tjanöclsLicnijtm. m Jrrtijöinorn. Geneeskundige School. te blijven en hadden de bevoegdheid om een beroep op de natie te doen en de kamer te ontbinden. Daarop had eene diskussie plaats tusschen den woord voerder der oppositie-partij, den heer Decliamps, en den minister, waarin dc eerste trachtte te betoogen dat het mislukken der pogingen van zijne partij in het zamen- stellen van een ministerie enkel en alleen was toe te schrijven aan de houding van het thans weder opge treden kabinet. De heer Rogier beweerde in deze diskussie dat een ministerie der regterzijde onbestaan baar zou geweest zijn, daar het daartoe aan 'skonings goedkeuring onderworpen programma in tegenspraak was met de zoo menigmaal geuite gevoelens der oppositie zelve. Volgens den minister had de oppositie een onmo gelijk programma voorgesteld om daardoor overtuigd te kunnen zijn dat het toch niet zou worden aangenomen. Voorts zegt de heer Rogier dat men alle mogelijke moeite heeft gedaan om een ministerie der regterzijde aan het bestuur te doen komen en dat men zelfs te veel geduld heeft gehad. De koning heeft op loyale wijze daartoe verschillende pogingen in het werk gesteld en toen alles te vergeefs was een beroep gedaan op het ministerie, het welk zijn ontslag had aangeboden. In de volgende vergadering verdedigde de heer Royer de Behr het van wege de regterzijde voorgestelde pro gramma, hetwelk onaannemelijk is verklaard. Volgens den heer Royer de Behr wil zijne partij de trapsgewijze volvoerde toepassing van de beginselen, welke in de konstitutie zijn nedcrgelegd. „Men heeft de partijen onjuist voorgesteld zegt spreker. Men heeft beweerd dat de linkerzijde de partij was welke slechts het initiatief durfde nemen en voortschreed op dien weg, waarbij zij de sympathie der natie verwierf en de toejuichingen der volksmenigte. De regterzijde daarentegen was het abso lutisme. Ons programma heeft de onwaarheid vau derge lijke voorstelling doen blijken." De spreker schroomt dan ook niet een beroep op de natie te doen en vraagt de ontbinding der kamer. De heer Bara, die daarop aan het woord kwam, verklaarde den moed der klerikale partij te bewonderen en bijna geneigd te zijn tot haar voorstel toe te treden. Tot de beschouwing overgaande van het programma der regterzijde, zegt de spreker dat dit ten eenemale in strijd was met de autecedenten dier partij. Een ministerie der regterzijde met zulk een pro gramma zou onmogelijk zijn omdat dit de ondersteuning zou missen van de geestelijkheid, en men vergete niet dat de kiezers op het platte land geheel daarvan afhan kelijk zijn. (Wij protesteren daartegenroept men van de regterzijde.) „Ja, protesteert zooveel ge wilt zoo gaat de heer Bara voort ik herhaal wat ik gezegd heb; als de geestelijk- heidu niet ondersteunde dan zou de regterzijde hier geen tien, geen vijf leden tellen; was de geestelijkheid u vijandig dan zou geen enkele van u allen hier zijn. (gelach.) Uwe eenige kracht is in de geestelijkheid. Welnu die geestelijkheid heeft een welbekend en onver anderlijk programma, hetwelk op leerstellingen berust, welke zij onfeilbaar waant en aan welke zij lijdelijk ge hoorzaamt. Meent gij nu dat gij haar met uwe staathuis houdkundige hervormingen en uwe beloften om de cita dellen van Antwerpen te slechten dit programma zult kunnen doen prijs geven? Wat gaan haar die hervor mingen aan? Zij stelt waarlijk wel veel belang in Ant werpen! Was het nog maar voor Rome ten minste! Daarheen zendt zij geld en soldaten. De geestelijkheid leest missen voor den goeden afloop der verkiezingen zij leest er voor en na het kongres van Mechelen, maar heeft zij er ooit gedaan voor den val der noorder-citadel van Antwerpen (Uitbundig gelath.) Misschien zult ge der geestelijkheid genoegen doen met de belastingen te verminderen. Zij houdt niet van belasting te betalen,maar dit is niet de hoofdzaak van haar programmadeze heeft betrekking op het onderwijs en op de weldadigheid. De geestelijkheid wil