MIDDELBURGSCHE COURANT. IV" 1(1. Zondag W 1866. 28 Januari. <3imtenlcmö. JEditie van Zaterdag avond 8 uren. ^A-IIXriBZBSTIEIDXIsrGk Burgemeester en Wethouders van Yerseke, District -rLes> provincie Zeeland, maken bekend, dat zij op oensdag den 28 Februari 1866, des voormiddags te 11 ftemeentehuis te Yerseke, in bet openbaar en trachten aan te besteden: HET VERBETEREN en BEGRINDEN D Van den achterweg aan het dorp Yerseke; 2. Van den weg, beginnende aan het einde van de Keistraat, leidende over den Zou- teweg en den Zanddijk, tot het schei- dingspunt van Yerseke en Kruiningen, en het onderhoud gedurende een jaar na de voltooiing. opb*^6 aankesterï'n£ za' ge8Chieden bij inschrijving en De bestekken liggen ter lezing in het logement in de Abdij en de Sociëteit op de Groot,e Markt te Middelburg; in de logementen de Korenbeurs en Oude Zoutkeet te Goes bij Steenkamp te Neuzenin het Canon d'or te hreskens; in de sociëteiten te Sliedrecht, Giesendam, üardinxveld en Werkendara; en in de gemeentehuizen te Yerseke, Kruiningen, Kapelle en te Colijnsplaat in de herberg de Patrijs. Terwijl dezelve op franco aanvrage, tegen betaling v.an ,,..ce,nt' z0° 'ang de voorraad strektverkrijgbaar zijni bij de Boekhandelaars F. KLEEUWENS ZOON, te Goes. „„P.e aan wij zing in loco zal geschieden op den dag der esteding, des voormiddags te 9 uren aan te vangen p het scheidingspunt van Yerseke en Kruiningen, en voorts inlichtingen te bekomen zijn bij den Burgemees ter van Yerseke en bij den heer C. BOLIER, Dijks-op- ziehter te Kruiningen. Burgemeester en wethouders voornoemd, W. VAN OEVEREN. De secretaris, J. J. DE GRAAFF. Middelburg 2Januari. Onze Haagsche correspondent telegrapheert ons dat e en nog niets nader met. zekerheid aangaande de mimsteriëele crisis te vermelden valt. Welken loop de zaa nemen zal schijnt nog volstrekt niet te voorzien te zijn. Alleen deelt bij ons nog mede dat de heer Mackay oor en koning omtrent den toestand van het oogenblik •s geraadpleegd. De gemeenteraad van Leeuwarden heeft besloten tot net indienen van een adres aan Z. M. den koning, met verzoek dat de groote strafgevangenis aldaar behouden moge worden. Veeziekte. De veeziekte is ook uitgebroken inde gemeente arder, welke bijna onmiddellijk aan de oostzijde van eBeemster en aan de noordzijde van den Pnrmer grenst. f 'rDes geeB de volgende opgave omtrent de veeziekte in Engeland, gelijk deze blijkt uit de rappor- iftni9Ker-- 'nspecte,lrs: 107,098 beesten zijn aangetast; i zijn afgemaakt; 63,905 zijn gestorven 11,877 zijn genezen5 thans nog ziek: 15 227 Itenoemingen en besluiten. i iiklasi ingrn enz. Benoemd tot ontvanger der in- en itgaande rechten en accijnsen te Schiedam, de heer Groti^ngtSZ' l'UlnS ontvanSer der directe belastingen te Overgeplaatst in rang en ancienneteit bij het pen er infanterie van het leger in Oost-Indië de ui enant P. G. Bode, van het 2e regement infanterie. Kerknieuws. J nP pCrz°ek eervol emeritaat verleend aan den heer unning, predikant bij de Nederduitsche hervormde meente te Leeuwarden, met ingang van 1 Juni a. Koloniën. In het Indisch weekblad van het recht heden met de mail via Triëst hier aangekomen leest men het volgende: „Wij vernemen dat aan mr. L. J. A. Tollens twee maanden gratie is verleend van de hem opgelegde ge vangenisstraf van drie maanden, en zulks deels uit overwegiug van zijnen ziekelijken toestand, waardoor de straf voor hem zwaarder zou zijn dan onder gewone omstandigheden, deels om zijne niet te miskennen ver diensten als schrijver van verscheidene nuttige werken." Rechtszaken. Van het achttal