Öuitfnlanö.
^rrtijDm^cn.
t)anüclsbmcl)tni.
IXtoadigljciD.
Duitschland.
De aanslag op keizer Alexander's leven.
2
361
351
431
431
32$
74^
77
19$
1H
hun vergund zijn eene drukkerij te hebben en boeken
Bit te geven, te verkoopen en te verspreiden zoo veel
rij verlangen.
Ei n boekhandelaar te Brussel heeft zieh tot de
kamer gewend om schadevergoeding uit's rijks schatkist,
jegens het nadeel aan hem toegebracht door het konink
lijk besluit, waarbij de Hollaudsche spelling in België
werd ingevoerd. Daardoor toch werd een vlaamsch
Woordenboek, waarvan hij onlangs een tweeden druk
Begeven had, geheel onverkoopbaar. De kamer is daar
omtrent overgegaan tot de orde van den dag.
Rossini heeft twee coinpositiëu naar Weenen
gezonden om bij de onthulling van het stanbeeld van
Mozart te worden uitgevoerd.
Prins Amedeus van Italië, tweede zoon van koning
Victor Emuiannel, maakt zich, volgens sommige Italiaan-
'che dagbladen, gereed om ten strijde te trekken. Een
telegram uit Florence van eergisteren meldt zelfs dat hij
'eeds gekwetst is, gelukkig echter niet door een kogei,
maar door een val uit zijn rijtuig. De weerbarstige paar
den hebben den prins op de straatsteenen geworpen,
Waardoor hij eenig letsel heeft bekomen. Zijne kwetsuren
*ijn echter van geen ernstigen aard.
Volgens berichten uit Sleeswijk wordt aan de door
Pruisen aangelegde vestingwerken op Alsen en Snnde-
witf steeds inet spoed gearbeid. Voortdurend wordt
daarheen ooilogsmaterieel gevoerd.
Tberiu0ineter»mnd.
21 April.'s av. 11 n. 52 gr.
22 's morg. 7 u. 54gr.'s midd. 1 n. 69 gr. 's av.11 n. 50 gr.
23 's morg. 7 u. 46 „'sinidd. 1 u. 67 gr.
Algemeen overzicht.
De toestand der qnaestie in Duitschland blijft steeds
dezelfde. De berichten luiden den eenen dag eenigszins
oorlogzuchtiger dar. den anderen dag, doch eenige be
langrijke wijziging in den toestand is niet waar te nemen.
Niet onbelangrijk is intusschen eene beschouwing van
den tegen woordigen staat van zaken door den talentvoilen
Prevost-Paradol in den Conrriertdn Dimanche gegeven.
Deze schrijver, dien men wel niet verdenken zal van
onder inspiratie der „neutrale" Fransche regeering de
pen te hebben opgenomen, uit zieh aldus
„Ik moet erkennen mij al zeer bedrogen te zullen
vinden als de thans bestaande crisis niet tot een oorlog
leidt. Wel heb ik daartoe slechts eene voorname reden,
maar die is van zeer veel gewichtik geloof niet dat de
heer von Bismarck, hoe lichtzinnig en vol inbeelding
men zich hem voorstello, volslagen gek is. En wat doet
nu de heer von Bismarck sedert het begin van de crisis?
Hij komt openlijk aft voor zijne plannen met de hertog
dommen en zijne stoute voornemens ten opzichte van
Duitschland. Aan den eenen kant wil hij de hertog
dommen bij Pruisen inlijven, wil hij een einde maken
aan den provisioneelen toestand welke het gevolg is der
overeenkomst van Gastein. Aan den anderen kant eischt
bij, met het oog op de erkende plannen der toekomst,
eene hervorming van de bondconstitutie en den afstand
door Oostenrijk van zijn thans in Duitschland iugeno-
men rang. Dat zulke eischen noodzakelijk tot een oorlog
moeten leiden kan niet twijfelachtig zijn, al had zelfs
Oostenrijk niet eens zijn non poasumus geuit en het zwaard
reeds half nit de scheede getrokken."
