O 11 A iV T.
N° 122.
Dingsclag
1864.
2 Augustus.
Editie van maandag avond 4 ure.
Middelburg 1 augustus.
De wetsontwerpen tot regeling- van het geneeskundig
staatstoezigt zijn thans gewijzigd, naar aanleiding van
het voorloopig verslag der afdeelingen, bij de tweede
kanier ingekomen.
Naar aanleiding van het berigt dezer dagen in onder
scheidene couranten opgenomen dat deze maand in de
nabijheid dezer gemeente godsdienstoefeningen zouden
worden gehouden in gelijken trant als onlangs te Wolf-
hezen heeft plaats gehad, vinden wij ons genoopt op de
onjuistheid daarvan te wijzen. De zaak is deze, dat de
kinderen der verschillende zondagscholen en de kinder-
zendelingvereenigingen in Walcheren door eenige dames
zijn uitgenoodigd om bijeen te komen op woensdag 10
augustus e. k. op de weide van P. Dekker nabij de bui
tenplaats ter Hooge tot het houden van zoo als het
in bet daarvoor opgemaakt programma genoemd wordt
een walcliersch kinderzendingsfeest. Aan dat program
ma ontleenen wij voorts het volgende:
„Het feest zal worden geopend ten twaalf ure met het
zingen van het loflied no. 1. Nadat het feest door eene
toespraak van den president, cis. J. P. Nonhebei, zal ge
opend zijn, zullen verschillende sprekers van hier en
elders, op uitnoodiging van de feestkommissie het woord
voeren. Tusschen de verschillende toespraken zullen de
hierachter volgende liederen worden gezongen.
„Het feest zal des namiddags ten 6 ure eindigen. Aan
de kinderen zullen in de pauzen ververschingen worden
aangeboden. De zorg voor de kinderen wordt" opgedra
gen aan een aantal heeren en dames, kenbaar aan een
onderscbeidingsteekende kinderen zijn gehouden naar
hunne aanwijzingen zich te gedragen, terwijl ten stellig
ste verwacht wordt, dat niemand door ongehoorzaamheid
de feestvreugde zal verstoren.
„Op het terrein zal niemand worden toegelaten dan
voorzien van dit programma, waarop de naam van hou
der moet geschreven zijn".
Z. M. de koning heeft vrijdag te Scheveningen een
bezoek gebragt aan Z. K. H. den grootvorst troonopvol
ger. In den loop van den dag heeft de grootvorst zich,
vergezeld van zijn lijfarts, door den direkteur van het
gemeente-badhuis, den heer Smets Gilis, de appartemen
ten doen aanwijzen, waar binnenbaden worden gebruikt.
De vorst zal eerst van de binnenbaden en daarna van de
zeebaden in de open lucht gebruik maken. Allen, die
in de gelegenheid geweest zijn den vorst te naderen,
roemen eenparig zijne groote minzaamheid.
Des avonds heeft Z. K. H. met twee heeren van zijn
gevolg een geruimen tijd op het terras, dat weder door
een buitengewoon talrijk publiek was bezocht, vertoefd.
Sedert het weder is verbeterd, neemt de drukte met den
dag toe.
Onderwijs.
Op de 11. vrijdag alhier gehouden achtste algemeene
vergadering der ouderwijzers-vereeniging in het le dis
tri kt van Zeeland, waren bijna al de hoofd- en hulp-
onderwij zers tegenwoordig.
De werkzaamheden werden geleid door den voorzitter
dr. H. Polman Kriiseman, schoolopziener van het distrikt.
Behalve door eenige buitengewone leden, werd deze
zamenkomst ook bijgewoond door de honoraire leden, de
heeren C. M. van Visvliet, inspekteur van het lager
onderwijs in Zeeland, mr. A. F. Sifflé en jhr. mr. J. W.M.
Schorer, leden der plaatselijke schoolkommissie te Mid
delburg, J. J. de Kanter, administrateur van de provin
ciale onderwijzers weduwebeurs en mr. J. G. E. baron
van Lijnden, schoolopziener van het 6c distrikt in Zeeland.
Na de toespraak tot opening der vergadering door
den voorzitter, werd door het lid J. M. Stroes, hoofd
onderwijzer te Colijnsplaat, eene belangrijke redevoering
gehouden, ten onderwerp hebbende„de studie van den
onderwijzer, een noodzakelijk vereischte tot eene voort
gaande verbetering van het volks-onderwijs"
Hoofdzakelijk bestonden de werkzaamheden in het
uitbrengen der verslagen, zoo van den staat en de wer
king der vereeniging als van de vijf in dat distrikt be
staande onderwijzers gezelschappen.
