MIDDELBURGSCHE C O R A N T. N°- 202. Dingsclag 20 December. 1864. Editie van maandag avond 8 ure. MiclUlelluas-g 19 december. Bij de kamer van koophandel en fabrieken alhier is ontvangen en voor. belanghebbenden ter inzage gelegd: een verslag van den handel van België, gedurende 1863, benevens het verslag van den handel en de scheepvaart van Groot-Brittanje over september en de 9 maanden geëindigd den 30 dier maand. Z. K. H. de prins van Oranje is donderdag avond van Parijs naar de residentie teruggekeerd. Volgens het Utrechtsch dagblad zal de heer mr. Groen van Prinsterer, wegens redenen van gezondheid, zijn mandaat als volksvertegenwoordiger nederleggen. In de donderdag gehouden zitting van den gemeente raad van Rotterdam is ingekomen een voorstel van bur gemeester en wethouders, om overeenkomstig het advies der kommissie voor de plaatselijke werken het museum Boymans in eigen beheer weder op te bouwen, in den zelfden stijl waarin het vroeger bestond, zullende het gebouw dan tevens strekken tot bewaarplaats van het archief, terwijl in geen geval de akademie van beeldende kunsten en technische wetenschappen er weder in geves tigd zal mogen worden. Met dit doel vragen burgemees ter en wethouders een krediet van f 75.000. Te Rotterdam is een „Nederlandsche volksbank" op- gerigt, met het doel om ecne geldelijke uitkeering te verstrekken bij gebrek aan werk en bij ziekte van hare leden, waarbij men wel inzonderheid op werklieden het oog heeft, en zulks tegen betaling eener promie, welke van wege de direktie per week, bij vooruitbetaling, wordt geinkasseerd, zoo als in de tarieven, bij de statuten ge voegd, vermeld staat. De minste premie per lid in de week is gesteld op 5 centen, waartegen eeno eventuele uitkeering gedurende 4 weken van 1 overstaat. Er zijn vijf klassen, voor de uitkeeringen, in 4, 6, 8, 10 en 12 weken. Om tot lid te worden aangenomen, moet men ten minste 20 jaren oud zijn en gedurende één jaar in ééne en de zelfde betrekking werkzaam zijn geweest en nog in die betrekking voor onbepaald vasten tijd verbonden zijn. Deze gestelde termijn kan echter naar goedvinden der direktie worden verkort. De navolgende ambtenaren der posterijen zijn bij be sluit van zijne excellentie den minister van financiën met 1 januarij e. k. verplaatst: De kommies 2c klasse A. J. Schregardus, van het postkantoor te 's Gravenhage naar dat te Arasterdam de kommiezen 3e klasse P. J. C. van Schuijlenborgh, van het expeditie-kantoor vandeunederlandscheuRijdspoor- weg te Arasterdam, naar het postkantoor te Rotterdam; W. P. Alstorphius Grevelink, van het postkantoor te Haarlem naar het expeditie-kantoor van den nederland- schen Rijnspoorweg te Amsterdam; F. C. Pastor, van het postkantoor te Schiedam naar het postkantoor te Rotter dam; H. J. M. Bouwmeester, van de inspektie te Zwolle naar het postkantoor te 's GravenhageN. T. L. Klip pink, van het expeditie-kantoor van den nederlandschen Rijnspoorweg naar het postkantoor te Haarlem; de sur numerairs: J. M. J. Bast, van het postkantoor te Alkmaar naar de inspektie te Zwolle; jhr. J. G. M. van Bommel, van het postkantoor te Middelburg naar het expeditie kantoor van den nederlandschen Rijnspoorweg te Am sterdam; L. V. Wolff van Naerssen, waarnemende de directie te Wormerveer, naar het postkantoor te Rot terdam. (Baff61. v. Z.