anMsterif ijten. 2löx)frtmttm. EVANGELISCHE llïlEEMCISGVOOIt ZHU\D, geneeskundig staatstoezicht. KRAMER IJ EN, STEDELIJ K GYM NASI UM. NOTARISHUIS. OPENBARE VERKOOriNG op Dinsdag 7 Augus tus 1866, des voormiddags te 10 uren, ten overstaan van den Notaris A. F. SIFFLE, van eene fraaie collectie TVEA.ISr"CrF^OTXTI^ETNr, Parijs beklaagde de heer Walewski zich in bittere bewoordingen over de tengellooze drukpersvrijheid, welke in België werd geduld, en lord Clarendon voegde zich bij hem in het betuigen van zijn leedwezen daar over. De grootste vijanden der vrije drukpers zijn dezulken, die zich daarvan bedienen als werktuigom hunne slechte hartstochten te bevredigen. De advocaat-generaal trad voorts in een betoog, strek kende om aan te toonen hetgeen men te verstaan liebbe onder het woord beleediging, gelijk de wet zich uitdrukt, als hoedanig, volgens hem, moest worden beschouwd elke daad of bewering, welke den vreemden vorst kan kwetsen. Deze toelichting werd bij de debatten der wet van 1852 door den minister van justitie gegeven. Is nu de verdediging van den koningsmoord als eene beleedi ging te beschouwen in den zin der beroepen wet? Deze vraag wordt door den spreker met het oog op de debatten dier wet bevestigend beantwoord, terwijl juist dergelijke verdediging van den koningsmoord deze wet in het leven heeft geroepen. Nader in eene beschouwing tredende van de geïncri mineerde gravure, beweerde de ambtenaar van de kroon dat L'Espiègle duidelijk den moord van de op die gravure voorkomende vorsten voorstelt. Vier souvereinen worden op die plaat aangeduid en om allen twijfel weg te nemen heeft men boven hunne hoofden kroonen getee- kend. Op welke souvereinen wordt nu daarbij gedoeld? De gelijkenis van Napoleon III is zoodanig, dat men deze niet zal trachten te ontkennen. Wat de overigen betreft is het duidelijk dat mende souvereinen heeft, voorgesteld, welke met elkander in conflict waren. L'Escaut, een dagblad, hetwelk de verdediging zeker niet van partijdig heid ten onzen opzichte zal verdenken, heeft onmiddel lijk de gelijkenis opgemerkt. Men zal misschien van gene zijde beweren dat men hier slechts aan eene carica- tuur te denken beeft. Maar de beleediging door eene caricatuur is nog scherper dan door geschrifte, want zij maakt nog sterker indruk. Ten slotte stelde de beschul diging den heerDelimal voor, als eendiepziunigpoliticus, die geenszins slechts railleert of op satirieke wijze de staatsaangelegenheden bespreekt, maar werkelijk de omverwerping der Belgische staatsinstellingen beoogt. Tot nadere ontwikkeling dezer stelling citeert de advo caat-generaal een aantal artikelen uit L'Espiègle. Spreker verklaart op grond van al het aangevoerde met vertrouwen de uitspraak der jury af te wachten. Vervolgens wordt het woord gegeven aan den verde diger van den beschuldigde. Mr. Claes. De heer advocaat-generaal heeft een zeer groot getal zeer algemeene grieven, die zelfs niet eens den beschuldigde treffen, te berde gebracht. Ik zal mij echter bepalen tot het behandelen van de feiten dei- tegenwoordige procedure. In 1852 kocht de heer Delimal de Uylenspiegel en veranderde later zijn blad in L'Espiègle. De zinspreuk van dit blad toont aan, welke strekking het heeft: het is een dagblad waarin de staat kunde op satirieke wijze wordt behandeld. 