Uit een en ander bleek, dat do vereeniging in bloei-
jendeu toestand verkèert: zij texv?30 leden, t. w. 59 wer
kende, 14 honoraire en 17 buitengewone.
De mededeelingen zoo van de werking der vereeniging
als van de onderwijzers gezelschappen gaven overvloe
dige stof van tevredenheid en getuigden, hoezeer men
ook door middel van die nuttige instellingen de zaak
van het volksonderwijs ter harte neemt, en tevens de
zamenwerking en vriendschappelijke verkeering van
onderwijzers en schoolbestuur tracht te bevorderen.
Onder de vele nuttige besprekingen, werden ook door
den inspekteur de gevoelens verlangd van de gevestigde
hoofdonderwijzers, als praktische manuen, omtrent de
middelen, die zouden kunnen aangewend worden om het
schoolverzuim, vooral ten plattenlande, te doen vermin
deren. Veel werd daarover in het midden gebragt en
men kwam tot het besluit dat de welwillendheid der
schoolkomraissiën met medewerking van de plaatselijke
besturen, in dien beklagenswaardigen toestand welligt
de beste verandering zou kunnen aanbrengen.
Eindelijk kwam ook nog ter sprake het nut der onder
linge schoolbezoeken door de onderwijzers, als voordeelig
ter verkrijging van eene meerdere eenheid en volmaking
in het onderwijs. Het nut, reeds iu vroegeren tijd daar
door verkregen, werd op nieuw voor de aandacht gebragt,
zoo dat het besluit was, middelen aan te wenden om die
zaak te verwezenlijken.
De vergadering werd geopend en gesloten met een
voor die gelegenheid vervaardigd zangstuk, door al de
leden uitgevoerd, terwijl de leden van de bestaande
onderwijzers zang vereeniging, die oortdurend ook zeer
bloeijend is, bij de afwisseling der werkzaamheden ge
durig bewijzen gaven van hunne vorderingen in de
zangkunst.
Namens de gezamenlijke hoofd- en hulponderwijzers die
tot de vereeniging behooren werd vervolgens aan den
heer H. Polman Krii3eman een sierlijk zilveren inktstel
met toepasselijk opschrift aangeboden als blijk van
achting en teveus ingenomenheid met zijne herbenoe
ming als schoolopziener. De dag werd verder in vriend
schappelijk verkeer doorgebragt. Bij deze gelegenheid
was volgens gewoonte een groote verzameling kaarten
en teekeningen, door de kweekelingen van de normaal
school alhier vervaardigd, ten toon gesteld.
De 21e algemeene vergadering van hetNederlandsch
onderwijzersgenootschap werd donderdag te Leeuwarden
geopend. De heer E. Forkens verwelkomde de verga
derde leden en daarna trad als spreker op de heer
S. Gille Heringa. Zijne rede werd voorafgegaan, afge
wisseld en gevolgd door feestgezangen.
Onder anderen werd door de vergadering besloten, dat
de volgende bijeenkomst te Zierikzee zal plaats hebben.
Des avonds vereenigden zich de leden in den Prinsen
tuin, waar zich een uitmuntend muziekkorps deed hooren
daarna werd een prachtig vuurwerk afgestoken.
Marine en leger.
Donderdag middag is Zr.Ms. fregat metstoomvermogen
Zeeland, koramandant de kapitein ter zee Pels Eijcken,
uit het dok te Niemvediep gehaald in het bassin
alwaar het schip is nagezien. Naar men verneemt, zal
ook Zr. Ms. fregat met stoomvermogen Adolf van Nassau
aldaar vóór zijn vertrek naar Indië in het dok worden
nagezien. Daartegen bestaat geeuerlei bezwaar, aange
zien eerstbedoeld schip met zijne volle batterij, met een
diepgang van 57 palm zonder eenige moeite in bet drooge
dok werd opgenomen.
De Zeeland is het 23e vaartuig en het derde sckroef-
fregat, hetwelk sedert den herbouw van het dok (oktober
1861) daarin is nagezien of hersteld. {Amsi. cour.)
Uit een bij het departement van marine ontvangen
berigt van den komraandant van Zr. Ms. transportschip
Heldin, van den 9 junij jl., toen zeilende op 12 gr. 17 min.
N. Br. en 26 gr. 10 min. W. L., blijkt dat alles wel aan
boord was en de gezondheidstoestand der officieren en
ekipage niets te wenschen overliet.
