CHE OlIRANT. N°' 92. ©imtertlartö. 1866. 10 Juni. Zondag Editie van Zaterdag avond 8 uren. 20 Burgemeester en Wethouders van Sclioondijke, maken bekend, dat op de aanstaande KERMIS in hunne gemeente op den 22, 23 en 24 Juni 1866, geene andere Kramers, Houders van Tenten van welken aard ook, van Caroussels en dergelijke, zullen worden toegelaten dan die welke van vóór den 20 Mei jl. tot op het begin dier Kermis, binnen het voormalig 4e district van Zeeland metterwoon zullen zijn gevestigd geweest of daarin met hunne Kramen, Tenten, enz. hebben vertoefd. Voorts daarop niet zullen worden toegelaten Orgeldraaiers, Liedjeszangers, Horoscooptrekkers, Bede laars en dergelijke. Kramers, Houders van Tenten en Caroussels, enz., worden verzocht vóór of op den 20 Juni a. hunne aan vrage om plaatsing bij den Marktmeester te doen. Schoondijke, den 5 Juni 1866. S. DE GRAAG, Burgemeester. J. M. DE SMIDT, Secretaris. middelburg 9 Juni. In ons noramer van 22 April jl. noemden wij denamen van de helft der leden van de tweede kamer der staten- generaal, die dit jaar aan de beurt van aftreding zijn, waarvoor alsnu a. Dinsdag 12dezer de gewone verkiezing moet plaats hebben. Thans deelen wij de namen mede van eenige door verschillende kiesvereenigingen in onderscheidene districten als candidaten benoemde personen Alkmaar. Door de Vereeniging Grondwet: de heer N. 01 ivier, oud-minister van justitie te 'sHage, in de plaats van den heer K. A. Poortman,die heeft bedankt. Door de kiesvereeniging Vaderland en koning: de heer J. D. van Herwerden, oud resident op Java te 's Hage. Almelo. Door de Algemeene kiezersvereeniging te Enschedé: het aftredend lid, de heer mr. G. M. van der Linden. A m e r s f o o r t. Door de kiesvereeniging de Eendracht de heer mr. H. Verloren van Tbemaet, raadsheer in het provinciaal gerechtshof in Utrecht. - Door de kiesver eeniging Amersfoort: het aftredend lid jhr. mr. H. A.M. van Asch van Wijck. Amsterdam. Door de kiesvereeniging Burgerplicht en de kiesvereeniging de Grondwet: de aftredende leden mr. G. C. J. van Reenen, mr. M. H. Godefroi en mr. J. Heemskerk Bzn. Appingedam. Door de kiesvereeniging Grondwet tige vrijheid en vooruitgang: het aftredend lid de heer J. F. Zijlker.Door de kiesvereeniging Appingedam de heer mr. E. van Loon, kantonrechter te Appingedam, lid der provinciale staten en schoolopziener. Arnhem. Door de kiesvereeniging Eendracht maakt macht: de heer mr. L. W. C. Keuchenins; vooraf' was gekozen het aftredend, doch thans tot minister benoemd lid mr. J. P. J. A. graaf van Zuylen van Nyevelt. Assen. Door de algemeene kiezersveieeniging: de heer mr. P. van der Veen, aftredend lid, als eerste en de heer W. G. van der Feltz, burgemeester van Assen, als tweede candidaat. Door de burger-kiesvereeniging: de heer mr. L. Oldenhnis Gratama, raadsheer in het hof van Drenthe. Door de kiesvergadering Hoogeveen, te Hoogeveende heer mr. J. H. Geertsema Cz., afgetreden minister. Breda. Door de kiesvereeniging Eendracht maakt macht: het aftredend lid, de heer N. R. H. Guljé. Delft. Door de kiesvereeniging Behoud en vooruit gang en de kiesvereeniging Eendracht maakt macht: het aftredend lid, de heer W. Wintgens. Deventer. Door de kiesvergadering Nederlanden Oranje: de heer A. baron Schimmelpenninck van der Oije.Door de kiesvereeniging Vrijheid en ordehet aftredend lid de heer mr. A. van belden. Doetichem. Door de kiezersvereeniging Burger plicht: het aftredend lid mr. W. II. Dullert, te Arnhem. Dokkum. Door de vereeniging Orde, te Drachten, en de kiesvereeniging Orde en recht, te Gorredijkhet aftredend lid mr. Ph. van Blom. Gorinchem. Door de kiesvereeniging Koning en vaderland, alsmede door de kiesvereeniging van het land van Hensden, Altena en de Langstraat: het aftredend lid, de heer W. C. M. Begraro. 