Voorts betoogt de heer Prevost Paradol dat men den
heer v. Bismarck niet zoo van alle verstand ontbloot moet
beschouwen dat hjj zonder de hulp van eene andere
mogendheid den kamp tegen geheel Duitschland zou
aanvangen. Alleen de ondersteuning van Italië zou den
Prni8ischen minister echter niet veel baten. Daarom
meent toorts dc aangehaalde schrijver d..l de beer von
Bismarck op de ondersteuning van Frankrijk kan reke
nen, hetzij eene directe ondersteuning, hetzij eene indi
recte door aan Italië te verleenen hulp tegen Oostenrijk.
Tot prijs daarvoor zou Frankrijk óf de Rijngrenzen óf
ëen gedeelte van België ontvangen. Eene bevestiging
van dit alles ziet de heer Paradol in de anders onver
klaarbare weigering der regeering te Parijs om gezamen
lijk met Engeland zich te verzetten tegen do wijze
Waarop reeds in den aanvang met de Elbe-hertogdommen
is gehandeld.
Ten slotte vervalt ook de beer Paradol weder in
de bekende den Franschen als aangeboren begeerte
naar vergrooting van grondgebied aan den Rijn. Kon
een Twesten in Pruisen zich niet losrukken van het
kleingeestig denkbeeld van vermeerdering der nationale
grootheid door de inlijving der hertogdommen ten koste
der liberale beginselen, zoo is het ook met den heer
Paradol.
De Duitscbe bondsvergadering te Frankfort heeft in
bare vergadering van eergisteren besloten, gelijk werd
Verwacht, om het Pruisisch voorstel tot bondshervorming
In handen te stellen eener uit negen leden samengestelde
bijzondere commissie. Oostenrijk verklaarde in die ver
gadering, bij monde van zijn vertegenwoordiger, dat het
bereid was de voorstellen te behandelen ter hervorming
van den bond, waarvan de noodzakelijkheid reeds in 1863
door den keizer zelf was uitgesproken. Voorts herhaalde
Oostenrijk zijne verklaring, in dc nota van 31 Maart
reeds gedaan, dat hij den vrede in Duitschland niet
zal verstorenwelke verklaring het ook van Pruisen
Verwacht. De Pruisische vertegenwoordiger bepaalde
rich slechts tot eene referte aan de onzen lezers bekende
toelichting van het hervormings vooistel.
De discussiën over de tweede lezing van de reform-bill
in het Engelsch lagerhuis worden steeds voortgezet en
volgens berekening van sommige Londensche dagbla
den wordt de reeds zoo kleine ministerieele meerder
heid bij eiken dag langer beraadslaging al kleiner en
kleiner. De beraadslagingen zouden heden worden
voortgezet.
De Oostenrijkshe dagbladen beweren dat de regeering
te Konstantinopel bij de mogendheden, in conferentie
te Parijs vergaderd geweest, een protest beeft ingediend
tegen de eandidatnur van den prins van Hobenzollern
als vorst over Moldavië en Walachije, als zijnde deze
candidatuur in strijd met de tractaten. Frankrijk, Rus
land, Oostenrijk en Engeland zouden reeds de gegrond
heid van dit protest hebben erkend. De verschillende
mogendheden, reeds te Parijs in conferentie vergaderd
geweest, zullen weldra hare vergaderingeu hervatten.
Berlijn. Zaterdag, wederom is hier eene vergadering
van kiezers gehouden die met algemeene stemmen een
votum tegen den oorlog hebben uitgebracht.
Weenen. Zaterdag. Volgens een hier ontvangen
bericht zou de Oostenrijksche regeering van eenige Par
rijsche bankiers een voorschot van vijfen twintig oiillioen
florijnen hebben ontvangen. Een dergelijke poging, van
wege de Pruisische regeering gedaan, schijnt echter te
zijn mislukt, hoewel voor de richtige afbetaling van het
gevraagde voorschot waarborgen waien aangeboden.
Londen. Zaterdag. The times bevat bet volgende:
„Men verzekert dat in eene te Sehönbrunn gehouden
conferentie tusscben keizer Frans Jozef en den minister
von Meusdorff zou beslo'en zijn oin graaf Karolyi, am
bassadeur van Oostenrijtc te Berlijn, terug te roepen.
Dit besluit zou medegedeeld zijn aan den Pruisiseben
ambassadeur teWeenen, baron Werther, die onmiddellijk
zou vertrekken.
