6uitmlanö.
Volgens de officieele opgaven zijn gedurende de week
van 7 tot 14 April in Engeland en Schotland aangetast
2582 stuks vee, tegen 3361 stnks in de daaraan vooraf
gaande week. Sedert het ontstaan der ziekte zijn aan
getast 221,996, afgemaakt 55,971, gestorven 121,896 en
hersteld 30,435 stnks. In de opgave der afgeloopen week
zijn niet begrepen de rapporten der 43 inspecteurs die
over de vorige week 780 nieuwe ziektegevallen consta
teerden.
Benoemingen en besluiten.
ridderorden. Vergunning verleend aan den heer
C. Brunings, hoofdingenieur van den waterstaat in Zee
land, tot het aannemen en dragen van het ridderkruis
le klasse der Ernst-Augnst orde, hem door Z. M. den
koning van Hannover geschonken.
rechterlijke macht. Benoemd tot substituut officier
van justitie bij de arrondissementsrechtbank te Zierikzee,
jhr. mr. E. B. A. N. Melort, thans als zoodanig te 's Her
togenbosch.
belastingen enz. Benoemd tot ontvanger der directe
belastingen en accijnsen te Gent c. a. de heer P. J. Booms,
thans ontvanger der in- en uitgaande rechten te Vlodrop.
marine. Op verzoek eervol uit de zeedienst ontslagen
de le luitenant bij het korps mariniers W. van Bever
voorde.
leger. Op verzoek eervol ontslag uit Zr. Ms. militaire
dienst verleend, met toekenning van pensioen, aan den
kapitein der infanterie voor memorie van het leger in
Nederlandsch Indië H. C. Bruggeman, thans met verlof
hier te lande: alsmede aan den kapitein der infanterie
van het leger in Nederlandsch Indië F. H. F. G. Demmeni,
zich schrijvende H. F. F. G. Demmeni, mede thans met
verlof hier te lande.
Benoemd tot lid van de speciale commissie van inspec
tie voor het militair onderwijs, en zulks meer bepaal
delijk voor het wapen waartoe hij behoort, de luitenant-
generaal C. H. Happé, inspecteur van het wapen der
infanterie.
Kerknieuws.
De heer J. H. L. Roozemeijer, predikant bij de Neder-
duitsche hervormde gemeente te Nieuw-Loosdrecht, heeft
het beroep naar Middelburg aangenomen.
De heer H. V. Hogerzeil, predikant bij de hervormde
gemeente te Sluis, hield jl. Zondag eene afscheidsrede,
naar aanleiding van Matheus 28 20. Na het einde dier
rede werd hem door de gemeente het laatste vers van
Psalm 134 toegezongen.
Marine en leger.
Heden zijn de le en 2e compagniën van het 4e batal
jon van het 6e regement infanterie uit Veere en Middel
burg per stoomboot van hier naar Utrecht vertrokken.
Voorts vertrok heden de 5e compagnie van hetzelfde
bataljon uit Veere naar Vüssingen, met verdere bestem
ming naar Sluis.
Uit Athene wordt het volgende gemeld
„Den 10 April jl. is Zr. Ms. stoomfregat Adolf hertog
van Nassau in de haven van Athene, den zoogenaamden
Pyraeus, te midden van een tiental oorlogschepen van
verschillende natiën, ten anker gekomen, en wel op eene
wijze, die met reden de algemeene goedkeuring en
bewondering van de vreemde oorlogschepen mocht
verwerven
„Juist vierde men den verjaardag van Griekenlands
onafhankelijkheid, tereere waarvan de ter reede liggende
schepen vlagden en aan den wal volksfeesten plaats had
den, terwijl er des avonds een bal aan het hof van koning
George werd gegeven, en men, nevens de illuminatie van
verschillende openbare en bijzondere gebouwen, op ver
schillende plaatsen feestvuren zag ontsteken.
„Ofschoon de Adolf eerst in den namiddag was ten an
ker gekomen, had men des avonds reeds de nitnoodiging
ontvangen tot het bijwonen van het bal ten hove, van
welke nitnoodiging door het état-major gebruik werd
gemaakt. Het état-major genoot de eer om bij die gelegen
heid te worden voorgesteld aan Z. M. den koning, die zich
met den kommandant en eenige officieren minzaam on
derhield.
