeering te St. Petersburg is het dezer dagen
gesloten handelstractaat te beschouwen. Daarbij worden
door de contracteerende partijen een grooter aantal
voordeelen aan elkander toegekend dan tot dusverre bij
bet van kracht zijnde handelstractaat het geval was.
Het verblijf van keizerin Cbarlotte van Mexico te
Miramar schijnt nog eenigen tijd te zullen duren.,
Volgens berichten uit Weenen vvenscht zij aldaar liet
antwoord af te wachten van keizer Maximiliaan op bet
hem toegezonden rapport omtreut de resultaten harer
zending naar het Fransche hof. De door keizer Maxi
miliaan tot prins verheven Iturbide is insgelijks naar
Mirimar vertrokken om aldaar eenigen tijd te vertoeven
en met keizerin Cbarlotte naar Mexico terug te keeren,
indien althans de verwacht wordende tijdingen uit
Mexico dien terugkeer ten gevolge hebben.
Allereigenaardigst is het antwoord van koning Wil
helm, gegeven aan eene deputatie uit Hannover, welke
bij hem kwam aandringen om zijne inlijvingsplannen
ten opzichte van dit koninkrijk op te geven. Koning
Wilhelm geeft zich daarbij de moeite om de redenen te
ontvouwen van de noodzakelijkheid voor Pruisen om
Hannover in te lijven. Curieus is vooral de aanhef,
waarbij de koning vau Pruisen zijne achting uitspreekt
voor de leden der deputatie, omdat zij als getrouwe
landskinderen gehecht zijn aan hun vorst als vorst, aan
hunne dynastie omdat zij een geruimen tijd door deze
zijn geregeerd.
„Ik zie u met genoegen hier, mijne lieeren zoo sprak
de koning van Pruisen en ik kan slechts achting gevoe
len voor Duitscbe maunen, die ik trouw gehecht zie aan
de dynastie, waarmede zij gedurende eeuwen zijn ver-
eenigd geweest, terwijl de wederzijdsche genegenheid
voor elkander toenam. Ik zou minder achting gevoelen
voor de Hannoveranen als zij bij mij geen enkelen stap
hadden gedaan, waaruit bleek dat zij gehecht zijn aan
hun koninklijk hnis, aan het mijne door bloedverwant
schap verbonden. Ik acht mij dan ook verplicht om u
uitvoerig de redenen mede te deelen, welke mij, in strijd
met mijne eerste plannen en eerst na langen innerlijken
strijd tegen mijn wensch om de onafhankelijkheid
mqneronde bondgenooten te behouden, hebben genoopt
om over te gaan tot de thans reeds ten deele volbrachte
en bij gevolg onherroepelijke inlijvingen.
„Reeds bij den aanvang heb ik verklaard dat mijue
voornemens tot heil van Pruisen en Duitschland slechts
strekten om zedelijke overwinningen te behalen. Men
heeft geglimlacht over die woorden, men heeft er zelfs
zeer den spot mede gedreven, maar toch geef ik u nog
heden de plechtige verzekering dat mijne plannen te
dien opzichte nooit verder zijn gegaan. Als ik op zeven-
tigjarigeu leeftijd den weg van gewelddadige veroverin
gen ben ingeslagen, dan doe ik dit slechts, gedwongen
door de kracht der omstandigheden, door de toenemende
vijandschap mijner zoogenaamde bondgenooten en door
mijn plichtgevoel jegens Pruisen, waarover het bestuur
aan mij is toevertrouwd."
Na op deze gemoedelijke wijze nog verder den weg
van deze oude bekende en gewaardeerde politieke leu
gens te hebben betreden en te hebben gesproken van de
vijandschap der omliggende staten, vooral door Oosten
rijk aangeblazen, gaat koning Wilhelm aldus voort:
„Eindelijk werd mijne positie in Holstein door
Oostenrijk op zulk eene wijze aangetast, dat Pruisen
het niet langer kon dulden. Men slaagde er echter
in om alvorens ik genoopt werd om andere maat
regelen te nemen niet het gevaar te bezweren maar te
verdagen door de overeenkomst van Gastein, want ter
wijl dit tractaat van kracht bleef, zag men Oostenrijk'
plannen al dnidelijker en duidelijker op den voorgrond
treden, welke mogendheid den sedert lang gedreigd heb
benden oorlog met Pruisen thans wilde aanvangen, een
oorlogom de opperheerschappij in Duitschland. Deze in
vloed in Duitschland is het levensbeginsel van Pruisen,
en ter handhaving daarvan niet den strijd te aanvaarden,
ware de opoffering van Pruisen's bestaan geweest. De
quaestie van Sleeswijk-Holstein tradt daardoor op den
achtergrond.
