•ij het uitreiken der medailles alle vertegenwoordigde
ïationaliteiten moet complimenteeren, moet men vooral
.yne eigene niet vergeten, en wanneer ik mij dan plaats
ip het standpunt der jury, zoo moet ik erkennen dat ze
nllijk heeft gehandeld met de doeken van Mari ten Kate
■n Léon te bekroonen. De schilderij van den eersten is
jene voorstelling zooals wij van hem gewoon zijn, name-
ijk een groepje handelende kinderen in een fraai land-
(chap. Meestal geeft hij ons een zomer, thans zien wij
,de kinderen van den dorpsmuziekaut" in een winter-
andschap, voor eenehnt musiceeren, terwijl een hondje
laarbij danst. Gij ziet de voorstelling is niet bijzonder
lelangwekkend, doch de figuurtjes zijn zeer naïf van
ixpressie, het fraaie winterlandschap geeft een gevoelige
int aan het geheel, waarin veel meer harmonie heerscht
3an gewoonlijk in de doeken van dien meester. M. Léon
sond twee doeken. Het grootste, wat de medaille weg
iroeg, geeft ons: „de ontwinding der heilige wetsrol"
jetrokken uit de kerkelijke gebruiken der Israëlieten.
Wij ontmoeteden dezen kunstenaar reeds meer op dat
terrein. Delevensgroote koppen zijn karakteristiek van
uitdrukking, de compositie is goed, het koloriet vooral
uitmuntend. Toch zou ik de kleinere schilderij verkie
zen „Nog zonder bril." We zien niet anders dan eene
oude vrouw, die bezig is eene draad door het oog eeuer
naald te halen. Léon heeft daarvan een werkelijk inte
ressante schilderij weten te maken.
„Veel minder Kan ik mij vereenigen met de bekroo
ningen van producten uit den vreemde. Dat toch van de
Nederlandsche kunstenaars alleen beoefenaren van het
menschelyk beeld bekroond zijn, is billijk, want uit de
andere genres is er volkomen absentie van belangrijke
gewrochten, wanneer ik wellicht uitzonder een poëtisch
landschap van van der Maaten, doch wat reeds op andere
tentoonstellingen isafgekeken. De vreemdelingen echter
hebben ook in andere genres, met name het landschap
ea de dierenwereld, enkele voortreffelijke doeken gele
verd. Ofschoon ik het op zich zelf toejuich dat deze
keer de beeldhouwkunst eens niet vergeten is, verdient
het toch opmerking dat men zich zoo weinig van zich
zeken schijnt te hebben kunnen verwijderen, dat nu,
dat alle bekroonde schilderijen menschen voorstellen,
ook nog een gebeeldhouwd meusehenbeeld daarbij is
gevoegd. De bekrooning van den beeldhouwer E. Tiers
te Brussel is echter verdiend. Zijn „jonge Napolitaansche
yisscher met schelpen spelende" (het bekroonde beeld)
is bevallig, expressief van wezen, onberispelijk van vorm,
en ook zijne „slavin," hoewel uit den aard minder
gracieus, heeft groote verdiensten.