'De geïncrimineerde gravure verscheen op 3 Juni, cir culeerde geheel en al onbelemmerd en ik kan, in strijd met den heer advocaat-generaal, verzekeren dat zij overal met een glimlach op de lippen werd ontvangen. "Wie heeft dan ook, gedurende hetontzeltend schouwspel, waarvan wij in Europa getuige zijn geweest, niet wel eens het gevoel bij zich voelen oprijzen door deze cari catuur uitgedrukt? Maar ziet, daar verheft de Consti- tutiounel zijne stem en roept uit, dat de feiten, welke thans in België voorvallen, niet ongestraft kunnen blijven. Onmiddellijk komt nu de justitie in beweging en wordt het bewuste nommer van L'Espiègle in beslag genomen. De minister van justitie gehoorzaamde aan de bevelen der otficieuse Eransche dagbladpers. Van gene zijde beweert men, dat de heer Delimal vreemde souvereinen heeft beleedigd. Het eerste recht van de verdediging is dat van te vorderen dat de be schuldig: ;g bepaald en duidelijk zij. Welnu, dan vragen wij aan de beschuldiging, welke de souvereinen zijn, die wij zouden beleedigd hebben. Hij zegt het ons heden, doch wij vonden het niet in de acte van beschuldiging. De gravure stelt voor, zegt de beschuldiging, vier „han gende," maar alzoo niet opgehangen souvereinen. Waren zij „opgehangen," dan zouden zij ook verwrongen ge laatstrekken hebben, terwijl thans de vervaardiger hen zelfs bijna lachende gezichten heeft geteekend. (Gelach in de zaal). Men ziet op de gravure, zegt men, den koning van Italië; onmogelijk, mijne heeren, L'Espiègle heeft zich steeds zeer gunstig voor Victor Emmanuel betoond. Voorts komt Napoleon III daarop voor, zegt de beschuldiging. Ik geloof echter dat de keizer van Frankrijk niet zeer ingenomen zou zijn met deze beweerde gelijkenis. Maar wat beteekent nu eigenlijk de gravure? Alleen dat zoolang er absolute vorsten bestaan, die aan niemand rekenschap van hunne daden verschuldigd zijn, men steeds oorlogen zal hebben. Deze waarheid nu is vrij algemeen bekend. De advocaat-generaal heeft ons beschuldigd van de vorsten niet te beminuen, maar waarlijk, mijne heeren, de vorsten zijn ook niet bijzonder beminnelijk. De president. Mijnheer de verdediger, laat ons der gelijke quaestiën laten rusten. En nu ik u toch in de rede val, veroorloof mij dan u op te merken dat straks door u aan den minister van justitie is toegedicht dat hij aan de bevelen van den Constitutionnel gehoorzaamde. Daarbij is waarschijnlijk door u figuurlijk gesproken? Mr. Claes. Ik heb willen zeggen dat men eerst begonnen was te vervolgen na de artikels van den Constitutionnel. De verdediger citeert voorts een aantal dagbladartikelen, ten bewijze dat de dagbladen denzelfden zin als hij aan de gravure hebben gegeven, en betoogt dat de wet van 1852 in casu niet toepasselijk is, omdat zij slechts ziet op beleedigingen en niet op de uiting van gevoelens. De wet van 1852 heeft alleen de beleedigingen willen straffen van het personeel karakter der vreemde vorsten. De caricatuur is echter uit den aard der zaak overdreven, even overdreven als de schildering van den advocaat- generaal was ten opzichte der gevaren, die uit deze cari catuur voor den staat konden voortvloeien. Waar de Fransche dagbladpers, welke beweert dat wij hare vorsten beleedigen, ons een volk van crétins en door fanatisme verstompte bierdrinkers noemt, daar zou het ons niet vergund zijn om onze vrijheid te gebruiken, om ons oor deel te zeggen over het staatkundig schouwspel, hetwelk wij rondom