van burgemeester en wethouders aan den gemeenteraad
over 1863hetwelk zal worden gedrukt en rondgedeeld.
Voor de vacerende betrekking van hulponderwijzer
op de school C voor gewoon lager onderwijs, van den
hoofdonderwijzer J. van Sluijs, wordt overgelegd eene
voordragt van drie personen, bestaande uit de drie solli
citanten: L. C. Villée, te Colijnsplaat, G. Wisse en
C. Heeröldt, beide te Vlissingen.
Tot de dadelijke benoeming overgegaan zijnde, is de
heer L. C. Villée gekozen met 14 stemmen, terwijl 1 stem
op den heer 0. Heeröldt werd uitgebragt. De akte van
aanstelling zal door burgemeester en wethouders aan
den benoemde worden uitgereikt en van de benoeming
aan de plaatselijke schoolkommissie en den distrikts-
schoolopziener worden kennis gegeven.
Blijkens mededeeling des voorzitters heeft de opname
der boeken en kas van den gemeente-ontvanger plaats
gehad, waarbij alles in orde is bevonden, zijnde in kas
ƒ21.040,68£. Deze mededeeling is voor kennisgeving
aangenomen.
Mede is voor kennisgeving aangenomen de mededee
ling dat het bouwen der lokalen voor de rijks hoogere
burgerschool met Öjarigen kursus, achter het huis gemerkt
F no. 40, in de Sint Pieterstraat, beuevens het verande
ren van genoemd huis tot woning van den koncierge,
waarvan de openbare aanbesteding heeft plaats gehad,
voorloopig is gegund aan den heer J. M. van Dit mars
voor/23.430, zijnde de laagste inschrijver, terwijl nog
hebben ingeschreven de heeren J. Snel voor ƒ29.500,
J. Sonius voor ƒ29.010, A. de Landmeter voor/25.603,
Jeras voor 28.875, W. van Uije J.Jz. voor/29.165 en
Tuijter voor ƒ28.993.
Is ingekomen eene missive van het bestuur der gods
huizen ter begeleiding van de vergelijkende staten van
baten en lasten met eene memorie van toelichting, waar
uit blijkt dat die administratie zich in buitengewone
gunstige uitkomsten mag verheugen. In bedoelde missive
wordt magtiging verzocht tot overschrijving eener som
van/1579,88 en tot betaling eener som van ƒ12,35 uit
de onvoorziene uitgaven. Overeenkomstig het advies
der financiële kommissie is tot inwilliging van dit ver
zoek besloten.
Van de kommissie van bestuur over de bank van lee
ning zijn ingekomen de tabellen en de rekening over
1863 met bijlagen enz. De financiële kommissie heeft
geene bedenkingen tegen de goedkeuring der rekening,
doch de beraadslaging wordt, op voorstel van den heer
Lambrechtsen van Iiitthem, aangehouden.
De heer Lantsheer brengt, mede namens de heeren
Snouck Hurgronje en van Visvliet, rapport uit omtrent
de voordragt van gedeputeerde staten tot vernietiging
der verordeningen van het burgerlijk armbestuur en het
bestuur der godshuizen. De slotsom van het onderzoek
der kommissie is dat er geene gronden tot vernietiging
aanwezig zijn, tot staving waarvan zij eene memorie
barer beschouwingen bij het rapport overlegt. De
beraadslaging over dit rapport is mede aangehouden en
daarna de openbare zitting gesloten.
thutrniaiiö.
Algeimecn over/.igt.
Wij hebben dezer dagen door de aanhaling van een
artikel uit een dagblad van New-York, hetwelk geheel
naar de inzigten van den president Lincoln geschreven
wordt, onzen lezers doen zien hoe men inde Vereenigde
Staten ten aanzien van de vestiging van het nieuw mexi-
kaansche keizerrijk gestemd is. Intusschen wil men het
op deTuileries nog altijd doen voorkomen dat de ameri-
kaansche regering geenszins voornemens is eenige moei-
jelijkheden in den weg te leggen, maar integendeel ver
langt met Frankrijk de meest vriendschappelijke betrek
kingen te onderhouden.
