nemen, naar aanleiding van den thans in België bestaan-
den toestand. Volgens dit orgaan zou Antwerpen met
een gedeelte gronds, waarschijnlijk als Gibraltar, aan
Engeland worden afgestaan: Belgisch Luxemburg en
Limburg zouden bij Nederland worden ingelijfd en het
overig gedeelte van België zou men met Frankrijk ver
eenigen, alles volgens een tractaat tusschen de groote
mogendheden gesloten, waarbij waarschijnlijk Pruisen
verlof zou gekregen hebben om de hertogdommen te
annexeeren en aan Oostenrijk verboden zou zijn om op
deze curieuse combinatie aanmerking te makeu.-- Dat aan
die bericht niet de allerminste waarde te hechten is zal
wel geen betoog behoeven; wij vermelden het slechts om
te doen zien hoe men zich met de Belgische aangelegen
heden bezig houdt. Daargelaten degenen die slechts eene
vergrooting van Frankrijk wenschen, zijn er steeds velen
die aan een lang leven van het kon i 11 krij k België
twijfelen, omdat zij in de samenkoppeling der zoo van
elkander verschillende Vlaamsche en Waalseke provin
ciën geene elementen vinden, waaruit eene eenheid zou
kunnen geboren worden. Al de herhaalde verzekeringen
der Belgische liberale dagbladen en niet het minst van
L'indépendance: dat zij genist de toekomst tegengaau,
leveren dan ook aan niet weinigen juist het bewijs dat
men verre van gerust is omtrent dc toekomst, niet omdat
het overlijden van den vonst als zoodanig van zoo be
langrijken invloed zal wezen, maar omdat juist in België
Leopold I de verschillende partijen en provinciën bij
elkander hield.
Men vergete echter niet, zoo als een Belgisch dag
blad zeer juist en niet minder scherp doet opmerken,
dat men voornamelijk de onheilspellende beschouwingen
over België aantreft in Fransche dagbladen: deze,
welke zeer goed gevoelen hoe bij een overlyden van
Napoleon eene babylonische verwarring te Parijs zou
ontstaan, vergelijken van hun standpunt ten onrechte
het vrije België bij het servile Frankrijk.
De Parijsche dagbladen houden zich nog altjjd bezig
met het bezoek van den generaal Schofield uit Washing
ton, hetwelk volgens sommigen zoo belangrijk in gevol
gen kan zijn en volgens anderen eenvoudig moet toege
schreven worden aan de begeerte om een bezoek aan
Europa te brengen na al de vermoeinissen van den
krijg, waaraan hij een zoo werkzaam deel nam. Hij verge
zelde o. a. den generaal Sherman opzijn bekenden bewon-
derenswaardigen tocht dwars door het vijandelijk land,
waarbij de laatste slag werd toegebracht aan het reeds
waggelend gevaarte van de zuidelijke confederatie.
Terwijl de meesten, die aan eeue politieke zending van
den heer Schofield denken, eenig verband willen zoeken
tusschen de komst van den Araerikaauschen generaal en
de voorspelde ontruiming van Mexico, heeft La patrie
daaromtrent eene anden; lezing. Volgens dit dagblad
zouden de nog steeds tusschen Washington en Londen
bestaande verwikkelingen oorzaak zijn van zijn bezoek
aan Europa en zou de generaal weldra naar de Engelsche
hoofdstad vertrekken.
Bij de aanstaande opening van de zitting der Spaan-
sehe cortes zal geene troonrede worden uitgesproken
hoewel dit, vooral bij de geheele vernieuwing van het
parlement na de laatste verkiezingen, algemeen verwacht
werd. In de diplomatieke kringeu te Madrid wordt be
weerd dat deze zonderüuge houding der kroon aan een
nog zonderlinger oorzaak moet worden toegeschreven.
Koningin Isabella zou namelijk geweigerd hebben om te
spreken over de erkenning van Italië, waartoe zij, zeer
ïu strijd met hare persoonlijke gevoelens, slechts noode
haie toestemming hee.ft gegeven om de voorwaarde te ver
vuilen waarop alleen een ministerieO'Dunnel wilde optre-
den.lndiendit bericht juistis—en in Spanje is alles van
dien aa.dmogelijkdan blijkt daaruit weder eenmaal te
meer hoe zwak de positie is der kroon, welke door een
enkele politieke windvlaag kan worden ter neder ge
worpen.
De regeering te Rome gaat steeds voort met krachtige
maatregelen te nemen tegen de rooverbenden. De dele
gatus van Frosinone heeft thans bovendien belangrijke
belooningen uitgeloofd voor hen die eenige meest ge
duchte rooverhoofdlieden in handeu der autoriteiten zou
den leveren en strenge stralïen bedreigd tegen alle roovers
die met de wapenen in de hand ruoeuten worden gevat.