ons zien! Maar, zegt de beschuldiging, dit kan ons benadeelen in onze internationale betrekkingen. Mijne heeren, dat herinnert aan de geschiedenis van den wolf en het lam. Het lam is België en de fabel van Lafontaine blijft altijd waar. Wat de wolven willen, dat zijn geene argumenten, maar slechts voorwendsels en deze kan men altijd vinden. België moet in Europa moedig den weg der drukpersvrijheid opgaan. In 1856 zeide de heer Vilain XII1I aan hen, die beperking der drukpersvrijheid in België wenschten: dat nooit! Dit woord, mijne heeren, zult gij thans op uwe beurt hebben uit te spreken! (Toejuichingen in de zaal). Na re- en dupliek verlaat dejury dezaal. Zij is slechts twintig minuten afwezig en hare uitspraak met 7 tegen 5 stemmen luidt: schuldig. Het hof veroordeelt daarop den heer Delimal tot eene gevangenisstraf voor den tijd van een jaar, eene boete van duizend franken en in de kosten. Gisteren morgen is van Vlissingen naar zee gezeild het barkschip Noordstergezagv. P. Tobiassennaar Fredrikstadt. Prijzen van effecten, Amstérdam 3 Augustus 1866. Nederland. Certific. Werkelijke schuld 2) pel. 57W dito dito dito 3 67^ dito dito dito 4 88 ij) Aand. Handelmaatschappij België. Certificaten bij llothschild 2.) Rusland. Obligatiën 1798/1816 5 95£ Certific. Hope co4 Oblig. dito 1855,6e serie 5 77J dito dito Leening 1860 4£- 85 Certificaten6 39§ Aand. spoorweg179 Polen. Schatkistobligatiën4 60j) Oostenrijk. Obligatiën metalliek5 44jV dito 1847/1852 2) 22$ dito rente Amsterdam5 63 dito nationale5 46$ Bankactiën 3 Italië. Lcening 18615 48 Spanje. Obligatiën3 thans 2$ 30$ Amortisable schuld Portugal. Obligatiën 1853 3 42$ dito 1856—18623 Griekenl. dito (blauwe) 5 Turkije. dito (binnen!) 5 25 Vereen.Stat. dito (1882) 6 71f$ Illinois. dito7 B Mexico. dito3 16$ Grenada. dito afgestempeld4| Venezuela, dito 2 11$ Graanmarkten enz. Oostburg 1 Augustus. Van tarwe was heden een ruime aanvoer, doch van de overige granen was weinig ter markt. Er werd bijna niet dan voor dadelijk gebruik gekocht tegen omtrent vorige prijzen. Tarwe en rogge echter lager afgedaan. Van koolzaad zal 100 last ter markt zijn geweestveel daarvan werd verkocht tegen 11.50, 11.75, ƒ12 en ƒ12.25. Jarige en tweejarige, puike nieuwe, gemeenere en blauwe tarwe 8 a 9.50. Jarige Zeeuwsche rogge 6.30. Vlaamsche dito 6. Jarige wintergerst 6.30 a 6.50. Dito zomergerst 6. Nieuwe wintergerst ƒ5 a ƒ5.50. Haver 3.25 a 3.75. Winter koolzaad 11.50 a, 12.25. Paardenboonen 7.80 a 8. Middelburg 2 Augustus. De aanvoer was heden alge meen minder groot dan verwacht was. Tarwe werd weinig aangeboden en hoog gehouden. Jarige rogge niet ter vei! Nieuwe dito wordt nog weinig aangeboden. Nieuwe winter- en zomergerst waren zeer weinig ter veil en goed prijshoudend. Walchersche witteboonen waren gevraagd. Paardenboonen komen bijna niet meer voor. Nieuwe Walchersche groene erwten, waarvan een paar monsters ter veil, hadden om het nieuwtje genegen koo- pers. Koolzaad, waarvan de aanvoer reeds vermindert, was begeerd, niet alleen ruim prijshoudend, maar zelfs 25 cent hooger betaald. Nieuwe Zeeuwsche tarwe niet ter veil, de beste zon ƒ9.40 hebben kunnen opbrengen. Puike nieuwe Walchersche tarwe zeer weinig ter veil, aan ƒ9.75 a ƒ9.60 had die voor consnmtie koopers. Nieuwe Zeeuwsche wintergerst ƒ5 a 5.75 naar deugd. Dito zomergerst 5.25. Walchersche witteboonen 10 met graagte genomen. Dito