langen naar een constitutioneel koninkschap. Het ge
tuigde trouwens van groote zelfkennis, dat uien zich
voor eene republiek nog niet rijp genoeg achtte. Het
Belgisch congres moest alzoo een koning kiezen en de
conferentie, welke, naar men beweerde, den toenmalige'n
prins van Oranje zeer genegen was, verklaarde dat men
voor een soeverein eene keuze mocht doen uit alle vor
stenhuizen, behalve uit die van Frankrijk, Engeland,
Pruisen of Rusland. Men schreef toen 1 Februari 1831.
Toch meende men in België de perken dezer slechts
voorwaardelijk gegeven vrijheid om een koning te kiezen
te kunnen overschrijden. In de zitting van 3 Februari
toch werd de hertog van Nemours, tweede zoon van
Lode wijle Philips, koning van Frankrijk, tot souverein
van België gekozen met eene meerderheid van twaalf
stemmen. Lodewijk Philips bedankte echter voor die
eer gelijk hij reeds vroeger met de andere groote
mogendheden was overeengekomen en voorloopig
vergenoegde men zich nu in België met een regent
schap of voorloopige regeering onder Erasme Surlet de
Chockier.
Dit duurde, zoo tot 25 Mei, toen men het voorstel deed
aan het Belgisch congres om prins Leopold George
Christaan Frederik, prins van Saksen-Coburg-Saalfeld,
tot vorst te kiezen. Ofschoon deze kandidaat de ltither-
sche godsdienst beleed en persoonlijk bij geen der natio
nale vertegenwoordigers bekend was, werd hem de kroon
opgedragen met het oog op zijne reputatie als eerlijk,
vrijzinnig, schrander en behendig staatsman.
Dat hij de reputatie o. a. van behendig staatsman
niet ten onrechte bezat, bewees al dadelijk zijne hun
ding toen men den gekozen vorst de kroon kwam
aanbieden. Hij beweerde „dat een vrij volk zelf zijn
koning inoest kiezen en zich niet tevreden behoefde
te stellen met een vorst, welke daaraan werd opgedron
gen." Niemand zal ontkennen dat de handigheid dezer
politiek onbetaalbaar was. Deze woorden verschaften
den vorst dan ook reeds dadelijk een niet gering aantal
aanhangers. Hoe politiek voorts ook deze handigheid was
bleek uit den eisch van prins Leopold om door eene
nadere stemming niet door de natie, dit zou minder
politiek dan wel vermetel geweest zijn, maar door het
congres de keuze te doen bekrachtigen. Hij stelde tevens
de aanneming der kroon door hem afhankelijk van de
aanneming der 18 artikelen door het congres. Alles liep
bijzonder goed af: de keuze werd bekrachtigd met 152
tegen 43 stemmen, de 18 artikelen werden aangenomen,
koning Willem I protesteerdo, de conferentie te Londen
hield aanteekening daarvan in het proces-verbaal harer
vergaderingkortom koning Leopold kwam op
19 Juli te Laeken en deed op 21 Juli den eed op eene
hoogst vrijzinnige constitutie. In toespraken, proclama-
tiën en manifesten, verklaarde de koning een liberaal
vorst te zullen wezen, onder de meest mogelijke vrijheid
het hem toevertrouwd gezag te zullen handhaven en
geene andere eerzucht te kennen dan het geluk zijner
onderdanen te bevorderen. Voor elk die, ook zelfs opper
vlakkig, ooit een blik in de wereldgeschiedenis heeft
geworpen, geven zoodanige verklaringen, toespraken en
proclamatie» niet den minsten waarborg voor dc toe
komst. Dergelijke taal is dikwijls het gevolg óf van de
politiek des oogenbliks óf van pijnlijken moreelen, soms
ook physieken dwang. Hoc menig geloovig volk, ver
trouwend op dergelijke gemoedelijke toespraken, onder
kanongebulder eu feestgejuich geuit, heeft zich al niet
reeds deerlijk bedrogen gezien! Dan wordt ontevreden
heid, gemor, gisting waargenomen tot dat eindelijk de
kruik zoo lang te water ging dat zij barstte. In derge
lijke oogenblikken zijn de vorsten dan meestal wederom
geneigd concession te doen, de rechten van hunne onder
danen te erkennen en zeer gemoedelijke taal te doen
hooren. Doen zij dit dan niet al te onhandig en op het
juiste oogenblik, dan worden de volken wederom geloo-
vend en vertrouwend, om zich later weder bedrogen te
zien. De jaren na '48 hebben van dit alles curieuse en
treurige, maar altijd merkwaardige voorbeelden opge
leverd.