Thcnnonieterstand
30 julij 's av. 11 u. 65 gr.
31 's morg. 7 u. 66 's midd. 1 u. 75 gr. 's av. 11 u. 66 gr.
1 aug. 's morg. 7 u. 68 's midd. 1 u. 66 gr.
Öuitralcmö.
Algemeen overzigt.
Reeds in de tweede editie van ons vorig nommer deel
den wij mede dat de belgische oppositie eindelijk haar
lang verwacht manifest in de wereld had gezonden. Onze
lezers zullen daarvan in dit nommer een vrij uitvoerig
verslag aantreffen. Uit het „Appel au Pays" blijkt dat
volgens de belgische regterzijde eene partij weigeren
kan om de vergaderingen der kamer bij te wonen en
haar mandaat te vervullen, zoodra een voorstel, door
eender leden gedaan en door het ministerie ondersteund,
haar strijdig toeschijnt met de konstitutie. Voorts blijkt
uit het manifest dat alleen de klerikale oppositie gema
tigd, gehecht aan de kroon en waarlijk liberaal is en
was, terwijl de ministeriële partij heftig, vijandig jegens
de kroon, illiberaal en eene diktatoriale raagt wil uit
oefenen. Deze laatste argumentatie is niet nieuw en
behoort ook niet alleen te huis' aan gene zijde der neder-
landsch-belgische grenzen. Wat het eerste en belangrijk
ste punt betreft: men heeft juist de kwestie ontweken.
Het was hier niet de vraag of het voorstel van den heer
Ortts strijdig met de konstutiewas en meteen aantal andere
wetten het eerste was reeds genoeg maar er moest
door de belgische regterzijde bewezen worden dat eene
partij in de kamer de bevoegdheid, de morele magt bezit
om te weigeren langer aan de beraadslagingen deel te
nemen. Wij nemen voor een oogenblik aan dat het wets
voorstel van den heer Ortts in ljjm-egten strijd was met de
konstitutie en vragen dan: was de handelwijze der bel
gische oppositie-leden niet eene schending der overeen
komst tusschen hen en hunne kiezers gesloten? Deze
vraag had men in het manifest moeten behandelen en
zoo lang ons het tegendeel niet bewezen wordt, houden
wij de door de regterzijde gevolgde gedragslijn parle
mentair ouverdedigbaar. Dat echter de kiezers der kle
rikale leden van de kamer door de belgische geestelijk
heid tot eene andere opinie zullen gebragt worden,
is mogelijk, zelfs waarschijnlijk. De geestelijkheid bezit
eene logica, aan wier hand men bij zijn onderzoek tot
de zonderlingste resultaten kan geraken. De woorden
resultaat, onderzoek en logica moeten intusschcn dan
niet in hunne gewone beteekenis worden opgevat.
De uitkomst heeft tot dus verre bevestigd, hetgeen wij
vermoed hadden betrekkelijk de kwestie van den wapen
stilstand voor negen maanden tusschen Denemarken en
de beide duitsche mogendheden. Er is nog geen wapen
stilstand gesloten en daar gisteren de wapenschorsing
moest eindigen, hebben de oorlogvoerende partijen deze
wapenschorsing verlengd tot 8 augustus. Uit dezen kor
ten termijn van verlenging blijkt intusschen dat men de
bestaande moeijelijkheden omtrent de hoofdvoorwaarde
der beide duitsche regeringen om tot een geregelden
wapenstilstand toe te treden, spoedig uit den weg meent
te kunnen ruimen. De reis van den vrijheer von Bismarck
naar den koning vanPruissen te Gastein staat waarschijn
lijk met dit laatste in verband.
De Berlingske Tidendc meldt dat de motie van orde,
welke, gelijk wij vrijdag mededeelden, in het deenseli
vertegenwoordigend ligehaam zou worden voorgesteld,
strekkende ter verklaring dat men geen adres van ant
woord op de troonrede aan den koning zou rigten om
het ministerie gedurende de vi'edesonderhandelingen te
Weenen niet te bemoeijdijken, is verworpen. Het ont-
werp-adres is daarop aangenomen met 60 stemmen tegen
21, terwijl zeven leden, waaronder de heer Monrad, zich
buiten stemming hielden.
Wij zullen de llendsburg-kwestie lieden laten rusten
en daaromtrent slechts opteekenen dat men zich in
Duitschland met het oog daarop steeds het hoofd warm
maakt, ofschoon Pruissen in de laatste bondsvergadering