MIDDELRURGSUHE
COURANT.
N° 116.
Dinsdag
1866.
24 Juli.
fiiïmtenlant).
Editie van Maandag avond 8 uren.
De burgemeester en wethouders van Vlissingen,
Maken bekend:
dat op Vrijdag den 3 Augustus 1866, des namiddags
te 2 uren, ten raad huize aldaar zal worden aanbesteed
Het schilderen van eenige gemeente-gebou
wen en vertrekken.
Nadere inlormatiën zijn te bekomen bij den gemeente
bouwmeester, terwijl de voorwaarden ter lezing liggen
ter secretarie der gemeente.
Vlissingen, 20 Juli 1866.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
j. W. CALLENPELS.
De secretaris,
P. FORBES WELS.
Middelburg 33 Juli.
De gemeenteraad van Vlis9ingen heeft jl. Zaterdag
eene beslissing genomen omtrent het verzoek van kerk
meesters der israëlietisehe gemeente aldaar, tot het ver
krijgen van grond vooreen eigen begraafplaats. De raad
heeft besloten dit verzoek in te willigen en daartoe
beschikbaar te stellen een gedeelte grond, grenzende
aan de gemeente begraafplaats, en dat gedeelte mitsdien
aan de publieke dienst te onttrekken.
In deze zitting is ook een aanvang gemaakt met de
behandeling der concept verordering van algemeene
plaatselijke politie.
Een gedeelte van het verslag van het in deze zitting
verhandelde is in dit nommer opgenomenhet overige
gedeelte deelen wij in een volgend nommer mede.
De Staatscourant van jl. Zaterdag bevat het koninklijk
besluit van den 16 Juli 1866, houdende bepalingen om
trent het verleenen gedurende het jaar 1866 van voor
schotten uit 'srijks schatkist aan gemeenten, op rekening
'van het haar toekomend gedeelte van de opbrengst dei-
rijks belasting op het personeel.
De Staatscourant deelt de volgende opgave omtrent
de cholera mede
Den 20 Juli zijn aangetast: te Amsterdam onbekend,
overleden 25; Leiden 7, overleden 3; 'sGravenhage 51,
overleden 20; Delft 0, overleden 1; Schiedam 1, overle
den 1; Rotterdam 26, overleden 20; Dordrecht 8, overle
den 11; Gouda 1, overleden 1; Utrecht 22, overleden 21.
Den 19 dezer zijn aangetast: Haarlem 6, overleden 2;
Kampen 18, overleden 13; Meppel 5, overleden 2; Gro
ningen 34, overleden 24.
Van de aangetasten te 's Gravenhage woonden 34 te
Scheveningen, van de overledenen 16.
Benoemingen en besluiten.
onderwijs. Op verzoek eervol ontslag verleend aan
dr. P. Romeijn, als schoolopziener in het 9e schooldis
trict van Zuid-Holland, en in diens plaats benoemd
mr. J. R. Hoolboorn, te Leerdam.
Ingetrokken de benoeming van dr. F. R. Hubrecht tot
leeraar aan de rijks hoogere burgerschool te Utrecht, en
tot die betrekking benoemd de heer C. Bellaar Spruijt,
tot dusver leeraar aan de hoogere burgerschool te
's Gravenhage.
i.rgek. Benoemd tot apotheker3e klassebij demilitaire
geneeskundige dienst, in Nederlandsch Iudië, de voor die
betrekking opgeleide kweekeling der pharmacie E. Polak.
Benoemd bij het wapen der cavalerie, bij het 5e regi
ment dragonders, tot len luitenant de 2e luitenant
T. K. J- Kraat, van het korps.
Onderwijs.