Men schrijft deze veranderde houding toe aan de aftre
ding van mgr. de Merode.
Uit Griekenland worden weder de allertreurigste
berichten aangebracht en het is of in het vertrek van
graaf Sponneck de laatste hinderpaal voor volledige
anarchie is weggenomen. In deze berichten wordt thans
zelfs gewag gemaakt van revolutionaire manifestatiën
togen den persoon van koning George en van een door
dezen aan de Engelsche regeering gericht verzoek om
ondersteuning. Dit laatste wordt echter onder alle reserve
medegedeeld en vereischt alzoo eerst bevestiging.
Men brengt intusscheu met dit gerucht in verband den
per telegraaf aan den Engelschen gouverneur van Malta
gezonden last om naar Londen te komen. Dit bevel was
zoo dringend dat sir Henry Storks weinige uren na de
ontvangst van dit telegram Malta verliet.
Sedert eenige dagen bevindt zich een Italiaansch
esuader in de Adriatische zee, hetgeen aan de regeering
t« Weenen, naar het schijnt, eenige ongerustheid heeft
ingeboezemd omdat het behalve met de revolutionaire
bewegingen in Griekenland coïncideert met eenige
ongeregeldheden in Albanië, en omdat ook Dalmatië,
Bosnië, Montenegro en de Herzegowina niet volkomen
rustig zijn. Men meldt dat de Oostenrijksche regeering
dan ook zoo spoedig mogelijk een escader onder den
schout bij nacht Tegethof naar de Adriatische zee zal
zenden.
BRIEVEN UIT BELGIË.
Brussel9 December {elf uur 'savonds).
De koning is stervende. Derhalve kunnen nog slechts
weinige oogenblikken verloopen, voordat de treurmare
dat de koning bezweken is, zich van mond tot mond voort-
plant.
Brussel is kalm. Niet het geringste teeken van onrust 1
valt op te merkeu en in de provinciën, zoo 't mogelijk
ware, nog minder. Die gemoedstoestand vormt een
sprekend contrast met angstverwekkende voorspellingen
welke de Enropeesche dagbladpers ons als om strijd van 1
den Rijn, de Seine en de Tames toezendt, 'tls waarlijk j
een zonderling compliment hetwelk de Morning Post tot
koning Leopold richt, door te beweereu dat met hem de
Belgische onafhankelijkheid, welke hij heeft helpen
grondvesten, in den koninklijken grafkelder zal neder
dalen! De vorst die door zij u beleid den titel van den
Nestor der Enropeesche vorsten verworven heeft, zou
dus bij slot van rekening slechts een dynastie van éeu
menschenleven gevestigd hebben. Maar ik loop gevaar
om die annexionistische uitspattingen meer woorden te
wijden dan zij waard zijn. Hier laai niemand er zich schrik
door aanjagen.
Ilc herhaal dus nogmaals wat ik zoo straks zeide, 't is
hier uiterst kaïns.
Een geest van geheimzinnigheid waart echter rond
om het paleis te Laekon.
Daar binnen troont de smart. E11 wel is het een somber
drama, het sterfbed van een koning! Nog altijd tracht
de vorst het deukbeeld aan den dood zoo ver mogelijk
te verwijderen. Tot gisteren was er nog geen zijner kin
deren, die zich in een aangrenzenden kamer ophouden,
bij hem toegelaten. Zij ontvangen daar van de docters
mededeeliug omtrent den zieke, zoodra deze hun patient
bezocht hebben. De taak van deze is verre van gemakkelijk
en vordert algeheelezelfverloochening. Zij hebben menig
hard woord van den vorstel ij ken lijder te verduren en
dezer dagen nog betitelde hij een zijner Duitsche docters
met den liefelij keu naam van „Bsels&opf"
De ministers worden evenmin toegelaten. De eenige
die in de koninklijke gunst schijnt te deeleu, de baron
Chazal, is zelf nog zeer ernstig ziek, tengevolge van
den beet van zijn aap, welke hem bijna het leven heeft
gekost. De ministerraad is gisteren avond vergaderd en
eerst zeer laat in den nacht uiteen gegaan.
Heden avond te 10 uren ontving ik nog het bericht
uit Laeken dat op het kasteel alles in rep en roer was.
In de door waterzucht gezwollen beenen was het koud
vuur gekomen en de maag weigerde elk voedsel.
Te Brussel heeft reeds heel den dag bet gerucht geloo-
pen dat de koning overleden was.