„De Belg van Lerius is bekroond en, naar mijne wijze
van zien, mocht deze niet overgeslagen worden. Zijne
kapitale schilderij, die den prijs wegdroeg, verdient in
vele opzichten eene meer opzettelijke vermelding. De
naam die hij er aan gegeven beeft, is: „de overwin
nende deugd." Ik weet niet of, voor den rechterstoel der
morale gedaagd, haar dien naam niet zou ontnomen
worden. De vrouw, die hier de deugd vertegenwoordigt,
heeft een man met een dolk door het hart gestootenHet
gold hare eer, zij heeft geworsteld tot het einde toe
niets schiet haar over om die eer te redden dan een
moord! De voorstelling is te melodramatisch, ik stem het
u volgaarne toe, maar welk eene edele, en evenwel geëx
alteerde, welk eene verhoogd-natuurlijke expressie in het j
i wezen dier vrouwEu dan dat vleesch, het blanke vleesch
eener blonde vrouw, en eindelijk (Nederlandsche kun
stenaars, gij kunt er allen een lesje aan nemen!) hoe
prachtig, hoe streng en edel is de teekening! En van
Lerius behoeft zulke vreeseljjke toestanden niet om aan
dacht te trekken, zijne twee andere doeken ademen
slechts liefelijkheid en naïviteit. Zijne „vrouw uit Dalé-
carlië" heeft een enorm succes, en terecht.' In de
natuur zag ik misschien nog schooner oogen, op het
doek nimmer! „Het is toch gelikt" merkte een mid
delmatig Ilollandsch artist aan. Wat doet het er toe,
hoe de kunstenaar er komt? Wij hebben veel te
lang gevraagd naar de behandeling, en dan moest het
geveegd zijn, geborsteld zooals men zich uitdrukt,dat
heette dan Rembrandtique. Ik zou ook uit deze tentoon
stelling stukken kunnen aanwijzen, die allerakeligst
Rembrandtique zijn. Men meet de afstanden van sterren
in het uitspansel, maar wie zal den afstand meten tus-
schen Rembrandt en Rembrandtique'?
„Wat nu verder de uitspraak der jury betreft, is ze
mij volstrekt onbegrijpelijk voorgekomen. Had ik een
Fransch figuurschilder willen bekroonen, dan althans
veeleer Biard, die een paar wel wat gechangeerde maar
toch recht geestige episodes uit het Parijsche volksleven
gezonden heeftmaar het in geen enkel opzicht uitmun
tende schilderijtje van Bouguerau eene medaille te
schenken, dat heeft die heer met recht als niet anders
dan een geschenk aan te merken. Verbeeld u „eene
behoeftige familie", eene met allernetste lompjes be-
1 dekte moeder met een paar kinderen, de bloote voetjes
onberispelijk schoon en fijn, schijnen ongeduldig op de
dansschoentjes te wachten, want vol geaffecteerde smart,
leunen de bevallige wichtjes tegen de zoo mogelijk nog
geaffecteenler moeder, en de al te mooie piramidale
groep doet denken aan Grieksche godinnen en godin
netjes, die een tableau civant voorstellen van aard se be
bedelaartjes, maar, aan nectar en ambrozijn gewend, het
rechte begrip er niet van vatten kunnen. In dit stukje
is de wansmaak bekroond.
„Eindelijk heeft men eene medaille geschonken aan
W. Sohn te Dusseldorp, voor zijn „Gemoedelijk onder
houd". Het geldt hier een gesprek tusschen moeder en
dochter. Het gelaat der moeder is gevoelvol, ik ontken
het Diet, maar boe men er toe gekomen is deze schilderij
te bekroonen, terwijl daar vlak tegenover een meester
stuk hangt, namelijk „Sollicitanten vau li. S. Zimmerman
te Mimchen", is mij een raadsel. Hier zijn ook slechts
twee figuurtjes op het kapitale doek. Het geldt hier een 1
vader en eene dochter, en zij bet ook op gansch andere
wijze dan ginds, de uitdrukking in gelaat en stand dier
beide beeldjes ademt niet minder gevoel, wat meer is,
fijner tact. Verder houdt echter alle vergelijking op, de
verdeeling van licht en bruin, de talrijke accessoires
met een verwonderlijk meesterschap behandeld, all es
in een woord laat de overigens niet onverdienstelijke
schilderij van Sohn verre achter zich.