-Holl. en 's Grav.) De hoogleeraar Modderman te Amsterdam herinnert in het Volksblad ter gelegenheid van het bespreken van des heeren Wintgens gezegde in de tweede kamer, dat „ten gevolge van het niet-uitvoeren der doodstraf hier te lande de misdaden zouden zijn toegenomen," aan de statistiek der veroordeelde brandstichters in Gelderland van 1850—1858 (genomen uit mr. Staats Evers lijfstraf felijke regtspleging.) Slechts een doodvonnis werd in Gelderland sinds 1843 voltrokken, namelijk in 1855 te Apeldoorn op een veroor deelde wegens brandstichting. Welke kracht heeft dit „exempel" gehad? De veroordeelde brandstichters waren in: 1851 r 0 1852 0 1853 0 1854 2 1855 (het exempeljaar) 1 1856 5 1857 0 1858 3 Wat volgt hieruit? a. De 3 jaren na het exempel leverden juist viermaal zoo veel brandstichters op als de 4 jaren, die aan het exempeljaar voorafgingen b. Het jaar 1856, dat op het exempeljaar onmiddellijk volgde, zag het getal brandstichters vervijfvoudigen! e. In het jaar 1857 daarentegen, toen de tot 5 maal her haalde gratie van 1856 versch in het geheugen lag, sche nen do brandstichters plotseling als uitgestorven. d. En waar werd in Gelderland, het eerst na het exem pel, brandstichting gepleegd? Te Apeldoornd. i. in de zelfde gemeente, waar het exempel gegeven was De heer Modderman zegt ten slotte: Wij beweren volstrekt niet, dat aan de exekutie van 1855 de vermeerdering van 1856 te wijten zou zijn. „Maar dit beweren wij, dat de medegedeelde cijfers op nieuw bewijzen, dat de misdrijven kunnen toenemen,ook dan wanneer men door den strop eerbied voor het leven en de bezittingen van den naaste wil inprentendat het eeno statistische dwaling en enne juridische ketterij is, wanneer men het toenemen der misdrijven aan het niet- voltrekken der doodstraf toeschrijft en in de uitvoering dier goddelooze straf een geneesmiddel tegen die (ware of vermeende) toeneming wil zoeken." Benoemingen en besluiten. ridderorden. Vergunning verleend aan den heer R. C. Cankrien, konsul-generaal der Nederlanden te Ant werpen, tot het aannemen en dragen der versierselen van ridder der orde van het Legioen van eer; en aan den heer C. B. H. von Rosenberg, ambtenaar belast met het doen van natuurkundige onderzoekingen in Neder- landsch-Indië, tot het aannemen der versierselen van ridder der orde van den Kiihriuger Leeuw, hem door Z. K. H. den groothertog van Baden geschonken. marine. Bevorderd tot luitenants ter zee 2e klasse de adelborsten le klasse F. W. Hudig; J. T. F. Bruijn; jhr. H. M. van der Wijck; J. van Herwaarden; E. J. Hoos; J. P. J. LucardieF. A. J. P. van AlplienH. W. Steffelaar J. C. A. Wissel; H. J. de Wal; O. C. A. J. Moreau en W. M. E. Bervoets. Overgeplaatst in rang en ancienneteit de 2e luitenant D. Brakel van het 5e regement infanterie bij het wapen der infanterie van het leger in Oost-Indië. Onderwijs. Volgens den in het licht verschenen Almanak van het leidsche studenten-korps voor 1865 bedroeg het aan tal studentenin de geneeskunde 90, regten 283, god geleerdheid 89, wis- en natuurkunde 19 en letteren 31 dus in het geheel 512. In de verklaring van de beteekenis der woorden zijn eenige aspirant-hulponderwijzers bij het najaars examen te Groningen al zeer zonderling geweest. De kommissie kan zich, in het door haar uitgebragt en door de Staatscourant van heden opgenomen verslag van den uitslag van dat examen, niet weerhouden een paar proe ven mede te declen. Er was opgegen uit Genabeth's Bloemlezing, door dr. Renssen, blz. 174, de Tijd «Gij schetst mij oudWaarom? Bekrompen dwazen! Verraadt mijn vlijt u dau een trager bloed Nog bruischt bet als de zee, wen stormen razen Geen bliksemjlils bereikt mijn snellen voet." De volgende voorbeelden zijn letterlijk afgeschreven: Bekrompen zuinig, armoedig, niets