Om dezen grooten strijd te ondernemen waren twee
grondslagen noodig:
1. De overtuiging der rechtvaardigheid van de Pruisi
sche aanspraken, welke alleen kon doen hopen op de
ondersteuning der Voorzienigheid en op den in zijne
handen gestelden gelukkigen oorlogskans.
2. Het werktuig tot dien strijd, het Pruisische leger.
Omtrent de waarde van dat werktuig bestond bij mij
geen twijfel, want geheel mijn leven was gewijd geweest
aan de verbetering van dat leger, zoodat ik mij bevoegd
kon achten om uitspraak te doen over zijne geschiktheid.
Wat de rechtvaardigheid van Pruisen's aanspraken
betrof, deze scheen mij daardoor bewezen, dat zonder de
verwezenlijking dier aanspraken, Pruisen niet zou kun
nen voortbestaan, nocb zich voorspoedigontwikkelen,en
zoo besloot ik met diep leedgevoel tot den beslissenden
strijd, terwijl ik den uitslag in Gods hand stelde.
„En de resultaten van dezen heslissenden kamp tus
sclien twee machtige staten, schitterender dan ik kon
verwachten en dan zelden of nooit in de geschiedenis
zijn voorgekomen, waren het gevolg van eene zichtbare
tusschenkomst der Voorzienigheid, zonder welke zelfs
het meest geoefend leger dergelijke resultaten niet kan
erlangen.
„De positie van de regeering in uw land vóór en gedu
rende de ontwikkeling dezer gebeurtenissen is u bekend,
even als de stemming van 14 Juni, welke op bondsrech-
terlijk gebied allen grond miste, daar hierbij slechts
sprake kon zijn van bondsexecutie, waaraan ik mij wel
is waar niet zou hebben kunnen onderwerpen, als daartoe
besloten ware, maar welke in allen gevalle van de zijde
van Hannover minder de schending vau de bondsconsti-
tutie in ecu tegen Pruisen vijandelijken zin zou hebben
doen uitkomen.
„Gij weet dat er nog onderhandelingen met uwe rege
ring over het aannemen eener neutrale bonding zijn
gevoerd; gij kent mij ne te vergeefs herhaalde nitnoodiging
om toe te treden tot den Noorduitschen bond in den
nacht van 14 Juni, den marsch van de Hannoversche
troepen onder bevel van hun koningen de botsing te Lan-
gensalza waarbij ik mij welnietdeoverwinningtoeschrijf,
maar welke in hare gevolgen toch tot de vernietiging
van het Uannoversch leger heeft geleid.
„Zelfs na de verrassende zegepralen, welke mij de volle
vrijheid hebben gegeven in de keuze der te nemen
maatregelen, waren noch een adres, noch eene deputatie
noodig geweest om mij het gewichtige te doen inzien
van den stap, welke gij wenscht vermeden te zien.
„Intusschen zeg ik u op nieuw mijn dank voor de
betoonde openhartigheid; zij is mij liever dan het tegen
deel, want dit voorspelt eene beter afgebakende verhou
ding voor de toekomst. De ernstigste overweging echter,
smartelijk met het oog op mijne verwantschap met het
koninklijk huis van Hannover, heeft mij de inlijving
van Hannover als een plicht doen beschouwen, om mijn
Pruisen schadeloos te stellen voor de zware otfers, welke
het heeft gebracht, en voor het vervolg de gevaren te
ontgaan welke uit de vijandelijke houding van Hannover
waarschijnlijk zouden voortvloeien."
De president der deputatie sprak in antwoord hierop
o. a. van de noodzakelijkheid om de verbittering door
de inlijvingsplannen bij de vaderlandslievende Hanno
veranen opgewekt, langzamerhand te doen overgaan in
een gevoel van berusting.
