LTIT DE EEANSCHE HOOFDSTAD. BE1EVEN UIT BELGIË". tot wanhoop gebracht, of vermoord Ia het billijk dat, om aan Italië het bezit van eene stad meer te verzekeren, geheel Europa wordt gedoemd tot al de ellende van een algemeenen oorlog, waarvan niemand den duur kan bepalen en welke, zelfs in landen geheel vreemd aan de verwikkelingen, de rust van zoovele huisgezinnen, de spaarpenningen van zoovele arbeidzame lieden, de vrucht van zoovele edele pogingen, de kiem van zoovele wettige verwachtingen zou vernietigen?" Indien men geloof sloeg aan de beweringen van den Italiaanschen berichtgever van The Daily-News dan zou de zucht naar krijgsroem een der oorzaken wezen Waarom deltalianen eene oplossing van de quaestie door het geweld verlangen. Hij zou overigens zeer bedaarde talentvolle mannen in Italië hebben hooren beweren dat het voor hun vaderland zeer wenschelijk zou wezen dat zijne militaire macht behoorlijk bleek en dat zijne her kregen nationaliteit door de overwinning werd gedoopt, daar niets geschikter was dan het militair prestige om de vereeniging volkomen te maken. De berichtgever van The Daily-News doet echter te recht opmerken dat Europa weinig ingenomen zou zijn met het denkbeeld dat Italië, om roem te behalen door sabelhouwen, de woning van het Europeesch huisgezin in brand stak. Gelukkig hebben dan ook de Italianen edeler bedoelingen en wanneer zij Venetië willen onttrekken aan eene gehate onderdrukking, gehoorzamen de Italianen aan een gevoel, hetwelk eerbied eischt en bij hetwelk alle andere gevoe lens in hun hart moeten achterstaan. Het is zeer natuurlijk dat zij, alvorens de rechtvaardigheid iu hunne betrekking tot het buitenland gade te slaan, dit doen in hunne betrekking tot hunne medebroeders. Terwijl zij zich ten strijde gereed maken oefenen zij dan ook een recht Uit, gevoelen zij dat zij een plicht vervullen en de groote gevaren die zij daarbij tegengaan, geeft aan hun geest drift een heldhaftig karakter. Bovendien bevinden zij zich in een moeilijke positie. Het gouvernement van Victor Emmanuel moge te recht of ten onrechte de schat kist hebbeu uitgeput om een leger te bezitten; dit leger bestaat nu eenmaal en het te onderhouden zonder het te gebruiken is bijna even ruïneerend als het te onderhou den en te gebruiken. De financiën van Italië zijn in allertreurigsten toestand en zijn crediet is weg. Het schijnt derhalve geene andere keuze te hebben dan Venetië aan te vallen of dit voor Italië verloren te ver klaren en zijn leger te ontbinden. Zoodra men echter Frankrijk met het zwaard in de hand insgelijks in het krijt wil doen treden, dan veran dert de quaestie van gedaante en behoort de Fransche natie te overwegen in hoeverre hare sympathie voor eene natie in het bijzonder, moet gesteld worden boven het geen zij verschuldigd is aan de beschaving, aan de vrg- heid. Deze plicht rust in de tegenwoordige omstandig heden te zwaarder op haar, naarmate, ten gevolge van een betrenrenswaardigen samenloop van omstandigheden, Italië, in strijd met zijne bedoeling, tegen de onafhanke lijkheid der Elbe-hertogdommen zal strijden, en Garibaldi, de Bayard der democratie, ofschoon zeer tegen zijn zin, de bondgenoot van een von Bismarck zal zijn. Of er een tractaat gesloten is tusschen Italië en Pruisen is vrij onverschillig. Dergelijk tractaat behoeft niet geschreven en onderteekend te worden: het volgt van zelf uit den aard van den tegenwoordigen toestand. Is niet op een sein uit de Pruisische hoofdstad het Italiaansch schier eiland ten strijde opgestaan? Zou