MIDDELBURGSCHE COURANT. N°- 37. Dinsdag 1866. 6 Maart. Editie van Maandag avond 8 uren. 91id(lelburg 5 Maart. Het Middel burgsche departement der Maatschappij tot nnt van 't algemeen zet dezen winter de loffelijke Pogingen voort tot aankweeking en bevordering van oatunrkennis, door middel van openlijke voordrachten, voornamelijk bij hen voor wie die kennis bovenal eene behoefte mag worden genoemd. In vereeniging met het hier gevestigd Natuurkundig gezelschap heeft genoemd departement in den avond van 11. Zaterdag in de concert zaal alhier aan een talrijk opgekomen publiek de gelegen heid verschaft, een voordracht bij te wonen van den heer dr. F. Seelheim, leeraar aan 's rijks hoogere burgerschool alhier, die, even als vroeger de heeren Koning en dr. van Hennekeler, op de meest boeiende wijze en in bevatte- lijken vorm, de hooge waardij der wetenschap voor bet leven heeft in het licht gesteld. Als onderwerp, ontleend aan de scheikunde, behan- deldo hij de grondwaarheid: dat in alle samengestelde lichamen de bestanddeelen in standvastige verhouding zoo van ruimte- als gewichts-deelen aanwezig zijn. ooraf stipte de spreker in het kort den ontwikkelings gang der scheikundige wetenschap aan en bewees daarna, eerst door ontleding en later door samenstelling van het water, de bepaalde evenredigheid, in maat en gewicht, er beide bestanddeelenwaterstof- en zuurstofgas. Hij eet opmerken dat de erkenning dezer yaste verhouding 9 bestanddeelen van het water er toe geleid heeft eze fde verbindingswet op te sporen en te ontdekken ij e meeste lichamen,door fraaie en duidelijk sprekende proeven zulks aantoonende bij koolzuur, phosphorzuur ®n ijzeroxyde. Vervolgens tot hel water terugkeerende, toonde hij aan hoe de twee deelen waterstofgas daarin teder afzonderlijk kunnen worden vervangen en wees daarbij op de belangrijkheid van de stelling der nieuwste scheikunde: dat bijna alle samengestelde lichamen te beschouwen zijn als water, waarin de waterstof door andere elementen vervangen is. Bij de behandeling van bet koolzuur vond de spreker gelegenheid op te merken, hoeveel licht door de ontdekking der samenstelling van dit gas overliet levensproces is opgegaan; bij het phos phorzuur, hoe voornamelijk de landbouw der scheikunde grootelijks is verplicht; bij het ijzeroxyde, hoe de nijver heid in het algemeen en de metaal-industrie in het bijzon der gegrondvest is op de toepassing van die onschatbare wetenschap, die, zooals de spreker aan het slot zijner rede met geestdrift deed uitkomen, in den waren zin des woords de steen der wijzen mag worden genoemd, om haren gezegenden invloed op ieder gebied; die weten schap die tot de erkentenis dwingt: dat alle dingen aan vaste wetten, zonder uitzondering, onderworpen zijn, zoodat voor ieder die haar kent, geene andere dan natuurlijke verschijnselen bestaan! Hoog waardeeren wij de na het eindigen der voordracht gedane aankondiging, dat dezen winter nogmaals eene natuurkundige voorlezing zal worden gehoudenwij wij el en er niet aan dat steeds meerderen de gelegen- tot bijwoning dier voordrachten zullen begeeren, en verwachten van dit middel tot volksverlichting de meest heilzame vruchten. Men schrijft ons uit 'sGravenhage: „Gij hebt aan uwo lezers uwen indruk medegedeeld tan de eerste ontmoeting tusschen het ministerie en de tweede kamer. De ontvangst van de nieuwe ministers in de kamer zelve was niet bijzonder hartelijk. Merkbaar is t voor hem, die de verschillende personen kent, dat eene verkoeling is ontstaan bij een gedeelte van de vroegere ministerieele partij. De heer Geertsema schijnt nog de meeste sympathie onder zijne vroegere vrienden te heb- en behouden. Inderdaad heeft hij dan ook de porte- e"ille van binnenlandsche zaken alleen aangenomen, omdat hy verlangde dat een liberaal kabinet aan het ,'oofd ^er 7-aken zoublijven, terwijl de nederlegging van et notariaat voor hem eene groote opoffering is. „De