schen Iconsul zijn daarop deze weinig gedisciplineerde
troepen uit de stad verwijderd. Inmiddels doen derge
lijke gebeurtenissen eene interventie der europesche
mogendheden weder niet onwaarschijnlijk achten.
De laatste mededeelingen uit Mexiko berigten dat lcei-
er Maximiliaan zijne hoofdstad zon verlaten om een
bezoek te brengen aan verschillende provinciën. Eene
expeditie van twee duizend man had inmiddels Puebla
verlaten om de provincie Oaxa te zuiveren van de „ben
den," welke in naam van Juarez aldaar plunderen en
verwoesten. Men beweerde dat de president zelf zijn
toevlugt had 'gezocht te New-Orleans. Daar dit gerucht
echter reeds zoo menigmaal verspreid is geworden, eischt
dit berigt nadere bevestiging.
De vereeniging der kiezers te New-York heeft den
generaal Mac Clellau gekozen tot kandidaat voor den
presidentszètel der Vcreenigdc Staten en den heer
Pendleton tot kandidaat voor het vice-presidentschap.
De door ons omtrent do amerikaansche krijgsaangele-
genheden medegedeelde berigten worden door verschil
lende dagbladen bevestigd. De generaal der zuidelijken
Ilood en niet Buttler, zoo als wij meldden schijnt
intusschen na de hem door Sherman toegebragte neder
laag bij Atlanta nog een vrij groot leger onder zijne be
velen te hebben.
Amerika.
De belegering van Mobile wordt door de noordelijken
onder den admiraal Farragut en den generaal Canby met
gunstig gevolg voortgezet. In de laatste dagen van
augustus is het fort Morgan door den vijand overgegeven
na een bombardement van vierentwintig uren. Zoo wor
den langzamerhand de verschillende forten der stad be-
magtigd, en mag men verwachten dat Mobile zelf weldra
zal worden aangevallen.
Omtrent de uitlevering van Franz Muller wordt het
volgende gemeld. Op 27 augustus wei d door de regtbank
te New-York de vraag behandeld of er termen bestonden
om de uitlevering te bevelen. De raadsman van Muller
beriep zich op verschillende precedenten om te betoogen
dat de uitlevering in casu niet kon worden toegestaan;
voorts trachtte hij aan te toonen dat het misdrijf waarvan
zijn klient beschuldigd werd, niet genoemd werd in het
tusschcn Amerika en Engeland bestaand traktaat 0111 treilt
uitlevering. Eindelijk verklaarde hij dat Muller zich aan
het hein te laste gelegde geheel onschuldig verklaarde.
Een der leden van de regtbank, de heer Marbury, merkte
op dat de regtbank hier geen uitspraak moest doen om
trent den beschuldigde, maar enkel en alleen onderzoeken
in hoeverre de tegen hem bestaande vermoedens ernstig
genoeg waren om het stellen in staat van beschuldiging
te ïf'egtvaardigen. Naar zijne meening kou de regtbank I
met het oog hierop niet weigeren om den in hechtenis
gestelde naar Engeland op te zenden, ten einde aldaar
volgens de engelsche wet te regt te staan.
De president heeft daarop het volgende verklaard:
Mijn pligt in deze zaak is alleen om te zeggen of er
genoeg vermoedens bestaan tegen den in hechtenis ge
stelde om mij te verpligten heiu gevangen te houden en
uit te leveren, opdat hij zou kunnen te regt staan iu het
land alwaar het misdrijf begaan is en zou kunnen gestraft
worden indien hij werkelijk schuldig mogt zijn. Het is
mijne roeping niet om hier op absolute wijze schuld of
onschuld tu beslissen. De vraag, welke ik aan mij zelven
moet stellen is deze: Is er een misdrijf begaan, zoo ja, is
het dan waarschijnlijk met het oog op de geléverde inlich
tingen dat de in hechtenis gestelde een der bedrijvers
van het misdrijf is? Ik wenschte dat het mogelijk was
om eeuig bewijs voor de onschuld van dezen persoon te
ontdekken, hetwelkmij in de mogelijkheid stelde om zijne
uitlevering te weigeren, maar ik moet erkennen dat alle
omstandigheden dezen iu hechtenis gestelde als den
schuldige aanwijzen. Ik kan dus geen oogenblik betwij
felen, wat mijn pligt ten deze medebrengt eu ik zal het
certifikaat afgeven, hetwelk mij is gevraagd.
Muller hoorde dit alles met volmaakte kalmte aau, als
ware hij slechts toeschouwer.
Denemarken.
Bij de aankomst van den prins en de prinses van
.Wales te Koppenhage zijn zij door de bevolking der
deensclie hoofdstad met degrootste geestdrift ontvangen.
