Voorts is aan die regeering het opperbestuur over de
telegraafdienst opgedragen en wordt haar eindelijk de
bevoegdheid verleend om de Noordzee en de Baltische
zee door een kanaal te verbinden. Op 15 September e. k.
zal de gesloten overeenkomst ten uitvoer worden gelegd.
Een Dnitsch dagbiad bevat hieromtrent eene beschou
wing, getiteld politieke homeopathie, welke onze lozers
in dit nommer zullen aantreffen.
Koning Wilhelm van Pruisen is thans naar Beieren
vertrokken, daarbij steeds vergezeld door den president-
minister von Bismarck. Men leidt hieruit af dat dit
bezoek aan het Beiersche hof met de politiek in verband
staat.
Keizer Napoleon en keizerin Eugénie bevinden zich
nog steeds in Zwitserland, zonder dat echter iets omtrent
hunne verdere reisroute bekend is. De meeste geheim
zinnigheid wordt nog altijd bij dergelijke bezoeken van
den Fransehen keizer in acht genomen.
De miuisterieele openingsredevoeringen deralgemeene
raden in verschillende departementen zijn vrij kleurloos
geweest. Sommige toespraken bevatten slechts eenige
zeer algemeene toespelingen op de quaestie der decen
tralisatie, welue sedert eenigen tijd aau de orde is.
Bij gebrek van belangrijk politiek nieuws houden de
Fransche dagbladen zich in de laatste dagen bezig met
het bespreken eener overoude philosophische quaestie.
Sedert eenigen tijd is te Parijs een nieuw dagblad opge
richt, hetwelk blijkens zijn titel: la Morale indepen-
daute zich ten taak heeft gesteld om op populaire
wijze de bekende stelling te verdedigen, volgeus welke
de zedeleer onafhankelijk is van cenig kerkelijk dogma.
Alle clericale of min of meer theocratische dagbladen,
gelijk le Monde, la France, l'Opinion nationale, trekken
natuurlijk te velde tegen de verdedigers van deze anti-
clericale theorie, onder welke verdedigers wij het Jour
nal des Débats, de Siècle, de Presse, TAvenir national,
le Temps, le Courrier du Dimanche en vele andere
dagbladen aantreffen. Voor ons, zcide la France dezer
dagen, is „eene zedeleer zonder God slechts een wet
zonder wetgever, een lichtstraal zonder zon, een boom
zonder wortels, een gebouw zonder fundamenten." „Wij
willen ongaarne antwoordde daarop bet Journal des
Débats wij willen ongaarne een dagblad zoo vol van
poesie verdrieten en bet zou wreed zijn om daaraan zijne
zon, zijne wortels en zijne fundameuten te ontnemen.
Wij wenscben ons dan ook slechts tot eene enkele op
merking te bepalen. De zedewetten op positieve gods
dienstbelijdenissen gebaseerd, verschillen naarmate dié
godsdienstbehjdeuissen zvdve ouderling eene gruote
verscheidenheid aanbieden. Om slechts een voorbeeld te
noemende polygamie, volgens onze religieuse moraal een
zwaar misdrijf, is, volgens de religieuse moraal der musel-
mannen, geenszins eene onzedelijke daad." Het Journal
des Debats betoogt verder dat la France, indien men een
heid in de zedeleer wil brengen, welke een der vereischten1
is voor eene algemeene beschaviug,eeno keuze moet doen
tusschen de verschillende godsdienstvormen, welke alle
eene verschillende moraal prediken en daarbij de
overige godsdienstvormen moet afkeuren als ouzedehjk
in hunne moraal. Dit nu, zegt het Journal des Débats,
zou ons logisch tot de zoo exclusief mogelijke staatsker
ken moeten leiden, een gevolg hetwelk la France met
hare bevallige metaphora van den boom zonder wortels
en van bet gebouw zonder fundamenten niet schijnt in
te zien. Le Temps redeneert aldus: Elke weteuschap
is onafhankelijk van de theologie, met welk woord
hier godsdienstleer wordt bedoeld; nu is, zoo gaat le
Temps voort, de moraal eene wetenschap; alzoo is
de moraal onafhankelijk van de godsdienstleer, tenzij
men aanneme dat de moraal eene kunst, eene loterij,
eene illusie is, hetgeen men toch niet zal beweeren. Voor
le Temps is de onafhankelijkheid der moraal eene
wetenschappelijke noodzakelijkheid.