„Het verschijnsel wat men thans ziet is te dikwijls ge
zien, om er niet op te wijzen de bekrooning van schil
derijen op eene tentoonstelling bewijst niets voor hare
waarde. Geen wonder! Wie toch zijn de leden der j»iy? i
Een enkel kunstenaar, maar vooral ook vele liefheb
bers, mannen die meer uitmunten door hunne liefde
voor dan door hunne kennis van de kunst. Hoe in
die leemte te voorzien? Door enkel kunstenaars in de
jnry op te nemen? Deze maatregel zou, om vele redenen,
stellig geen doel treffen. Neen, eene jury die wezenlijk
goed zou zijn is, althans zeker in ons land, niet te vinden,
en al ware dat ook anders, eene zoo bonte verzameling
als eene tentoonstelling van schilderijen is volstrekt on- I
geschikt om op die wijze geclassificeerd en geoordeeld te
worden. Men schaffe dus veel liever de jury's en de me
dailles af en moedige de kunst op andere wijze aan."
Veeziekte.
Do gemeenteraad van Vlissir.gen heeft eergisteren, op
voordracht eener commissie uit de burgemeesters van
het eiland Walcheren, eene verordening vastgesteld
waarbij alle in-, uit- en doorvoer van runderen, schapen
en geslacht rund- en schapen vleesch, benevens alle in-
en doorvoer van versche huiden, onbereide wol, horens,
ongesmolten vet, dierlijken afval, mest enz. wordt verbo
den, voorloopig voor den tijd van drie maanden.
Ook is besloten tot het bonwen eener Joods voor het
stallen van beesten, terwijl tevens eene wijziging is ge
bracht in de plaatselijke verordening voor het keuren
van vleesch,zoodat voortaan nietalleen het ter verkoop
bestemde, maar alle vleesch bij invoer aan keuring
is onderworpen.
De gemeenteraad alhier heeft heden een gelijke ver
ordening als die te Vlissingen vastgesteld, welke reeds
morgen zal worden afgekondigd. De gemeentebesturen
zullen tevens worden uitgenoodigd om, bij wijze van ara-
pliatie, te bepalen dat het verbod ook geldende zal wor
den gemaakt voor geiten.
Voorts is besloten dat de tegen 26 dezer bepaalde vee
markt alhier tot nader order zal worden geschorst.
In de Staatscourant van gisteren is opgenomen
een voorloopig rapport aan den minister van binnen-
landsche zaken van dr. L. Ali Cohen, die door zijne
excellentie is uitgenoodigd de gemeenten, waar of in
welker nabijheid de besmettelijke veetyphus heerscht,
te bezoeken en aldaar alle inlichtingen in te winnen en
onderzoekingen te doen, die ter bereiking van het doel
zijner zending dienstig kunnen zijn.
In het bijvoegsel van hetzelfde nommer worden op
gaven medegedeeld betreffende den veetyphus in de
provincie Zuid-Holland, loopende van 24 tot 30 Sep
tember jl.
Mede wordt daarbij een overzicht gegeven van de
sedert het begin der veeziekte in die provincie in het
geheel aangetaste, gestorven, afgemaakte en herstelde
runderen. Voor zooveel het cijfer der aangetaste honderd
of daarboven bedraagt, deelen wij dit hier mede.
Te Berkel zijn sedert 30 Augustus aangetast 100,
waarvan 26 hersteld; te Delfshaven sedert 19 Augustus
aangetast 241, hersteld 42; te Kethol sedert 10 Augustus
aangetast 678, hersteld 161; te Matbenesse sedert 25
Augustus aangetast 244, hersteld 37; te Nienwerkerk
aan den IJsel sedert 22 Augustus aangetast 107, her
steld 7; fe Overschie sedert 22 Augustus aangetast 363,
hersteld 90; te Vrijenban sedert 30 Augustus aangetast
158, hersteld 37; te Zevenhuizen sedert 24 Augustus
aangetast 125, hersteld 34.
Het totaal der sedert het ontstaan der ziekte in Zuid-
Holland aangetaste runderen bedraagt 3319, waarvan
zijn gestorven 1169, afgemaakt 674 en hersteld 717.
■Benoemingen ca besluite».
bukgEMrcesters. Benoemd tot burgemeester der ge
meente 'sHeer Abtskerke, de heer B. Vermande; der
gemeenten 's Heer Arendskerke en Heinkenszand,deheer
mr. C. van Gitters; der gemeente 's Heerenhoek, de
heer W. B. Reraijn en der gemeente St. Maartensdijk de
heer J. Luyk, secretaris dier gemeente.
li er knie a vps.