'sGravenhage. Door de kiezersvereeniging Chris telijk en vrij onderwijs: de heermr. G. Groen van Prins- terer. Door de kiesvereeniging Vaderland en koning jhr. F. de Casembroot, kapitein-luitenant ter zee. Door de kiesvergadering Nederland en de kiesvereeniging Handelen nijverheid: het aftredend lid, de heer mr. J. Kap- peyne van de Coppello. Door de kiesvereeniging Christen- en burgerplicht: de heer C. T. baron van Lijnden. Gouda. Door de kiesvereeniging de Grondwet: jbr. mr. W. T. Gevers Deynoot, oud-lid der kamer. Haarlem. Door de kiezersvereeniging Eendracht: het aftredend lid, de heer J. J. van Muiken. Door de vereeniging Burgertrouw: de oud-minister jhr. mr. J. G. II. van Tets van Goudriaan. Harlingen. Door de vereeniging Vrijheid en orde: de heer A. van Assen, te Amsterdam. Heerenveen. Door de vereeniging Behoudt het goede: de heer mr. J. Bieruma Oosting en jhr. J. A. Lyeklaina a Nyeholt (broeder van het aftredend lid). Hoorn. Door de kiesvereeniging Koning en va derland, te Meeuwen: het aftredend lid de heer W. C. M. Begram. Leeuwarden. Door de kiezersvereeniging de Grond wet: de heer A. van Assen, van Amsterdam. Door de kiezersvereeniging Vooruitgang: de heer G. H. Betz, oud-minister van financiën. Door de kiesvereeniging Hervorming zonder wanorde: de heer A. van Assen. Leiden. Door de kiervereeniging Vaderland en Oranje: het aftredend lid de heer P. II. baron Taets van Amerougen tot Natewisch en mr. G. Groen van Prins- terer. Door de kiesvereeniging Nederland en Oranje: de heer mr. G. Groen van Prinsterer. Door de kies vereeniging Het algemeen belang: de heer G. II. Betz, oud-minister van financiën. - Door de kiesvereeni ging Grondwet en koning: de heeren G. H. Betz en jhr. mr. W. T. Gevers Deynoot. Middelburg. Door de kiesvereeniging de Grondwet: het aftredend lid de heer mr. G. A. Fokker. Rotterdam. Door de kiesvereeniging Orde en de kiesvereeniging Wijk 9 en anderende heeren W. A. Vi- ruly Verbrugge, aftredend lid, en J. D. Fransen van de Putte. Door de vereeniging Nederland en Oranje: de beeren mr. M. Bichon van Ysselmonde en mr. L. W. C. Keuchenius. Sneek. Door de vereeniging Burgerplicht en de vereeniging Staatsburgerschap, alsmede de kiezers vereeniging Eendracht maakt macht, te Joure en de kiesvereeniging Heil voor allen, te Westhem: de heer A. Moens, predikant te Sneek, ten wiens behoeve de te Heerenveen candidaat gestelde predikant J. F. Corstius heeft, bedankt voor de candidatuur. Utrecht. Door de kiesvereeniging de Unie: het aftredend lid de heer mr. N. P. J. Kien. Door de Utrechtsche kiesvereenigingde heer mr. W. R. Boer, lid der provinciale staten en wethouder te Utrecht. Door de kiesvereeniging Vreest God, eert den koning mr. C. 1 h. baron van Lijnden van Sandenburg. Westkapelle. Door de kiesvereeniging de Eens gezindheid: het aftredend lid mr. G. A. Fokker. Zutfon. Door de kiesvereeniging Redding door bezuiniging: het aftredend lid de heer mr. W. H. Dullert. Zwolle. Door de Constitutioneel-liberale kiesver eeniging: het aftredend lid de heer mr. G. A. IJssel de Schepper. Door de kiesvereeniging Nederland en Oranjede heer mr. G. Groen van Prinsterer. Op de aanbevelingslijst, eergisteren door de arrondis- sements-rechtbank alhier opgemaakt voor de vaceerende betrekking van kantonrechter te Sluis, zijn geplaatst de heeren mrs. J. H. L. van Buren, griffier van het kanton gerecht en candidaat-notaris te Brielle; F. J. Tijndall de Veer, griffier bij het kantongerecht te Wijk bij Duurstede A. Verhoef!', advocaat bij het hoog militair gerechtshof der Nederlanden en bij het provinciaal gerechtshof te Utrecht, wonende fé Utrecht. Aan de Staatscourant ontleenen wij de volgende opgaven betreffende de cholera: ben 7 dezer zijn aangetast: te Leiden 76, overleden 24; 'sGravenhage 16, overleden 11; Delft 19, overleden 14; Rotterdam 9, overleden 6; Gouda 5, overleden 4. In de Nieuwe Utrechtsche courant lezen wij het vol gende bericht „Wij hebben gemeend het stedelijk bestuur te moeten verzoeken, de opgave der cholera zieken dagelijks bekend te maken, daar men de zaak vergrootte. Door zijn wel willendheid zijn wij dus in staat de officieele mededee- lingen te kunnen doen. „Van den 28 April 1866, tot en met 5 Juni 1866, zijn ten stadhuize alhier aangegeven, als door de cholera aangetast 68 personen. Waarvan zijn overleden34 hersteld9 43" Op den 5 Juni in behandeling gebleven 25 Tot den 6 Juni des middags 12 uren bijgekomeu 20 45 Overleden13 Hersteld6 19 Blijven in