MIDDELBURGSCHE COURANT. iv°- 2. Dinsdag 1865. 3 Januari. Editie van Maandag avond 8 ure'. 1IERB HSTEWIMfi. De Burgemeester en Wethouders van'd'e gemeente Hontenisse Maken bekend, dat do herbesteding van den bouw van vier SCHOOLLOKALEN B ftM&WMERSWONIM, bij publicatie van den 17 dezer aangekondigd tegen den 17 Januari 1865, bij nadere regeling thans bepaald is op Woensdag den 18 derzelfde maand; en dat de aanwij zing in loco daags te voren, en alzoo op den 17 Januari, zal plaats hebben. Hontenisse, den 27 December 1864. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. SERGEANT, LJ., Burgemeester. J. VAN BRABAND, Secretaris. VmOTlKG VAN OBLIGATION. De Burgemeester van Colijnsplaat maakt bekend dat van de Geldleening van f 15000 voor de begrinding van wegen ten laste dier gemeente aangegaan, zijn uitgeloot de Obligatiën no. 14, 61 en 103, ter aflossing na den 1 Januari 1865. De Burgemeester voornoemd, J. H. BIJBAU. Otnncnlimö. Middelburg 2 Januari. Omtrent het bestaan der keelziekte alhier wordt ons door den secretaris der plaatselijke geneeskundige com missie het volgende welwillend medegedeeld: „Indien ik, bij al de geruchten die in de laatste dagen gecirculeerd hebben betrekkelijk, de ksvaardaardige keelontsteking (angina diphtheritica), tot dusver u niets daaromtrent heb medegedeeld, dan is dit geheel te wijten aan de onzekerheid die alsnog over die ziekte, zooals zij zich thans bij ons vertoont, blijft bestaan. Deze beeft gemaakt dat tot dusver geen officieel bericht aan de autoriteit is kunnen gedaan worden van het werkelijk aanwezig zijn van diphtherina, omdat het kenmerkende beeld aan de ziekte blijft ontbreken. Met dat al houd ik het er voor dat zij werkelijk in onze gemeente aanwezig is en dat zij, op de wijze van andere epidemiën, tot dus ver de bevolking in geringe mate aandoet zonder groote neiging te betoonen om zoogenaamd door te brekentoch valt omtrent haren toekomstigen loop weinig te voor zeggen. Hoewel nu cle keelontstekingen in de laatste dagen een meer dan verdacht karakter hebben vertoond, zijn zij in den regel noch algemeen verbreid, noch kwaadaardig te noemen. In het algemeen hebben zij in de schatting de kinderziekte overschaduwd en toch is deze ziekte alsnog volstrekt niet geweken en heeft zij zich in den laatsten tijd wederom meer vertoond dan vroeger. Zij blijft haren gewijzigden, in den regel gunstig verloopenden vorm behouden en houdt zich schier uitsluitend op bij de minder welgestelde bevolking." De commissie der loterij van vrouwelijke handwerken en andere voorwerpen ten behoeve der armen alhier, heeft voor de aanstaande verloting van H. K. H. prinses Frederik der Nederlanden weder een geschenk ont vangen. De Staatscourant van Zaturdag deelt de wetten mede van den 20 December 1864, houdende vaststelling der begrooting van uitgaven voor de gestichten te Oramer8chan8 en te Veenhuizen, dienst 1865; van 22 December 1864, tot wijziging van hoofdstuk III a der staat8begrooting voor het dienstjaar 1863, alsmede die tot regeling der ontvangsten en uitgaven van het pen sioenfonds voor burgerlijke ambtenaren over het jaar 1865. In bet nommer van heden zijn opgenomen de wetten van den 28 December 1864, tot vaststelling der begroo ting van uitgaven voor de algemeene landsdrukkerij, dienst 1865; tot wijziging van de hoofdstukken II, VII a en VII b der staatsbegrooting voor 1863. Voorts het koninklijk besluit van den 28 December 1864, houdende vaststelling van bepalingen lOintrent de bezoldiging van de adjunct-commieseil en klerken bij de ministeriëele departementen. 