„Aan baron von Gablentz, Oostenrijkach gouverneur
in Holstein, zou bevel zijn gezonden om met de aldaar
aanwezige troepen terug te trekken op het grondgebied
van llannover en Hamburg."
Londen. Zaterdag avond. Het vertrek van graaf
Karolyi is uitgesteld. The Globe verklaart zich gemach
tigd te verklaren dat de Engelsche regeering geenerlei
bevestiging heeft ontvangen van het hiervoren door
the Titues medegedeeld bericht.
Eene mededeeliug uit Berlijn, van eene gewoonlijk
wel ingelichte zijde, beweert dat de Pruisische regeering
het voornemen heelt om,indien haar voorstel ter hervor
ming van den bond niet mocht worden aangenomen, uit
den bond te treden, zonder daarom de door hare troepen
bezette bondsvestingen Luxemburg, Rastadt, Frankfort
en andere te verlaten. Eene andere mededeeliug hier
omtrent beweert echter dat de regeering dit gerucht
enkel en alleen laat verspelden om alzoo pressie uit te
oefenen op de overige bondsstaten.
De ministers van verschillende Duitsche staten
bevinden zich thans te Augsburg om aldaar gezamelijk
eene confetentie te houden over het Pruisisch hervor
mingsvoorstel. In de vergadering van gisteren, alwaar
negen staten waren vertegenwoordigd, is besloten om
zich ten gunste van het Pruisisch voorstel te verklaren.
Weenen. Zondag. De heden morgen verschenen
dagbladen verzekeren dat de toestand zeer oorlogzuchtig
blijft en dat OobtenrijK in zijne iaatste nota een gel ij k-
tij d ige ontwapening eischt.
Berlijn. Zondagavond. In bet Pruisisch antwoord
op de laatste Üos'eurijksche nota wordt verklaard dat de
regeeriug te Berlijn zal ontwapenen nadat de in Bohemen
samengetrokken Oostenrijkselie tioepen zullen zijn uit
eengegaan. Naarmate de Pruisische regeeriug de maat
regelen zal vernomen hebben door Oostenrijk tot ontwa
pening genomen, zal zij insgelijks in dezelfde mate tot
ontwapening overgaan. (Pruisen weigert alzoo eene
gelijktijdige ontwapening).
werd hij overal op zijn weg door de bevolking met dave
rende toejuichingen begroet en op het paleis terugge
keerd vertoonde hij zich wederom niet de keizerin en den
jeugdigen troonopvolger voorde door geestdrift bezielde
volksmassa.
De in hechtenis genomen schuldige is een twintigjarig
jongeling, Olchewsky genaamd. Omtrent de redenen,
welke hem tot dezen stap hebben geleid, verkeert men
nog in het onzekere.Sommigen beweren dat Olchewsky
een Russisch edelman is, arm geworden door de eman
cipatie der boeren, die daarvoor wraak wilde nemen op
den persoon des keizers. Anderen zien in hein het werk
tuig van eene politieke samenzwering en men beweert
dat onder de verschillende bij hem gevonden papieren
ook een manifest aan het volk was, waarin werd gezegd,
dat er geen vrede en rust in de wereld kon heerschen
alvorens alle vorsten zouden zijn verdelgd. Zekerheid
omtrent de redenen van den moordaanslag bestaat echter
nog niet.
De persoon aan wien keizer Alexander het leven heeft
te danken is zekere Jozef Ivanowitch Komissaroff, vijf
en twintig jaren oud, pettenmaker van beroep. Van zijn
patroon had hij juist op 16 April, zijn verjaardag, vrijaf
gekregen en bevond zich aizoo onder de menigte welke
den keizer nit den zomertuin zag komen. Komissaroff
is, gelijk onzen lezers reeds bekend is, in den adelstand
verbeven. Eene inschrijving is voorts te St.Petersburg
geopend om hem een inkomen te verzekeren, daar de
nieuweedelman natuurlijk van zijne brieven van adeldom
niet leven kan.
Gisteren is van de reede van Veere naar zee gezeild
bet barkschip Reyina Maria, gezagv. S. Ouwehaud, van
Middelburg in ballast, via Newcastle naar ludië, en
heden de schooaer CorneUa, gezagv. H. van Hengelaar,
in ballast naar Noorwegen.
Bij
Jfleckrapprijicii.
weinig handel bleven de prijzen onveranderd.