Paardenboonen 8. Nieuwe Walchersche groene erwten werden 9 om het nieuwtje betaald. Mesting-erwten werden bij uitslijting 7.50 ver kocht. Koolzaad met genegen koopers, de beste soorten werden begin beurs ƒ12, en spoedig daarop aan 12,25 het mud gekocht. Raapolie ƒ41. Patentolie 43. Lijn olie 43.50 op zes weken, contant 1 lager. GEMIDDELDE MARKTPRIJZEN. Middelprijzen van bakbare tarwe 9.75 en rogge ƒ6.60. Aardappelen (nieuwe) ƒ2.a 2.50 perNed. mud. Versche boter 0.95 a 1.05 per Ned. pond. Ondertrouwd: M. BEUN Middelburg, en den 3 Augustus 1866. S. M. VAN DER HARST. Algemeene kennisgeving aan Vrienden en Begunsti gers, zoo binnen als buiten de Stad. Den 25 Juli 1866 overleed te Gouda, in den ouderdom van bijna 92 jaar, de Hoogwelgeb. Jonkheer H. VAN KINSCHOT, Oud-lid van den Stedelij ken Raad aldaar enz. Eenige kennisgeving. Wegens buitenlandsche betrekkingen eerst heden geplaatst. Heden overleed mijn geliefde Echtgenoot DAVID VAN DEN BOSSE, rustend Landman, in den ouderdom van 75 jaren. Ruim 50 jaren was hij in dienst bij de Familie Snouck Hurgronje. Gapinge, CORNELIADE KAM, den 2 Augustus 1866. Wed. van den Bosse. Mede uit naam mijner Kinderen. Na eene ongesteldheid van weinige dagen overleed heden, tot diepe droefheid van mij, mijne Kinderen en verdere betrekkingen, mijn geliefde Echtgenoot W. BLAAKHERT, in den ouderdom van 48 jaren. Middelburg, W. J. BLAAKHERT, den 3 Augustus 1866. gcb. Fagginger Auer. Buitengewone Algemeene Vergadering van de Leden der Vereeniging, op Woensdag 8 Augus tus 1866, des avonds te 7 uren, in het lokaal der Inrich ting voor Blinden, op de Bree, ter benoeming van drie nieuwe Leden in het Bestuur. De fung. Secretaris, J. A. H. C. VAN DOORN. De INSPECTEUR voor het Geneeskundig Staatstoe zicht in Zeeland maakt bekend, dat de examina tot het verkrijgen van eene acte van bevoegdheid als Leerling- Apotheker, zullen gehouden worden in een van de loka len der voormalige Rekenkamer in de Abdij, en aanvang nemen Maandag 6 Augustus e. k., des morgens te 11 uren. De Inspecteur voornoemd, A. A. FOKKER. De RECTOR van het Stedelijk Gymnasium maakt bekend, dat het examen ter toelating van Leerlingen zal gehouden worden op Maandag den 13 dezer. Hij ver zoekt dientengevolge belanghebbenden zich vóór of op Zaterdag den 11 dezer bij hem te willen aanmelden. Middelburg, 3 Augustus 1866. De Rector voornoemd, H. POLMAN KRÜSEMAN. waarin bijzonder schoone Spiegels en Schilderijen. Tabakspotten, Sigarenstaanders, prachtige Vazen en Beelden, georneerde Koppen en Schotels, Raamhorren in onderscheidene grootte, waaronder met matglas, fla nellen en wasdoeken Tafeikleeden, eene partij Cokos- en Toiletzeep, benevens meer andere Kramerijen. Eene partij 11K1 DIËL.VII1E «OE0EKE1V, bestaande in Mahoniehouten Theetafels op een poot, dito Stoelen met zwarte zittingen en ressorts; eene Secretaire, Ledikanten met en zonder Behangsels; Bedden met Toebehooren; Koper, Tin en Ijzerwerk; Porselein, Glas- en Roomkleur, en Tapijten; een span Zeelen Borsttuigen. EENE FRAAIE COLLECTIE waaronder fijne zwarte Lakens, Tricots, Bukskin, Fan- taisie-stolfeu, en hetgeen meer zal worden te koop gepre senteerd. Alles op Zaterdag 4 en Maandag 6 dezer van 10 tot 5 uren voor een ieder te zien. L. C. H0NDIUS, A. de SCHINKEL, Ondernemers van openbare vjetkoopinggn.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1866 | | pagina 3