MIDDELBURGSCHE C O ETA N T. N°- 87. Donderdag 2 Junij. 1864. Editie van woensdag avond 4 ure. OPEAISAliE AAKRE§TEDIA€}. Burgemeester en wethouders van Schore en Ylake, zullen op donderdag den 16 junij 1864, des namiddags om 6 uren, in het gemeentehuis aldaar trachten aan te besteden Het bouwen van een nieuw Schoollokaal en onderwijzerswoning, met bij levering der benoodigde materialen. Het bestek ligt ter lezing in het gemeentehuis voor noemd en bij den secretaris van Schore, wonende te Kruiningen, terwijl inlichtingen kunnen verkregen wor den bij den heer architect ingenieur J. Soutendam, te Goes; zullende de aanwijzing in loco geschieden op maandag den 13 junij a. s., des voormiddags om 10 uren. Gedaan te Schore, den 30 mei 1864. Burgemeester en wethouders voornoemd, W. J. JANSSEN. De secretaris, DOMINICUS. öirmenlctnïr. 9Iiddclburg 1 junij. Uit de in ons nommer van jl. zaturdag medegedeelde voordragt ter vervulling der vakature van hoofdonder wijzeres op de school voor gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs voor meisjes alhier, heeft de gemeente raad in zijne zitting van heden middag benoemd mejuf- vrouw S. J. C. Gerth van Wijck, hoofdonderwijzeres aan eene bijzondere dag- en kostschool voor meisjes te Wijk bij Duurstede, met 8 tegen 6 stemmen, welke op mejuf- vrouw S. C. Tak, waarnemend hoofdonderwijzeres alhier, zijn lütgebragt. In eene onlangs gehouden vergadering van het alhier gevestigd departement der Nederlandsche maatschappij ter bevordering van nijverheid is benoemd tot afgevaar digde voor de algemeene vergadering dier maatschappij, welke den 12 j ui ij a. en volgende dagen in deze gemeente zal gehouden worden, de heer A. H. G. Fokker, terwijl tot plaatsvervangers zijn verkozen de heeren J. W. de Raad, P. M. de Ligny, F. Nagtglas, J. Fak Brouwer, G. Knol, A. W. Teding van Berkhout, Johs. Luteijn en C. D. Roëll. Het schijnt dat de resultaten van het onderzoek der sektiën over de wetsontwerpen, die niet door de nieuwe plannen van den minister van financiën vervallen zijn, nu toch, in weerwil van het reces der kamer, in voor- loopige verslagen zullen zamengevat worden. Wij ver nemen althans dat den 2 dezer de kommissie van rap porteurs zal bijeenkomen om het verslag over de nieuwe registratiewet vast te stellen. De Moniteur behelst het berigt, dat de keizer van Rusland, na zijne gemalin naar Kissingen te hebben gebragfc, Nederland bezoeken zal, met het doel om er eenige dagen bij zijne tante, de koningin-douairière, door te brengen. In sommige parijssche kringen wordt verhaald dat keizer Napoleon te gelijker tijd als keizer Alexander een bezoek zal brengen aan den koning der Nederlan den, terwijl deze zich op het Loo bevindt. De keizerin van Frankrijk zou insgelijks een bezoek brengen aan de koningin der Nederlanden, doch eenigzins later en wel gedurende het verblijf van keizer Napoleon te Vichy. Zij die wenschen te worden toegelaten tot het examen, bedoeld bij art. 2 van het koninklijk besluit van 13 december 1860 (Staatsblad no. 34), om benoemd te wor den tot attaché bij het nederlandsche corps diplomatique, welk examen vermoedelijk in-de maaud september van dit jaar zal worden gehouden, worden opgeroepen zich daartoe schriftelijk aan te melden bij het departement van buitenlandsche zaken. f Men schrijft ons uit 'sGravenhage van 30 mei: „Gelijk iku reedskortelijkberigtte, heeft hier gisteren avond een volksoploop tegen den predikant Zaalberg plaats gehad. Het is aan uwe lezers bekend, dat hij hier sedert het jongste paaschfeest openlijk als verkondiger van de zoogenoemde „moderne theologie" is opgetreden en wel op eene wijze, die, de waarde der respektieve stellingen ter zijde gelaten, de personen van tegenover gestelde geloofsbegrippen