niet, als Oostenrijk voor een vereenigden aanval van Pruisen en Italië bezweek, de onderdrukking van Sleeswijk-Holstein tege lijkertijd met de bevrijding van Venetië daarvan het gevolg wezen? Welnu de onderdrukking welke in het oen kwaad is, hetwelk moet worden weggenomen, is toch niet in het Noorden iets goeds, hetwelk moet worden bevestigd. Zij, die zich thans in Frankrijk beijveren om den oorlogsgeest aan te blazen, moeten dan ook bij deze gelegenheid niet spreken van beginselen, welke men tot allen prijs moet doen zegevieren: het recht der volken om zich zelf toe te behooren is niet minder heilig aan de oevers der Baltische, dan aan de oevers der Adriatische zee en die beginselen zijn evenmin te rij men met de inlijving der hertogdommen bij Pruisen, als mot de handhaving van de Oostenrljksche heerschappij in Venetië. Maar neen, ik vergis mij met de bewering dat er hier geen sprake is van beginselen er is hier een groot be ginsel in het spel. Maar dat groot beginsel stelt de voor standers van den oorlog in het ongelijk, want dat groot beginsel is: de v r ij h e i d. Wat zal hiervan worden? Is het wel noodig om te dien opzichte eenige waarheden te vermelden, welke uiaar al te zeer bekend zijn? Is het wel noodig om te dien opzichte de geschiedenis van alle landen en tijden op te slaan Is het wel noodig om te herhalen hoe daar- l'it blijkt dat overal en altijd de tyrannie in het leger kamp geboren wordt en hoe de krijgsmansrok van den overwinnenden generaal in den purperen mantel veran dert? Het gevaar dat ons bedreigt openbaart zich door de meest duidelijke verschijnselen. Wie toch weet niet dat de heer von Bismarck, juist na het Pruisisch parle ment te hebben vertrapt, en om zijn werk beter te kun nen voleindigen, het voornemen opvatte om het nationa liteitsgevoel in Duitschland en de zucht naar oorlovs- zegepralen ten toppunt te voeren? Wie is blind genoeg om niet te zien dat hij, door Duitschland te vervullen met kanongebulder en trompetgeschal, slechts wil be letten dat de stem der reeds half vermoorde vrijheid nog gehoord worde te midden van het tumult, en het volk zich over de slavernij in het binnenland wil laten troos ten door de gedachte dat het tegenover het buitenland meer geducht is geworden? Parijs 2 Juni. Het politiek conferentie-wonder is zijne verwezenlij king nabij en meer en meer ontwikkelt zich nu de politiek onzer regeering. Het schijnt thans in de eerste plaats het doel van keizer Napoleon te zijn om zijn November-congresplan te verwezenlijken. Grooter en streelender wraak is toch door Frankrijk niet te erlan gen, bloediger vernedering voor Europa is niet denkbaar dan dergelijk vorstencongres. Aan de groene congrestafel zon dan Waterloo worden gewroken, want hoe schoon een schouwspel zou het voor Napoleon III zijn om onder zijn voorzitterschap door de vorsten de tractaten van 1815 met eigen hand te zien verscheuren, die zij nu meer dan een halve eeuw geleden maakten. Hoe schoon een schouwsel zou het zijn voor Napoleon III om in zijne 1 hoofdstad al de monarchen te kunnen ontvangen, die eenmaal zijn stamhuis voor altijd van den Franschen troon vervallen verklaarden en zich thans eerbiedig voor den machtigen keizer kwamen nederbuigen. Geen tiental glansrijke overwinningen op het slacht- veld zouden tegen dergelijke zegepraal aan de congres tafel kunnen opwegen. Inmiddels blijft het een zeer betwistbaar punt of de conferentie ook zelfs maar tot dergelijk vorstencongres zal kunnen leiden, zonder nog eens te spreken van het behoud des vredes, hetgeen