Hoezeer dit een ijdele waan of een bedriegelijk voor
wendsel is, leeren we uit een depeche van den heer
Seward, waarin hij met nadruk protesteert tegen de ves
tiging van een keizerrijk en reeds op de kontiikten wijst
welke door de uitvoering van dat plan tusschen Amerika
en Frankrijk zouden kunnen ontstaan. Deze depeche,
eerst dezer dagen aan liet licht gekomen, is wel is waar
van 26 september, maar het jongste votum van het
washingtonsche kongres heeft ons genoegzaam doen zien
dat in de gezindheid der araerikanen ten opzigte van de
handhaving van Munroe's beginsel nog geenszins ver
andering is gekomen. Ilet. voorstel toch van de kommissie
voor buitenlandsche zaken, door het kongres met alge-
.meene stemmen aangenomen, luidde
„Het kongres is niet voornemens om door zijn stil
zwijgen andere volken in den waan te laten dat het de
betreurenswaardige gebeurtenissen die in Mexiko plaats
hebben met onverschilligheid aanziet. Daarom verklaart
het dat te berusten in de oprigting-, onder de bescherming
eener europesohe mogendheid, van een monarchale re
gering op de puinhoopen van eenig republiekeïnsch goe-
vemement in Amerika, geenszins met de gezindheid van
de bevolking van de Vereenigde Staten overeenkomt."
Om nu tot de depeche van den sekretaris van staat dei-
unie weder te keeren, daarin wordt na de opmerking
dat de Vereenigde Staten ten aanzien van Mexiko de
zelfde staatkunde van niet-tusschenkomst volgen die zij
steeds ten opzigte der andere mogendheden hebben in
acht genomen te kennen gegeven dat de regering der
VereenigdeStaten bekend is met de nationale gevoelens
die in Mexiko ingeworteld zijn en waardoor de bevolking
noodwendig aan een republiekeinsch bestuur boven elk
ander de voorkeur moet geven. Wel is waar moet deze ten
deele worden toegeschreven aan den invloed der regering
van de Vereenigde Staten, maar de meening die daar popu
lair en algemeen geworden is heeft een wettigen grond en
is van het meeste belang voor den voortgang der bescha
ving op het vaste land van Amerika. En die beschaving
zal alom veldwinnen, ten ware Europa daarvoor belet
selen in den weg stelle. Maar de bondsvergadering is
van oordeel dat elke vreemde poging om den voortgang-
der beschaving in Amerika te verhinderen afstuiten zal
op de steeds aangroeijende materiële, zedelijke en poli
tieke krachten die het bijzonder eigendom zijn van het
vasteland van Amerika.
De bondsregering ontkent dan ook niet dat hare eigene
veiligheid hoofdzakelijk afhangt van de instandhou
ding van vrije republikeinsche instellingen door geheel
Amerika. „Het is ook geenszins noodig te ontveinzen
aldus eindigt deze merkwaardige depeche dat zoo
Frankrijk, na rijp beraad, mogt besluiten ten aanzien van
Mexiko een staatkunde te volgen die in strijd is met de
hier boven ontvouwde inzigten der amerikanen, deze
alsdan de kiem zou bevatten van gedurige botsingen,
waarvan het gevolg zou wezen dat zij een konflikt tus
schen Frankrijk aan de eene en de Vereenigde Staten
met andere amerikaansche republieken aan de andere
zijde zouden in het leven roepen."
Het ooiiogstooneel,
Van de zijde der denen komen omtrent de bemagtiging
der duppeler schansen nog slechts zeer onvolledige
berigten tot ons. We kunnen er echter uit opmaken
dat de redoutes van het centrum door de pruissisclie
artillerie reeds nagenoeg geheel vernield waren voor dat
de bestorming ondernomen werd. Bijna al de korpsen
waren reeds bij het begin van den aanval afzonderlijk
omsingeld, en op die wijze werden reeds bij den aanvang
vele hoofdofficieren overvallen en gewond of krijgsge
vangen gemaakt. Na de bemagtiging der redoutes werd
het bruggenhoofd van Sonderburg dapper verdedigd
opdat de troepen onverhinderd zouden kunnen terug
trekken, maar toch schijnt het dat slechts weinigen in
staat waren zich bij de troepen op Alsen te voegen, daar
een der bruggen waarmede het eiland aan den vasten wal
verbonden is, door de pruissisclie batterijen vernietigd
was en de andere door de denen zeiven was afgebroken.
In de deensche legerbulletins wordt voorts erkend dat
geheele brigades letterlijk vernield zijn en dat de ver
liezen die geleden zijn in alle deelen ontzettend moeten
genoemd worden.