Bedankt voor het beroep naar Ressen (classis Nijmegen)
door ds. T. H. Nahuys, predikant te Biezelinge.
Onder trijs.
In ons vorig nommer stond in de opgaaf van den uit
slag van het examen voor de commissie in Zeeland, dat
was toegelaten 1 hulponderwijzeres, dit moest zijn 3.
l?!arinc en leger.
Volgens een bij het departement van marine ingeko
men rapport van den kapitein-luitenant ter zee C. L. J.
d'Hamecourt, kommanderende Zr. Ms. korvet Prins Mau-
rits der Nederlanden, is die korvet den 26 Augustus jl.
te St. Helena aangekomen en zou den 30 daaraanvol
gende zijne reis naar Nederland vervolgen.
Met den eersten November a. wordt de kapitein
ter zee G. P. J. Mossel gedetacheerd bij 's rijks werf te
Willemsoord, ter waarneming der betrekking van equi
pagemeester der marine aldaar.
Koloniën.
De Fransche mail uit Oost-Indië is aangekomen. In
de daarmede aangebrachte berichten lezen we weder van
een expeditie-plannetje.
„Binnen weinige dagen, zoo schrijft men aan de Ja va-
bode, zullen drie compagniën infanterie van het twaalfde
bataillou, onder aanvoering van majoor van Heemskerck,
naar de noord-oost kust van Sumatra, en wel naar Siak
vertrekken. De bevolking van het rijkje Assahan heeft
zich niet ontzien deEngelsche vlag te hijschen en eene
kruisboot aan te randen, die alleen door den moed eu de
tegenwoordigheid van geest van den controleur de
Scheemaker is behouden gebleven."
Van een anderen kant wordt gemeld dat weldra een
expeditie, bestaande uit zeven oorlogschepen do
Djambi, Sindoro en Amsterdam, waarbij zich te Riouw
nog vier andere vaartuigen zullen voegen bemand
met ruim 500 man, zou vertrekken naar Assahan op de
oostkust van Sumatra, om den vorst van die landstreek
te dwingen tot onderwerping aan het Nederlandsch
gezag, dat hij sinds eenigeu tijd, naar het schijnt opge
stookt door vreeraden invloed, heeft uitgetart.
Gemengde berichten.
Te Kortgene is de 1 djarige zoon van den timmer
man W. jongstl. Zaturdag, kort nadat bij zijne woning
had verlaten, levenloos te huis gebracht. Men vermoedt
dat hij, door eeu aanval der vallende ziekte, waaraan hij
van tijd tot tijd leed, in eene ondiepe moddersloot voor
over is gevallen en gestikt.
- Gisteren, zoo schrijft men aan de Arnhemsche cou
rant, onder dagteekening van 8 October uit Zeveuaar,
i werd hier een der onlangs door Pruisen genomen maat-
regel tot weering van de veeziekte, gestrengelijk toege-
1 past. Een aanzienlijk persoon, men zegt de voormalige
I groothertog van Toscane, keerde met zijne gemalin over
Nederland naar Weenen terug. De dame had een fraai
i schoothondje bij zich, dat zij met zich wilde medenemen,
maar de Pruisische ambtenaren hielden zich aan hunne
instructie. De invoer van alle dieren is verboden en of
I de hooge reizigers en vooral zijne dame ook alle waar-
j borgen aanboden en verklaarden dat geen geldelijk offer
i hun te hoog was, de ambtenaren kenden allen hun plicht.
Maar tl est avec le ciel des accommodemenls; zelfs met bet
Pruisische gouvernement kon men in schikking treden
er werd geseind naar Berlijn en van daar moet toestem-
I ming zijn gegeven om ten gunste van het schoothondje
der prinses een uitzondering te maken op de wet tot
I weering van de veeziekte.
