toegejuicht. Hierbij nu was zij in haar regt. Maar op het zelfde oogenblik hoorde men ook daverende toejui chingen op de tribunes. Wij hebben toen aangedrongen dat de president, die altijd zoo streng te werk gaat ten opzigte der regterzijde, aan de tribune zou herinneren dat elk teeken van goed- of afkeuring verboden was. De president heeft echter beweerd dat hij niets gehoord had. Toen men dit vernam werden allerlei kreten op de tribunes aangeheven en riep menweg met de Theux weg met Dechamps De heer van Overloop beweert dat de regterzijde de hartstogten der menigte wil opwekkendat bovendien de Moniteur in zijn verslag, waarin geene toejuichingen of afkeuringen mogen vermeld worden dan door het woord: interruptiën, na]de redevoering van den minister van financiën heeft aangeteekendLangdurige toejui chingen ter linkerzijde. De heer Guillery zegt dat ieder lid der regterzijde, die het woord voert, aandringt op gematigdheid en op toe nadering, maar dat die partij dit zelve dikwijls vergeet, getuige de laatste tooneelen in de zitting van vrijdag. De heer Hymans wijst op het verslag der annales par- lementaires ten opzigte der redevoering van den heer Soenens, welke geheel anders luidt dan zij werd uitge sproken. De heer Soenens beweert dat in de opgenomene rede voering de zelfde gedaehtenloop is gevolgd als in de uitgesprokene, waarop de heer Bara beweert dat de heer Soenens eene geheel geschrevene redevoering aan den Moniteur heeft gezonden en de heer de Theux zegt dat dit ook wel door leden der linkerzijde is gedaan. Hierop worden de debatten over dit incident gesloten en komt de heer Jacobs, afgevaardigde van Antwerpen, aan het woord. Deze afgevaardigde bespreekt de bewering van den minister van financiëndat art. 7 van het programma der regterzijde eene mystifikatie voor de antwerpsche partij bevat. Volgens zijne meening was dit geenszins het geval en beloofde de heer Dechamps eene enquête, welke door het tegenwoordig ministerie geweigerd wordt, terwijl voorts de heer Dechamps de slechting der citadellen niet als onmogelijk beschouwt. Omtrent de vermindering van den census voor de verkiezingen beweerde de spreker dat men, in strijd met het in vorige vergaderingen door den minister Rogier beweerde, meermalen daarop had zien aangedrongen en men overigens, gelijk de heer Gladstone onlangs zeide, liever uit eigen beweging daar toe moest overgaan dan wachten tot dat men door de omstandigheden daartoe gedwongen werd. „Het laatste gezegde van den minister van financiën in de zitting van vrijdag was: Het optreden van de regterzijde aan het bestuur zou gevaarlijk voor het land zijn. Wie, zeide hij, kan beter tegenstand bieden aan de pogingen der jesui- ten en de moeijelijkheden van den tegenwoordigen toe stand bestrijden? Maar gij, die zegt dat gij alleen in staat zijt om België te besturen, wie zijt gij dan toch wel? Als gij u tot de kiezers rigt, dan doet ge u kennen als de mannen, welke het meest aan de beoefening der godsdienst gehecht zijt. Thans hebben wij het vermoe den, dat gij liberalen geene katholieken zijt, tot waarheid zien worden." De heer Bouvier beantwoordt den laatsten .spreker en wederlegt de bewering dat de liberalen vijanden der godsdienst zouden zijn. In de volgende zitting heeft de heer Dechamps eene zeer uitgebreide redevoering gehouden over het programma der regterzijde. Hij verweet den heer Rogier daarin dat hij zelf in 1844 had beweerd dat de kamer geen regt had om inlichtingen te vragen over het programma van een ministerie, hetwelk niet bestaan had. Intusschen moet juist integendeel het ministerie zich verklaren, waarom het aan het bestuur is gebleven en thans binnen een tijdvak van zes jaren voor de tweede maal tot de ont binding der kamer zal overgaan. Voorts gaat de spreker over tot het bespreken der voorgestelde verlaging van den verkiezingscensus en beweert in het algemeen dat de belgisclie kieswet wijziging en verandering behoeft gelijk in andere landen. „Na nu 28 jaren te hebben gewacht op die verandering, zegt de spreker, komt een belgisch mi nisterie