Alvorens wij thans de regeering van koning Leopold
willen nagaan en zien hoe de Belgische natie in hem
altijd en onder velerlei omstandigheden een eerlijk man,
een schrander vorst en oen vrijzinnig souverein heeft
gevonden, die steeds zich getrouw betoonde aan zijne
beloften en verklaringen, zij een blik geworpen op het
verleden van den zoo even tot koning uitgeroepen hertog,
die den Griekschen nectar had geweigerd maar het
Leuvensch bier niet versmaad.
Aan den hertog van Sakscn-Coburg toch was iu der
tijd de Griekschc kroon aangeboden eudoch reeds
te lang hebben wij onze lezers laten wachten naar de
traditioneele en conventioneele eerste zinsnede eener
levensbeschrijving: Koning Leopold werd geboren op
16 December 1790. Hij was de zoon van hertog Frans,
broeder des regeerenden souvercins Ernst III van Sak
sen-Coburg-Saall'eJd, een klein lapje van den veelkleuri-
gen Dnitschen bondsmantel. Gezond verstand, scherp
zinnig oordeel, gepaard met goede studiën en met
een gunstig voorkomen, deden hem echter eerst na
het huwelijk van den Russisclien grootvorst Konstantijn
met zijne oudste zuster Juliana dehooge bescherming
van keizer Alexander van Rusland deelachtig worden.
Immers niet door zijne gunstige hoedanigheden allóen
zag hij zich op zeventienjarigen leeftijd generaal, al
was gedurende die jaren ons werelddeel een dorado
voor militairen, voor zoover zij niet dood- of onbruik
baar werden geschoten. Later bezocht de jeugdige
hertog Parijs en het Fransche hof, doorreisde een
groot deel van Europa, met name vooral Zwitserlandj
Italië en Oostenrijk, in welke landen hij zeer veel poli.
tieke kennis erlangde en leefde voorts op zijne goederen
in Duitschland. In 1813 schaarde hij zich weder onder
de Russische legerscharen tegenover Napoleon en
woonde Lutzen, Bautzen en meer andere veldslagen
dier dagen bij, om daarna een tweede bezoek aan Parijs
te brengen, thans als generaal in de gelederen der geal
lieerden. Eene reis naar Engeland in het gevolg van
keizer Alexander bracht hem voorts aan het hof van den
toenmaligen prins-regent, alwaar hij zich zag voorgesteld
aan diens dochter prinses Charlotte Amalia van Bruns-
wijk-Wolfenbuttel, de vermoedelijke opvolgster van
haren vader, in die dagen tevens de aanstaande gemalin
van den prins van Oranje, later koning Willem II.
Weldra riepen nu echter de belangen van 's hertogs
familie hem naar Weenen, alwaar liet congres bezig was
eene nieuwe kaart van Europa samen te stellen. Dit
werk werd echter voor eenigen tijd gestaakt toen „de
Corsikaan" op 28 Februari 1815 zijn eiland had verlaten
en als „zijne keizerlijke majesteit" op 20 Maart weder
zijn zetel op de Tuilleriën vestigde. Ten tweeden male
trok hertog Leopold, toen weder in effectieve dienst ge
treden onder de Russische banieren, de Fransche houfd-
stad binnen om voorts, na de honderd dagen met een
St. Helena te hebben zien eindigen, zich naar Engeland
te spoeden als verloofd met prinses Charlotte. Zijn hu
welijk met haar werd gesloten op 2 Mei 1816, te Carlton
House, bij welke gelegenheid hij tevens den titel van
hertog van Kendall ontving met en benevens een jaar-
lijksch inkomen van 50,000 pond sterling. Geacht door
allen die hem kenden en de vriendschap genietende der
Engelsche aristocratie leefde hij met zijnegemalin op het
schoone paleis te Clareraont. Op 4 November 1816
heerschte echter daar binnen en daar buiten diepe rouw
en droefheid. Daar buiten betreurde men het overlijden
der jeugdige prinsesdaar binnen heerschtednbbele rouw
over het verlies eener waarlijk geliefde gemalin in het
kraambed overleden, eenige uren ua de geboorte van
een zoon, nog voor de moeder gestorven.