kwetste en met wrevel ver vulde. Zijn naam is aanhoudend op aller tongen en zijne leer maakt een hoofdonderwerp der gesprekken uit. De overige godsdienstleeraars preoken tegen hem, en de meerderheid der gemeente is met zijne begrippen niet gediend, hoewel hij eene aanzienlijke schare getrouwe aanhangers bezit. Over en weêr zet dit alles kwaad bloed en houdt de stad in eene soort van gisting op kerkelijk gebied, zoo dat het schijnt dat de heer Zaal berg reeds menige meer of minder grievende verguizing heeft ondergaan, zonder dat het echter nog tot eene demonstratie was gekomen gelijk de thans bedoelde. „Gisteren avond hield hij de avondpredikatie in de Nieuwe kerk en het bleek dat de beweging opzettelijk tegen hem georganiseerd was, want gedurende de dienst schoolde reeds eene menigte rondom het gebouw bijeen en toen de kerk uitging werd het eene onoverzienbare massa. Men wil dat ook de policie er reeds van verwit tigd was en dien overeenkomstig hare maatregelen had genomen; althans zij kwam dadelijk te voor schijn, toen zij noodig was. In weêrwil van al die bedenkelijke symptomen schijnt de heer Zaalberg verko zen te hebben te voet terug te keeren, in plaats van zich snel per rijtuig te verwijderen, en is dit zoo, dan heeft hij zeker zeer verkeerd gehandeld, want het was onnoodig om zelf het gevaar in den mond te loopen. Toen hij op het kerkplein kwam om zich huiswaarts te begeven, was hij spoedig door de menigte iugesloten, die hem aanhoudend opdrong, zoo als men dat te Amsterdam gewoon is, wanneer men een intrigaut van de beurs af wil werpen. In die verwarring viel hij, en het had nood lottig met hem kunnen afloopen, indien hij niet door policie en partikulieren bevrijd ware geworden, die hem ophielpen en in de kerk terugvoerden. Toen liet de heer Waldeck, kommissaris van policie, een rijtuig ontbieden en bragt hem onder bedekking van agenten naar zijne woning in het Westeinde. Een groot gedeelte der menigte, die aan de onedele demonstratie deelgenomen had, volgde het rijtuig, doch onthield zich van dadelijk heden en bepaalde zich tot eene nieuwe zamenscholing voor de deur van den heer Zaalberg; er werden policie- agenten gestationneerd en den geheelen nacht is een wakend oog op het huis gehouden, want vele groepen bleven bijeen, en een uur, nadat de kerkdienst afgeloo- pen was, omringde eene groote menschenmassa altijd nog het kerkgebouw. „Den vorigen zondag had er ook reeds een ige onaan genaamheid plaats gehad naar aanleiding van Zaalberg. Hij zou do middagpredikatie iu de Bethlekems kerk houden, maar twee personen plaatsten zich aan de deur om aan de biünentredeuden exemplaren van een „open brief tegen de leer van Zaalberg" uit te reiken. Dit was niet naar den smaak van een ijverig Zaalbergiaan en van woorden kwam het tot dadelijkheden, waarbij eender uitdeelers een vuistslag in het oog ontving, hetgeen de Zaalbergman voor de justitie zal te verantwoorden hebben. „Men ziet, dat, al leven wij ia de verlichte negentiende eeuw, de argumenten ad hominem nog altijd door de groote massa als afdoende bewijzen beschouwd worden. Den tegenstander een bal in den mond te steken, en dien des noods er iu te slaan, is dan ook de meest prak tische wijze om hem tot zwijgen te brengen, doch verheft de zaak niet welke men aldus meent te dienen. Degenen die zich diets maakten dat zij op deze wijze de eer van Christus handhaafden, hebben getoond het grondbeginsel zijner leer: „Hebt God lief boven alles en uwe naasten als u zeiven," niet te kennen." Marine en leger. Wij vernemen dat Zr. Ms. korvet 2e klasse Pallas tegen september te Ylissingen zal worden in dienst gesteld tot het doen van kruistogten met adelborsten le klasse. Naar men verneemt wordt heden het te Nieuwediep