afdeeling spoorwegen zai niet van het departement van binnenlandsche zaken worden afgescheiden. Bij nadere overweging is de verwezenlijking van dit denk beeld als onmogelijk beschouwd, wilde men de afdeeling waterstaat niet evenzeer bij financiën voegen, omdat spoorwegen en waterstaat in een uiterst nauw verband met elkander staan en onophoudelijk in onderlinge aan raking zijn. „De conservatieven hier ter stede, in allerlei kringen, verspreiden steeds praatjes over de nieuwe ministers en hunne bedoelingen. Zoo heeft de heer liochussen onlangs nog een verhaal opgedischt, omtrent voorwaar den, die sommige ministers hadden gesteld voor de aanvaarding van de portefeuille, welk gedichtsel hem van hoog geplaatste zijde een scherp démenti heeft bezorgd en wel op een bal bij Z. K. H. prins Frederik. „Van de aftreding van dep minister van oorlog is geen woord waar. „De tweede kamer heeft in de afgeloopene week ver schillende ontwerpen van wet onderzocht, waaronder ook die houdende uitzonderingen op de wet tot afschaf fing van de gemeente-accijnsen. Iu het algemeen achtte men de vrijgevigheid, die de regeering in het toelaten van uitzonderingen had betoond, wat te groot. Intusschen is verwerping van de voorstellen moeilijk, omdat 1 Mei zoo spoedig aanstaande is. Wellicht wordt de termijn van overgang eenigszins verkort. „Dinsdag zal de tweede kamer de candidaten voor het lidmaatschap van de algemeene rekenkamer moeten benoemen. Een der sollicitanten staat niet op de gedrukte lijst, het is de heer Kien, lid der kamer. „In den gemeenteraad alhier is eene aardige quaestie aanhangig. De firma L. J. Enthoven Co. had aan genomen de levering van een ijzeren hek voor het nieuwe gasthuis. Het was gereed, maar men verzocht dat de firma het nog zou bewaren, toen de heer K. Ent hoven, een der twee eigenaren van de fabriek, in Sep tember 11. tot lid van den raad werd verkozen. Nu is de vraag aan den raad onderworpen, of met het oog op art. 24 der gemeentewet, de gemeente het hek nog mag overnemen De advocaten Wintgens, Léon en van Emden (de twee laatsen redacteuren van de Gemeente stem), adviseeren in toestemmenden zin; een koninklijk besluit van 1 October 1856 geeft aanleiding om eenigs zins het tegendeel vol te houden. In de groote ijzerfabriek van dezelfde firma was in de vorige week bijna eene grève der werklieden ontstaan. Sedert lang bestaat een fonds, waaruit de werklieden bij ziekte half weekloon genieten,bij een gebracht uit het laten staan van éen cent van elke gulden weekloon en eenige bijdrage van den patroon. In den laatsten tijd bleek het fonds ontoereikend te zijn voor 't getal zieke werklieden en nu verlangde de firma, dat de bijdragen met éen cent per gulden weekloon zou worden verhoogd. De werk lieden in de gieterij weigerden dit en dreigden den arbeid te zullen staken. De patroons gaven ten antwoord dat zij dadelijk andere werklieden in dienst zouden nemen. Nadat het werk een paar dagen gestaakt was, is de zaak geheel geschikt." Bij beschikking van den 3 dezer heeft de minister van binnenlandsche zaken tot klerken bij den rijkstelegraaf benoemd: C. Erkelens te's Gravenhage, Ph. von Roes gen von Floss te 's Gravenhage, H. J. Burgers te Zutfen, W. J. D. van Duysberg te 's Gravenhage, J. H. H. Kuster te Ammerzoden, E. van Bochove te Moordrecht, J. W. L. van Bijlevelt te 's Gravenhage, C. C. Beumer Harden- berg te Middelburg, H. C. J. F. Croes te 's Hertogen bosch, II. J.C. Kunne te Amsterdam, J. Zittersteyn te 's Gravenhage, J. Steegstra te Harlingen, W. K. Kui ler te Veere, H. Fluyt te Loosdrecht, J. H. Brondert te Amsterdam, T. M. Kramps te Grave, J. A. Ilsink te De venter, L. D. van Thoor te Breda, W. Otto te Amsterdam, W. Burkels te Leiden, L. Booue te Biervliet, A. Ullers te 's Gravenhage. Door eenige ingezetenen van Amsterdam zijn dezer dagen circulaires verspreid betreffende eene „vereeniging tot bevordering der afschaffing van