De artikelen der decnsche dagbladen, waarin, gelijk wij
mededeelden, werd beweerd dat men in den prins van
Wales den vertegenwoordiger moest zien van het Enge
land, hetwelk de denen aan hun lot overlaat, hebben dus
weinig invloed gehad.
Het koninklijk gezin heeft zich met zijne gasten na
eene toespraak van den burgemeester van Koppenhage
naar het kasteel Fredenborg begeven, alwaar zich reeds
de groot-hertog Nikolaas van Rusland en de landgraaf
van Hessen bevonden. Een aantal feestelijkheden zou
den ter eerc dezer vorstelijke personen plaats hebben.
Wij deelden mede dat in het noordelijk gedeelte
van Sleeswijk adressen werden in omloop gebragt waarin
werd geprotesteerd tegen eene afscheiding van Dene
marken. Men verneemt thans nader dat verschillende
personen, welke deze adressen te Hadersleben verspreid
den in hechtenis zijn genomen.
Men leest in eene mededeeling uit Koppenhage aan
het fransch dagblad La presse het volgende:
De minister Hall, de ontwerper van de grondwet die,
in strijd met de internationale verdragen van 1815 en
1852, Sleeswijk inlijfde bij de deensche staten, ontrukte
aan den zwakken deeuschen koning wat hij van diens
voorganger niet had kunnen erlangen. Toen Frcderik VII
reeds op sterven lag, gaf de heer Hall hem de pen in de
hand en dwong hem bijna de noodlottige staatsregeling
te onderteekenen. De koning had toen een helder oogen
blik; bij besefte den afgrond waarin het rijk door die
daad zou gestort worden, en hij wierp de pen van zich
met de woorden: „het is mij onmogelijk; laat mij met
vrede sterven." Drie dagen na den dood van Frede-
rik VII bood de heer Hall aan diens opvolger de kousti-
tutie ter onderteekening aan. Christiaan IX zag ook
maar al te goed de gevolgen in van den stap, dien men
hem thans wilde laten doen. Hall, die zijne aarzeling be
merkte, zeide: „Sire! als gij niet teekent, sta ik voor uw
leven en dat van uw gezin niet borg." „Eu ik sta er
borg voor met mijn hoofd," riep de oude generaal de
Meza uit. „Met de garde en met de troepen uit Ilolstein
zal ik het gepeupel wel in toom weten te houden, dat
men thans aanhitst om u door vrees datgene te ontruk
ken wat uw verstand zegt dat gij weigeren moet. In Gods
naam, sire, teeken niet." De koning, zigtbaar ten prooi
aan een strijd tusschen de twee besluiten die hij nemen
kon, verliet het kabinet om bij zijne schoonmoeder, die
grooten invloed op hem uitoefent, raad te vragen. Een
half uur later keerde hij terug, nam de pen en teekende.
De heer Hall verwijderde zich, in het voorbijgaan op ze-
gepralenden toon tot de Meza zeggende: „Gij ziet mijn
heer, dat uw raad niet is aangenomen." „Helaas neen!"
antwoordde de grijze officier met tranen in de oogen,
mogt die onderteekening zijne majesteit nooit berouwen!"
Oostenrijk.
Obligatiën metalliek
5
ben
dito 1847/1852
2]
28]
dito rente Amsterdam
5
78]
dito nationale
5
64
Bank aktiën
3
Italië.
Spanje.
Obligatiën (binnenlandsche)
3
47] V
r
43
Amortisable schuld
Portugal.
Obligatiën 1853
3
46]
dito 1856 1862
3
crriekenl.
28*
Turkije.
Obligatiën (binnen!.)
6
48
Vereen.Stat.dito (1882)
6
44 ,V
Illinois.
46
Mexiko.
3
27
Grenada.
dito afgestempeld
4]
V enezuela
dito
2
2 li
CHöiu'rtcntifn.
Getrouwd
A. J. J. WARNSINCK,
Weduwnaar van P. J. Immink
Kloetïnge
12 September 1864.
II. M. G. VAN DIGGELEN,
Weduwe van J. H. Lkhmkuhu.
Jcrtijöiutjc».
Gisteren is van Veere naar zee gezeild de schooner
Corneliagezagv. H. van Hengelaar, naar Danzig, in bal
last; en de schooner Catharina Elisabeth, gezagv. J. Pan
der, met hooi naar Lieth, in Schotland, beide van
Middelburg.
tjanDclsbrratfni.
Middiclbukg 14 september. Op de heden door de
Nederlandsche handelmaatschappij te Amsterdam gehon-
dene veiling van 10.667 balen Java koffij, zijn onder
andoren de volgende prijzen besteed:
No. Baltn. Taxalio. Pryzen.