„Het voornemen bestaat, om tot den 17 April in den
Pyraeus te blij ven, daarna, tot het volbrengen van de voor
geschreven oefeningen en exercitiën in het vuur,eenige
dagen te vertoeven in de nabijheid van een niet ver van
den Pyraeus verwijderd eilandje, en vervolgens naar Na
pels te vertrekken." (Nieuwe Rott. cour.)
Gemengde berichten.
De bouw eener broodfabriek te Leiden is Dinsdag
voor de som van f 17,310 aanbesteed.
In den laatsten tijd hebben in Holland vrij belang
rijke diefstallen plaats. Zondag avond schijnt men weder
eene poging te hebben willen wagen in het voormalig
Hotel des Pays-Bas aan de Boompjes te Rotterdam op
het eene of andere kantoor. De Nieuwe Rotterdamsche
courant meldt dienaangaande het volgende: Een der
bewoners van dat gebouw moest dien avond omstreeks
10 uren op de tweede verdieping zijn. Met een licht
daarheen gaande, werd hij op de eerste verdieping eens
klaps op den trap gevolgd door twee personen, zonder
dat het hem duidelijk was waar zij zoo plotseling van
daan kwamen. Ofschoon het nu op werkdagen wel eens
meermalen gebeurt dat aldaar iemand in den laten avond
naar boven gaat, kwam hem dit toch met den Zondag
eenigszins vreemd voor. Evenwel ging hij door, en
terwijl de anderen hem volgden, zag hij zich op de tweede
verdieping onverwacht omringd door meerdere personen,
waarvan een hem onmiddellijk op den grond wierp en
vasthield. Bij dien onverhoedschen aanval ontviel hem het
licht, en ontstond erin het donker eene worsteling, waarbij
de aangevallene om hulpriep. De anderen, zeker vreezende
dat zijn geroep gehoord kon worden, maakten zich
onverwijld uit de voeten en waren verdwenen, eer een
der huisgenooten hem kon te hulp komen. Alles ging
zoo snel, dat de persoon, wien dit onheil overkwam, niet
eens duidelijk het een of ander heeft kunnen opmerken,
hetgeen tot eenige opsporing der indringers bevorderlijk
kon zijn. Alleen heeft hij terloops gezien dat éen
hunner er eenigszins fatsoenlijk uitzag en een hoed
droeg, terwijl de anderen eene pet op het hoofd hadden.
Intnsschen biedt dat gebouw, daar het 'savonds of
's nachts niet gesloten wordt, tot zulke gevallen eene
gemakkelijke gelegenheid aan."
De Nederlandsehe natuuronderzoeker op Mada-
gascar, Frangnis Pollen, is tijdens zijn jongste bezoek
aan het eiland Mauritius, tot eerelid van de „Royal society
of arts and sciences" aldaar benoemd. Door tusschen-
komst van dienzelfden heer heeft het comité van de
„Société impéiiale d'acclimatation" te La Réunion van
wege den gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indië
eene zending kinazaad ontvangen, waarvan een gedeelte
aan den gouverneur dier Fransche kolonie overhandigd
is, die de invoering van den kostbaren kinaboom in
beginsel had aangenomen. De hooge ligging van Saint-
Frangois, de residentie van den gouverneur, is voor de
aankweeking zeer geschikt, terwijl de directeur van den
tuin te Buitenzorg de noodige inlichtingen daarvoor
verschaft bad. Door de „Société d'acclimatation" te
Parijs wordt voor de invoering en acclimatie van den
kinaboom in eene Franche kolonie een prijs van 1500 fr.
uitgeloofd.
Naar men aan het Utrechtsch Dagblad schrijft, is
Dinsdag te Groningen het bericht ontvangen van groote
opgewondenheid onder de spooi werkers nabij Zuidbroek
en heeft eene compagnie infanterie last ontvangen zich
gereed te houden om, des gevorderd, ten spoedigste hulp
te verleenen. Naar men zegt, vragen buitenlandsche
arbeiders hooger loon, en beletten, om hun doel te be
reiken, de anderen te werken.
