MïDDELBÜRGSCHE COURANT. N° 166. Dingsdag 1864. 18 Oktober. flJinnenlanïr, Edilic van maandag avond 8 ure. AANBE§TE»ING. Op vrijdag den 28 October 1864, des voormiddags ten 10 ure, zal, onder nadere goedkeuring, door den commis saris des konings in de provincie Zeeland, of, bij zijne afwezigheid, doo,r een der leden van de gedeputeerde staten, en in bijzijn van den hoofdingenieur van den waterstaat, in het 11de district, aan het lokaal van het provinciaal bestuur te Middelburg, worden aanbesteed Het leggen van eenen Inlaagdijk in den Calamiteusen Vlietepolder. Deze aanbesteding zal geschieden bij inschrijvingen opbod. Het bestek ligt ter lezing aan het lokaal van het- minis terie van binnenlandsche zaken, aan dat van het provin ciaal bestuur van Zeeland, te Middelburg, en is voorts op franco aanvrage, tegen betaling der kosten, te bcko- bij den boekhandelaar M. Nijhoff, Raamstraat no. 49, te 's Gravenhage, en door zijne tusschenkomst in de voor naamste gemeenten des rijks. Zullende den 7en en 4en dag vóór de besteding de noodige aanwijzing in loco worden gedaan, en voorts nadere inlichtingen te bekomen zijn aan het bureau van den hoofdingenieur van den waterstaat te Middelburg en bij den aspirant-ingenieur te Goes. 's Gravenhage, den 1 October 1864. Van wege den minister, De secretaris-generaal, J. SCHRODER. middelburg 17 oktober. De gemeenteraad alhier zal aanstaanden woensdag, des namiddags ten één ure, eene openbare zitting hou den, ter behandeling van de begrooting der gemeente voor 1865 en daartoe betrekkelijke stukken. De gemeenteraad van Vlissingen heeft zaturdag middag eene zitting gehouden, welke des avonds werd voortgezet. Onder meerder is daarin behandeld de ge- raeentebegrooting voor 1865, waaraan het eindcijfer in ontvang en uitgaaf is vastgesteld op 132.352,94. Overigens zijn goedgekeurd verschillende rekeningen der aan de gemeente rekenpligtige administratiën. Eene door burgemeester en wethouders voorgedragene en doorjle kommissie voor de verordeningen onderzochte koncept-verordening op de veemarkt zal, alvorens in behandeling te worden genomen, aan de leden ter inzage worden gezonden. De voorwaarden van verpachting der tollen op den rijweg MiddelburgVlissingen, alsmede die van den rijweg VlissingenKoudekerke, zijn goedgekeurd. Een verzoek van den heer M. N. Baert om te worden benoemd tot scheikundige voor het onderzoek van het brood is tot do volgende zitting aangehouden. Aan burgemeester en wethouders is magtiging ver leend tot opname der nagelaten betrekkingen van den onderwijzer van Hoppen in het weeshuis. Het gewoon verslag van het in deze zitting verhandelde moeten wij tot een volgend nommer laten liggen. Uit Zuid-Beveland schrijft men ons: „De werkzaamheden aan den spoorweg op dit eiland zijn in het oostelijk deel aanmerkelijk gevorderd. Aldaar is de baan van den eersten Engelsehen polder tot aan den Obstpolder nagenoeg voltooid. In den Reigersberg- schen polder alleen ontbreekt nog een gedeelte. Eenige werklieden houden zich daarmede en met het houwen van een paar duikers bezig. De lijn heeft in dat ge deelte vooral eene geheel andere, meer landwaartsche rigting dan Conrad's kaart van Zuid- Beveland u aan wijst. Uit den Kruiningen polder loopt zij door den Nieuwlandschen-, den Maags-, den Nieuw Krabbendijke-, den Oost- en Stroodorpe polder in den Rcigerbergschen, door de Vinkenisse kreek, naar den eersten Engelschen polder. In dien polder, ofschoon naar ik meen met het bestuur over de legging eens, is men naar ik verneem nog niet begonnen. „In den Oost- en Nieuw Krabbendijke-polder en verder op zijn nog te weinig gronden onteigend om met vrucht te kunnen beginneii. „Van de bnteigeüing hoor ik weinig of niets meer. Het schijnt dat