vonnissen, eergisteren door de arron- dissements-rechtbank alhier weder uitgesproken, hield éen vrijspraak in; zes daarentegen bevatten veroordee ling tot gevangenisstraf en éen veroordeeling tot geld boete. Petrus Tieleman, aschkooper, maakte zich den 26 De cember jl. in eene herberg onder Eede schuldig aan mishandeling door het moedwillig toebrengen van slagen of stooten, en is te dier zake veroordeeld tot eene maand gevangenisstraf, f 8 geldboete en in de kosten. Cornelis Versprille, arbeider te IJzendijke, bevond zich in den nacht van 31 December op 1 Januari II. in eene herberg, waaruit hij, op verzoek van den kastelein, door de maiéchaussée werd verwijderd. Daar dit tegen zijn zin geschiedde bracht hij den maréchaussée J. F. Bil een stoot op de borst toe. Voor dit feit is hij bij verstek schuldig verklaard aan het door een persoon zonder wapenen toebrengen van een slag aan een agent der gewapende macht in de uitoefening zijner functie, en veroordeeld tot gevangenisstraf voor den tijd van veer tien dagen en in de kosten. Sara de Zwarte, te Cadzand, ontvreemdde den 8 De cember jl. eenige bossen of schooven paardenboonen van een stuk bouwland onder die gemeente, ten nadeele van den landbouwer A. Erasinus, terwijl zij die paardenboo nen vervolgens verkocht. Drie weken gevangenisstraf, behalve de kosten, zijn haar voor dit, als eenvoudigen diefstal geqnalificeerd, feit bij verstek opgelegd. Geertruida Adolf, weduwe J. Massee, te Vlissingen wonende, had op nieuwjaarsdag, zooals zij zelve ver klaarde, „een slokje te veel gedronken," waarvan het gevolg was dat zij op de openbare straat eene andere vrouw uitschold voor „echtbreekster en stinkster" en vervolgens neep, stompte en dnwde. Zij is te dier zake schuldig verklaard: 1. aan het uiten van smaad- en scheldwoorden, en 2. aan het moedwillig toebrengen van slagen of stooten, zonder dat daardoor ziekte of beletsel om te werken is ontstaan, en veroordeeld tot eene maand gevangenisstraf en twee geldboeten, ieder van f8, bene vens in de kosten. Johannes Daniël van Wijk, geboren alhier, zonder beroep en zonder vaste woonplaats, is schnldig verklaard aan landlooperij en bedelarij in een plaats voor welke eene openbare inrichting tot wering van bedelarij be staat, en zulks na reeds te voren tot kruiwagenstraf te zijn veroordeeld. Zonder geld of huisvesting zijnde (en buiten staat of onwillig om te werken) heeft hij aan een buitengewonen agent van policie, dien hij als zoodanig kende, met aandrang om een cent gevraagd, er bijvoe gende „en breng mij dan maar op." Ter terechtzitting verklaarde bij geen vooruitzichten te hebben. De recht bank heeft hem dan ook veroordeeld tot drie maanden gevangenisstraf, met bevel tot opzending naar een bede laarsgesticht of werkhuis na het einde van zijn gevan genisstraf. Tot dezelfde straf werd wegens bedelarij en landloo perij veroordeeld J. J. Bruining, polderwerker, geboren te Vlissingen, die in de maand April des vorigen jaars door de rechtbank te Tiel mede wegens landlooperij is veroordeeld geweest. Landbouw enz. Uit Boskoop wordt het volgende geschreven: Ten gevolge van het zachte winterweder beginnen zich vroegbloeiende heesters reeds merkbaar te ontwikkelen, zoodat o. a. de pyrus Japonica en de kamperfoelie bloei- beginsel of botten vertooDen, terwijl de rozenstruik nog niet heeft opgehouden knoppen voort te brengen. Ook het stoken in de kasten behoeft slechts matig onderhou den te worden en met mindere zorg voor teedere gewas sen gepaard te gaan, dan anders wel vereischt wordt. Hoewel er reeds groote verzendingen