*3uiten land.
hare verbijstering geen raad wetende, viel liaar oog
toevallig bij dten schoorsteenmantel op het adreskaartje
van een logement te Chicago. Dit plakte zij als adres op
den koffer en bezorgde dien als bestelgoed op den spoor
trein. Nog altoos beducht voor de gevolgen, liep zij nu
in haren angst de stad in, alwaar zij wegens hare blijk
bare gejaagdheid de aandacht der policie gaande maakte,
totdat zij eindelijk werd aangehouden door een agent,
wien zij dadelijk openhartig alles vertelde. Het geval
gaf aanleiding tot eene breedvoerige discussie tusschen
de civiele en de militaire rechters, na afloop waarvan
de beschuldigde (zonderling genoeg als eenige getuige
beëedigd) veroordeeld werd tot eene boete van 500 dol
lars en twee jaren dwangarbeid, omdat zij een soldaat
in het deserteeren geholpen en daarna door onvoorzich
tigheid zijn dood veroorzaakt had. Intusschen hebben
de rechters bij den president der Unie een verzoek om
gratie ingediend, hetwelk men verwacht dat wel aange
nomen zal worden.
Een der oppassers in den zoölogischen tuin te
Londen miste uit zijne kamer een wollen deken. Toen
eenige dagen daarna een reuzenslang, wiens hok zich in
de onmiddellijke nabijheid van de kamer der oppassers
bevindt, hevig braakte, kwam de deken te voorschijn.
Geruim en tijd was te Sarreguemines bij Nancy in
Frankrijk alles in rep en roer wegens bet groot aantal
stoutmoedige diefstallen, die des nachts gepleegd wer
den zonder dat men er in slagen kon de daders op bet
spoor te komen. Een toeval beeft ten laatste tot de ont
dekking geleid, dat de dieven in de kazernen schuilden;
de bende, bestond uit een deel van het 8e regement
curassiers in overleg met een aantal ter slechter naam
staande vrouwen. De kazerne was zóo gelegen dat de
curassiers haar des nachts ongemerkt konden verlaten om
de beraamde strooptochten te ondernemen. De justitie
doet thans een gestreng onderzoek. De maarschalk
Forey heeft van zijne-zij de een dagorder uitgevaardigd,
waarin de wanordelijkbeden waaraan die militairen zich
schuldig maakten, naar waarde gebrandmerkt worden.
Het gerucht wil dat de keizer zou besloten hebben bet
geheele 8e regement curassiers te ontbinden; dat de
kolonel van het regement, hetwelk bovendien om zijne uit
spattingen van allerlei aard berucht schijnt te zijn, van
zijn rang ontzet zal worden, schijnt in ieder geval vrij
zeker. Hij is bereids door den minister van oorlog naar
Parijs ontboden.
De Belgische kamer van afgevaardigden heeft met
eenparigheid van stemmen, een krediet van 300,000 fr.
goedgekeurd voor de uitbreiding der telegraphische ge-
gemeenscbap. De rapporteur der centrale sectie heeft
in het verslag, betreffende deze aangelegenheid, ten na-
drnkkelijkste doen uitkomen, dat de prijzen der tele
grammen zoo laag mogelijk moeten worden gesteld,
omdat de staat liet monopolie heeft. De minister van
binnenlandsche zaken heeft verklaard, voornemens te
zijn, de prijzen tot op de helft te verminderen, maar voor
alsnog de zaken op den tegenwoordigen voet te moeten
laten, omdat de aanleg van nieuwe lijnen en de uitbrei
ding van het dienstpersoneel den staat groote lasten
oplegt.
De Araerikaansche generaal Mac Clellan, vroeger
in dienst der regeering te Washington, is met zijne echt-
genoote en zijn zoon te Liverpool aangekomen. Zijn
plan is om gedurende een jaar in Europa te vertoeven
en een bezoek aan verschillende rijken te brengen.