1 De minister van biiinenlandsche zaken beeft bij den rijkstelegraaf benoemd tot opi&chter 2e klasse de op zichter 3e klasse H. yan Erkel: tot telegraphist 3e klasse, na afgelegd examen, de leerlingen-telegraphist M. A. Schut en R. J. Mahieu. Dezer dagen zijn weder 11 surnumerairs benoemd bij de dienst der staatsspoorwegen. Niet minder dan 1800 personen dongen naar eene aanjtelling, Arnhct Volgens bcrigt uit Dctmold heeft de commissie voor den aanleg van den spoorweg van Karlshafen over Det- mold, Bielefeld, Halle, Munster en Ochtrup naar En schedé, zitting houdende in eerstgemelde stad, van de regeering de toezegging ontvangen, dat de aangevraagde concessie zal worden verleend, indien voor ultimo December 1865 het noodige kapitaal is volteekend. Be doelde commissie heeft tevens het plan om een zijtak aan te leggen van Detmold naar Rheine, benevens ande ren van Ochtrup naar Rheine en van Munster over Koesveld naar Winterswijk. In de Donderdag gehouden zitting van den gemeen teraad te Rotterdam is ingekomen het rapport van bur gemeester en wethouders in de quaestie van het rijks- ontwerp tot aansluiting van spoorwegen langs die stad. Het rapport concludeert in beginsel te beslissen Dat de verbinding met Feijenoord plaats zal hebben door middel van eene vaste brug over de rivier, onge veer op het punt, waar dit in het gewijzigd ontwerp is aangewezen; en dat de aanleg van het Westerkanaal zal plaats hebben volgens het bedoeld ontwerp, gewij zigd als dit nader mocht blijken raadzaam te wezen. Zijn dan deze punten door den raad aangenomen, dan stellen burgemeester en wethouders voor, verder te be palen: 1. dat het belang van Rotterdam niet medebrengt dat eene verbinding van de drie in de zaak betrokken spoorwegen te dier stede tot stand komt; dat, voorzoo- veel Rotterdam aangaat, de aansluiting ran den staats spoorweg ook met het oog op de bij het ontwerp bedoelde opneming van het eiland Feijenoord in de 8poorweglijn voldoende zal wezen wanneer het eindsta tion wordt gevestigd in de nabijheid van de brug aan de overzijde der rivier, en dat alzoo op het ontwerp, zoo als het ligt, niet gunstig kan worden geadviseerd, maar 2. dat evenwel aan de liooge regeering zal worden ver klaard, dat wanneer de voorgenomen directe vei binding van den Zniderspoorweg met de Hollandsche- en Rijn spoorwegen volgens het tegenwoordig ontwe p moet worden tot stand gebracht in het algemeen rijksbelang, daaraan in dat geval, onder aanbeveling van sommige wijzigingen, de verlangde medewerking zal worden ver leend. Op voorstel des voorzitters is besloten al de stukken te doen drukken en ronddeelen', terwijl de discussiën een aanvang zullen nemen over drie weken. Benoemingen en besluiten. ridderorden. Vergunning verleend aan jhr. rar. Hel- dewier, Zr. Ms. minister-resident te Turyn, tot bet aan nemen en dragen der versierselen van groot-officier der orde van de heiligen Mauritius en Lazarus, hem door Z. M. den koning van Italië geschonken; aan den beer D. van Hoytema, secretaris-generaal van het ministerie van financiën, tot het aannemen en dragen der onder scheidingsteekenen van kommandeur derzelfde orde en aan den heer P. H. B. Motké, hoofdinspecteur der directe belastingen, in- en uitgaande regten en accijnsen bij het departement van financiën, tot het aannemen en dragen der ouderscheidiugsteekonen van officier mede derzelfde orde, hun beide door Z. M. den koning van Italië geschonkenaan mr. P. J. A. M. van der Does de Wille- bois, commissaris des konings in Limburg en aan jhr. G. J. G. Klerck, adviseur belast met de leiding van den aanleg der staatsspoorwegen, tot het aannemen en dra gen der versierselen van de ridderorde der Kroon 2e klasse, eerstgenoemde met de ster, hun beide door Z, M. den koning van Pruisen geschonken. erger. Benoemd bij het personeel vap de miljtaire veterinaire dienst, bij het le