liggende instruktievaartuig Urania in dienst gesteld, onder bevel van den luitenant ter zee le klasse Brouwer, om dezen zomer in de kuil van Marken een oefenings- togt te doen met de adelborsten van het laatste studie jaar, aan het koninklijk instituut voor de marine. Verder zullen aan boord van dien bodem nog geplaatst worden, de luitenant ter zee 2e klasse van Woelderen en de officier van gezondheid 2e klasse Hellema. ftegfszaken. De konklusie van de akte van beschuldiging, dezer dagen door den prokureur-generaal bij het hof in Over ijssel, in zake mevr. de wed. Pruimers en den predikant van Rhijn opgemaakt, luidt als volgt: „En worden mitsdien Johanna Theodora baronnesse van Dedera, weduwe van Daniël Pruimers, en Johannes Gerrit van lihijn voornoemd door den prokureur-generaal beschuldigd „de eerste van, na bij vonnis der arrondissements- regtbank te Zwolle, van den 21 september 1863, hangende het tegen haar aangelegd geding tot ontzetting uit de voogdij van haar minderjarig kind Margaretha Daniëlla Pruimers, in die voogdij te zijn geschorst, nadat dit von nis behoorlijk op den 23 september 1863 aan haar was beteekend en vervolgens gemeld kind door den bij het vonnis benoemden provisionelen voogd op den 25 sep tember 1863 geregtelijk van haar, die tot aan hare schor sing in de voogdij, ingevolge de wet, als voogdes met het toezigt over dat kind was belast, en als zoodanig het zelve onder zich had, was opgeëischt, met boos opzet en ter kwader trouw te hebben geweigerd, dat kind op te leveren aan den door den kantonregter beëedigden pro visionelen voogd, op wien als zoodanig het toezigt over dat kind was overgegaan en die alzoo regt had hetzelve op te eischen en hetzelve met boos opzet en ter kwader trouw, in plaats van het uit te leveren, heimelijk en met het doel om het aan het toezigt van den provisionelen voogd te onttrekken, te hebben doen wegvoeren naar eene plaats waar hetzelve verborgen werd gehouden; „alzoo van niet uitlevering van een kind, waarmede zij beschuldigde was belast, aan dengene, die regt had om het te eischen „de tweede beschuldigde van zich aan boven omschre ven en gekwalificeerde feiten medepligtig te hebben ge maakt, door des bewust en met boos opzet de eerste beschuldigde bij te staan in bedrijven, die dienden om de bedoelde strafbare feiten voor te bereiden, te doen gelukken of te voltooijen, bepaaldelijk door de eerste beschuldigde met het kind ten 2ijnent te huisvesten, alle overleggingen omtrent het opeisehen van het kind met hare raadgevers mede te bespreken, en verder het geheimzinnig uit zijn huis wegvoeren van het kind te bevorderen, door daartoe alles te helpen beschikken, daartoe den last te helpen geven „de tweede beschuldigde daarenboven van op den 28 en 29 december 1863, gedetineerd zijnde in het huis van burgerlijke en militaire verzekering te Zwolle, door aan bieding van geld en beloften, deu gevangenbewaarder Anthonie Lengton, wiens funktie medebrengt met de vereisckte voorzorgen alle brieven van gedetineerden te bezorgen, te hebben zoeken te bewegen om op zoodanige wijze brieven buiten het gesticht te bezorgen, dat die aan het daarvoor voorgeschreven toezigt werden ont trokken en dus de gevangenbewaarder aan zijn pligt ontrouw zoude zijn, welke poging door de standvastig heid van dezen geen gevolg heeft gehad, alzoo van po ging tot omkooping van een agent van een openbaar bestuur door beloften en aanbiedingen, ten einde van dezen eene ambts- of dienstverrigtiug te verkrijgen, welke poging geenerlei uitwerking heeft geliad. Gemengde bcrigïcn. Bij de lossing van een schip met amuaitie te Vlissin- gen op gisteren, is een lcanon van ongeveer 2800 ned.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1864 | | pagina 1