Het bestuur der thansovergeheelEngeland verspreide
reform-league, welke onwillekeurig aan de vroegere
anti-corn-law-league herinnert, heeft dezer dagen aan
den heer Gladstone een brief van gelukwensching doen
toekomen met zijne benoeming tot afgevaardigde in
South-Lancashire. „Vertrouwende zoo lezen wij in
dezen brief op de genegenheid voor het vaderlaud, op
de vrijheidsliefde en op den geest van edele onafhanke
lijkheid, welke tot dusverre u bezield hebben, om krach
tig op te treden tot vermindering der lasten, welke het
land drukken, en tot vermeerdering van bet welzijn en
geluk daarvan, hoopt het bestuur op uwe ondersteuning
en medewerking ter verkrijging van de noodzakelijke en
billijke hervormingen, ter invoering van de maatregelen
tot ontwikkeling en tor vereeniging van de energie en
de belangen van alle machten in den staat, tot vernie-
tiging van de rampzalige afscheidingen, welke tusschen
verschillende maatschappelijke klassen bestaan en tot
uitbreiding der grenzen vau de constitutie, opdat zij
niet alleen in theorie maar ook in werkelijkheid hare
bescherming moge uitstrekken over alle burgers des
I lands of ten minste over diegene, aan welke men het
I gebruik van de rechten als burger niet kan ontzeggen
f onder voorwendsel van onwaardigheid."
De laatste tijdingen uit Washington bevestigen de
reeds medegedeelde berichten, volgens weke tusschen
den president Johnson en de verschillende staatssecre
tarissen een groot verschil van opinie heerscht omtrent
de thans verder te volgen politieleen gedragslijn ten
opzichte van het Zuiden. Men verwacht dan ook in de
eerstvolgende tijdingen het bericht te zullen lezen dat
het bestuur eene wijziging heeft ondergaan. Daarbij
voorspelt men ook de aftreding van den heer Seward, en
in het vooruitzicht daarvan verwijzen wij naar de in dit
nommer voorkomende mededeeling uit New-York om
trent de Mexicaansche quaeotie in verband tot de leer
van Monroe.
Politieke homeopathie,
I Aan een artikel over de quaestie der hertogdommen,
onder bovenstaanden titel, ontleenen wij het volgende:
I Men zal ons niet betwisten dat de regeeringen van
Wèenen en Berlijn thans eene homeopathische staat
kunde volgen en de ziekelijkheid van den tegenwoor-
digen toestand tiaebten te genezen door deze nog te
vermeerderensimilia similibus.
Drie quaestiën waren te behandelen.
1. Aan wien behoort thans de souvereiniteit der her
togdommen? Duitschland beweert dat Holstein, als
integreerend deel van den bond, als in den beginne door
een bondsleger bezet, zich onder zijne macht bevindt
en dat de bond gerechtigd is om over het toekomstig
lot van dit gewest te beslissen.
2. Hoe moet de eindiegeling van den toestand van
Holstein en dien van Sleeswijk plaats hebben? Welke
dynastie, want tegenwoordig heeft men overal dynastiën
noodig, zal aan het hoofd der twee hertogdommen wor
den geplaatst
3. Hoe moet, in afwachting van deze eindregeling,
het veroverd land door beide mogendheden worden
bestuurd?
Al deze vragen zijn thans niet op voldoende wijze
beslist, maar de toestand is door de laatste overeenkomst
nog verwarder, nog ingewikkelder gemaaktsimilia
similibus.