29 144 bleek iets groenachtig 41 a41 a
30 152 bont bleek iets groenacht. 42 41
31 32 bont groen, iets ros enk. BS. 40] 404-
32 77 bleek groenachtig iets ros 40]- 40]
33 436 bleek iets groenacht. iets ros. 40] „41 40]
34 3620 bleek groenachtig4i „41] 40] „41
35 434 idem iets bleeker41 41
36 445 mooi gr. Port. aard enk. wit47 „47] 47] „48
37 671 idem iets bleeker46 47 „47-j-
38 28 goed gr. Portorico aard 45 „46 47 {-„
39 948 goed groen, iets bont Kadoe. 42 42] 411 41]
40 2852 bleeit groenacht.Kadoe aard. 41.1 41 „41.|
41 66 bont groenacht. Kadoe aard. 41 40]
(Gii'aasttEi»»a-3iöen en®.
Amsterdam 12 sept. Tarwe en gerst onveranderd.
Raapolie op zes weken 43]-. Lijnolie op zes weken 39.
fi*riJzeE» vaa* e*ï<iiktei».
Amsterdam 13 september.
Nederland. Certifik. Werkelijke schuld 21 pet. 60]
dito dito dito 3 72*
dito dito dito 4 95]
Aand. Handelmaatschappij 41-
België. Certifikaten bij Rothschild 2] 54]
Rusland. Obligatiën 1798/1816 5 95 g
Certifik. Hope co4 69]
Oblig. dito 1855, 6e serie 5 S2]
dito dito Leening 1860 4] 82g
Certifikaten6 47]
Aand. spoorweg184
Polen. Schatkistohïigatiën4 70§
Nieuwedorp12 September 1864. Heden morgen 10
I ure overleed, tot onze bittere droefheid, onze geliefde
.Vader en Behuwd vader, CHRISTIAAN STEKETEE,
I sedert 1836 Ouderling der Christelijk Afgescheid. Geref.
I Gemeente te Nieuwedorp, in den gezegenden ouderdom
van ruim 82 jaren. Sedert 60 jaren was zijn leven Chris-
tus en het sterven ook thans voor hem gewin.
Uit aller naam
C. STEKETEEv. d. m.
Algemeene kennisgeving.
i
Heden overleedtot diepe droefheid van mijhare drie
nog jeugdige Kinderen, hare bejaarde Ouders, Broeders
en Zusters, mijne geliefde Echtgenoot JANNEKE DE
1 RIDDER, in den ouderdom van bijna 39 jaren.
1, /TCOKNELIS SCHIJVE.
11 September 1864.
AANKONDIGING.
Uit een Vonnis, door de Arrondissements-Regtbank
te Middelburg heden uitgesproken, blijkt dat, op een
daartoe aan die Regtbank ingediend verzoekschrift, de
Persoon van GERRIT DE JAGER, Schipper van Middel-
1 burg naar Bergen op Zoom vice versa, wouende te Mid-
delburg, verklaard is te zijn in staat van Faillissement,
j aangevangen den 13 dezeren is benoemd tot Regter-
Commissaris Jhr. Mr. A. VAN REIGERSBERG VER-
i SLUYS, Lid dier Regtbank, en tot Curator de Procu
reur PIETER REKKER, te Middelburg,
i Middelburg, den 14 September 1864.
Voor uitreksel deugdelijk verklaard door
mij ondergeteekende
P. REKKER.
NAJAARS-EXAMEN.
De Inspecteur van het lager onderwijs in Zeeland
maakt bekenddat de voor deze Provincie benoemde
Commissie tot het afnemen der examens,ter verkrijging
van akten van bekwaamheid tot het geven van Schooi
en van Huis-onderwijs, zal bijeenkomen op Woensdag
den 5 October 1864 en volgende dagenin het lokaal der
voormalige Rekenkamer in de Abdij te Middelburgen
dat de dagen en uren, waarop de verschillende adspi-
ranten zullen moeten verschijnen, hun later door de Hee-
ren Districts-Schoolopzieners zullen worden opgegeven.
De belanghebbenden zullen zich vóór of uiterlijk op
den 21 September e. k. behooren aan te melden bij den
Schoolopziener van het district, waarin zij wonen, ot,
van buiten 's lands komende, voornemens zijn zich te
i vestigen met opgaaf van de akte die zij verlangenen
met overlegging van een of meer getuigschriften van
hun goed zedelijk gedrag en van hunne geboorte-akte,
alsmede van de akten van bekwaamheid of van alge-
j meene toelating die zij reeds mogten hebben verkregen.
Middelburg, den 29 Augustus 1864.
De Inspecteur voornoemd
c. m. Van visvliet.
TEEKEN-ARA DEM IE.
i Dirigpfénde^Ledeh ,der Teeken-akademïe binnen de
j Stad Mih^hurg ^uilen bekend, dat de uitdeeling der
iMedattlc^p^r^f^ de.Oefenaren en Leerlingen zal
plaat^(fefrhi&tf div^^»fl3fdag den 21 September 1864 des