Als vrij zeker wordt gemeld dat de Fransche academie
in plaats van het overleden lid d'Ampère, keizer Napoleon
zal benoemen, als gevolg van de uitgifte van zijn werk
Het leven van Julius César. De keizer moet op die
ouderscheiding voornamelijk daarom gesteld zijn, omdat
Napoleon I ook lid der academie was. Indien dit bericht
zich bevestigt, dan zullen zeker de redevoeringen ter
gelegenheid van de receptie des keizers in de academie
uitgesproken, in hooge mate de belangstelling wekken
De ook hier bekende Duitscbe improvisator, de
heer Beermann, heeft het voornemen te Amsterdam eene
voordracht te houden.
JSaargerSïjke §«an«S.
Middelburg. Eerste huwelijksafkondiging den 5
dezer: J. Harms, jm. 34j. met M. Sturm, jd. 41 j.
(Van 28 Januari tot 4 Februari.)
Vlissingen. Gehuwd: H. A. Blaak, jm. 30j. met W.
Teunissen, jd. 23 j.
Bevallen: J. W. van der Plank, geb. Haccou, d. S. de
Roos, geb. Schaap, z. C. M. Willemse, geb. Baan, d. M. J.
van den Ende Meynderts, geb. Meijer, z. C. J. Ratelband,
geb. Slootmans, z. J. van Merkom, geb. van den Broeke,
d. A. T. Sesee, geb. van Raust, z. C. J. Vader, geb. Kas-
teele, z. A. de Vey Mestdagh, geb. Sitter, z. L. Theune,
geb. Stroo, z. A. H. Limperg, geb. Klumper, z.
Overleden: T. C. Ie Febre, jm. 31 j. H. Wijkhuisen,
z. 2 m. W. P. Timmers, z. 6 w. S. L. Maas, d. 7 m. W.L.
J B. J. Remeeus, man van P. J. Franke, 45 j. A. W. van
Beuningen, z. 13 dagen.
I Goes. Bevallen: M. J. Clement, geb. Rijn, z. T. Rei-
j jerse, geb. Olree, z. M. J. van Kalmthout, geb. Alberts, z.
Zierikzee. Gehuwd: G. Mulder, jm. 29 j. met N. A.
van Ree, jd. 28 j. J. Buijk, jm. 30 j. met C. S. Mulder, jd.
27 j. L. Messel, jm. 23 j. net P. Knoops, jd. 28 j.
Bevallen: A. Bijkerk, geb. Ilogerheide, z. E. J. van
Popering, geb. Lokker, d. E. E. van Beveren, geb. Ber-
wald, z. W. van Nieuwland, geb. Hendrikse, z. C. J. Ie
Clercq, geb. Brandt, d.
Overleden: J. Boeije,"weduwn. 74 j. P. J. Verseput,
d. 17 maanden.
Meteorologische waarniemiïigeai,
gedaan op 's rijks werf te Vlissingen, des middags 2 ure
Januari Februari 1865.
Wind.
0
p
3
S
1
3
O
hu p
e
3
e
|0
Aanmerkingen.
P
2
erf
I
s g
t/T
1
erf
29
W.t.N. l'
760.4
3.6
0.76
5 04
03
bewolkt helder.
30,Z ZO. 11
747.0
1.2
0.97
5.58
0.0
betr. sneeuw mist.
31
Z. ZW.| 9
745.9
5.4
0.94
7.06
6.0
bew. betr. regen.
1
Zw.t.Z. j 7
736.6
7.0
0.97
8.00
22.2
licht bew.heiig reg.
2
Zw.t-Z. 8
742.6
7-4
0.91
7.70
5.4
bewolkt regen.
3
Z. t. 0. 2
742.7
6.6
0.97
7.80
5.0
bew. mist regen.
410. NO.i 7
752.0
-03
0.91
4.86
4.0
betrokken sneeuw.
I
De grootste wind
kracht is geweest den
Z.6S°W.
18 Januari dej mor
of 8,7
781,7
3
0,89
S,S3
6,88
gens te B nren.W. t.Z.
Zw. l-W.I
Gemiddelde druk 41
èw- f
p. op de Tierkante el,
twaarate druk 70 p.
1
op de Tierkante el.
De onderste regel berat de opgaaf der gemiddelde meteorologische
waarnemingen gedurende de maand Januari, des middags te 2 uren.
Thernioftaeterstamd.
6Febr.'s av. 11 u. 34 gr.