ons zeggen dat wij eene radikale hervorming voorstellen, welke niet ernstig kan gemeend zijn." Voorts maakt de antwerpsche kwestie het onderwerp der beschou. wingen uit van den heer Dechamps, waarbij hij tracht te betoogen dat de enquête door de regterzijde voorgesteld geenszins eene mystifikatie kan genoemd worden. Ein delijk gaat de spreker over om nog te gewagen van den invloed der geestelijkheid, waarvan de linkerzijde ge sproken heeft, in verband mot het geheim programma, hetwelk men aan den heer Dechamps en zijne staatkun dige vrienden toedicht. „Daaronder verstaat men de besluiten van het kongres van Mechelen. Dit kongres behandelt, gelijk alle weten schappelijke vereenigingen des lands(Gelach.) Ik geloof toch dat het kongres van Mechelen, waaraan europe- sche vermaarde mannen deel namen, regt heeft op den naam van wetenschappelijke vereeniging even als de kongres- sen van Brussel en Gent. Dergelijke vereenigingen zoeken naar het ideaal en bet absolute. De regeringen doen slechts het mogelijke. Het eerste artikel van dit pro gramma zegt .dat staatsonderwijs slechts tot supplement moet zijn aan het privaat onderwijs. De heer Rogier heeft dit zelfde gezegd in zijne memorie van toelichting der wet van 1834. De heer Guillery heeft mij gezegd dat dit ook zijne opinie was. De heer Guillery. Volstrekt niet; ik vraag het woord. De heer Dechamps. Ook de heer Bara heeft zich geheel met het kongres van Mechelen vereenigd. De heer Bara. Ik heb j uist het tegenovergestelde gezegd. De heer Dechamps. Het kongres van Mechelen heeft slechts de theorie behandeld. Gehoorzamen wij nu in geloofszaken aan eene autoriteitin de politiek handelen wij als burgers van een vrij land op zelfstandige en onaf hankelijke wijze. Wij zijn de liberalen in Engeland, de republikeinen in Zwitserland, de martelaars voor het vaderland in Polen en hier de konstitutionelen. De heer Bouvier. En te Rome (Beweging.) De heer Dechamps. Alle wetten, welke wij hebben ingevoerd, dragen een liberaal karakter. Wij hebben nooit onze toevlugt genomen tot eene volksagitatie om aan het bestuur te komen. Zijn wij dan een gevaar voor het land De spreker beweert dat de regterzijde de partij ver tegenwoordigt, die alleen liefde koestert voor de konsti- tutie, voor de vrijheid en voor de dynastie de vrij bekende taktiek van eene oppositie, welke als zij geheel vernietigd dreigt te worden zich zeiven aller plegtigst de martelaarskroon opzet. De heer Dechamps beweert dat het schrikbeeld van den heer Baratwaalf honderd kloosters, voor vier vijfde gedeelte instellingen van liefdadigheid of onderwijs zijn. Hierin zijn zelfs zonen en dochters opgenomen van leden der linkerzijde. De uitnoodiging van den heer Crombez om namen te noemen schijnt de heer Dechamps niet te hooren. De spreker gaat voort met zijn thema omtrent de kloosters nader uit te werken en betoogt dat het woord kloosters eene leus is geworden, waardoor meu even als in 1857 indruk tracht te maken op het volk. De heer Dechamps eindigt met de bewering dat indien hier van komedie-spel en maskers sprake is, de linkerzijde zich aan kommedie- spel schuldig maakt en maskers draagt. Hierop wordt de vergadering gesloten. Frankrijk. Nog voor keizer Napoleon het verzoek om gratie van den geneesheer Couty de la Pommerais had verworpen, verzamelde zich sedert de laatste twee dagen eiken morgen eene groote menigte op de place de la Roquette te Parijs, in de hoop dat de exekutie van den ter dood veroordeelde zou plaats hebben. Bij die gelegenheid heeft er eene zeer ernstige botsing plaats gehad tusschen studenten en werklieden, welke laatste eenige grisettes hadden beleedigd. Daar de verwerping van het verzoek om gratie gisteren morgen heeft plaats gehad, is dr. Couty de la Pommerais waarschijnlijk heden morgen geëxekuteerd. Volgens de laatste officiële berigten uit Algiers had de marabout Azerey den kolonel Lapasset te Guelt Bouzid aangetast, maar was na een vrij hevig gevecht teruggeslagen. De Moniteur meldt voorts dat de pro vincie Constantine rustig blijft. Woensdag avond is het lijk