MIDDELBURGSCHE COURANT. IT 54. Dinsdag 1865. 4 April. Editie van Maandag avond 4 uren. Middelburg 3 April. De Staatscourant van Zaturdag bevat het koninklijk besluit van den 25 Kaart jl., houdende bepalingen tot aanvulling van het koninklijk besluit van 10 September 1864 (Staatsblad no. 93), houdende vaststelling der ver ordening op het benoemen van ambtenaren bij de bur gerlijke dienst in Nederlandsch-Indië. Z. M. de koning heeft bewilliging verleend op het bij verzoekschrift van P. P. de Kempenaer, directeur der gasfabriek te Leeuwarden, en jhr. H. van Reigersberg Versluys, industrieel alhier, overgelegd notarieel afschrift der acte van oprichting der naamlooze vennootschap de Friesche brood- en meelfabriek de Hoop, te vestigen te Leeuwarden. De goedgekeurde acte wordt in de Staats courant van 11. Zaturdag medegedeeld. De hoeren H. Zwaardemaker, J. T. de Smidt en H. Vriesendorp jr. zijn toegelaten als vice-consuls van Zweden en Noorwegen, respectievelijk te Zaandam, Neu zen en Dordrecht. Reeders, handelaars en belanghebbenden bij den sui kerhandel te Amsterdam hebben zich bij adres tot de tweede kamer der staten-generaal gewend, en te kennen gegeven, dat de bekende geslotene conventie, in plaats van allen op gelijken voet te stellen, bepalingen bevat die voor de Nederlandsche raffinaderijen nadeelig zijn en de uiterste inspanning onvermogend zullen maken, om haar voortbestaan te verzekeren. Zij meenen dat mid delen kunnen gevonden worden om, ook bij opheffing van alle bescherming, tot eene overeenkomst te komen, welke bevrijd zal zijn van eenzijdige bevoorrechting. Ook makelaars in suiker te Amsterdam hebben een adres aan de tweede kamer aangeboden, houdende be zwaren tegen het typenstelsel, waarbij zij de daartoe strekkende betoogen ondersteunen en de belangen van den suikerhandel en het behoud der suiker-industrie hier te lande aan de zorg en belangstelling der kamer aanbe velen. De gemeenteraad van Amsterdam heeft tot hoogleeraar in de geschiedenis en letterkunde aan het athenaeum illustre benoemd dr. Th. Jorissen, leeraar aan de hoogere burgerschool te Haarlem Donderdag hield de nieuw beuoerade hoogleeraar aan de hoogeschool te Groningen, dr. H. E. Moltzer, ten aan- hoore van eene talrijke en aanzienlijke vergadering, zijne oratio inauguralis. De spreker had tot onderwerp gekozen, „de nieuwe richtiug in de taalkunde," en hield zijne redevoering in 't Nederlandsch. Hij deed daarin de tegenstelling uitkomen tusschen hetgeen de taal kundige wetenschap vóór de ontdekking van het Sans kriet en de grondige kennis van het Gothisch was, en hetgeen zij thans, op het gebied der spraakleer, der historische en der vergelijkende taalkunde, door mannen als Jakob Grimm en Frans Bopp is geworden. Ten slotte wees de hoogleeraar op de omwenteling, door Grimm, Hoffmann von Fallersleben, enz., ook op het gebied der Nederlandsche taalkunde te weeg gebracht, en bracht hulde aan de groote verdienste van professor de Vries, die mede tegenwoordig was, en wiens leerling professor Moltzer zich noemde. De minister van binnenlandsche zaken, in aanmerking nemende dat tot de benoeming van een of meer rijks opzichters van den waterstaat van de 4e klasse moet worden overgegaan, heeft ter kennis gebracht van.de belanghebbenden, dat zij, die wenschen aangesteld te worden tot rijks-opzichters van den waterstaat der 4e klasse, op eene jaarlijksclie bezoldiging van 700 zich aan een vergelijkend onderzoek door eene daartoe te benoemen commissie zullen moeten onderwerpen. Om tot dat onderzoek te kunnen worden toegelaten moet men zich vóór of op 15 April e. k. bij het departement j van binnenlandsche zaken hebben aangemeld met ecu i op zegel geschreven adres. Donderdag namiddag te 3jn.cn