te bezitten. Razen een gedurig geluid uit den mond voortbren gen, waarbij de mond gesloten blijft; een ander: razen beteekent eene werking van een persoon. Door deze wer king verstaat men dan het in kwaad tegen iemand te spreken. Bliksemjlils licht van den bliksem; een ander: dit woord bestaat uit twee enkelvoudige woordpn; deze zijn bliksem en schicht. Bliksem is de vuurstraal, die men bij onweder ziet, schicht beteekent bang zijn. Hij is bliksemschicht, zegt men van iemand die pikeer of bang voor den bliksem is. Nog een paar voorbeelden hoe enkelen volzinnen maak ten. De examinator verlangde dat sommige woorden, bij voorbeeld inbreuknoodwendig, in goede zatnengestelde volzinnen zouden gebruikt worden. Nu schreef er een bij Inbreuk. De mannen die achter ons wonen zijn naar Rotterdam geweest en aldaar inbreuk gedaan in het huis van den heer N. Een ander bijNoodwendig. Om hem te verzenwen, zal men noodwendig een wagen moeten gebruiken, daar hij gaan kan. Nog een ander: Noodwendig-. De kogel had hem het hart doorboor/, noodwendig was er geen hoop op genezing. Vele van deze voorbeelden zegt de kommissie verraden zoodanig gebrek aan gezond verstand of althans aan ontwikkeling, en bij anderen springt eene hoogst bekrompen taalkennis en eene verregaande slordigheid zoodanig in het oog, dat men twijfelen moet of zulke personen wel ooit de nederlandsche taal zullen leeren, laat staan goed onderwijzen. lialoiiicii. Eene depeehe, gedagteekend Batavia 15 november, medegedeeld door de Nieuwe rotterdamsche courant, luidt als volgt „De rust te Tagal is hersteld. Er zijn 135 inlanders in arrest genomen. De hoofdaanvoerder is doodgeschoten. ISivierbcrigten. Voor Keulen was vrijdag morgen geen ijs in de rivier. Voor Arnhem was vrijdag zooveel drijfijs, dat de ge meenschap met de overzijde van den Rijn slechts door roeibooten kon plaats hebben en de pont geen dienst kon doen. Te Nijmegen is donderdag morgen de gierbrug weg genomen. Er bevindt zich drijfijs in de rivier. Ook stoombooten en schepen zoeken veiligheid in de haven, maar het lage water belemmert zeer hunne pogingen, om daar binnen te geraken. Uit Westervoort meldt men dat donderdag ten gevolge van het menigvuldige drijfijs de schipbrug over den IJssel is weggenomen. De Maas voor Rotterdam is vrijdag bijna geheel gevuld met drijfijs, zoo dat de stoombooten, die het nog gewaagd hadden te varen, hunne passagiers en goederen met groote moeite hebben kunnen lossen, van wege het menigvuldige ijs dat zich ophoopte voor den wal; onder anderen de „Stad Heusden" had daarmede zwaar te kam pen, en zou, na gelost te hebben, de scheepstimmerwerf teDelfshaven trachten te bereiken. De nijmeegsche boot die nog plan had om te varen, heeft met de grootste krachtsinspanning, met nog andere vaartuigen, de haven kunnen bereiken. De brielsche boot „Maasnymph uo. 2" geraakte, van wege het lage water, een eind wegs van Rotterdam aan den grond, is door de boot „Maas- nymph no. 1" afgeholpen en zou nog trachten de reis te vervolgen, terwijl de andere boot in de haven eene vei lige ligplaats zoeken zou. Uit Wijk bij Duurstede meldt men van vrijdag: Op heden 's middags 2 ure stond het water 5,88 el. In de laatste 24 uren gevallen 0,06 el. Gisteren in den vroegen morgen was de rivier met eenig drijfijs bedekt, dat in den loop van den dag tot heden morgen vroeg, sterk toenam. Ongeveer 9 a 10 ure (dezen morgen) heeft het ijs, boven den Roodvoet, zich vastgezet; voor deze stad blank water.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1864 | | pagina 1