voor het buitenland zijn gedaan, moeten er nog eene menigte bestellingen opgevolgd worden, waarvan het vervoer eerst later be gint, maar of het weder dan wel zoo gunstig zal zijn en niet door scherpe konde, met langdurig oostelijken wind zal worden afgewisseld, is niet boven twijfel verheven. Wat thans schijnbaar gewonnen is, vordert alsdan nauw lettende zorg, of staat aan gevaar van vernietiging bloot. (Leidsche cour.) Gemengde berichten. Het cijfer der bij de redactie van de Tijd voorden paus ontvangen gelden is geklommen tot ƒ120,010; de bijdra gen uit Vlissingen bedragen thans ƒ578.03. De echtgenoot van een geneesheer te Bristol heeft dezer dagen haar medisch examen afgelegd en is thans haren echtgenoot behulpzaam in het uitoefenen zijner practijk. Nagenoeg een duizendtal arbeiders in de potten- fabrieken van Bampton, nabij Chesterfield, heeft den arbeid gestaakt, omdat het gevorderde hoogere loon door de eigenaars der fabriek niet kon worden inge willigd. Te Manchester is Maandag een gedeelte van het dak des spoorwegstations ingestort, terwijl werkvolk daaraan arbeidde; een 25tal ambachtslieden moest naar het hospitaal worden vervoerd, eenige anderen gingen met geringere kwetsuren naar hunne woningen. Uit Vevey wordt met betrekking tot den toestand van Karl Gutzkow het volgende gemeldNaar den geest beviudt de dichter zich volkomen hersteld; zijn geest is zoo helder en krachtig als vroeger, maar minder gunstig is zijn lichamelijke toestand en die van zijn gemoed. Hij is nog zeer ter neder gedrukt en wel derwijze, dat hij nog in lang niet naar zijne woonplaats kan terugkeeren. Het verblijf te Vevey zal, naar men hoopt, hem geheel doen herstellen. Uit den Helder wordt het volgende gemeld: „In het toedienen van den zoogenaamden oorlam aan boord onzer oorlogschepen, komt met 1 Februari a. eene nog al belangrijke wijziging. De ouderdom, vereischt om in het genot daarvan te deelen, thans op 18 jaren bepaald, zal in het vervolg op 20 jaren worden gesteld. Ook zal, van genoemden datum, binnengaats op de schepen geen oorlam meer verstrekt worden dan alleen hij buitenge wone gelegenheden. De bepaling dat zij, die van den oorlam geen gebruik maken, daarvoor maandelijks eene schadeloosstelling van 70 cent ontvangen, zal alsdan buiten werking worden gesteld. Op den huize de Iianuenburg te Vaassen van wijlen den baron F. A. O. F. dTsendoorn a Bloia, alwaar dezer dagen de outzegeling van den inboedel plaats vond, heeft men o. a. gevonden eene waarde van ruim f 102,000 aan gouden tienguldenstukken. Bovendien vele oude wapenen, op perkament geschreven boeken, eene verza meling teekeningeu en etsen en eindelijk het hoofd van Marten van liossum, den beluchten krijgsoverste, die vroeger de Kannenburg bewoonde en in 1538 het oude Loo stichtte. Handelsblad LI.Zaterdag avond had teEnschede een voorval plaats, dat tot de sehromelijkste gevolgen aanleiding had kunnen geven. De slager de Leeuw had eene koe gekocht, die als zeer onhandelbaar bekend stond. Om ze naar de stad te vervoeren, had men ze achter eene kar met zand gebonden, met den kop naar beneden gebogen, terwijl zij bovendien door vier personen, ieder met een touw in de hand, dat om de pooten der koe bevestigd was, in toom gehouden werd. In die positie bleef zij tot de rijks ambtenaren kwamen. Deze vonden de aangifte te laag en benaderden het beest. De slager waarschuwde hen de koe niet los te maken, maar ze liever op de plaats en in dien stand te slachten- Deze waarschuwing werd in den

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1866 | | pagina 1