Het eerste nadeel van den toestand vóór het sluiten
der overeenkomst van Salzburg was de onbillijke be
jegening van Duitschland, hetwelk toch eigenlijk van
een zijner provinciën werd beroofd. Tot dusverre oefende
dit geduld, meenende dat op den een of auderen dag de
weifelende houding van Oostenrijk tegenover Pruisen
een einde zou nemen. Oostenrijk's geduld is echter
onuitputtelijk. Is het nn niet te denken dat deze ge
duldig verdragen onbillijkheid het bondgenootschappe-
lijk gevoel in Duitschland zeer zal verzwakken?
Het tweede nadeel van den toestand was dat de twee
Duitsehe mogendheden door hare commissarissen in de
hertogdommen twee verschillende candidaten onder
steunden. Iedereen kent de voorliefde van het hof te
Weenen, even als die der meeste kleinere Duitsehe
staten voor het stamhuis Augustenburg. Wat de zoo
plotselijk ontstane teederheid van het hof te Berlijn voor
het Oldenburger stamhuis aangaat, deze zou wel eens
plannen kunnen bedekken, welke trouwens voor geen
enkel staatsman een geheim zijn. In allen gevalle, hetzij
die teederheid waar of geveinsd is, zij uit zich in luid
ruchtige kuiperijen. Hoe nu die pretendenten-rivaliteit,
welke zoo vele nadeelen oplevert, en waarbij die onge
lukkige kroon der hertogdommen aan den meestbiedende
verkocht werd, te doen ophouden Men heeft daarom
trent allerplecbtigst beslist dat men niets zou beslissen.
Het bestaand conflict wordt thans tot systeem verheven
en men vermeerdert nog de bestaande verwarring
similia similibus.
Met het derde punt is het nog het ongelukkigst ge
steld. Men heeft gezien hoe dat berucht medebezit in
toepassiug werd gebracht. Men heeft gezien hoe bevol
kingen, welke zich verzet hadden om vrij als gedeelten
van het Duitsch vaderland op te treden, beheerscht en
geruïneerd werden door twee hceren, die beide van een
geheel verschillend standpunt uitgingen. Men heeft het
gezien hoe vervolgingen en gewelddadigheden het gevolg
waren van dat anarchisch medebezit van een klein volk
door twee groote mogendheden. Welnu! dat schouwspel
zal blijven voortduren. Om echter als het ware eene
nieuwe ramp te voegen bij diegene, welke de hertog
dommen reeds getroffen hebben, zal elke eigenaar een
dier beide provinciën naar zijn welbehagen kunnen be
sturen. Op deze wijze zal Sleeswijk-Holstein, hetwelk
zooveel geleden heeft om vereenigd te blijven, hetwelk
juist voor die zaak der vereeDiging in den tijd van veer
tien jaren het tooneel is geweest van twee oorlogen,
verdeeld en geheel en al gedesorganiseerd worden door
dezelfde mogendheden, welke gewapend het Sleeswijk*
Holsteinsch grondgebied hebben betreden onder dezen
uitroep: gij hebt recht om vereenigd te blijven en wij
j zullen daarvoor strijden! Kortom, om tegen de desorga-
nisatie der hertogdommen eene laatste poging aan te
i wenden, wordt die desorganisatie gesystematiseerd en
I chronisch gemaaktsimilia similibus.
Men moet erkennen dat de homeopathie nog nooit
zulk eene schitterende zegepraal had behaald. Ziedaar
baar binnengeleid in de raadsvergadering der vorsten en
haar toegepast op internationale politiek. Het similia
j similibus roept victorie. Eene medaille moest worden aan-
geboden aan hen, die de overeenkomst van Salzburg
1 hebben gesloten: de erkentelijke homeopathie aan de
1 heeren Mensdorff en von Bismarck!
Monroe's beginsel.
Eene mededeeling uit New-York aan een der onafhan-
i kelijke dagbladen bevat het volgende:
J lie moet u thans na rijp onderzoek en na het nauw-
keurig gadeslaan van den tegenwoordigen Amerikaan-
i schen toestand mededeelen, dat de Mexicaansche quaestie
mij aanlcidiug tot ernstige ongerustheid begint te geven.