meesteresse zijn van het onderwijs, de bisschoppen wenschen de vermeerdering der kloosters. Weet ge hoeveel er reeds zijn! Men telt er reeds meer dan twaalf honderd. Dit wordt schrikverwekkend. Een onlangs gevoerd regtsgeding heeft den haat van het volk tegen zekere godsdienstige broederschappen we der verlevendigd. De bevolking die werkt en weinig verdient, gevoelt ergernis bij het zien van die klooster lingen die niet werken en ondanks hun ledigloopen toch rijk worden. De jezuiten geven onderwijs, maar dit zal wel niet de oorzaak zijn van hun rijkdom. Hoe komt dit dan? De onnadenkende menigte zegt dat zij door bedriegclijke middelen verkregen wordt. (Beweging.) Ik beweer niet dat dit waar is, ik zeg alleen wat men zegt. Onze wetten zijn magteloos tegenover sommige bedrie gerijen. De kloosters kunnen noch bezitter, noch erfge naam zijn, maar men ontduikt de wet door andere listen volgens de leer „dat de goddelijke wet boven die der men- schen uioet gesteld worden." Verschillende tusschenper- sonen beweren eenvoudig op de meest bepaalde wijze onder eede dat zij zeiven alleen eigenaren zijn van de verkregen goederen. Nog onlangs verkreeg een aanzien lijk persoon, voorzitter van de vereeniging St. Vincentio di Paulo bij erfenis twee huizen van iemand die hij vol strekt niet kende. Eene procedure was daarvan het gevolg, waarin bedoelde persoon volhield dat hij voor zich zeiven en voor zich zeiven alleen die huizen had ontvangen. Na het winnen dier procedure werden beide huizen tot kloosters ingerigt. Een katholiek ministerie zou eene nieuwe ondersteu ning van de kloosters wezen en slechts de nederige die naar zijn van de geestelijkheid. De belofte van den keer Decliamps om de belastingen te verminderen is onmo gelijk te vervullen; waarmede zou men het deficit dekken? Is het land te zwaar belast, welnu waarom gaat die partij dan voort om koliekten te houden voor de jonge chine zen of Yoor den St. Petrus-penning? Men vergenoegt zich daarbij nog niet eens met het geld der rijken, maar ontfutselt zelfs de spaarpenning der armen om het naai de jonge chinezen te zenden, die ons geld volstrekt niet noodig hebben. Eindelijk treedt de spreker nog in eene beschouwing der hervormingen van de verkiezingen, welke bij ketpro- I gramma der regterzijde werden voorgesteld en waarin hij slechts een middel ziet 0111 de magt der geestelijkheid ten platten lande nog verder uitte breiden. De heer Soenens, afgevaardigde uit Brugge, kwam daarop aan het woord en beweerde dat hij alle argumen ten van den heer Bara vooruit te gemoet had gzien. De heftigheid van dien spreker is zoo geweest dat zij be- lagckelijk is geworden. De heer Bara beweert dat wij hier zijn afgevaardigd door de geestelijkheid. Ik heb de eer de afgevaardigde te wezen. Een lid der linkerzijde. Yan den bisschop van Brugge. (Algemeen gelach.) De heer Soenens. Yan een vlaamsch arrondissement, hetwelk gehecht is aan zijne vrijheden en ik zeg u: ont bindt de kamers en de natie zal uitspraak doen. Dit is mijn ecnig antwoord aan den heer Bara. De heer Gorlet. Dat is wel gemakkelijk. De heer Soenens spreekt nog eenige weinige woorden over de wenschelijkheid om de liefdadigheid zich vrij te laten uiten ten voordeele der kloosters en de zitting wordt gesloten na dit weinig schitterend debut van Brugge's vertegenwoordige r. ^raaatmarktcji enz. Amsterdam 1 junij. Tarwe en gerst hooger verkocht. Raapolie op zes weken 46]. Lijnolie op zes weken 42 j. Oostburg 1 junij. De aanvoer van granen was heden niet groot, en er bestond goede vraag voor paardenboo- nen, haver en tarwe, alle welke artikelen gemakkelijk als voren waren te plaatsen. Met gerst was het daaren tegen flaauwer en waren daarvoor vorige prijzen niet te bedingen. Men kocht putke nieuwe tarwe /'8,40 a ƒ8,60, gemeenere en blaauwe 8 a 8,25. Nieuwe zeeuwsche rogge J 5,50 a 5,75. Nieuwe wintergerst 5,25 a 5,80. Zomer dito 5,40 si 5,60. Haver 3,25 a 3,80. Paar- denboonen ƒ5,60 a ƒ5,80. Middelburg 2 junij. Bij