De kamer van vertegenwoordigers heeft 7.00 even hare
zitting op Maandag bepaald, zeker in de vaste overtui
ging dat dan de beslissende slag zal gevallen zijn, want
anders komt de kamer nooit op Maandag bijeen. Des
Zondags en Maandags neemt zij het er eens van.
Arme wetgevers! ge hebt ook zulk eeu harde taak!
Het budget voor justitie is nu aangenomen, en bij de
aanstaande verandering in de regeering is het meer dan
waarschijnlijk dat de zitting van zeer korten duur wezen
zal. Ik geloof vast dat de wet op de kerkgenootschappen
niet in behandeling zal komen, en wordt er in dien geest
besloten, dan zal niemand het ministerie er lastig om
vallen. Men moet aan den toekomstigen vorst de gelegen
heid geven oiu zich te orienteeren.
De hertog van Brabant laat wat zijn gezondheidstoe
stand betreft, nog al wat te wenschen over. Ily lijdt
veel door gevatte koude in den onderbuik; bovendien
heeft het naderend einde van zijn vader, gevoegd bij
nog andere omstandigheden, hem zeer aangegrepen. De
goede verstandhouding toch tusschen den kouing en
zijne kinderen, die reeds sedert lang verstoord is geweest,
is door het naderen van den dood niet hersteld. Veeleer
schijnt het tegendeel te hebben plaatsgegrepen. Hetgeen
daaromtrent zoo al verhaald wordt is zeker zeer over
dreven, maar de loopeude geruchten oefenen toch hun
verderfelijk en invloed uit.
Men begint meer en meer koning Leopold te beschou
wen zoo als hij werkelijk was en het fantaisie-beeld, dat
men steeds van hem gemaakt heeft, begint zich langza
merhand uit te wisschen.
De handel verkeert reeds nu in een gedrukte stem
ming en zal aanmerkelijk kwijnen in de eerste maanden
die op het overlijden des konings volgen zullen. De
aristocratie en de haule bourgeoisie zulleji.den rouw aan
nemen, alle openbare feestelijkheden worden geschorst,
en partijen zullen er in de eerste dagen evenmin gegeven
worden. Dat alles zal te weeg brengen dat er eeu groot
aantal werklieden zuilen leegloopen. De theaters zullen
tot na de begrafenis gesloten worden.
Gij ziet alzoo dat liet naderend einde van den
koning hier thans alles beheerscht. Al het overige heeft
voor heden zijne belangrijkheid verloren. Van het
oogenblik dat het overlijden officieel zal zijn bekend
gemaakt tot op dat waarop het lijk aan de zijde van
koningin Louise, in den koninklijken grafkelder,
waarboven zich thans een fraaie gothische kerk verheft,
zal zijn nedergelegd, zullen elk uur kanonschoten gelost
worden.
De gemeenteraden van Brussel en Laeken hebben zich
sedert heden morgen permauent verklaard. De garde
civique is gewaarschuwd om zich gereed te houden, daar
zij waarschijnlijk met het legerde droevige eer zal deelen
bij het koninklijk lijk te waken.
Zoo ik spreek alsof de dood reeds zijn offer geeischt
had, het verwondere u niet, want ik weet dat alle hoop
gevloden is.
De koning zal een kolosaal fortuin nalaten, 'tls een
der aanzienlijkste in Europa, dat niet, zoo als de kwaad
willigheid fluistert, uit besparingen op de civiele lijst
zijn oorsprong ontleent, maar grootendeels is te danken
aan gelukkig geslaagde speculatiën in 1848, die 's ko
nings fortuin vijfmaal vergroot hebben. Wijlen den heer
Rutstenberg, de vertegenwoordiger van het huis Roth
schild, was daarbij steeds de raadsman en makelaar.
Men is niet zonder vrees dat de kamers de civiele lijst
van den toekomstigen koning met een millioen franken
zullen verhoogen. En waarom zouden zij niet? Heeft zij
ook niet op het budget de post voorliet tractement der
geestelijkheid met 10,000 franken verhoogd, op voorstel
van den heer Bara, dien woedenden vijand van het
catholicisme, dien leBien public bijna met den naam van
antichrist bestempelde, 't Is waar dat daardoor voor het
oogenblik de catholieke pers eenigszins ontwapend is,
maar uwe lezers zullen daarom toch nog wel eenige
belangstelling voorde volgende gelijkenis over hebben:
„Een bejaarde en ziekelijke koning had om aan de
partij-bemoeiingen en kuiperijen te ontvlieden alles
verlaten om zich op de jacht te begeven, liij dacht daar
echter niet veel bij. Hij had schier geen oog voor de vrije
natuur, want hij werd door groote zorgen gekweld.