De Köln. Zeitung is woedend over dit antwoord van
den baron von Miincbhausen, die zoo weinig waarde
hecht aan de„hooge eer" om Pruisisch burger te zijn. Een
aantal Hannoveranen zijn dan ook waarlijk de „booge
oer" niet waard om zich door von Bismarck allo mogelijke
vrijheden te laten ontnemen. Hnn verzoek echter om van
die hooge eer verschoond te blijven wordt uiettoegestaan.
Een Duitscbe vereeniging te Zurich heeft aan den
heer Jacoby, naar aanleiding van zijne onzen lezers
bekende redevoering in het Pruisisch huis van afgevaar
digden, een brief gericht, waarin dien afgevaardigde
hulde word gebracht voor zijne waardige houding, te
nfidden van al zijne medeleden, die de gelederen der
strijders voor vrijheid en rechtvaardigheid hebben ver
laten. De debatten in het Pruisisch huis vau afgevaar
digden over de indemniteits-bill hebben van dit laatste
weder de vrij treurige bewijzen opgeleverd. Zoo hoorden
wij een vroeger lid der progressistische partij zijn leed
wezen betuigen over de omstandigheid dat hij tegenover
de mannen stond, die, gelijk hij, een waarachtig consti
tutioneel leven beoogden en de eenheid van Duitschland
onder Pruisen's opperheerschappij. Maarzoo vervolgde
hij na de thans plaats gehad hebbende gebeurtenissen,
is de weg om dat doel te bereiken niet de negatie maar
de practische samenwerking aan de grootste taak van
het staatsbestuur. In goed Nederlaudsch beteekent dit
het volgendeDe vergrooting van Pruisen moet gesteld
worden boven de handhaving der vrijheid. Scharen wij
ons dan aan de zijde der regeering, verleenen wij de
indemniteits-bill, welke zij ons wel wil vragen en betui
gen wij haar onzen dank voor zooveel grootmoedigheid!
De Pruisische regeering is aangevangen met het
nemen van maatregelen tot. aanstaande ontbinding der
Landwehr-korpsen.
Het dagblad 1'International bericht dat de Engelsche
regeering eene depêche heeft ontvangen van haren
vertegenwoordiger te Athene, waarin haar wordt mede
gedeeld dat de positie van Griekenland zeer veel
moeilijkheden aanbiedt. Men vreest een algemeenen
opstand der onder Turksch bestuur staande Grieksche
bevolkingen.
Het Grieksch ministerie van buitenlandsche zaken
heeft eene nota gericht aan Engeland om de aandacht
der regeeriug te Londen en der overige beschermende
mogendheden te vestigen op de gevaren welke de
dynastie zonden bedreigen als het gouvernement van
koning George onzijdig bleef te midden der nationale
beweging in de Grieksche provinciën. Het Grieksch
ministerie dringt daarom aan om de tot Turkije be-
boorende Grieksche bevolkingen door middel eeaer
algemeene stemming uitspraak te laten doen over
hun lot.
De Fransche Moniteur meldt dat men op Candia
wellicht nog bloedige botsingen zal kunnen voorkomen,
daar de bevelhebbers der Turksche troepen steeds in
toenaderingsgezinden geest werkzaam zijn.
Met liet oog op de thans toenemende beweging in
Griekenland, ten gunste van de onat hankelijkheid der
nog onder Turkije's bestuur staande Grieksche bevol
kingen, nemen wij het volgend artikel over van een
officieus Russisch regeeringsdagbiad„De gebeurtenissen
die in de laatste tijden in Europa hebben plaats gehad,
de beweging die hier en daar in het Oosten wordt waar
genomen, en eindelijk de algemeene onbevredigdheid,
die oorzaak is dat men, terwijl de vrede in Duitschland
gesloten is, nog het einde van het bloedige treurspel
verwacht, alsof' het laatste woord nog niet over deze
onheilspellende vraagstukken was uitgesproken in een
woord, hetgeen dit oogenblik iu Europa voorvalt, boe
zemt liet Russisch publiek zooveel te meer belang in,
naarmate het begrijpt, dat de vrede voor Rusland noodig
is om de diep ingrijpende hervormingen, waarmede men
slechts eenige jaren geleden begonnen is, te voltooien.
