OURANT. N°- 67. Zaterdag föinnmlantL 1866. 28 April. H Editie van Vrijdag avond 8 uren. provinciale geldleening van 525,000.00. (VIERDE GEDEELTE). De Gedeputeerde Staten van Zeeland, Gelet op het besluit der Staten, van den 8 Nov. 1862, Do. 5, en op het daarbij vastgesteld plan eener geldlee- Ding van f 525,000.00. ten laste van de Provincie Zeeland, opgenomen in het Provinciaal blad van 18G3, onder no.24; alsmede op de besluiten der Staten van den 8 Julij 1865, no. 11, van den 10 November 1865, no. 3, en van den 1 Maart 1866, no. 9, opgenomen in het Provinciaal blad, respect i vel ijk onder no. 91 van 1865, en onder numeris 1 en 40 van 1866; Besluiten: In voldoening aan art. 4 van bovengenoemd plan van geldleening ter kennis te brengen van belangstellenden 1. dat in genoemde geldleening kan worden ingeschre ven voor een honderd acht en dertig aan- deelen, elk van een duizend gulden, tegen eene jaarlij ksche rente van vier en een half ten honderd, in te gaan met den eersten Mei 1866; 2. dat de termijn voor het inleveren der inschrijvings- billetten is bepaald van af Donderdag den 26 April 1866, tot en met Donderdag den 3 Mei daaraanvol gende (Zon- en feestdagen uitgezonderd), des voor middags van 10 tot 12 en des namiddags van 2 tot 3 uren 3. dat de inschrijvingsbus en billetten in het openbaar zullen geopend worden op Donderdag den 3 Mei 1866, des namiddags te 3 uren, in de raadzaal van Gede puteerde Staten; 4. dat het bedrag der ingeschreven aandeelen, voor zoo veel die zijn aangenomen, moet overgestort worden bij den heer Betaalmeester te Middelburg, in het tijd vak van 19 tot en met 26 Mei 1866, op de gewone kantoor-uren, en dat de qnitantiën van storting vóór of uiterlijk op den laatsten dier maand moeten over- gebragt zijn ter provinciale griffie, in handen van den Commies D. Jekas, belast met de comptabiliteit, die daarvoor het in art. 7 van het plan bedoeld renversaal zal afgeven 5. dat exemplaren van het plan der geldleening van f 525,000.00, waarvan de onderwerpelijke deel maakt, kosteloos verkrijgbaar worden gesteld bij genoemden ambtenaar, op franco aanvrage. Dit besluit zal worden geplaatst in het Provinciaal blad ^an Zeeland; buitendien bij wijze var. openbare aankon diging in de Staats-, Middelburgsche-, Goessche- en Zie- Dkzeesche couranten, alsmede in het Sluisch weekblad ®n in het Algemeen nieuws- en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. Middelburg,4 April 1866. De Gedep. Staten voorn. li. W. VAN LIJNDEN, Voorzitter. S. VAN DER SWALME, Griffier. 4ABiBE$TEDllVG. Burgemeester en Wethouders van Hoek, zullen op Saterdag den 5 Mei aanstaande, des middags te twee Dren, op het gemeente-raadhuis aldaar, in het openbaar Danbesteden: Het opnemen der klinkerbestrating van den weg, door de kom den gemeente, over eene oppervlakte van 9GO vierk. ellen, en het vervangen derzelve door eene keibestra ting, met bijlevering der keijen (volgens voorhanden monster). Het uitbreken en op nieuw leggen van 330 vierk. ellen keibestrating, en Het maken, met de uitkomende klinkers, van '200 vierk. ellen waterleiding, langs de bestrating. De besteding zal geschieden bij enkele inschrijving, D'aarvoor de billetten, behoorlijk gezegeld, op den dag "ei' besteding, in de daartoe te stellen bus, op gezegd badhuis moeten worden ingeleverd. Van bestek en voorwaarden is inzage te hekomen van a' den 28 April a. s. op de raadhuizen te Iloek en Neuzen, ^°otnede in de herbergen van L. Bareman, te Hoek, en an de wed. Steenkamp, de wed. Scheele en P. Baeijens, Ie Neuzen. n- o aanwijzing op het terrein zal plaats hebben op 'nsdag den 1 Mei a. s., 's namiddags van 25 