behandeling26 „Opmerking verdient het zeker dat van de 59 eerst opgegeven gevallen, 36 voorkwamen in woningen waar de cholera vroeger geweest was, 16 in woningen naast zulke gelegen waar zij vroeger geweest was, en slechts 7 in nieuw bijgebouwde of vroeger nooit aangedane woningen. Op den 6 Juni in behandeling gebleven 26 Tot den 7 Juni des middags 12 uren bijgekomen 23 49" Overleden20 Hersteld Blijven in behandeling29 „De verhouding van de choleragevallen tot de wonin gen, waarin de ziekte vroeger geheerscht heeft, is de volgende „Getal gevallen van den beginne af 118, waarvan 5 op schepen; daarvan kwamen 63 voor in woningen vroeger aangetast en 25 er vlak naast." Het Dagblad van Zuid Holland en 'sGravenhage ont vouwde eenige dagen geleden in „een open woord aan den heer Kappeyne van de Coppello" de redenen waarom het dien heer op den 12 Juni niet ter herkiezing voor het lidmaatschap van de tweede kamer der staten-gene- raal kan aanbevelen. Diens bonding in de kamer en de daar door hem verkondigde beginselen maken voor het Dagblad, dat hem vier jaren geleden in de kamer hielp brengen, eene langere ondersteuning onmogelijk. De houding van den heer Kappeyne was, volgens het Dagblad, niet die van den vertegenwoordiger van het volk, maar veel meer van den dienaar eens ministers. Ten aanzien zijner beginselen wordt aangevoerd dat hij, hoezeer liberaal voor Nederland, tijdens zijne candidatuur verklaard heeft ook hier te lande vooruit gang en verbetering „zonder schokken" te verlangen, aan welke laatste voorwaarde niet is voldaan: Het stem men vóór de afschaffing der gemeente-accijnsen moet hiervan o. a. het bewijs leveren. Op koloniaal gebied heeft hij nooit gedacht aan de vroeger afgelegde verkla ring, dat: „de deugdelijkheid van elke verandering in het koloniale stelsel voorafen duidelijk moet bewezen zijn, zoowel als dat daardoor het algemeen belang niet zal ver kort worden en het mogelijk is de beoogde veranderingen tot heil van Indië en Nederland toe te passen." Op dat gebied heeft hij zich ultra-radicaal betoond; elke maat regel van slooping juicht hij toe; de cultuurwet was zij n werk. -Tegen eene herkiezing verzet zich, zegt het Dag blad, nog een ander beginsel: dat van politieke moraliteit. Toen in 1862 de candidatuur van den voorzitter van „Vaderland en koning" op diens verzoek werd overge dragen op den heer Kappeyne, nadat eerstgenoemde persoonlijk was gerustgesteld omtrent de koloniale be ginselen van den heer Kappeyne, werd ook door het bestuur van het Dagblad in een mondgesprek met den president der commissarissen gelijken weg met denzelfden uitslag gevolgd. Volgens een besluit der vergadering van commissarissen werd in het Nieuw Dagblad een artikel ter aanbeveling geplaatst, hetwelk echter, na door den hoofd redacteur te zijn opgesteld, vooraf in proef, na bij com missarissen gedebatteerd te zijn, den heer Kappeyne ter goedkeuring werd voorgelegd en waarop hij slechts éene aanmerking heeft gemaakt, nl. dat hij de verklaring niet kon onderschrijven, dat hij zich zou verzetten tegen de vaststelling der Indische begrooting bij de wet, daar hij deze quaestie destijds niet ernstig genoeg had overdacht, om daarover reeds dadelijk eene bepaalde meening te kunnen uitspreken. De billijkheid dezer opmerking werd erkend en bedoelde zinsnede geschrapt. De toen beleden beginselen zijn, volgens het Dagblad, geheel verloochend, terwijl de politieke moraliteit had gevorderd dat de heer Kappeyne, toen hij tot eene andere overtuiging was ge komen, zijn mandaat had nedergeiegd. Ten slotte stelde het Dagblad zijne kolommen ter rechtvaardiging van den heer Kappeyne open. Naar aanleiding van genoemde bestrijding heeft mr. D. van Eek mr. J Kappeyne van de Coppello uitgenoo- digd hem inlichting te willen geven omtrent de ten laste gelegde feiten en verlof om dat antwoord aan zijne mede kiezers openlijk mede te deelen. Aan dat verlangen is door den heer Kappeyne voldaan. Beide brieven zijn openbaar gemaakt, niet in het Dagblad, maar in de Nieuwe Rotterdamsche courant vaujl. Dinsdag.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1866 | | pagina 1