Van den heer J. Groenewegen alhier is, volgens mede- deeling des voorzitters, bij den heer mr. G. N. de Stoppe laar ingekomen een briefje, begeleidende een stukje zilveren muntspecie hetwelk bij de opgraving aan de Ylissingsche poort is gevonden en door den inzender ter opname in de oudheidskamer wordt aangeboden. Burgemeester en wethouders hebben den inzender hier voor hun dank betuigd. Een en ander is voor kennis geving aangenomen. Volgens eene nadere inlichting van den heer Fokker is het stukje specie, aanvankelijk voor spaanschcmat door sommigen aangezien, Filipsdaalder. In overeenstemming met het advies der financiële kommissie zijn achtereenvolgens de volgende rekenin gen goedgekeurddie van den schuttersraad betreffende de dienstdoende schutterij, in ontvang/2.873,23, in uit gaaf ƒ2.868,27, goed slot ƒ4,96; die van het bestuur der godshuizen, in ontvang 55.625,66in uitgaaf /50.351,73£, goed slot ƒ5.273,93; die der gemeente over 1863, in ontvang ƒ268.682,82, in uitgaaf ƒ261.338,12, goed slot ƒ7.344,70. Voor kennisgeving is aangenomen de mededeeling des voorzitters dat de herstelling van den kaaimuur aan het monument is aangenomen door den heer W. vanUije J.Jz., voor 3.489. Overgegaan zijnde tot de benoeming van leden voor de vaste kommissiën uit den raad, welke in september moeten aftreden, zijn al de leden herkozen, t. w.; Voor de kommissie tot het ontwerpen van verordenin gen tegen wier overtreding straf is bedreigd, met den burgemeester als voorzitter, de heeren Verbrugge, Rekker, van Diggelen en Damme Voor de kommissie van financiën, de heeren Bijleveld van Serooskerke, voorzitter, Sifflé, Lantsheer, van Vis vliet en Fokker; Voor de kommissie van fabrikage, de heeren Bijleveld van Serooskerke, voorzitter, vanUije,Galand,Lambrecht- sen van Ritthera en van Deinse. De benoemden, voor zoo ver zij tegenwoordig zijn, laten zich de vernieuwde keuze welgevallen. De heer Damme vraagt of de rijks hoogere burgerschool alhier met januarij a. in werking zal treden en of het dan geen tijd wordt aan de te doene benoemingen te denken, zoo als blijkens de dagbladen overal elders plaats vindt? Hierop antwoordt de voorzitter dat wel de inspekteur van het middelbaar onderwijs gaarne zou wenschen dat de school met januarij kon worden geopend, doch dat hij persoonlijk niet durft verzekeren of het daartoe bestemde gebouw wel gereed zal zijn. Overigens is de school eene rijks instelling, zoo dat de benoemingen van direkteur en leeraren door den koning geschieden. Burgemeester en wethouders hebben evenwel in der tijd eene uitnoo- diging gekregen om het lager onderwijs zoo veel moge lijk met het middelbaar onderwijs in verband te brengen: hiermede houdt het dagelijksch bestuur zich thans bezig. De benoemingen zullen waarschijnlijk omstreeks novem ber door den koning gedaan worden. Na deze inlichtingen is de openbare zitttng gesloten. ihïitenlcmö. Algemeen overzigt. Reeds meermalen is sprake geweest van een plan tot naauwe aansluiting der duitschc staten van den tweeden rang tot een vereeniging, die magtig genoeg zou zijn nni een invloed te doen gelden, welke tegen dien van Pruissen en Oostenrijk zou kunnen opwegen. Volgens eenigen zou Wurtemberg, volgens anderen Bey eren, zich aan het hoofd dezer „triade" moeten plaatsen. Op het berigt dat Wurtemberg weldra een bepaald voorstel daaromtrent aan de bondsvergadering zou indienen, verklaart thans een der beijersche dagbladen dat men te Munchen van zulk een voorstel nog geen kennis draagt. De vergadering der afgevaardigden van de verschil lende steden in Slceswijk-Holstein, waarover wij maan dag gesproken hebben, heeft eergisteren te Neuraunster plaats gehad en is afgeloopen zoo als men had verwacht- De door haar afgelegde verklaring houdt indat aan de verbondene mogendheden de innigste dank wordt be tuigd voor het beschermen vau de onafhankelijkheid der hertogdommen, door hen metDuitschland te vereenigen; dat het voorregt eener naauwe aansluiting aan Pruissen, voor zoo veel dit met het belang van Duitschland be staanbaar is, wordt erkend, maar tevens dat de afgevaar digden in de vestiging van een tussclieubestuur geens zins het geschikte middel zien om dit doel te bereiken, en het tevens te vreezen is dat een dergelijke maat regel de zoo zeer gewenschte regeling der binnen- en buitenlandsche betrekkingen van het land zou vertragen. De berigten omtrent den geest der bevolking van Koppenhagen getuigen over het algemeen van voortdu rende moedeloosheid. De Kreuzzeitung deelt mede dat de pruissische minis ter van oorlog een uitnoodiging van keizer Napoleon heeft ontvangen