Graanmarkten enz.
Amsterdam 23 April. Raapolie op zes weken f 52$.
Lijnolie op zes weken f lj.
Rotterdam, 23 April. Gerst 10 en bruineboonen
25 cent booger, paardeuboonen 10 cent lager.
Axei. 21 April. Tarwe f 7.35 a 8.05; rogge f 5.40
a 5.60; wtnteigerst f 5.95 a f 6.25; zomer duo 5.40
a 5.60; haver f 3.25 a f 4.paardeuboonen f 7.-4
f 7.25; duivenboonen f 7.25 a ƒ7.45; bruineboonen
f 10.25 a f 11.20; groene erwten f 7.a 7.95gein
dito f 7.a f 7.45; boekweit f 5.95 a f 6.15.
Middelburg 23 April. Raapolie 54j. Patentolie
f 56$. Lijnolie f 44 per vat op 6 weken, contant f 1 lager,
P ij z o 11 van etfecten.
Amsterdam 23 April 1866.
België.
Rusland.
Polen.
Oostenrijk.
Aan de thans hieromtrent bekend geworden verschil
lende mededeelingen ontleenen wij het volgende:
Op 16 April ongeveer te 4 uren 's namiddags kwam
keizer Alexander uit den zomertuin, alwaar hij gewoon
is zijne wandeling te doen, toen een jong mensch door
de menigte drong, een tweeloopspistool te voorschijn
haalde en op den keizer aanlegde. Dit was echter gezien
door een wachter van den tnin die door een schreeuw de
aandacht op den persoon vestigde van een boer, die juist
naast dezen stond. Deze boer gaf onmiddellijk een slag
tegen den opgeheven arm, zoodat de kogel afweek en
over het hoofd des keizers heen vloog. De schuldige wilde
daarop ontvluchten, doch werd dadelijk gegrepen en
had alleen aan de tusscbenkornst van keizer Alexander,
die zijne tegenwoordigheid van geest geen oogenblik
had verloren, te dauken dat hij niet op de plaats zelf
door de verontwaardigde menigte werd ter dood gebracht.
De keizer begaf zich na het voorgevallene dadelijk
naar de kathedraal om voor zijne redding den dank aan C
de Voorzienigheid te betuigen. Daarna ontving hij Ver
schillende hooggeplaatste personen, die hem hunnfeop:
wachting kwamen maken, vertoonde zich verschjltendè
malen op het balkon van zijn paleis aan de men^tefbn-
des avonds gaf de bevolking blijk vau hare vréugde
over de redding van haren vorst door illuminatie efl vera
der feestbetoon.
Ook op den volgenden dag, terwijl de keizer nitreed,
Nederland. Certitic. Werkelijke schuld 21 pet. 59
dito dito dito 3 70
dito dito dito 4 92$
Aand. Handelmaatschappij 41
Certificaten bij Rothsehild 21 -
Obligatiën 1798/1816 5 94
Certitic. Hope co4 601
Oblig. dito 1855,6e serie 5 781
dito dito Leening 1860 4J 82$
Certificaten6 39$
Aand. spoorweg184$
Schatkistobligatiën4 62
Obligatiën metalliek5 51$
dito 1847/1852 21 26$
dito rente Amsterdam5 71}
dito nationale5 54$
Bankactiën 3
Leening 18615
Obligatiën (binnenlandsche) 3
dito3 thans 21
Ainortisable schuld
Obligatiën 1853 3
dito 1856—1862 3
dito (blauwe) 5
dito (binnenl.)5
(1882) 6
7
Italië.
Spanje.
Portugal.
Griekenl.
Turkije.
Vereen.Stat. dito
Illinois. dito
Mexico.
Grenada.
Venezuela.
dito
dito
dito
afgestempeld4J
De dankbetuigingen moeten door plaatsgebrek tot een
volgend nommer blijven liggen.
Heden werden wij diep bedroefd door het afsterven
Vfcj$"%i^e)r eenigen ^oon JOHANNES, in den ouderdom
.vanbijnft'24 die hem gekend hebben in zijne
nuttigëz betyielHtingen jftaullen beseffen wat wij in hem
vétlje^en. ;.n
Middefbiirg, A. HUYSMAN.
den 21 April 1866f-