Te Zonnemaire is op 21 dezer door den gemeenteraad
aldaar benoemd tot hoofdonderwijzer de heer II. Karre-
man, hulponderwijzer te Schiedam. De voordracht was
samengesteld als volgt, de heerenH. Karreman voor
noemd; P. Louwerse, te Dirksland; D. Dnivevvaardt, te
Middelburg; J. D. van Noppen, te Goes; M. Polderman,
te Ellemeet, en H.Yisscber, te Monster; allen hulponder
wijzers, met uitzondering van den heer Polderman,
hoofdonderwijzer.
In de Staatscourant van Zondag en Maandag zijn
vermeld de namen van den voorzitter en de leden der
commissiën,aan welke wordt opgedragen het examineeren
van hen, die eene acte van bekwaamheid voor het
middelbaar onderwijs wenschen te verkrijgen, welke
commissiën voor het jaar 1866 zitting zuilen houden
te 'sGravenhage.
Marine en leger.
Zr. Ms. kotter de Vlinder, bij het marine-etablis
sement te Vlissingen in dienst, vertrekt naar het
Nieuwediep, om voortaan aldaar gestationeerd te blijven.
Met den laatsten dezer maand wordt de luitenant
ter zee le klasse H. D. Guyot, behoorende tot de rol van
Zr. Ms. wachtschip te Willemsoord, op non activiteit
gebracht.
Aan den luitenant ter zee 2c klasse C.E.Uhlenbock
wordt met den eersten Augustus aanstaande de betrek
king opgedragen van adjudant bij den directeur en korn-
maudant der marine te Willemsoord; terwijl met dat
tijdstip de luitenant ter zee 2e klasse A. G. Westerouen
van Meeteren op Zr. Ms. raderstoomschip de Valk wordt
geplaatst.
Het kampeeren der cavalerie in het kamp te Millin-
gen, hetwelk in de volgende maand zou worden betrok
ken, zal uithoofde van de tijdsomstandigheden niet
plaats hebben.
Bij het instructiebataljon te Kampen zijn weder
34 jongelingen ingedeeld. Van de opgekomenen werden
12 afgekeurd.
Gemengde berichten.
Bij den gemeenteraad van Amsterdam is een ont
werp ingediend en voorloopig concessie aangevraagd tot
het aanleggen eener breede aanzienlijke hoofdstraat en
het bouwen van een nieuwe centrale burgerwijk. De
nieuwe straat zal rechtlijnig loopen van den Dam tot de
middellaau der Plantage en Muiderpoort, ten eindeeene
recbtstreeksche gemeenschap te krijgen van het middel
punt der stad naar de Muiderpoort. De lengte van deze
nieuwe straat zal niet minder dan 1225 Ned. ellen bedra
gen, bij eene breedte van 20 Ned. ellen. De ingang zal
zijn op den Dam achter het kommandantshuis, dat, naar
de ontwerpers hopen, aan het plan opgeofferd zal worden.
De centrale burgerwijk zal gebouwd worden in bet hart
der stad, op grond te verkrijgen door hetdempen vanden
Uilenburgwal, van den Hontkoopersburgwal tot de
Rapenburgergracht. De gezamenlijke kosten wordendoor
hen geraamd op f 4,541,000, waaronder begrepen is
f 2,018,000 voor de onteigening, terwijl de onkosten voor
de gemeente voor het dempen, het leggen van bruggen
en maken van kaaimuren op f 402,000 worden begroot.
De mededeeling dat een der meeat ervaren Engel-
sche ingenieurs zich met de oplossing van het groote
vraagstuk, om Engeland en Frankrijk door een tunnel te
verbinden, bezig hield, heeft in de laatste dagen te Lon
den algemeene belangstelling opgewekt. Reeds sedert
een 60ta! jaren, zegt de Morning Post, heeft men zich
inct dit onderwerp onledig gehouden, en nadat Brunei,
na ongeloofelijk veel moeilijkheden, er in geslaagd was
den tunnel ouder de Theems te voltooien, heeft men
hoop gekregen, dat nu ook het nieuwe plan eenmaal zal
worden ten uitvoer gelegd.