uren. Hoek, den 21 April 1866. Burgemeester en wethouders van Hoek. J. A. VAN BOVEN, Burgemeester. J. DIELEMAN, Secretaris. üiiddclburg 27 April. De Arnhemsche courant komt nader op hare anti- neutraliteits-politiok terug eo zij verklaart zich niet te verwonderen over de tegenspraak welke de door haar gepredikte staatkunde ondervindt. „Men heeft ons zegt de Arnhemsche courant reeds lang voorgepraat en trachten in te prenten, dat wij een weerloos en onmachtig volk zijn, dat wij ons toch nooit tegen eenig ander volk, dat ons aanvalt, kunnen verde digen, en dat, komt er oorlog, Nederlands éenig heil en éenige kans van redding hierin bestaat, zich spoedig in een hoekje te gaan verschuilen en zich zóo klein en zóo nietig te maken, dat men het óf vergeet, óf met een minachtend medelijden voorbijgaat. Men heeft ons zoo stelselmatig willen verweekelijken, dat het inderdaad een wonder wezen zou, wanneer men nu op eens eene mannelijke houding ging aannemen en een mannelijken toon voeren." Neen, de Arnhemsche courant wil dat Nederland bij een algemeen conflict niet neutraal blijve, maar partij kieze tegen Pruisen. De groote schrikbeelden van het Geldersch orgaan zijn Pruisen's veroveringszucht en de annexatie-plannen ook ten opzichte van Nederland. Wel kunnen wij ook Frankrijk niet vertrouwen Engeland bedreigt ons volstrekt niet maar al annexeerde Frankrijk ook België en de Pruisische strook langs den linkeroever van den Rijn, zou dit, altijd volgens de Arn hemsche courant, voor ons niet zoo gevaarlijk zijn als eene omsingeling door Pruisen. „Hadden wij zegt zij verder aan het einde van haar betoog Frankrijk als zuidelijken en Duitschland als oostelijken buurman, wij zouden dan nog, in de weder- keerige jalouzie dezer twee groote machten, die elkander in bedwang konden houdeneen waarborg voor ons volksbestaan kunnen vinden, want Frankrijk zou ons dan even weinig aan Duitschland gunnen, als Duitschland ons zou gunnen aan Frankrijk. Doch hebben wij ten zuiden België, dat tegen de Duitsche macht volstrekt niet is opgewassen en niets voor ons doen kanen zijn wij verder van de landzijde geheel door het nieuwe groote koninkrijk Pruisen ingesloten, dan hangen wij ook geheel van Pruisens genade af. Éen hap en wij zijn ingeslokt. Vóór nog Engeland of Frankrijk tusschen- beiden kunnen komen, zijn wij geannexeerd, en is Friedrich Wilhelm onze allergenadigste koning en heer. En, gelijk bijna altoos geschiedt, eenmaal Pruisisch gemaakt zijnde, zal de diplomatie in het fail accompli berusten." Dit slot van de redeneering der Arnhemsche courant is in strijd met het begin. In den aanvang zegt zij dat men Nederland ten onrechte een weerloos en onmachtig volk beschouwt. In een vorig artikel zeide zij dat Neder land volstrekt geen lafhartig volk is, en thans laat zij ons vaderland „door éen hap van Pruisen inslokken" en „inlijven vóór Engeland of Frankrijk nog tusschenbeide kunnen komen." Op het eene oogenblik is Nederland alzoo voor de Arnhemsche courant in staat om partij te kiezen, om „eene mannelijke houding aan te nemen en een manne lijken toon te voeren," terwijl dat zelfde Nederland op een ander oogenblik wordt voorgesteld als zijn eigen grondgebied zoo weinig te kunnen verdedigen dat het „door éen hap van Pruisen is in te slokken" en te annexeerenDe gewone scherpzinnigheid schijnt hier de Arnhemsche courant te hebben verlaten. De Staatscourant van gisteren deelt het volgende mede „Sedert het begin der ziekte zijn te Delfshaven 16 per sonen door cholera aangetast, van welke 8 zijn overleden. „Eene vrouw, uit Delfshaven te 's Ilertogenbosch aan gekomen, is aldaar aan cholera