Een tiental jaren gingen na dit overlijden voorbij,
terwijl hertog Leopold aller achting bleef behouden en
in eer en aanzien in Engeland bleef vertoeven. Inmid
dels was de hertog van Kent, broeder van den prins
regent, in het huwelijk getreden roeteen der zusters van
Leopold, Louisa Victoria, toen weduwe van prins Emich
van Linauge. Uit dit huwelijk was voorts de tegenwoor
dige koningin van Engeland geboren.
In die dagen, men schreef 1827, begon in Griekenland,
zoo als men toen reeds meende even als later bij de
komst van koning Otto en nog later bij de komst van
koning George de „zon van Homerus" op te gaan. De
Grieken wilden vrij zijn en in geheel Europa sloeg men
met de meeste belangstelling cn sympathie de Grieken
gade. Sommigen toch zagen in Griekenland een worstel
strijd van de vrijheid tegen de tyrannic; anderen een
kamp van het evangelie tegen den koran of van het kruis
tegen de halve maan. Kortom, zeer velen kozen toen
partij voor de Grieken, even als men in de laatste jaren
partij zag kiezen voor de Polen tegen de Russen en voor
de Denen tegen de Pruisen en Oostenrijkers. Het groot
verschil tusscben de Grieken en hunne lotgenooten in
de laatste jaren bestond echter in de omstandigheid, dat
men niet uit de verte en met bijzonder schoone woorden
de partij der Grieken trok, maar dit-ook met krachtige
argumenten deed in den vorm van Engelsche, Fransche,
Russische eskaders en legercorpsen. De kroon van
Griekenland werd voorts na het eindigen van den vrij
heidsoorlog opgedragen aan hertog Leopold, nadat men
de kandidatuur van zijn mededinger ook voor den Griek
schen troon, den hertog van Nemours, had laten varen
om den Franschen invloed in dit aanstaand model-
koninkrijk te weren.
Nadat hertog Leopold eerst de kroon van Griekenland
voorloopig had aangenomen, stelde hij tot voorwaarden i
zijner definitieve aanneming: bekrachtiging zijner keuze
door de Grieksche natie zelve, de belofte der mogend
heden van geldelijken bijstand als die noodig mocht
wezenalsmede van gewapende hulp en eindelijk de
samenstelling van het koninkrijk van de golf van Asta
tot die van Volo. Hierin verklaarden de mogendheden
echter niet te kunnen treden en hertog Leopold deed
daarop onmiddellijk afstand van de kroon.
Terwijl België nu onder het bestuur van Leopold I en
onder bescherming der Londensche conferentie de eerste
dagen der afscheiding van Nederland doorleefde, zag het
bovendien in Leopold's huwelijk met Lodewijk Philip's
dochter Louise Marie van Orleans op 9 Augustus 1832
een waarborg voor zijne onafhankelijkheid tegenover
Nederland en tegenover het „je maintiendrai." Men had
zich niet bedrogen: op kanonschoten volgden onderhan
delingen en op deze laatste thans ook jure de afscheiding
van België.
Daar koning Leopold nu al zijne kracht en kennis
aan het geluk zijner onderdanen wijdde, kwam men in
België weldra tot eenige rust, kalmte en welvaart.
Weldra echter werd de voorspelling der bekende
prent op de verhouding der twee partijen in België,
„Avant, Pendant et Après" volkomen bewaarheid. De
clericalen en liberalen stonden weldra strijdvaardig
tegenover elkander en in dezen kamp resumeert zich
België's geschiedenis na den opstand tot op heden bijna
geheel. Met onovertrefbaren tact, groote bekwaamheid
en handige politiek handhaafde echter koning Leopold
steeds zijne positie boven de partijen, zonder ooit be
paaldelijk tot in het worstelperk af te dalen. Het onver
mijdelijk gevolg daarvan was dat hij nu eens vergood
door de liberalen en verafschuwd door de clericalen, dan
weder verheerlijkt door de clericalen eu miskend door
liberalen, ten slotte de algemeene achting genoot, welke
hij zoo ruimschoots verdiende. Zoo snelden de jaren
henen, terwijl België's welvaart en politieke levenskracht
al meer en meer toenamen en koning en koningin al
meer en meer de genegenheid der groote meerderheid
verwierven. Bij het afsterven der laatste werd zij dan
ook zeer betreurd en hare nagedachtenis in eere ge-
honden. Op 9 April 1835 werd in Leopold Louis Philippe
Marie Victor de tegenwoordige hertog van Braband en
troonopvolger geboren. In 1837 zag de graaf van Vlaan
deren daarop het levenslicht en drie jaren later de tegen
woordige keizerin van Mexico, in 1857 gehuwd met deu
aartshertog Maximiliaan van Oostenrijk. In April 1864
nam Marie Charlotte Amelic Auguste Victoire Leopol-
dine het laatste afscheid van haren vader, om zich naar
haar nieuw vaderland te begeven.