De kans van welslagen is echter niet weinig verhoogd
sedert de heer Brunei jr. den zoogenaamden Box-tunnel
uitvond, waarin wagentreinen aileen door de drukking
van de lucht worden voortbewogen. De proef, welke hier
mede onder den Theems bij Whitehall genomen is,
belooft verder aan de verwachtingen te zullen voldoen.
Ten opzichte van de tunnel, die Frankrijk met Enge
land zal verbinden, is men thans zoo ver gevorderd, dat
men het plan niet langer onuitvoerbaar of onmogelijk
durft noemen.
Een beroemd Fransch ingenieur, de heer Mathieu,
opperde in 1802 voor het eerst het plan, dat hij aan den
eersten consul Bonaparte blootlegde. Het is echter te
betreuren, dat de teekeningen en détails van dit ontwerp
tot nu toe te vergeefs zijn gezocht. Sedert hebben echter
verschillende plannen het licht gezien, waarvan er even
wel slechts drie in aanmerking kwamen. Het eerste
is om de landtongen van Dover en Galais zoo ver in zee
uit te bouwen, dat de heide punten door eene
brug zonden vereeDigd kunnen worden, de scheepvaart
ruimte genoeg latende voor de passage. Het tweede is
van dr. Payerne en strekt oin op den bodem der zee een
tunnel te metselen, op die wijze als de tunnel onder de
Theems gebouwd is. Het derde is het plan van do heeren
Franchos en Tessie, om de beide landen te vereenigen
door middel van eene gezonken ijzeren buis. Na onder
zoek dezer plannen bleek intusscheu, dat zij ontworpen
waren, zonder dat men den bodem van het kanaal
genoegzaam kende.
Hierop werd een plan door den heer Gamond ontwor
pen, dat berust op het stelsel om te midden van de twee
kusten, op de zandbank Varne een toren to bouweD, en
hierin geslaagd zijnde, rondom dien toren een eiland te
formeeren, dat 17 hectares groot moet wezen en den vorm
van eene ster zou hebben. Dit eiland zou van uitmun-
I tende havens worden voorzien, zoodat de schepen daar
zouden kuunen laden en lossen; aan beide kanten van
het eiland zouden tunnels uitloopen naar Frankrijk en
Engeland. Men kan zich moeilijk een denkbeeld maken
van dit reusachtig werk, welks voltooiing intnsschen
geenszins onmogelijk wordt geacht. Men mag, nu de
j bekende ingenieur Hewkshaw het onderzocht heeft,
weldra verwachten, dat er ernstige pogingen zullen wor-
i den gedaan, om dit of een ander plan te verwezenlijken.
Vijf- of zeshonderd jongens en meisjes zullen in de
koninklijke fabriek te Ènfield worden aangenomen tot
het maken van patronen voor de van achteren te laden
geweren. Zij worden vervaardigd in een aantal zeer
kleine werkplaatsen, gescheiden door aardhoogten en
voorzien van eene groote hoeveelheid water. Een groote
tuin in de nabijheid levert vruchten op, die tegen lagen
prijs verkrijgbaar zijn voor het jonge werkvolk, dat daar
enboven brood en vleesch krijgt, en ook voor eenige
stuivers een meer volledigen maaltijd zich kan verschaf
fen. 's Avonds worden zij bij troepjes naar huis gebracht
en evenzoo des morgens weder afgehaald en naar de
werkplaatsen gebracht.
Oostenrijksche bladen prijzen het denkbeeld aan om
de lijken niet op de slagvelden te begraven, maar te ver
branden. Professor Gioppi te Pndua voert in de Medic.
Zeitung de gronden aan, die hiervoor pleiten, maar er
kent zelf dat er men nog niet toe komen zal, en dat eerst
het denkbeeld meer algemeen moet worden, om dooreen
volgend geslacht te worden toegepast.