7 'smorg.7u.34gr. 'smidd.l u. 38 gr.'sav. 11 u. 41 gr.
8 's morg. 7 u. 38 's midd. 1 u. 39 gr.
Algemeen overar.icht.
Gisteren zijn in Engeland de zittingen van bet parle
ment geopend met eene troonrede, welke onze lezers in
I dit noinmer zullen aantreffen. Het stuk munt uit door
j zijne algelieele kleurloosheid, zoowel wat buitenland-
sche als binnenlandsche aangelegenbeden betreft,
j In het hoogerhuis en lagerhuis zijn gisteren tevens
de adressen van antwoord op de troonrede met groote
meerderheid aangenomen. In het laatstgenoemd staats
lichaam hadden over het ontwerp-adres gecne belang
rijke debatten plaats; in eerstgenoemde vergaderiug
bleek uit de disenssiën dat de regeering de neutraliteit
in de Amerikaansche aangelegenheden streng zou hand
haven en dat zij de nadere bemiddeling van Portugal
zou aannemen.
Men zal zich herinneren dat door eenige leden van
het Oostenrijksch huis van afgevaardigden onlangs eene
interpellatie tot het ministerie werd gericht betrekkelijk
de quae3tie der hertogdommen. De regeering verklaarde
toen de verschillende tot haar gerichte vragen te zullen
beantwoorden, zoodra Pruisen omtrent de laatste depecbe
uit Weenen afgezonden baar gevoel zou hebben mede
gedeeld. Dit heeft thans, gelijk men weet, plaats gehad.
De heer von Bismarck wenscht wij hebben dit reeds
medegedeeld de eindregeling der quaestie uit testel
len tot dat de „Pruisische" kroonsyndici omtrent de
aanspraken der verschillende pretendenten op den troon
van Sleeswijk-Ilolstein hun advies zullen hebben uitge
bracht. Stemde de Oostenrijksche regeering hierin toe,
dan zou dit de kroon zetten op hare slaafsche onderda
nigheid aan Pruisen, in den laatsten tijd ook gedurende
het bestuur van den minister von Mensdorff zoo ruim
schoots gebleken. Een votum van wantrouwen zou voorts
in het huis van afgevaardigden te Weenen niet achter-
terwege blijven.
Alvorens op de interpellatie in dit staatslichaam ge
daan te antwoorden, heeft de Oostenrijksche regeering
than» nog eerst graaf Karolyi met eene nieuwe depeche
naar Berlijn gezonden. Volgens de daaromtrent, in de
Weener officiëele kringen in omloop zijnde geruchten
dringt de minister von Mensdorff in dit stuk op eenige
meer bepaalde inlichtingen aan omtrent de plannen van
Pruisen ten opzichte der hertogdommen. Volgens de
Oest. Zeitung zou graaf Karolyi niet bij depeche maar
persoonlijk, met goed gevolg, Pruisen tot de gevoelens
van Oostenrijk hebben overgehaald.
Waarschijnlijk zal echter een nieuw ontwijkend ant
woord aan Oostenrijk ten deel vallen. De heer v. Bismarck
toch koestert voor het oogenblik niet den minsten eerbied
of vrees voor Oostenrijk,hetwelk een gedeelte zijns legers
ontwapent en allerlei bezuinigingen maakt, tot dit alles
door dringende noodzakelijkheid gedwongen. De Pruisi
sche regeering daarentegen spaart geene uitgaven tot
versterking van leger en vloot. Vooral aan de vloot
schijnt het ministerie von Bismarck, nu het de havens
van Sleeswijk en Holstein bezit, eene belangrijke uit
breiding te willen geven. De minister van oorlog en
marine, von Roon, wenscht daartoe eene leening uit te
schrijven van 112 millioen gulden.
Behalve al deze verschijnselen, waaruit wel niet blij
ken kan van eenige geneigdheid tot concessiën aan
Oostenrijk inde quaestie der hertogdommen, valt ook
op te merken dat sedert eenigen tijd petitiën bij de
regeering te Berlijn inkomen, waarbij zeer wordt aange
drongen op de inlijving dier gewesten bij Pruisen. Men
is derhalve ook reeds bezig om een „nationaal verlan
gen" in gereedheid te brengen, waarop de heer von
Bismarck zich ter gelegener tijde zal kunnen beroepen.