Eene der moeilijkste staatkundige oogenblikken voor
koning Leopold leverde het jaar 1848 op. De partij,
welke reeds in 1830, in strijd met de gevoelens der meer
derheid, België rij p genoeg achtte voor een republikeinsch
bestuur, had hare aanhangers zien vermeerderen en stak
nu, met het oog op den algemeenen toestand in Europa,
het hoofd op. Wel gaf zij toe dal er volken bestouden,
welke in toom moesten gehouden worden door het gezicht
van een koning, door het bestaan van de verpersoonlij
king des gezags in den lande, door het aanschouwen van
een paleis met hofeqnipages en verder toebehooren, maar
zij schreeuwde en tierde tegelijk ook dat de verstandige
en vrije Belgen dergelijk politiek eomediespel konden
ontberen.Hierop volgde nu weder van de zijde des konings
een politieke houding, welke onovertrefbaar in behen
digheid mag worden genoemd. Ten aanhoore der volks
vertegenwoordigers verklaarde Leopold dat, „zoo zijn
verwijdering België gelukkig kon maken en de rust des
volks daardoor ongestoord kon blijven, hij bereid was
de regeering neder te leggen en met zijn gezin het land
te verlaten!" Men vond alzoo voorkomendheid waar men
weerstand had verwacht, men verkreeg eoncessiën waar
men halstarrigheid had roeenen te vinden, kortom het
denkbeeld van een opgedrongen vorst viel weg en het
was alsof men op nieuw een hoofd van den staat in
Leopold had kunnen kiezen, 's Konings verklaring werd
dan ook algemeen toegejuicht: België behield zijne rust
en kalmte, Leopold zijne kroon. Van 21 tot 24 Juli 1856
werd de vijf en twintig jarige troonsbeklimming van
den vorst herdacht, hetwelk tot nationale feesten aanlei
ding gaf.
Zoo was steeds in elke moeilijke omstandigheid der
regeering koning Leopold's houding in staat om alle hin
derpalen te overwinnen. Aldus is België zedelijk groot
geworden onder het verstandig bestuur van den man,
die steeds heeft getoond met hart en ziel te begrijpen
dat een constitutioneel vorst het geluk zijns volks vóór
alles moet trachten te bevorderen en daarin alleen bevre
diging zijner eerzucht moet zoeken en kan vinden. In
hoeverre de persoonlijkheid van den hertog van Brabant
geschikt is om de plaats zijns vaders te bekleeden, moet
de toekomst leeren. Hoe schoon men intusschen de for
mule „de koning is overleden, leve de koning!" moge
achten, schitterende eigenschappen en persoonlijke voor
rang boven tijdgenooten erven de troonopvolgers niet
altijd met de kroon van hunne vaders.
irctijöingcn.
Volgens beiicht uit Constantinopel dato 21 November
was de schade van het kofschip dc Zie aan, gezagvoerder
W. Riedijk, geheel hersteld en dacht men den volgenden
dag naar Amsterdam te vertrekken.
C)flnöelsbcricl]ten.
Prijzen van effecten.
Amsterdam II December.
Nederland. Certific. Werkelijke schuld 2J pet.
dito dito dito 3
dito dito dito 4
Aand. Handelmaatschappij 4.\
België. Certificaten bij Rothschild 2\
Rusland. Obligatiën 1798/1816 5
Certific. Hope co4
Oblig. dito 1855,6e serie 5
dito dito Leening 1860 4.j
Certificaten 6
Aand. spoorweg
Polen. Schatkistobligatiën4
Oostenrijk. Obligatiën metalliek5
dito 1847/1852 2}
dito rente Amsterdam5
dito nationale5
Bankactiën 3
Italië. Leening 18615
Spanje. Obligatiën (binnenlandsche) 3
dito3 thans 2}
Araortisable schuld
Portugal. Obligatiën 1853 3
dito 18561862 3
Griekenl. dito (blauwe)5
Turkije. dito (binnenl.)5
Vereen.Stat. dito (1882) 6
Illinois. dito^rTTT^ 7
Mexico. dlètvf. 3
Grenada, dato 4ij
Venezuela aito^,'V>; V-.:V
97^
653
81}
85
433
192
553
28
77
«f*
59
36J
37
44,yff
44}.
13}
40}
66
71}
22}
14}
14}