regement dragonders, tot paardenarts le klasse (naar ouderdom van rang), de paardenarts 2e klasse F. A. Ludwig, werkzaam bij de Koninklyke militaire akademie. Benoemd bij het wapen der infanterie tot 2en luite nant: bij het le reg., de sergeanten J. de Blom, van het reg. grenadiers en jagers, F. P. Sievers en II. J. C. Bone- raeijer, van het 3e reg.; bij bet2e reg., de sergeanten J. van der Meer, van het 7e, J. J. Geers, van het 4e, en N. H. J. Gilissen, van het 3e reg.; bij het 3e reg., de ser geanten J. van Maaren, van het instructie-bataillon, A. Bogaert, van het corps, en G,H. Veerman, van het 6e reg.; bij liet 4e reg., de sergeanten W. G. Haarman, van het corps, W. P. Stutterheim, van het le reg., M. A. de Mei- jier, van het regement grenadiers en jagers, en C. W. F. H. M. Himtinx, van het 5e reg.; bij het 5e reg., de ser geant C. van Leeuwen, van het le reg.; bij het 6e reg., de sergeant-titulair J. A. Vink, van bet corps, alsmede de sergeanten T. A. J. Roersch, van het 4e, en J. H. F. Ritter van het 3e reg.; bij het 7e reg. de sergeant W. G. Tennissen, van het le, en de sergeant-titulair J. Lojenga, van het 8e reg.; bij het 8e reg., de sergeanten P. J.leJolle, van het 7e, en C. J. Ouwerling, van het 3e reg. Benoemd bij het wapen der artillerietot2en luitenant bij het 2e reg. vesting-artillerie, de sergeant C.J.P. Kaub, van het le reg. vesting-artillerie. belastingen. Benoemd tot ontvanger en visiteur der in- en uitgaande rechten te Eysden (station), de heer H. J. H. Berntz Naus, thans ontvanger der directe belas tingen, in-en uitgaande rechten en accijnsen te Swalmen; tot ontvanger der in- en uitgaande rechten te Eysden (land), de heer C. F. L. Gram, thans commies le klasse van 'srijks belastingen te Tilburg. Kerknieuws. Op oudejaarsavond heeft de heer J. H.Dumans, predi kant te Zierikzee, aan wien op zijn verzoek onlangs eervol emeritaat was verleend, te rekenen ran 1 Januari 1865, een hartelijk en treffend afscheid genomen van de Nederduitsche hervormde gemeente aldaar, sprekende naar aanleiding van I Jolis. II: 18a. Na het uitspreken van den zegen bij het einde der godsdienstoefening werd door de gemeente aangeheven Psalm CXXXIV3. Marine en leger. Do officier van administratie le klasse C. J. M. Koop man, dienende op Zr. Ms. wachtschip te Hellevoetsluis, en de officier van administratie 3e kl. M. D. L. Hertzveld, dienende op Zr. Ms. wachtschip te Willemsoord, worden, de eerste met 20 en de tweede met 15 Januari a. op non-activiteit gebracht. Daarentegen worden de officier van administratie le klasse M. J. Duvelaer van Campen en de adjunct-adm. F. W. Merhottein, beiden thans non- actief, respectievelijk met 21 en 16 Januari a. geplaatst, eerstgenoemde op het wachtschip te Hellevoetsluia en laatstgenoemde op het wachtschip te Willemsoord. Men schrijft uit'sHage: Thans is bekend gewor den de uitslag van het examen voor den rang van 2en luitenant bij de infanterie afgelegd, door vijf onder officieren van het instructie-bataillon te Kampen. Van gemelde 5 onderofficieren zijn slechts twee, met niet bijzonder hooge nommers, geplaatst, Met geen mogelijk heid kan men de oorzaak gissen van dien ongunstigen uitslag, aangezien het onderwijs bij het instructie-ba taillon steeds met dezelfde nauwgezetheid en zorg is gegeven en de leerlingen niet minder goed begaafd waren dan altijd het geval is geweest, terwijl de com missie bij het voorloopig examen met de uiterste ge strengheid is te werk gegaan. Wij hopen en vertrouwen, dat bij het eindexamen strikte rechtvaardigheid heeft voorgezeten, ofschoon wij den uitslag voor de belang hebbenden zeer betreuren. (Ulr. dagblad

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1865 | | pagina 1