De „volkswil in de hertogdommen" voorgesteld dooreen
adres van den baron von Scheel Plessen, „het nationaal
verlangen in Pruisen," voorgesteld door eenige petitiën
der aanhangers van den heer von Bismarck, meest offi
cieren, en men heeft de bouwstoffen voor het inlij
vingsdecreet.
Het vertrek van koningVictor Emmanuel naar Florence
blijft het onderwerp der beschouwingen van de Italiaan-
sche dagbladpers. Volgens sommiger beweeren zou dit
moeten worden toegeschreven aan het verlangen der
Fransche regeering om reeds thans in de troonrede, op
aanstaanden Woensdag bij de opening der zittingen van
wetgevend lichaam en senaat uit te spréken, Florence
als werkely ke hoofdstad van Italië te kunnen beschouwen.
Turijn was intusschen gedurende de laatste dagen
rustig en de Italiaansche regeering geeft steeds blijk
van hare gezindheid om die stad op verschillende wijze
te bevoordeelen. Zoo heeft zij dezer dagen aan de aan
deelhouders der in aanleg zijnde spoorweglijn van Turijn
I naar Savona zes percent als minimum van intrest ge-
waarborgd. Door deze spoorweglijn erlangt Turijn het
i belangrijk voordeel om in directe verbinding met de
kust der Middellandsche zee te worden gesteld.
Het Spaansck dagblad Epoca beweert de door Spanje
aan Peru gestelde vredesvoorwaarden te kennen en deelt
deze mede. Zij komen echter geheel overeen met de
onzen lezers reeds bekende en verraden weinig geneigd
heid tot toenadering. Neemt Peru deze voorwaarden aan
dan kan daaruit wel blijken dat het op de ondersteuning
der Zuid-Amerikaansche republieken weinig hoop durft
bonwen en zijne eigene krachten tegenover Spanje wan
trouwt.
Openingsrede in het Engelsch parlement.
In naam van koningin Victoria werd gisteren het
j Engelsch parlement geopend met eene troonrede, waar
aan wij het belangrijkste ontleenen:
i „De onderhandelingen, welke door den keizer van
Oostenrijk en den koning van Pruisen met Denemarken
j zijn gevoerd, hebben tot een vredestractaat geleid, ter-
wijl voorts de mededeelingen, door de koningin van de
vreemde mogendheden ontvangen, baar de hoop doen
koesteren dat men geenerlei nieuwen oorlog in Europa te
duchten heeft.
„De burgeroorlog in Noord-Amerika duurt ongeluk-
I kigerwijze nog voort. De koningin is onwrikbaar in haar
j besluit om ten opzichte der strijdende partijen eeno
I strikte onzijdigheid te handhaven; eene verzoening tus-
schen deze zou haar hoogst aangenaam wezen,
j „Een Japanneesch Daimio, in opstand tegen zijn
I souverein, heeft de rechten geschonden, welke bij trak-
I taten aan Engeland en sommige andere mogendheden
waren verleend. Daar nu het Japanneesch gouverne-
ment dezen opstandeling niet dwong om zich van verdere
1 onwettige handelingen te onthouden, hebben de diplo-
S raatieke agenten en bevelhebbers der aldaar aanwezige
eskaders van Engeland, Frankrijk, Nederland en de
Vereenigde Staten van Noord-Amerika eene gemeen-
schappelijke expeditie ondernomen met het doel om
de rechten te doen eerbiedigen door hunne verschillende
1 regceringen bij tractaat verkregen. Deze krijgsoperatie
is met een zeer gunstigen uitslag bekroond geworden
1 en het resultaat daarvan heeft zoowel waarborgen opge-
leverd voor den buitenlandsclien handel als nieuwe
j kracht geschonken aan de regeering van Japan, waarmede
de regeering van hare majesteit in vriendschappelijke
verstandhouding staat. De documenten op deze zaak
1 betrekking hebbende zullen u worden voorgelegd.
„Hare majesteit betreurt het ten hoogste dat de
I oneenigheden met eenige inlandsche stammen van
j Nieuw-Zeeland nog niet zijn geëindigd, maar de voor-