bevonden zich dezelfde heeren, die 11. Dinsdag hét duin te Scheveningen hadden bezocht, om de plaats te bepalen waar de gedenknaald voor November 1813 zal worden opgericht, weder op dezelfde plek, waar inmiddels twee bakeus waren opge richt. De meest zeewaarts geplaatste is tot dit doel gekozen, en binnen weinige dagen zal met de werk zaamheden een aanvang worden gemaakt. De naald, in den vorm eener obelisk, zal 16 Ned. ellen hoogte verkrijgen en onder toezicht van den architect A. Roodenburg gebouwd worden door de heeren P. Schroot en P. J. Devillers. EScuoemiugeu en besluiten. ridderorden. Vergunning verleend aan E. H. E. Graaf van Bylandt, Zr. Ms. kamerheer in buitengewone dienst, hofmaarschalk van Z. K. H. prins Hendrik der Nederlanden, tot het aannemen der versierselen van komraandeur der orde van den Witten Valk met de Ster, hem door Z. K. H. den groothertog van Saksen-Weimar- Eisenach geschonken. ministers van staat. Benoemd tot minister van staat mr. JE. baron Mackay van Ophemert en Zenne- wijnen, vice-president van den raad van state. ministerieel.e departementen. Op verzoek eervol ontslag verleend aan F. J. Tavernee, als commies bij het departement van binnenlandsche zaken. Bevorderd tot adjunct-commies bij dat departement de eerste klerk P. L. Putters. leger. Benoemd bij het personeel van de genees kundige dienst der landmacht, tot officier van gezond heid le klasse (naar ouderdom van rang) de officier van gezondheid 2e klasse J. C. Muller, ihans dienst doende bij het 5e regement infanterie; tot officier van gezond heid 2e klasse (naar ouderdom van rang) de officier van gezondheid 3e klasse J. P. van Braam Houckgeest, thans dienst doende bij het regement grenadiers en jagers. Overgeplaatst in rang en ancicnneteit bij het.wapen der infanterie van het leger in Oost-Indië de 2e luitenant van het le regement infanterie L. J. A. J. Broman. belastingen enz. Op verzoek eervol ontslag verleend aan den heer J. Voorbach, uit zijne betrekking van con- troleur der directe belastingen en van het kadaster in de provincie Noord-Brltbant, behoudens ganspraak op pensioen en met dankbetuiging voor zijne langdurige aan den lande bewezen trouwe en ijverige diensten. Verplaatst naar Noord-Brabant de heer H. van den Burg, thans controleur der directe belastingen en van het kadaster in Drenthe, en de heer F. H. de Gelder, thans adjunct-controleur der directe belastingen en van het kadaster te Haarlem; naar Noord-Holland de heer W. J. A. van Beusekom, thans adjunct-controleur der directe belastingen en van het kadaster te 's Herto genbosch; naar Gelderland de heer J. van der Veen, thans adjunct-controleur der directe bclastiugen en van het kadaster in Overijsel. Benoemd tot controleur der directe belastingen en van het kadaster in de provincie Drenthe de heer F. H. Ludewig, thans adjunct-controleur in Gelderland; en tot adjunct-controleur der directe belastingen cn het kadaster iu de provincie Overijsel jhr. F. S. van Pan- huys, thans surnumerair der directe belastingen en van het kadaster te Groningen. indiscme dienst. Benoemd tot predikant bij de pro- testantsche gemeente in Nederlandsch Indië, de heer II. Knottnerus, predikant bij de hervormde gemeente te Loppersum. Kerknieuws. Bij den kerkeraad der hervormde gemeente te Sint Aunaland, classis Zierikzee, is het bericht ontvangen dat de kandidaat de heer C. J. L. Ruisch van Dugteren het op hem uitgebracht beroep heeft aangeuomen. De dubbele kerkeraad der Waalschc gemeente te Amsterdam heeft op het door een tachtigtal notabele leden ingediende adres, waarvan wij vroeger melding maakten en waarin o. a. aangedrongen werd op de beroe ping van een liberalen predikant, met een non possumus geantwoord. Dit antwoord heeft