Gedurende gevuimen tijd heb ik geen waarde gehecht
aan al die manifestatiën, welke daarmede in betrekking
I stonden. Ik wist toch dat de heer Lincoln zoowel als de
beer Seward vast besloten hadden om hun vaderland te
bewaren voor de verwikkelingen, welke een oorlog met
eene vreemde mogendheid met zich voert, terwijl men
zich nog altijd in een burgeroorlog bevond. Het beginsel
van Monroe was intusschen eene soort van politieke ge-
I loofsbelijdenis voor de staten geworden. Nog in zijne
laatste zitting verklaarde het congres, na eene redevoe-
ring van Winter Davis, dat het aan dit beginsel getrouw
j zou blijven, waarbij het tevens op indirecte wijze zijne
afkeuring uitsprak over de handelwijze van den heer
Seward, wien men verweet dat hij het belang des vader
lands aan het belang des vredes ten offer bracht. Dit
I votum van het congres deed echter den heer Seward
geen schrede afwijken van den tot daartoe gevolgden weg.
De Mexicaansche quaestie kwam in de verkiezingen
voor den president niet ter sprakede verschillende
partijen hadden grootere belangen op den voorgrond te
stellen. Thans echter is het niet te ontkennen dat die
quaestie weder de algemeene aandacht bezig houdt en
dat men, met het oog hierop, het beginsel van Monroe
weder begint te besprekeu. „De leer van Monroe zoo
schreef mij een Amerikaansch staatsman dezer dagen
is voor het vaste land van Amerika hetgeen het stelsel
van evenwicht voor Europa is. Europa heeft het recht
om een soort van politiek ideaal te bezitten, gegrond op
oude historische traditiën en op eeuwenoude verdeelingen,
hetwelk moet strekken tot bescherming der kleine staten.
Amerika heeft ook zijn ideaal, hetwelk onder een auderen
vorm eigenlij k dezelfde gedachte in zich bevathet erkent
een bestaanden toestand en verzekert daaraan de bescher
ming van het Amerikaanscbe volk tegen alle geweld.
„Dit bevat overigens ook op bet groot vasteland de
toepassing van de leer der non-interventie, welke thans
in Fraukrijk en Engeland zoo in de mode is. Waarom
hebben deze beide mogendheden oorlog gevoerd tegen
Rusland? Het was om Turkije te beveiligen tegen eene
Russische interventie. Waarom heeft Napoleon III in
Italië oorlog gevoerd? Het was om Piemont en Italië te
beschermen tegen de Oosteniijksche interventie. De
Atlantische oceaan nu is breed genoeg dan dat Amerika
niet verplicht zij om in de Europeesche aangelegenheden
tusschen beide te komen, evenmin als Europa in de
Amerikaansche.
Zou het behagen aan de Europeesche mogendheden,
als wij alle revolutiën in Polen, in Hongarije, in Spanje,
in Ierland of elders aanmoedigden? Daartoe zouden wij
toch moeten overgaan, als men ons niet rustig laat in
onze legerplaats: de leer van Monroe, welke niemand
bedreigt en alleen ter onzer bescherming bestaat."
Ik deel u dit mede zonder commentaar. Ik wil alleen
hierbij voegen dat deze denkbeelden diep in het hart
van het Amerikaansche volk zijn geworteld. Het heeft
dan ook de interventie van Frankrijk in Mexico met
een algemeen ongunstig oog aanschouwdmen moet dit
in Frankrijk niet vergeten. Wel wordt Frankrijk in de
Vereenigde Staten nog steeds als een traditionele bond
genoot beschouwd, maar dit belet niet dat de natie zeer
vijandig gestemd is tegenover den nieuwen staat van
zaken in Mexico.
Voorts wordt door het grootste gedeelte der natie de
Mexicaansche quaestie met den thans gedempten opstand
in verband gebracht. De generaal Sheredan schreef no£^
onlangs: „De geheeje-Mexicaansche quaestie is slechU
V'T.S 't^\