overleden. „Te Rotterdam zijn 9 gevallen bijgekomen, waarvan 4 met doodelijken afloop. „In laatstgenoemde gemeente zijn in het geheel 29 per sonen aangetast, 16 overleden." In de Staatscourant van heden leest men: „Sedert bovenstaand bericht zijn bij het gemeente bestuur van Rotterdam 3 gevallen van cholera aangegeven en zijn daaraan 2 personen overleden. „In de gemeente Braket is éen geval waargenomen." In de Staatscourant van Woensdag is mede opgenomen eene circulaire van den minister vau binnenlandsche zaken aan de commissarissen des konings in de verschil lende provinciën. In overeenstemming met het gevoelen der inspecteurs van het geneeskundig staatstoezicht be treffende het wensclielijke eener centrale leiding in de maatregelen welke tot wering der cholera belmoren geno men te worden, wordt in deze circulaire aan de gemeente besturen den weg gewezen betreffende de middelen welke tot wering of beteugeling der cholera-epidemie kunnen worden aangewend ook in die gemeentenwelke de epidemie nog niet beeft bereikt. In de Maandag te Aardenburg gehouden vergadering van ingelanden van den polder Beooster-Eede is besloten, eene ruime som bij te dragen tot het leggen van een steenweg van daar naar Sint Kruis, langs den polderdijk op de zuidzijde. Natuurlijk zal Aardeuburg zich daarbij aansluiten, en hopen wij weldra de bijdragen van St.Krnis en verdere polders te kunnen mededeelen. (Sluisch weekbl.) Bij de op eergisteren te Oostburg gehouden markt waren aangebracht: 29 groote varkens en omtrent 400 biggen, welke allen tot goede prijzen verkocht zijn. In eene vergadering van ingelanden van den polder van Schouwen, op Donderdag 26 April te Zierikzee ge houden, is hij acclamatie besloten overeenkomstig het advies der commissie, strekkende dat er geene termen zijn gevonden om dien polder vrij te verklaren. De opper-ceremoniemeester heeft in de Staatscourant bekend gemaakt dat het hof voor den tijd van drie dagen den lichten rouw zal aannemen wegens het overlijden van Z. E. den landgraaf Eerdinand van Hessen-Homburg. De gezamenlijke buskruitmakers van Noord-Holland, Utrecht en Zeeland hebben aan de tweede kamer een adres ingezonden, houdende bedenkingen tegen het wets ontwerp tot regeling van het toezicht bij het oprichten van fabrieken en andere inrichtingen, die gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken. Veeziekte. De Staatscourant van Zondag cn Maandag deelt de volgende opgaven mede betreffende den veetyphus over de week van 8—14 April: Zuid-Holland: Aangetast 1365aan de ziekte ge storven 411, afgemaakt 65, hersteld 44 runderen. Sedert het begin der veeziekte zijn in het geheel aan getast 46,435; aan de ziekte gestorven 17,421afge maakt 9,587hersteld 17,817,dus nog ziek 1,610 runderen. Utrecht: Aangetast 234; aan de ziekte gestorven 130 afgemaakt 0; hersteld 113 runderen. Sedert het oegin der veeziekte zijn in het geheel aan getast 5,110; aan de ziekte gestorven 2,095; afgemaakt 104; hersteld 2,720, alzoo nog ziek 191 runderen. Noord-Holland: Aangetast 48, aan de ziekte gestorven 23, afgemaakt 0, hersteld 11 runderen. Sedert het begin der veeziekte zijn in het geheel aan getast 1,340; aan de ziekte gestorven 417; afgemaakt 321; hersteld 551, mitsdien nog ziek 51 runderen. Recapitulatie: In de week van Aangetast in Z. Hol). Utrecht. N.-Holl. Totaal. 11—17 Februari 1510 288 225 2023 18-24 1340 250 275 1865 25 Febr.—3 Mrt. 1000 195 179 1374 4—11 Maart. 1352 297 51 1700 11-17 1133 184 27 1344 1824 1410 243 36 16S9 25—31 1303 223 119 1645 1— 7 April. 1129 273 71 1473 8-14 1365 234 48 1647

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1866 | | pagina 1