De volgende dagorder van den majoor kominandant
der dienstdoende schutterij te Utrecht, is volgens het
Utrechtsch dagblad aan bet bataljon gericht
„Officieren! Onderofficieren! Schutters!
„Zware beproevingeu zijn in de laatste dagen ons
opgelegd; te midden van die rampen is het mij gebleken,
dat geloof aan God voor u geen ijdele klank is. Bij u
gaat onderwerping aan Gods beschikking gepaard aan
het edele besef van eigenwaarde. Voor u zijn liefde tot
den koning, liefde voor het vaderland geen holle klanken;
vaderland en Oranje sterken uwen arm. „Met God voor
koning en vaderland" zijn werkelijk voor u woorden van
de edelste beteekenis. "Officiereu, onderofficieren, schut
ters, in uwe handen is het juistheidsgeweer een wapen,
waarmede wij met vertrouwen ons geliefd vaderland
kannen verdedigen. Gij hebt mij bewezen, dat gij de
waarheid gevoelt van de spreuk: „geoefendheid en ken
nis geeft kracht." Ik zeg u dank voor uwen ijver, zoo
sprekend bij de laatste exercitie betoond; gij kunt
„Oranje boven" uitroepen. Onze vijanden zullen onder
vinden dat onze harten even zuiver gericht zijn, als onze
vizieren. Ik vertrouw op u, schutters: met u is: leve de
koning! geen klank zonder beteekenis.
De majoor kominandant,
A. J. TAETS VAN AMEROXGEN."
In bet Nieuws- en advertentieblad van Gorinchem
leest men „Dezer dagen werd medegedeeld dat op mili
tairen, in den omtrek van Asperen snrveilleerende, ter
bewaking eener afsluitingslijn ter voorkoming der vee
ziekte, was geschoten. Ter opheldering van dit feit kan
het volgende dienen: De vader van J. J. v. d. W. te
Asperen wilde ter eere van zijn zoon, die bruidegom
was, met een geweer schieten, volgens gewoonte op het
platteland, doch werd daarin door dien zoon ter voorko
ming van ongelukken verhinderd, waarop deze zelf het
geweer afschoot. Toevallig geschiedde dit in de nabijheid
van surveilleerendesoldaten, die daarvan hevig schrikten,
en na zich van hunnen schrik hersteld te hebben, den
dader grepen, hem voor hun arrestant verklaarden en
met een touw gekneveld naar hier opbrachten. Hij is
echter spoedig door de justitie op vrije voeten gesteld.
Naar men verzekert, wordt de sterke drank onder de
surveilleerendcn niet ontzien; hieruit ontstaan twist en
vechtpartijen. Dit was nu ook het geval geweest, zij
waren gevallen en hadden zich gewond aan de grind,
maar waren dit niet door het schot."
Te Parijs komt thans eene nieuwe quadrille in de
mode, die de „Laneiers" geheel dreigt te verdringen. Zij
heet „Qandrillede Cendrillon" (Asschepoester-quadrille).
lloe licht valsche berichten verspreid worden,
bewijst het volgende vermakelijkvoorval,door een schalk-
schen toerist verhaald: „Een koopman te WeeneD,
mijn vriend, verzocht mij een Chinesebe tam tam, mede te
nemen en dit voorwerp ter hand te stellen aan den heer
te Praag, die het gekocht had. Do tam tameene soort van
trommel, wordt dikwijls bij jachtpartijen gebruikt, om er
het teeken tot vertrek mede te geven door middel van
den klopper kan men op de tam-tam schelle en doffe tonen
voortbrengen, die op verren afstand hoorbaar zijn.
Ik zat alleen in een spoorwegwagon van een sneltrein en
verveelde mij ijselijk. Louter om den tijd tedooden, pakte
ik de tam tam uit, hing ze op in den wagen en begon toen
met den klopper, nu eens licht trillend, dan weder hevig
er op slaande, te musiceeren. Weldra bemerkte ik, dat