onbeduidenden aanvoer van tarwe was er echter genoeg ter veil om de vraag te be vredigen. Yoor verzending bestond niet de minste vraag, maar alleen voor konsumtie, en daar houders niet lager wilden afgeven, zoo zijn vorige weekprijzen betaald. Rogge was niet beneden vorigen weekprijs te koop. Gerst minder aan en, gevraagd zijnde, is de beste winter gerst 25 en dito zomergerst 30 cent hooger betaald. Walchersche paardenboonen 25 cent hooger gekocht. Erwten met weinig omgang. Koolzaad werd aan ƒ15 dc mud verlaten, doch was einde beurs nog onverkocht, meer dan ƒ141 en ƒ14 werd daarvoor niet geboden. Men noteert raapolie ƒ45], pateutolie ƒ471, lijnolie 45] per vat op 6 weken, op kontant 1 lager. gemiddelde marktprijzen. Middenprijzen van bakbare tarwe ƒ8,40 en rogge ƒ5,80. Aardappelen ƒ1,50 a ƒ1,70 per ned. mud. Versche boter ,75 a ,85 per ned. pond. Prijzen van elfckten. Amsterdam 2 junij. Nederland. Certifik. Werkelijke schuld dito dito dito dito dito dito Aand. Handelmaatschappij Certifikaten bij Rothschild België. Rusland. Certifik. Hope co. Oblig. dito 1855 2] pet. 628 3 741 4 97Hi 41 21 5 97] 4 73 5 84 Rusland. dito dito Leening 1860 4] pet. 84* 6 Aand. spoorweg 191]- Polen. Sckatkistobligatiëii 4 Oostenrijk. Obligation metalliek 5 59] dito 1847/1852 21 30 dito rente Amsterdam 5 79 5 65] 3 797 Italië. 63 Spanje. Obligatiën (binnenlandsche) 3 45] Amortisable schuld Portugal. 47* dito 1856—1862 3 478 Griekenl. dito (blaauwe) 5 23* Turkije. Obligatiën (binnenl.) 6 471 Vereen.Stat.dito (1874) 60 Illinois. 7 661 Mexiko. 3 43] Grenada. Venezuela. 2 22 iV Gisteren voormiddag is van Vlissingen naar zee gezeild het barkschip Stad Middelburggezagv. D. D. Ouwehand, naar Batavia. JtöiHTtnitien Voorspoedig bevallen van een' welgeschapen Zoon M. SONIUS VAN GINHOVEN. Middelburg, 2 Junij 1864. Algemeene kennisgeving. Voorspoedig bevallen van een' welgeschapen Zoon C.E. HELLMUND. hartelijk geliefde Echtgenoot van den Middelburg, Kapit.-luitenant ter Zee den 3 Junij 1864. C. J. DAMME. Heden overleed, in den gezegenden ouderdom van ruim 90 jaren, Mejufvrouw PIETERNELLA MARIA LEEUWEN, Weduwe JOIIAN WILLEM NADER. Middelburg, 2 Junij 1864. Eenige kennisgeving. De ondergeteekendehoogst gevoelig voor zoo vele blijken van belangstelling en deelneming, hem bij de viering zijner Vijf-en-twintigjarige Evangeliebediening- in de Gemeente van Middelburg, zoo van hier als van elders gewordenbetuigt daarvoor bij deze zijn opreg- ten dank. A. SLOTEMAKER Cz. In dank ontvangen bij den Penningmeester der Com missie Loon voor Werk, de som van ƒ11.50, met bijschrift: „Laatste batig saldo van een afgestorven Gezelschap." Middelburg, den A. M. CRAMER, President. 3 Junij 1864. HUBERTUS REKKER, Secretaris. Degenen die iets te vorderen hebben van of ver schuldigd zijn aan de nalatenschap van den Heer S. B. GÖPNER, in leven Schilder te Middelburg en aldaar overleden, worden verzocht daarvan opgaaf of betaling te doen voor den 15 Junij e. k., ten Sterfhuize. Die iets te vorderen hebben van de Reederij van het Barkschip de HJoordslerworden verzocht, daarvan ten spoedigste opgave te doen ten Kantore van VAN DEN BROECKE LUTEIJN SCHOUTEN. De Curator in den gefailleerden en insolvent verklaar den Boedel van CHRISTOPHORUS LUDOVICUS ook wel genaamd CHRISTOPHORUS LUCAS TENSTAP- PER, laatstelijk Goud- en Zilversmid alhier, maakt aan belanghebbenden bekend, dat door hem.op den 25sten Junij 1864, des voormiddags ten 10 ure, in de Raadka mer der Arrondissements Regtbank alhierRekening van zijn beheer zal worden gedaan. Middelburg, 2 Junij 1864. De Curator in voorzegd Faillissement HUBERTUS REKKER, Procureur. Het «Faarlijksch Examen der Leerlingen zal ge houden worden op Maandag en Dingsdag den 13 en 14 dezer, telkens aanvangende des namiddags ten één ure De Geneeskunstoefenaren hebben den vrijen toegang. -rNamens de Commissie van Bestuur. I ^'-A-vS. DOBBELAER DE WIND.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1864 | | pagina 3