al de pogingen der kommissie op de hooge eischen hier en daar zijn afgestuit." f Men schrijft ons uit 's Gravenhage van 15 oktober: „Ter naauwernood is het onderzoek der begrootings- wetten voor 1865 in de sektiën der tweede kamer afge- loopen, of er is reeds een voorloopig verslag verschenen en wel dat over hoofdstuk III A (buitenlandsehe zaken). Die spoed is niet verwonderlijk, aangezien het stuk weinig om 't lijf heeft. Het bevat de gewone reeksen van vragen, die de kamer jaarlijks gewoon is over de buiten landsehe aangelegenheden te doen, en begint met eene vermaning aan den minister, om voortaan al die zaken reeds uit eigen beweging in de memorie van toelichting- mede te deelen, hetgeen men meent dat de behandeling bekorten zou, wat wij echter niet gelooven, daar de medegedeelde bijzonderheden juist weder aanleiding tot nog driemaal meer vragen zouden geven. „Uit aanmerking der tijdsomstandigheden zou men over de betrekkingen van Limburg tot den duitschen bond maar niet veel sprekendoch sommige leden merk ten ter loops aan, dat de regering niet genoegzaam door drongen is geweest van het hooge belang eener strikt neutrale houding bij de beslissingen van de bondsverga dering, en daarbij hadden zij het oog op de houding van onzen gezant te „Frankfurt" (onze officiële stukken be nevens de Staatscourante durven nooit „Frankfort" spellen) bij sommige stemmingen over de geschiiien met Denemarken. „De minister heeft eene geringe verhooging voor zijne ambtenaren aangevraagd; doch als naar gewoonte waren er weder „velen" die dit ontijdig oordeelden en op eene algemeene regeling der traktementen wachtten. De kamer betuigt sinds eenige jaren aanhoudend dat het lot der mindere ambtenaren eenige verbetering eischt, doch zoodra een minister een voorstel daartoe doet, wordt het afgekeurd en verworpen. Daarentegen waren er enkele leden, die zich het lot der arme gezanten aan trokken en wenschten dat hunne traktementen verhoogd zouden worden. „Dat in dezen vvensch door andere leden niet werd gedeeld", zegt het verslag, „behoeft schier geen vermelding." „De kamer schijnt overtuigd, dat onze diplomaten het in den vreemde niet druk hebben, want zij uit den wensch, dat aan de sekretarissen van legatie en de atta chés de verpligting worde opgelegd, om van tijd tot tijd rapporten in te leveren omtrent den toestand der landen waar zij gevestigd zijn, hunne wetgeving, bestuur, finan ciën, handel, nijverheid, enz. Dit zou eene blijvende studie en oefening voor hen zijn, daar het examen, hetwelk zij bij de intrede in de diplomatische loopbaan afleggen, geen voldoenden waarborg voor latere kunde en geschiktheid oplevert. „Enkelen verlangden te weten of de nederlandsche vertegenwoordiger hij den pausclijken stoel stappen heeft gedaan in het belang van den aan zijne ouders ontrukten Coën en herinnerden daarbij aan het onzer zijds verrigte in de zaak van Mortara. Er waren echter leden die oordeelden, dat wij ons van alle inmeuging in de godsdienstige aangelegenheden van andere staten moeten onthouden." Betreffende de werken aan den hoek van Holland voor den rotterdamschen waterweg naar zee, vernemen wij dat deze geregeld voortgaan. Het landcinde van den zuidelijken dam is nagenoeg geheel gereed, terwijl het zeeëinde over eene lengte van ongeveer 90 ellen is afge werkt. Yoor de verlenging met 200 el zeewaarts zijn reeds zeven zinkstukken gezonken. Ook de timmer- en ijzerwerken worden met kracht voortgezet. Gemiddeld zijn aan deze werken dagelijks 80 personen werkzaam. Renocmingen en besluiten. ridderorden. Vergunning verleend aan mr. A. Uyt- tenhoovcn, sekretaris-generaal bij het departement van buitenlandsehe zaken, tot het aannemen en dragen der versierselen van groot-officier