„Maar is de vrede mogelijk onder de veranderingen,
die in Europa hebben plaatsgehad? Sommige zeggeu ja,
anderen beweren het tegendeel en beide tegenover elkan
der staande partijen, die in Rusland talrijke aanhangers
bezitten, verdedigen hunne opinie met ilenzelfden
hartstocht. Rusland, zeggen sommigen, heeft niet het
minste belang oin zich in een misschien op nieuw in
Europa uit te barsten strijd te mengen, het kan slechts
het zwaard trekken om zijne eigene belangen te verdedi
gen en deze wordenalltep in het Oosten bedreigd; maarde
Oostersche quaestie is niet rijp voor eene oplossing; het
oogenblik ia daartoe niet gunstig; deWestersche mogend
heden zijn niet geneigd om de Turksche overheersching te
doen ophouden of liever zich van zelf te laten vernietigen
en daarvoor de volmaakte onafhankelijkheid der chris
ten-bevolkingen in de plaats te stellen. Indien sommige
mogendheden eene voortdurende agitatie te midden der
christen volken van het Oosten onderhouden, indien zij
hunne nationale hartstochten vleien,zijn zij daarbij geens
zins geneigd hen te onttrekken aan de soort van slavernij,
waaronder zij zuchtendat zwaard van Daraocles wordt
behendig gebezigd om de politiek van Turkije des te toe
gevender jegens die mogendheid te maken. Wij, dio niet
gelooven, dat het unr van bevrijding voor deze bevolkin
gen geslageu is,wij kannen haar slechts den raad geven om
alle krachten aan te wenden om baar lot, haar welzijn te
verbeteren, onder afwachting van het oogenblik, waarop
men hareonaf hankelijkheid zal kunnen verzekeren. Laat
Europa iets doen in dien zin en Rusland zal het toejui
chen, maar ons daarin te mengen alleen om met de
mogendheden van het Westen te wedijveren in bet ge
bruiken van die christenbevolkingen iuhetoo3ten als
werktuig, zou onzinnig zijn.
„Het oogenblik zal komen, en wellicht is het niet verre
meer, waarop deze bevolking, zich de banden herinne
rende, die haar aan Rusland verbinden, de oprechte
sympathie,die wij haar voortdnrendbewezen hebben, hare
blikken naar ons zal opslaan. Voor de aanhangers van
de tegenpartij, is het beslissend oogenblik gekomen. Wij
lokken de Oostersche quaestie niet uit, zeggen zij, het is
zelfs ons belang om haar voor het oogenblik tegen te
houden, maar zij is op liet tapijt gebracht zonder mede
werking van Rusland. Aan den eenen kant is Oostenrijk
sedert zijn nederlaag, door zijne Enropeesche vrienden
naar het Ooste gedreven. Men tracht liet aan hét hoofd
van de Slavonische bevolking te plaatsen. Aan den
anderen kant. worstelt Turkije ongetwijfeld tegen geva
ren, die zijne krachten te boven gaan. Het is duidelijk,
dat de mogendheden van het Westen de Oostersche quaes
tie buiten Rusland om, willen oplossen. En zullen wij dan
werkeloos blijven als alles om ons heen in opstand komt?
Het beginsei der nationaliteiten neemt tot nu toe onbe
kende proporties aan, de omstandigheden hebben er
buitengemeene kracht aan gegeven. Duitschland brengt
a! zijne krachten hijeen; hetGermaansch element za! eene
gedragslijn volgen. Italië is Duitschland in deze voor
gegaan; Rusland zal dus alleeD staan in zijne misken
ning van dit beginsel onder al zijne geloofsgeuooteu
van liet Oosten.
„Wij verlangen geen overwinningenwij willen orize
heerschappij in het Oosten niet uitbreidenmaar als de
christelijke bevolkingen, die onder het juk van Turkije
gehukt gaan, totopsland komen, zou dan Rusland alleen
weigeren haar sympathie te betoonen, en moeten wij dan
bare pogingen niet ondersteunen? Het is moeilijk te
voorzien, welke houding hot Russisch gouvernement ten
aanzien van djaktf jgtjbömtenissen der toekomst zal aan-