een manifest uitgolokt van de zijde der minderheid des kerkeraads die zich daarmede niet kon vereenigen. Genoemde minderheid, uit éen predikant, 6 ouderlingen en 5 diakenen bestaande, heelt zich in een open schrijven, gedagteekend van den 27 Maart 11., gericht tot de leden der gemeente en rekenschap van hare overtuiging en wenschen in deze gegeven op een kalmen, waardigen, christelijken toon, een toon die tevens den diepsten eerbied ademt voor de gevoelens van andersdenkenden. Openlijk spreekt zij het uit dat, naar hare meening, een absolute adhaesie van al de artikelen der oude geloofsbelijdenissen onmogelijk is geworden en door niemand, den stipst rechtzinnige zelfs niet, meer gegeveu wordt. Met een beroep op de onderteekenings-formule, den aanstaanden predikante^ bij hun toelating tot de evangeliedienst voorgelegd, ver klaart zij dat geen der tot het ressort der Waalsclie kerk behoorende of door haar voorgestelde liberale predikanten onwaardig of ongeschikt is om de bediening van het evangelie te Amsterdam te aanvaarden. Zij be treurt dus de uitsluiting dier leeraars, zonder daarom voor al him gevoelens zich aansprakelijk te stellen of ge acht wil worden die te deelen. En in aanmerking nemende dat de kerkeraden niet geroepen zijn om heerschappij te voeren over het geloof van diegenen, die aan hun zorgen zijn toevertrouwd, maar acht moeten slaan op de verschillende richtingen, die zich onder dezen open baren, op den gemeenschappelijken grondslag van ge hechtheid aan het evangelie van Jezus Christus, drukt de minderheid des kerkeraads haar leedwezen- uit, dat de meerderheid geweigerd heeft het voorbeeld te volgen der opzieners van de zuster-gemeente in de hoofdstad, om naast de rechtzinnige leeraren er een te beroepen die de nieuwere richting vertegenwoordigen kan en op die wijze te voorzien in de geestelijke behoefte van velen. SSariaie osi le&er. Zr. Ms. schroefstoomschip Prinses Maria, onder bevel van den luitenant ter zee le klasse W. K. van Gennep, komende van de kust van Guinea, is Zaturdag morgen ter reede van Hellevoetsluis ten anker gekomen. De luitenant ter zee 2e klasse P. Wittop Koning, behoorende tot de rol van Zr. Ms. schroefstoomschip Yice-admiraal Koopman, wordt Woensdag op non-acti viteit gebracht. De plaatsing van den luiteuant ter zee le klasse G. Bijl de Vroe, als le officier op Zr. Ms. wachtschip te Amsterdam, wordt ingetrokken; wordende de luitenant ter zee le klasse J. Scheurleer, thans non-actief, met den 16en April aanstaande als le officier op gemeld wachtschip geplaatst. Staatscourant Rechtszaken. Bij vonnis der arrondisscraents rechtbank alhier van 2 Februari werd A. de Puyt, plattelands-heelmeester te Yzendijke, schuldig verklaard aan openbare schennis der eerbaarheid en, op grond der artt. 330 en 52 van het wetboek van strafrecht, 227 jo. 207 van het wetboek van strafvordering en art. 1 der wet van 22 April 1864 (Staatsblad no. 29), veroordeeld tot drie maanden ge vangenisstraf en eene geldboete van 8, alsmede in de kosten, de boete bij niet-betaling te vervangen door drie dagen gevangenisstraf en de kosten zoo noodig te ver halen bij lijfsdwaug. Zooals wij vroeger mededeelden werd tegen dit vonnis door den veroordeelde hooger beroep aangeteekend, ten gevolge waarvan deze zaak heden voor het provinciaal gerechtshof in Zeeland werd behandeld. Het hof heeft het vonnis der rechtbank bevestigd, met veroordeeling van den appellant tevens in de kosten van het hooger beroep. Wij vernemen dat de veroordeelde zich van dit arrest onmiddellijk in cassatie heeft voorzien. De arrondissements rechtbank te Zwolle heeft den gewezen predikant van Rijn van het hem ten laste

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1865 | | pagina 1