der orde van den Medjidiéh, hem door Z. M. den sultan van Turkije geschonken. leger. Benoemd hij den plaatselijken staf, tot kapitein plaatselij ken adjudant tier le klasse (naar ouderdom van rang) de le luitenant, plaatselijke adjudant der 2e klasse te 's Gravenhage J. A.J-Icngst; bij het wapen der infan terie, bij het 5e regement, tot len luitenant (naar ouder dom van rang) de 2c luitenant L. J. Krugers, van het korps; bij bet 6e regement, tot kapitein van de 3e klasse (naar ouderdom van rang) de le luitenant M. J. Hulswit» van het 3e regement. Benoemd bij het personeel van de militaire vétéri naire dienst: bij het le regement dragonders, tot paar denarts 3e klasse de veearts J. G. S. Arntz, geboren den 20 januarij 1843, te Millingen; bij bet 3e regement dragonders, tot paardenarts 3e kl. de veeartsR. J. Schouten, geboren den 4 mei 1844, te Utrecht; tot paardenarts 2e klasse (naar ouderdom van rang) de paardenarts 3e klasse E. H. A. H. Boude wij ns, van het korps; tot paardenarts 3e kl. de veearts A. F. Stickel Schoemaker, geboren den 13 maart 1842, te Amersfoort; bij het rege ment rijdende artillerie, tot paardenarts 3e kl. de veearts M. Stoffels, geboren den 2 augustus 1838, te Roermond. Overgeplaatst in rang en ancienneteit bij het wapen der infanterie van het leger in Oost-Indië, de 2e luitenant van het 8e regement infanterie J. C. Schmidt. burgemeesters. Benoemd tot burgemeester der ge meente Bruinisse de heer C. M. Voorbeytel. spoorwegen. Benoemd tot lid van den raad van toe- zigt op de spoorwegdiensten de heer G. Ulilenbeck, oud-minister van koloniën. policie. Op verzoek eervol ontslag verleend, met 31 december a., aan den heer J. W. Schreuder uit zijne betrekking van kominissaris van policie te Amsterdam, belastingen enz. Benoemd tot ontvanger der regi stratie voor de burgerlijke akten en der sukcessieregten te Leeuwarden de heer M. E. van Lidth de Jeude, thans ontvanger der registratie en domeinen te Schiedam. posterijen. Eervol ontslag verleend aan den heer II. Nijbuis uit zijne betrekking van direkteur van het postkantoor te Delfshaven. Benoemd tot direkteur van het postkantoor te Delis- haven de heer T. de Winter, thans direkteur van het postkantoor te Edamte Edam de heer J. P. van Steen bergen, thans geagreëerd klerk ten postkantore te Zwolle Hcrknieuws. Uit Zierikzee schrijft men ons„Het provinciaal kerkbestuur in Zeeland heeft aan den heer J.H.Dumans, predikant bij de hervormde gemeente alhier, op zijn ver zoek eervol emeritaat verleend, in te gaan met 1 januarij 1865. Door ongesteldheid van het zintuig des gehoors heeft hij zich tot het aanvragen daarvan verpligt gezien. In deze gemeente zal derhalve eene vakature ontstaan, hetgeen hier wel iets uien ws mag heeten; ja, ik geloof niet dat een tweede voorbeeld in ons vaderland is aan te wij zen van eene kerkelijke gemeente van vier predikanten, waar in een tijdvak van 23 jaren geene vakature is geweest, gelijk alhier het geval is; de heer Dunians is onze jongste predikant en heeft hier weldra 23 jaren het evaugelie verkondigd." Op het zestal van predikanten voor de ned. herv. gemeente te Delft zijn alfabetisch geplaatst de heeren dr. W. Astro, te Vlissingen; H. C. Bervoets, te Hattem; dr. W. TI. Krijt, te Berkel en Rodenrijs: dr. G. II. Lamers, te Scherpenzeeldr. F. L. Rutgers, te Soesterberg, en A. van Toorencnbergen, te Groningen. Tot predikant te Scheveningen is beroepen de beer J. H. Guldenarm, thans te Oosthein Abbega en Folsgara (Friesland). Marine cn leger. Heden is weder een twintigtal zieke militairen, uit hoofde van plaatsgebrek, uit de garnizoens-infirraerie van Vcere naar die van Middelburg overgebragt.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1864 | | pagina 1