om hem in het kamp van Chalons een bezoek te brengen. Uit Weenen wordt berigt dat er een komplot is ont dekt, ten doel hebbende het italiaansch Tyrol van Oostenrijk los te rukken. Dien ten gevolge zijn te Trento, Riva en in andere plaatsen van zuidelijk Tyrol een aan tal personen gearresteerd. Uit Londen werd gisteren het berigt getelegrafeerd, dat thans ernstige onderhandelingen plaats hebben tus- schen de gefedereerden en gekonfedereerden van de Vcreenigde Staten, ten einde tot vredesvoorstellen te komen die door beide partijen zouden kunnen aangeno men worden. Tot deze korte opgaaf van het merkwaardigste zien wij ons heden door gebrek aan beschikbare ruimte ge noodzaakt ons overzigt te beperken. Ongeregeldheden te Oenève. Maandag namiddag hebben te Genève betreurenswaar dige voorvallen plaats gegrepen, bij gelegenheid van de verkieziiig van een lid voor den staatsraad. De demo- kratische partij had alle krachten ingespannen om de verkiezing van den heer Fazy te bewerken, doch met even veel kracht werd zijne verkiezing door de tegen partij bestreden, minder nog uit politieke oogmerken dan omdat, zoo als bekend is, het vroegere bestuur van den heer Fazy zeer veel misnoegen had opgewekt. De meeste onzer lezers herinneren zich zeker nog wel de kwestie, van de speelbanken,waarover vroeger meer malen sprake is geweest en welker opheffing de heer Fazy om financiële redenen steeds heeft tegen gehou den. Ook wordt vooral aan het bestuur van den heer Fazy de minder gunstige staat der geldmiddelen toegeschreven. Voor dat hij aan de regering kwam, sloten de budgetten steeds met een goed saldo en was er geen staatsschuld, terwijl de kleine republiek thans met een millioen voor renten bezwaard is. Niet onnatuurlijk was dus de vrees dat zoo de heer Fazy verkozen werd hij zich op nieuw van zijn vroeger alver mogen zou meester maken en de financiële moeijelijk- lieden door het doen uitvoeren van kostbare, veelal nuttelooze werken nog zou verergeren. Zijne verkiezing werd echter niet voor onwaarschijnlijk gehouden, daar hij op den steun der katholieken vast scheen te kunnen rekenen. De toestand was alzoo in Genève sedert eenige dagen reeds sterk gespannen, maar maandag is het tot ernstige wanordelijkheden gekomen. Er werden barikaden opge worpen en men zag het burgerbloed stroomen. De kan tonale regering, buiten staat om de orde te herstellen, heeft de tusschenkomstvanden bondingeroepen, waarop de heer Fornerod, als kommissaris afgevaardigd, met een bataljon militie de stad is binnengetrokken. Tegen den avond was, ten gevolge van zijne pogingen? de rust hersteld en werd door de regering van het kan ton een onderzoek naar het gebeurde aangevangen. De rust was echter van korten duur, want weinig tijds lalcr werd de orde weder verstoord. De partijen verzettenden zich tegen de ontwapening, zoo dat de kommissaris ge noodzaakt was bondstrocpen de stad te doen binnen rukken. De ongeregeldheden schijnen te zijn «aangevangen door dat de tegenpartij van den heer Fazy het hotel van den staatsraad hield ingeslotenwaarop de bewoners van de voorstad Gervais naar de wapenen hebben gegrepen. Men telde 4 dooden en 15 gekwetsten. Zoo als men weet wordt te Genève het bestuur door twee vergaderingen uitgeoefend, waarvan de eene, onder den naam van grooten raad, de wetgevende magt, de «andere, de staatsraad, de uitvoerende magt in handen heeft. liet bovenstaande schreven we in het overzigt der tweede editie van ons vorig nommer. Latere berigten melden dat er nog veel gisting in de stad was maar dat naar alle waarschijnlijkheid de kalmte toch spoedig zou wederkecren. Verder hebben wij nog slechts de volgende bijzonder heden, die zich echter niet door bijzondere duidelijkheid onderscheiden, omtrent het gebeurde kunnen verzamelen. De verkiezing zelf is zonder stoornis afgeloopen. Het opnemen der stemmen ving des morgens ten 9 ure aan en was ten 11 ure geëindigd. De heer Ohenevière had 5.677 en de heer Fazy 5.340 stemmen bekomen, en naauwelijks was deze uitslag door den president bekend gemaakt of talrijke stemmen gingen uit het stembureau op om de verkiezing nietig te verklaren, en daar de meerderheid daartoe geneigd was werd de stemming dan ook, niet tegenstaande het protest van de minderheid, als ongeldig aangemerkt. Het bureau was z«amengesteld uit 17 leden der radikale partij en 10 der konservatieven en onpartij- digen. Door eerstgenoemden werd de ongeldigheid volge houden, omdat op de stemlijst onderscheidene personen voorkwamen die reeds overleden waren. Ten twee ure moest volgens het a«angenomen gebruik de uitslag offi- ciëel