het zegelrecht op dagbladen en advertentiën." Gelijk uit dit stuk blijkt zal deze vereeniging geves tigd worden op de volgende grondslagen: 1. Zoodra vijftig onderteekenaars zullen zijn verkregen, wordt in eene daartoe te beleggen vergadering der ge zamenlijke onderteekenaren, nit hun midden, een comité verkozen van vijf leden; 2. zoodra vijfhonderd ondertee kenaren zijn verkregen, wordt in eene eerste daartoe te beleggen algemeene vergadering het voormelde comité vervangen door een bestuur, samengesteld uit tien leden, en worden de door het comité ontworpen statuten vast gesteld; 3. het bestuur vestigt vertakkingen der vereeni ging in iedere hoofdplaats eener provincie en in de steden 'sGravenhage, Leiden en Rotterdam; 4. telken zes maanden wordt eene algemeene vergadering gehou- den, waarin verslag wordt gedaan van de handelingen der vereeniging en rekening en verantwoording gegeven van de ontvangsten en uitgaven; 5. ter dekking van alle kosten wordt door ieder lid der vereeniging bijgedragen eene contributie van drie gulden per jaar, halfjaarlijks te storten, bij vooruitbetaling, op qnitantie van het lid thesaurier van het bestuur der vereeniging. In den considerans, boven de oproeping tot deelne ming geplaatst, lezen wijIn aanmerking genomen hebbende, dat de zegelbelasting op dagbladen en adver tentiën de verspreiding van nuttige kennis belemmert en het verkeer stremt tusschen vraag en aanbod, verklaren de ondergeteekenden zich geneigd tot gemeenschappe lijke oprichting eener vereeniging, ten doel hebbende om het groote publiek van de weldaad der afschaffing van Voormelde belasting beter te doordringen, en om langs wettelijken weg, door aanwending der middelen aange wezen in de statuten der vereeniging (op de eerste algemeene vergadering vast te stellen), tot hare afschaf fing te geraken. Naar wij vernemen zijn reeds meer dan 50 handteeke- ningen verkregen. Handelshl Uit Twenthe wordt aan het Handelsblad geschreven dat men daar van alle kanten den afgetreden minister van binnenlandsche zaken hulde wenschte te brengen, doch daarin veelal werd belemmerd door den wensch van den heer Thorbecke zeiven, die, erkentelijk voor al die bewijzen van sympathie en op prijs stelling, verzocht daarvan af te zien. Onder anderen moet het plan hebben bestaan een prachtig buiten voor hem te doen bouwen, waartoe de gelden door onderscheidene der eerste firma's in Twenthe reeds grootendeels waren samengebracht. Maar ook daarvoor moet de oud-minister hebben bedankt. In ieder geval is het zeker, dat die streek des lands, het thans zoo industrieele Twenthe, de voormalige zoo genoemde „Achterhoek", gaarne blijk er van wil geven, dat zij erkentelijk is voor de vrijheid ook in handel en wandel, waarin Nederland zich thans mag verheugen, en waartoe de heer Thorbecke zooveel heeft bijgedragen. Uit Meppel schrijft men aan de Arnhemsche courant: „De drie gasfabrieken in Drenthe staan met een vierde vermeerderd te worden en wel met eene te Hoogeveen, de volkrijkste gemeente in Drenthe. Zij telt meer dan 10,000 zielen en de huizen, ter wederzijde van kanalen geplaatst, vormen wel vrij lange lijnen, maar palen toch aan elkander. Hoewel in Hoogeveen kapitaal genoeg is om zoodanige fabriek op te richten, zoo heeft de bevol king te weinig ondernemingsgeest om zelve in eene goede verlichting te voorzien. Zij wacht dus zeer bedaard op den industrieel, die haar het gas aanbiedt en als die later zeer goede zaken maakt, dat hem dan ook wel te gunnen is, dan zal zij zeggenals wij dit hadden geweten, dan hadden wij het, zoo waar, ook hier wel in den zak kunnen steken." Veeziekte. De Staatscourant van heden bevat opgaven betreffende den veetyphus over de week van 18—24 Februari jl. Zni d-IIol land. In genoemde week zijn aangetast 1340, aan de ziekte gestorven 259, afgemaakt 108 en hersteld 130 runderen.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1866 | | pagina 1