Men verzekert dat de Italiaansche regeering aan
Garibaldi een kommando heeft aangeboden in het leger,
doch dat hij een weigerend antwoord gegeven heeft; er
hebben intnsschen nog altijd onderhandelingen van
regeeringswege met hem plaats.
Wegens de berichten dat de cholera hier te lande
is uitgebroken, heeft ook het gemeentebestuur van Gro
ningen besloten om de gewone voorjaarskermis in de
maand Mei dit jaar niet te doen plaats hebben.
Te Delft hebben eenige ingezetenen het plan opge
vat om eene vereeniging op te richten tot het slachten
van vee en het geslachte tot billijke prijzen te verkoopen.
De thans te Parijs vertoevende kroonprins van
Denemarken zal zich eerstdaags naar Brussel begeven
om van daar een bezoek te brengen aan de Nederland
sehe hofstad.
De Brusselsche kunstschilder Adolf Dillens, die de
stof voor menig paneel ontleende aan het Zeeuwsche
landschap, is door de Koninklijke maatschappij van
schoone kunsten te Amsterdam tot lid benoemd.
Verkooplngen cn aanbestedingen.
Heden werd aan het gebouw in gebruik bij het gewes
telijk bestuur van Zeeland publiek aanbesteed het
vergrooten der rinketten in de vier ebdeuren van de
Oostsluizen te Terneuzen; daarvan is aannemer ge
worden, de heer J. Verkuijl Quakkelaar te Vlissingen,
voor f 747.
Gisteren is door het Dijkbestuur van den polder
Kruiningen aanbesteed: het vernieuwen en onderhouden
der gewone aarde-, kram-, rijs- en steenglooiingwerken;
daarvan is aannemer geworden de heer J. Paauwe te
Hoedekenskerke, voor f 6300.
Thcrmometerstand.
25 April.'s av. II u. 56 gr.
26 'smorg. 7u. 54gr.'smidd. lu.80gr. 'sav.llu. 61 gr
27 'smorg.7 u.60 ,'smidd. 1 u. 69 gr.
Staten-generaal.
TWEEDE kamer.
Zitting van Woensdag 25 April. Ingekomene wetsont
werpen bepaling dag behandeling cultuurwet.
De volgende wetsontwerpen zijn ingekomen:
1. Tot vaststelling van uitgaven wegens verstrekkin
gen door het departement van marine, dienst 1866;
2. tot wijziging van hoofdstuk VI der begrooting van
1865; 3. tot vaststelling van uitgaven wegens verstrek
kingen door het departement van oorlog, dienst 1866.
Nog zijn ingekomen 1. eene missive van den minister
van koloniën, ten geleide van afschriften van overeen
komsten met Indische inlandsche vorsten, welke is gesteld
in handen der beeren: Heemskerk, Mijer, van Eek,
Jespers en Blom; 2. eene missive van den minister van
buitenlandsche zaken, ten geleide van een afschrift van
het tusschen Nederland en Spanje gesloten tractaat,
betrekkelijk de toelating van consulaiie agenten in beide
rijken, welke mede commissoriaal is gemaakt.
Eindelijk is bepaald, dat Dinsdag a. te 11 uren een
aanvang zal gemaakt worden met de behandeling van
het wetsontwerp, houdende vaststelling der grondslagen
waarop ondernemingen van landbouw en nijverheid in
Nederl. Indië kunnen worden gevestigd (cultuurwet).
Aljeinecii overzicht.