in de tegenwoordige omstan digheden nog altijd onmogelijk schijnt en door onze regeering, naar het mij voorkomt, ook niet beoogd wordt. Het verscheuren der tractaten van 1815, de erkenning door de mogendheden die deze maakten dat zij onhoud baar zijn, dit is reeds meer dan voldoende voor onzen keizer. Om voorts in troebel water behoorlijk te kunnen visschen zon een krijg aan Napoleon III zelfs zeer aangenaam wezen. Voorloopig ziet men intusschen met de meeste belang stelling de opening van de zittingen der conferentie te gemoet, terwijl het gerucht dat de keizer daarbij eene toespraak zal houden, al meer en meer geloof begint te vinden. Niet onwaarschijnlijk is het dat daarbij op vaderlijk-medelijdenden toon aan de groote mogend heden in het algemeen en aan Engeland in het bijzonder, zal worden verweten dat zij den thans geboren toestand hadden kunnen vermijden, door gehoor te geven aan de stem des keizers, toen deze hen allen tot een congres opriep. En de officieuse regeeringsorganen zullen voorts bevel ontvangen om dit thema nader uit te werken, om te wijzen op de zienersgave van Napoleon, die de tegen woordige verwikkelingen reeds zoo lang geleden te gemoet zag, om Europa zelf verantwoordelijk te stellen voor de gevolgen van de weigering om tot een congres toe te treden en eindelijk de handen in onschuld te wasscben wat betreft den oorlog, „die thans ondanks alle mogelijke vredelievende pogingen van Frankrijk, toch misschien nog zal uitbarsten." Met het oog hierop wil ik u een gedeelte mededeelen van een gisteren uit Florence hier ontvangen particu lieren brief, waaruit blijkt dat de regeering aldaar geheel en al geregeerd wordt door de geavanceerde partijdoch ik laat voor u het bedoelde gedeelte van den brief hier volgen „Gij vraagt mij naar den staatkundigen en socialen toestand hier te Florence; deze is al zeer zonderling. Ons gouvernement, dat bij de verschijning van een con gres aan den horizon eene meer temporiseerende houding wilde aannemen ten opzichte der wapeningen, is letterlijk genoodzaakt om dit voornemen te laten varen ten gevolge van de ongeloofelijke pressie die de Garibaldianen uit oefenen. In de laatste dagen handelt men hier dan ook weder alsof er van geen conferentie of congres sprake is. Het leger van Garibaldi wordt ijverig aangevuld en georganiseerd, zoodat, als Garibaldi het geduld mocht verliezen, de regeering slechts de keus heeft tusschen een binnenlandschen oorlog, een Aspromonte op. groote schaal, of het aanvangen der vijandelijkheden ondanks het te Parijs vergaderd congres. Op eene misschien ge geven verzekering van ons kabinet la Marmora dat Italië, gedurende de conferentie-beraadslagingen, niet zal aan vallen, vertrouw ik dan ook niet veel. Het geduld van de geavanceerde partij is uit den aard der zaak van zelf reeds niet groot en ik verzeker u dat het bij na is uitgeput. Bovendien zijn de mannen dier partij thans in het bezit van een leger vol enthusiasme, hetgeen niet, zooals men het in sommige dagbladen leest, als een korps vrijwilli gers moet worden beschouwd, maar dat een afgesloten geheel uitmaakt en dus op zich zelf kan ageeren. In de laatste dagen toch heeft men het ministerie de vergunning als afgeperst, om behalve de twintig of meer linie-bataljons, nog een afdeeling bersaglieri, eene afdee- ling guides en de noodige artillerie voor Garibaldi uit te rusten. Zoo moet de regeering, om dreigende volksma- nifestatiën te voorkomen, zich geheel en al de macht uit de handen geven, om de speelbal der omstandigheden te worden." Gij