bekend gemaakt worden, waarbij dan tevens de beslissing van het bureau omtrent de ongeldigheid zou vermeld worden. Van de duizende kiezers die het hotel van den raad omringden, waren er echter talrijke die er zich tegen verzetten dat er in liet officiëel proces ver baal eenige melding zou gemaakt worden van reserves, die de strekking hadden de geldigheid der stemming te betwisten. De handeling van het kiesbureau had inmid dels velen verbitterd en toen men den kommissaris van policie, vergezeld van twee deurwaarders in hunne met de kantonale kleuren voorziene mantels zag aankomen stelde de menigte zich in beweging met het vaandel voorop, maar ongewapend en alleen om in opfogt deze autoriteiten te volgen, zoo als bij zulke gelegenheden in ge bruik is. vooral wanneer de radikale partij de overwinning- behaalt. Aanvankelijk geschiedde alles in de beste orde, m.aar eensklaps hoort men een losbranding. Een persoon die in een gang had post gevat loste twee pistoolschoten toen het voorste gedeelte van den optogt in zijne nabij heid w.ns, waardoor iemand aan de knieën gewond werd. De menigte die geheel ongewapend was en nog altijd de trommelslagers, den kommissaris van policie en de deur waarders aan het hoofd van den optogt had, achtte zich op schandelijke wijze aangevallen, en snelde zoo spoedig mogelijk de straat uit. De korrespondent van Le temps, die bij den hierdoor ontstanen oploop tegenwoordig geweest was, verhaalt dat hij onmiddellijk na het afschieten der pistolen onder scheidene gewapende mannen van een zeer verdacht voor komen, die hij nooit ontmoet had dan bij onlusten en bij gelegenheid van de verkiezingen, de huizen zag uitsncl- len. De winkels werden nu van lieverlede gesloten en weldra zag men een troep gewapende lieden een kanon door de Coutance-straat slepen, benevens een wagen met amunitie; een tweede, kanon werd op de place Cornarïn geplfiatst. Daar werd de trein door een goed onderhou- dene fusillade uiteen gedreven, waarbij twee personen gekwetst werden. Genoemde korrespondent die echter in alles blijk geeft zeer tegen de partij van den heer de Fazy te zijn ingenomen en daarom niet als een onzijdig verslaggever kan aangemerkt worden verzekert ook nog door per sonen, die in de nabijheid van het entrepot van dranken wonen, te hebben hooren verhalen, dat de heeren Perrier en Fazy, een halfuur voor dat de fusillade een aanvang nam, op de binnenplaats van dat gebouw tot hunne meest vertrouwde aanhangers eene toespraak hadden gerigt, en dat onmiddellijk na dat deze de binnenplaats, waar- ook de drukkerij van het dagblad van den heer Fazy gevestigd is, verlaten h.adden, de gewapende bende op de menigte aanrukte. Dadelijk daarop zouden onderscheidene stukken geschut op elk der zes bruggen over de Rhone geplaatst zijn, waar te gelijker tijd barrikaden werden opgeworpen. Nu werd de klok geluid en hadden ook de goedgezinde burgers zich van wapenen uit het arsenaal, digt bij het stadhuis gelegen, meester gemaakt en begon nen zij insgelijks barrikaden op te werpen met dit gevolg- dat de staatsraad, die gez.amenlyk de oproerigen van de wijk St. Gervais was gaan toespreken om hen te vermanen tot het nederleggen der wapens, niet dan na zeer veel moeite de vergaderz.aal weder bereiken kon. De aanvallers zouden zich over geen enkele daad van geweld door de tegenpartij jegens hen gepleegd te be klagen hebben. Aan het Journal de Genève, dat evenzeer aan de partij van den heer Fazy zeer vijandig is, ontleenen wij nog het volgende „Na een eerste protest tegen de handelingen van het stembureau vormde zich een onmetelijke optogt, die zich naar het stadhuis rigtte, waar een door hen geko zene kommissie bij den staadsraad werd toegelaten. Men verzekert ons dat deze ook niet geaarzeld heeft te erken nen dat het centraal bureau zijn magt was te buiten gegaau, maar dat de wet aan den raad geen bevoegdheid gaf de beslissing te wijzigendat het eenige wat de raad doen kon bestond in het mededeeleu der cijfers, het aan een nadere beraadslaging van het bureau overlatende om op zijn besluit terug te komen, waartoe het zoo spoe dig mogelijk zou bijeen geroepen worden." Daarop wordt eene beschrijving gegeven van den optogt die zich in beweging stelde om het resultaat door de stad bekend te maken en welke met het hierboven vermelde overeenkomt. Ook de aanleiding tot de onge regeldheden (de geweerschoten) wordt op nagenoeg gelijke wijze verhaald. „In de straat Chantepoulet lezen we in het Journal de Genève verder werd de troep met een fusillade ont-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1864 | | pagina 3