„Ik zou wel een minister willen hebben, dacht hij, een
braven en verstandigen minister, die, terwijl hij de ande
ren legeerde, zichzelven zou weten te vergeten. Ik zou
wenschen dat hij jong was, dat is te zeggen ondernemend;
blakende van gezondheid, dat is te zeggen moedig en
werkzaamdeugdzaam, dat is te zeggen verstandig en
kloekmoedig. Maar waar zal ik er zulken kunnen
vinden?"
„Terwijl hij zoo tot zichzelven sprak had hij eigenlijk,
zonder het te weten, hardop gesproken, zooals dat soms
gebeureu kan als men zóo in zijn onderwerp verdiept is.
Op tien passen van hem verwijderd hoorde hij de verdorde
bladeren ruischen, en vernam daar een stem die hem
antwoordde
Vorst daar ben ik!
„Toeu lichtte hij het hoofd op, en hij zag een wolf met
vurige oogeu, overeindstaande haren, met bebloede muil
waaruit eenige gierenvederen te voorschijn kwamen.
Gij riep de vorst verwonderd.
Ik, antwoordde doodeenvoudig de wolf.
„'t Was een wolf in de kracht zijns levens, hij had een
krachtigen kop, vol uitdrukking, een trotsche'u blik en
stevige gewrichten. Hij droeg de kenteekenen dat hij in
het gevecht was geweest en toch was er niets wat afmat
ting of toorn verraadde.
Ik heb een minister van justitie noodig, zeide de
vorst, en gij hebt ei*n bebloede muil.
Dat is waar, hernam de wolf zonder eenige verle
genheid. Ik heb de gieren overvallen, die elkander het
erfgoed der armen stiideuten uwer staten betwistten en
om ze te doen loslaten heb ik niet geaarzeld om er eens
de tanden in te zetten. Ik heb gerechtigheid gedaan en
gerechtigheid zal ik doen.
Gij zijfc, sprak de kooing, de minister dien ik noodig
heb. Gij zult het goed van anderen en de wetten van het
rijk weten te doen eerbiedigen. Gij zult de Icuiperijen
ontmaskeren en de trouweloozen kastijden.
Dat zweer ik, vorst, antwoordde de wolf.
„Toen de gieren en raven die, op hun loer naar de een
of andere prooi, in de toppen van de hoogc boomen zaten,
dezen eed hoorden, lieten ze een afschuwelijk gekrijsch
hooren en namen de vlucht, de lucht door hunne zwarte
gelederen verduisterende. Een er van viel stervende
voor de voeten van den vorst.
Zou dat eeu dreigend voorteeken zijn? vroeg hij.
Sire, antwoordde de wolf, ik ben sterk en vrees
geene bedreigingen; dat is mijne lens en de raven zullen
er mij niet van afbrengen."
Ten slotte nog een enkel woord over iets anders. In
Henegouwen is wedereen „grèoe" uitgebroken. Het oogen
blik is slecht gekozen, maar de schuld is geheel te wijten
aan de groote maatschappijen, die, niettegenstaande zij
belangrijke voordeelen trekken en ruime dividenden aan
de aandeelhouders uitkeeren, zich niettemin volkomen
onwillig blijven betoonen, om het ellendige lot der mijn
werkers te verbeteren. Thans zullen zij echter wel ge
noodzaakt zijn de verhooging van een franc per dag, die
zij vorderen, in te willigen, want er zijn zooveel bestellin
gen, dat een langdurige staking aanmerkelijke verliezen
voor de eigenaars zou opleveren.
Leopold I.
Waar wij een blik willen slaan op het leven van koning
Leopold van België, hebben wij hier te vermelden noch
te beoordeelen wat er zoo ai tusschen 25 Augustus
1830 en 4 Juni 1831 in België gebeurde. Sedert Masa-
niello en Pietro hun bekend duo in de schouwburgzaal
te Brussel zougen, bad, gelijk uien weet, de lang voor
spelde uitbarsting der gistende gemoederen plaats gehad
en weerklonken door geheel Belgic de woorden uit la
Muette de Portici
Pour ira esclave est-il qnelqnc danger?
Mieux vaut mourir que rester miserable!
Tombe le joug qui nous accable
Et sous 1103 coups périsse l'etranger J
Amour sacré de la patrie
Rends nous l'audace et la lierté,
A mon pays je dois la vie
II me devra sa liborté.
Deze wensch naar „libertó"' van het vaderland werd
intusscben door onze naburen geformuleerd in het ver-