Te Augusta, in den staat Maine (Noord Amerika),
heeft den 16 September 11. een vreeselijke brand gewoed,
1 die naar alle waarschijnlijkheid aangestoken is. Meer
dan 40 gebouwen, door meer dan 100 personen en firma's
als kantoren gebruikt, zijn eene prooi der vlammen ge-
i worden, en daarmede twee hotels, het postkantoor, het
telegraafbureau enz. Ook zijn de gehouwen van al de
banken daar ter stede verwoest, doch men heeft de
papieren en geldswaarden kunnen bergen. De schade
I wordt op een half millioen dollars geschat.
Dr. Worms, eerste geneesheer aan het militaire
j hospitaal du Gros-Caillou te Parijs, vestigt de aandacht
der geneeskundigen op een middel, door hem met het
beste gevolg bij cholera lijders aangewend. Hij geeft den
raad bij dergelijke gevallen minerale zuren aan te wenden;
1 3, 4 of 5 wichtjes geconcentreerd zwavelzuur op een
1 aftreksel van een kilogram salnb, waarbij eene of andere
stroop gevoegd wordt. Men dient den lijder van uur tot
uur een vol glas toe en laat hem daarna den mond
spoelenslechts zelden behoeft men tot vier glazen te
1 geven. Al de onrustbarende verschijnselen verminderen
I na korten tijd, alleen de braking houdt aan, welke echter
I geene vrees behoeft in te boezemen; dadelijk nadat de
1 lijder beeft overgegeven, wordt hein weder een glas
limonade toegediend. Te gelijkertijd kannen witte en
champagne wijn en ijs gegeven worden, maar geen bran
dewijn. In gevallen van cholerine, welke aan alle andere
behandeling weerstand boden, gaf dr. Worms met nim
mer uitblijvend goed gevolg den lijders limonade van
drie of vier wichtjes zwavelzuur op 1000 wichtjes regen
water, waaraan hij 150 wichtjes frambo zen- of keuken
stroop toevoegde.
Blurgerlïike stand.
Middelburg. Eerste huwelijksafkondiging van den
I 8 dezer: H. M. Ilennequin, joi. 25 j. met M. j. Pieterse,
jd. 22 j. A. P. Arnoldus, jm. 22 j. met E. C. Bautzjd. 30j.
(Van 30 September tot 7 October.)
Vlissingen. Gehuwd: M. J. Ockerse, jm. 23 j. met
M. S. lloelandt, jd. 24 j. W. Poley, jm. 24 j. met C. C. J. de
I Kaart, jd. 27 j. M. Vis, jm. 27 j. met S. Koppejan, jd. 25 j.
Bevallen B. M. Callcnfels, geb. Büsken, z. (J. A. Torino,
J geb. Adams, d. M. Aelrichs, geb. Boulboulle, d. N. Gue-
don, geb. Speckens, z. E. II. Geil!, geb. Eijsberge, d.
I W. Koole, geb. Stroo, z. M. J. Garcia, geb. Meijer, z.
I Overleden J. P. Pluijmers, d. 3 w. W. A. D. van Bie-
men, z, 10 w. K. Damen, vrouw van J. Beenhouwer, 58 j.
A. Cracau, z. 4 ra.
Goes. Gehuwd: M. Stieger, weduwn. 62 j. met J. Ke
gel, jd. 31 j. C. Hoek, jra. 26 j. met E. Biersteker, jd. 26 j.
Bevallen A. Blaanbeen, geb. Kakebeeke, z.
Overleden: C. B. Polfliet, circa 1 jaar.
Zierikzee. Gehuwd: C. Verboven, weduwn. 48j. met
P. Schulink, weduwe 34 j.
i Bevallen: M.Ribbens, geb. de Neeff, d. E. de Koning,
geb. Kaashoek, z. W. van Sas, geb. Cornelisse, d. J. M.
Leijdekkers, geb. Smits, d. C. Loene, geb. v. d. Stolpe, d.
(levenl.)
I OverledenW. ten Haaf, man vau T. Timmerman, 73 j.