Men zal het veelbesproken antwoord van Pruisen
onder „Duitschland" aantreffen. Daaruit blijkt dat onze
meening, in het vorig nommer uitgesproken omtrent dit
document uit de ministerieele bureaux van den heer
von Bismarck, juist was. Wel zegt de baron von Werther
in dit stuk, dat de Pruisische regeering het voorstel van
den heer von Mensdorff aanneemt, maar laat er op vol
gen Derhalve, zoodra de koninklijke regeering de mede-
deeling zat hebben ontvangen dat de keizer de met
het oog op eene Kriegsbereilschaft tegen Pruisen gedane
bevelen totde garnizoen» veranderingen,alsmede omtrent
alle daarop betrekkelijke maatregelen zal hebben inge
trokken, zal de koning van zijne zijde zonder verwijl de
reductie der korpsen bevelen, waarvan het effectief sedert
27 Maart is vermeerderd. De Pruisische regeering
wacht alzoo, zoo luidt de depêche verder, nadere mede-
deelingen.
Tot staving van dit reeds in een vorig nommer geuit
gevoelen omtrent de laatste Pruisische nota, hetwelk in
strijd is met de lezing van verschillende dagbladen, halen
w»j een artikel aan van den heer Nefftzer in le Temps
van gisteren. „Wat niet te betwijfeleu valt zegt de
hoofdredacteur van le Temps is dat het Pruisisch ant
woord niet de aanneming bevat van hetgeen door Oosten
rijk was gevraagd: de belofte namelijk om op 26 April
te ontwapenen, indien Oostenrijk daarmede op 25 April
begon. De heer von Bismarck schijnt integendeel zich
alle mogelijke moeite te hebben gegeven om eene bepaal
de toezegging te ontwijken, welke toch zoo gemakkelijk
aan te nemen en onder woorden te brengen was. Zijn
antwoord schijnt vol reserves en valstrikken en laat
zelfs gedachten doorschemeren, beleedigend voor Oos
tenrijk'» loyaliteit."
In het nommer van heden komt le Temps op de laatste
Pruisische nota terug en beweert dat men een weinig
naïf zon moeten wezen om daarin een waarborg voor
den vrede te zien.
Dat de qnaestie van ontwapening alzoo nog volstrekt
niet, gelijk sommige dagbladen dit willen doen voor
komen, is opgelost, blijkt teil duidelijkste. Bo\endien is
er thans een nieuw incident te vreezen en wel omtrent
de vraag in hoeverre de heer von Bismarck de samen
trekking van Oostenrijkscbe troepen in Venetië tegen-
overde wapeningen van Italië,zal gelieven te beschouwen
als tegen Oostenrijk gericht. Sommige dagbladen toch
meenen dat thans de volgende politieke comedie wordt
gespeeld. Pruisen verwijt aan Oostenrijk zijne wape
ningen. Oostenrijk verklaart te zullen ontwapenen. De
regeering te Berlijn verbindt zich daarop om alle krijgs-
maatregeleu in te trekken, zoodra keizer Frans Jozef
bevel heeft gegeven tot geheele ontwapening en laat
intusschen door hare officieuse dagbladen verkondigen
dat alzoo Pruisen zich bereid toont om den vrede te
bewaren. Nu neemt echter Italië, op aansporing van
Pruisen, eene dreigende houding aan tegen Oostenrijk.
De regeering te Weenen kan dus niet ontwapenen in
hare Italiaansche provinciën. De heer von Bismarck
roept daarop zegevierend tegenover Europa uit dat
Oostenrijk door niet te ontwapenen het overtuigendst
bewijs heeft geleverd dat het den vrede niet wil hand
haven, dat het de rust van Pruisen bedreigt en, onder
het valseh voorwendsel dat Italië in Venetië wil vallen,
zijne troepen op voet van oorlog houdt.
Voor de verdere berichten omtrent het Duitsch
embroglio verwijzen wij naar „Duitschland." Men zal
ontwaren dat de Duitsche telegraaf weder verschillende
zijner vroegere berichten, in ons vorig nommer vermeld,
tegenspreekt.
De deputatie uit Bucharest, belast met het aanbieden
der kroon van Romanië aan den twintigjarigen luitenant
bij een der Pruisische dragouder-regementen, prins van
Hohenzollern, is te Dusseldorf aangekomen, alwaar de
verlangde vorst thans zijn verblijf houdt. De deputatie
had zich eerst naar Berlijn begeven om aldaar eene con
ferentie met den graaf von Bismarck te houden.
De identiteit van den schuldige aan den aanslag