ziet, mijnheer de redacteur, hoe de toestand hier een belangrijk verschil biedt met dien te Florence. Wanneer men toch in deze dagen spreekt van Frankrijk, dan verstaat men hierdoor meer dan immer:NapoleonIII. De Fransche natie en hare vertegenwoordigers zwijgen; ons wetgevend lichaam hield zich in de afgeloopen week met geheel andere zaken bezig en wel met de discussiën over een wetsontwerp, te recht door de oppo sitie een loi de suretégénérale a Vexterieur genoemd. Keeds verleden jaar was dit wetsontwerp voorgesteld, volgens hetwelk ieder Franschman gedurende eenige jaren in Frankrijk strafschuldig zal zijn voor misdrijven ook politieke in den vreemde door hem gepleegd. Toen wilde echter de commissie van rapporteurs het doel, waarmede de regeering het ontwerp had ingediend, wegnemen door de bepaling dat de wet niet van toepas sing zou zijn op politieke misdrijven. De staatsraad heeft echter natuurlijk dergelijke beperking niet willen toelaten; het Luiksch studentencongres is behoorlijk geëxploiteerd om op de aanneming van het wetsontwerp aan te dringen en die aanneming is niet achtergebleven. Slechts 25 van de 137 leden stemden tegen. Voortaan zal derhalve een scherp woord, in Engeland gesproken, den Franschman, die dit uitte, slechts do keus laten tusschen ballingschap of een veroordeelend vonnis door de Fransche rechtbanken. Waar gaan wij heen langs dergelijken weg? zonder twijfel naar eene revolutie. Brussel2 Juni. Eene vrij hevige ongesteldheid, mijnheer de redacteur, heeft het mij onmogelijk gemaakt, om deze week met uwe lezers wat te keuvelen, wat mij in den laatsten tijd eene aangename gewoonte geworden is. Laat mij alleen iu alle haast constateeren, dat mijne voorspellingen betreffende het gevaar dat Nederland liep door die noodlottige Limburgsche quaestie aan te roeren, en op den bondsdag ter tafel te brengen, zich reeds in enkele opzichten beginnen te bevestigen door een artikel in de Kölnische Zeitung, dat zeker aan uwe aan dacht niet ontsnapt is. Ook de heer von Bismarck heeft zijne natuurlijke grenzen terug te vorderen, en wil die nu van Nederland krijgen. Dat artikel in het liijnsche blad is van zeer groot gewicht. De ideeën die er in uitgesproken worden zijn niet van gisteren, maar klimmen tot een hoogen ouderdom op. Geheel België is in spanning door de verkiezingen. De provinciale verkiezingen, die voorleden Maandag hebben plaats gehad, hebben aan het ministerie nu juist geen gewonnen spel gegeven. Te Mechelen en te Doornik heeft het een gedeeltelijk en aanzienlijk voordeel be haald, maar het geheel der verkiezingen is verre van gunstig voor het ministerie. Op de 9 collegies van gede puteerde staten die België bezit zijn er 5 clericaal. Dit is een slecht voorteeken voor de verkiezingen voor de twee kamer, die op denzelfden dag plaats hebben als de uwe, namelijk den 12 Juni. Men houdt voortdurend hier en te Brussel meetings van kiezers. De radicalen en clericalen hebben besloten dat zij zich onthouden zouden maar in waarheid bestaat er een soort van stilzwijgend verbond tusschen de twee uiterstoja...^ Aafcstaan3^p Maandag zal de liberale vereeniging te 'jSruss'BT equ^z^adering houden omjrajre^ndidaten te ëahdidatuur van dcm^&eï Aniïpftbb, burge- ^^^S,^fii'S?aséel, vindt hevigZ'pfgenl^anting. Ëoch het Senwetlw^ïifschijnlijk dat hij ziyxverwinncn, evéitalsde ^otsfirtS Brqtëf'ixi, die sterk dootj.het miaisteriqjvqrdt ge- potrêeeeidf- opdat de advocaat -^i^ert 3ficar|; <3ie van

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1866 | | pagina 3