van den maarschalk Pélissier te Parijs aangekomen, begeleid door de weduwe van den overledene, diens broeder den generaal Pélissier en den prefekt van Algiers, den heer Mercicr Lacombe. ijanöclsbcriijtm. Graanmarkten enz. Amsterdam 8 junij. Tarwe en gerst onveranderd. Raapolie op zes weken 46}. Lijnolie op zes weken 42}. Oostburg 8 junij. Bjj kleinen aanvoer bestond heden op de hoögere notering der hoofdmarkten veel vraag voor granen, en werden de meeste artikelen 10 a 20 cent hoo- ger betaald. Bijna al de puike kwaliteiten werden alzoo vlug opgeruimd. Men betaalde voor puike nieuwe tarwe ƒ8,50 a ƒ8,90, gcmeenere/S a ƒ8,40. Nieuwe rogge ƒ5,60 a ƒ0. Nieuwe wintergerst f 5,30 6. Zomergcrst ƒ5,50 a ƒ5,80. Ilaver 3,25 a ƒ4,20. Paardenboonen 5,60 a 5,SO. Middelburg 9 junij. De aanvoer van tarwe uit onze naburige eilanden was heden zeer matig, doch uit Wal cheren was er nog al wat tarwe ter veil. Reeds vroeg beurs deed zich daarvoor eenige vraag op, hetgeen aan leiding gaf dat men ruim 25 cent per mud boven vorigen weekprijs betaalde. Rogge werd mede 25 cent hooger gehoudenwintergerst bijna niet aan en ruim prijshou dend zomergcrst gevraagd doch niet getoondwalcher- sche bruineboonen 50 cent hooger. Paardenboonen 20 cent hooger gehouden. Koolzaad weinig aangeboden, men hield te hoog om aanleiding tot zaken te geven. Men kocht de zeeuwsche tarwe ƒ8,75 a ƒ8,25 naar deugd, jarige walchersche werd vruchteloos aan 7,95 verlaten, nieuwe walchersche 9,10, 9, 8,75 d ƒ8,50 naar kwa liteit. Zeeuwsche rogge bij uitslijting 6,40, bij partij ƒ6,25 te koop. Wintergerst, de beste en zwaarste ƒ5,75, gewone 5,50. Walchersche bruineboonen j 11,25 gehou den. Dito paardenboonen ƒ6 gehouden en ƒ5,75 geboden. Erwten zonder handel, voor de mesting waren die nog al gevraagd. Koolzaad werd op ƒ15 gehouden doch bleef zonder handel. In de prijzen der oliën noch van de koe ken is eenige verandering bekend. gemiddelde marktprijzen. Middenprijzen van bakbare tarwe ƒ8,75 en rogge ƒ6 Aardappelen 1,70 a ƒ2,— per ned. mud. Yersche boter ,75 a ,85 per ned. pond. Prijzen van elTekten» Amsterdam 9 junij. Nederland. Certifik. Werkelijke schuld 2} pet. 62' dito dito dito 3 74,^. dito dito dito 4 Aand. Handelmaatschappij 4} B België. Certifilcaten bij Rothschild 24 Rusland. Obligatiën 1798/1816 5 n 93 Certifik. Hope co4 n 72.J. Oblig. dito 1855, 6e serie 5 84^ dito dito Leening 1860 4} 84-} Certifikaten47^ Aand. spoorweg193 Polen. Schatkistobligatiën4 Oostenrijk. Obligatiën metalliek5 n 595 dito 1847/1852 2} l 30 dito rente Amsterdam5 79} dito nationale5 n 65$ Bank aktien3 n 800 Italië. Leening 18615 n Spanje. Obligatiën (binnenlandsche) 3 49$ dito3 thans 2} 45} Amortisable schuld- Portugal. Obligatiën 1853 3 47 h dito 1856—18623 47 Griekenl. dito (blaauwe) 5 22} Turkije. Obligatiën (binnenl.)6 47} Vereen.Stat. dito (1874) 5 58} Illinois. dito7 66 Mexiko. dito3 43} Grenada. dito afgestempeld4} 13} Venezuela, dito2 - vünuTtcnticn. Heden overleed onze geliefde Moeder en Behuwdmoe- der, JACOBA SARA AUGUSTIJN, Weduwe van den WelEdelen Heer A. C. VAN RIJSSEN. Bergen op Zoom, 8 Junij 1864. P. A. VAN GEELKERKEN. J. J. M. v. GEELKERKENvan Rijssen. J. H. SNIJDERS. A. S. SNIJDERS, van Russen. Heden overleed, in den ouderdom van 74 jaren, ABRAHAM BAL, die gedurende meer dan dertig jaren de Familie LAMBRECHTSEN met onkreukbare trouw en eerlijkheid heeft gediend. Hulde aan zijne nagedachtenis wordt hierdoor openlijk toegebragt namens de Familie, door Mr. T. A. LAMBRECHTSEN. Middelburg8 Junij 1864. Heden overleedna een geduldig lijden van ruim drie maanden,ons innig geliefd jongste Dochtertje JOHANNA ELISABETH, in den jeugdigen leeftijd van 5 jaar en 8 maanden. Middelburg, W. H. MILBORN. den 9 Junij 1864. B. MILBORN (Hoog er vorst.) Eenige kennisgeving. TOERLAMIIE YEIIELMffi'G VOOR ISRAEL, fi RELING MIDDELBURG. OPENBARE BIDSTOND Zondag 12 Junij 1S63, des avonds'ten--6 ure,..in het Kerkgebouw der Zendingsge- meente. Voorganger de WelEerw. Heer H. W. WITTEN VEEN, teErmelo.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1864 | | pagina 3