De pruissisclie Staats-Anzeiger bevat thans eene
opgave uit Gravenstcin van de geledeue verliezen dooi
de prnissen bij de bestorming van Duppel. Deze bedra
gen aan doodeu en gewonden: zestig officieren en ruim
duizend manschappen. Voorts bevonden zich in de
ambulante pruissisclie hospitalen: 21 deensche officieren
en 580 deensche soldaten.
Koning Wilhelm van Pruissen heeft zich eergisteren
naar het oorlogstooneel begeven met den heer von Hoon,
minister van oorlog. Te Bendsbnrg werd hij met de
meeste geestdrift ontvangen. Een aantal jonge meisjes,
in de nationale kleuren gekleed, bestrooiden den weg
met bloemen, terwijl pruissisclie en sleeswij k-holsteinsche
volksliederen door de muziek werden uitgevoerd. Aan
toespraken en salvo's uitliet geschut ontbrak het evenmin.
Te Flensburg werd koning Wilhelm door den oostenrijk-
schen bevelhebber vou Gablcutz begroet en zette daarop
de reis naar Duppel voort.
Garibaldi te Londen.
Lord Palmerston moge al openlijk in het lagerhuis de
verklaring afleggen dat het overhaast vertrek van Gari
baldi geenszins aan franschen invloed moet worden
toegeschreven, niemand zal zich daardoor laten om den
tuin leiden. De officieuse dagbladen mogen vrij bij her
haling verkondigen dat het klimaat van Engeland op
den gezondheidstoestand van den generaal een ongun-
stigen invloed uitoefent, de engelsche natie heeft te veel
gezond verstand om daaraan geloof te schenken. Een
enkel woord van Garibaldi, opgevangen van het antwoord
dat hij aan een der talrijke deputaties gaf, die hem nog
dagelijks komen begroeten, zijn gezegde: „Ik zal er over
nadenken of ik een bezoek aan Newcastle kan brengen
zonder mijne belofte te schenden," heeft vrij wat meer de
overtuiging gevestigd dat hier werkelijk eene staatkun
dige intrige in het spel is.
Men behoeft er zich bij de overmatige opgewonden
heid dan ook niet over te verwonderen dat er woensdag
in de straten die Garibaldi doortrok, op onderscheidene
plaatsen plakaten waren op te merken, waarop met
groote letters gedrukt stond: „Garibaldi is hurried away
from England to please Louis Napoleon! Englishmen,
shall we suffer it?" (Garibaldi is aan Engeland ontrukt
om Lodewijk Napoleon te believen! Engelschen, zullen
wij dit dulden?) Die dag leverde overigens voor den
italiaauschen held weder de schitterendste ovatie op.
Ten twaalf uur nam hij voor de woning van den heer
Seely in het Hyde-park plaats in een open rijtuig, hetwelk
hem naar Guildhall moest brengen, waar hem een adres
zou overhandigd worden, maar het was ruim half twee
voor het rijtuig zich door de opeengedrongen menigte
een weg derwaarts had kunnen banen. De huizen waren
op nieuw met vlaggen getooid en nieuwsgierigen en
bewonderaars verdrongen zich als op den dag van zijn
aankomst. Voor het hotel van lord Palmerston, waarvan
het balkon met dames in prachtig toilet gevuld was^
moest het rijtuig geruimen tijd stilhouden, opdat Gari
baldi de luidruchtige groeten van het hooge gezelschap
zou kunnen beantwoorden. Toen de generaal, eindelij k
aan het eind van zijn togt gekomen, in de raadzaal was
binnen getreden, werd onder gedurige storingen door
de luide toejuichingen het adres voorgelezen, waarbij
hem het burgerregt werd verleend. Garibaldi heeft daarop
in het engelsch het volgende geantwoord
„Lord-mayor en Mijne heeren! Het is mij zeker niet
mogelijk u, vertegenwoordigers der roemrijke stad
Londen, mijn dankbaarheid kenbaar te maken voor de
eer die gij mij heden bewijst. Op die eer ben ik wel zoo
trotsck als op den voornaarasten rang in het leger, de
eerste plaats in den oorlog en de aanzienlijkste krijgs
eer omdat ik er meer eer in stel een vrij man te zijn in
dezeberoemde stad, die het brandpunt is der beschaving-
Ik overdrijf niet wanneer ik, na hetgeen ik nu in deze
stad gezien heb, zeg dat zij de ware zetel der vrijheidis.
Hier zijn geen vreemdelingen, omdat ieder in Engeland
te huis is. Ik dank u, niet alleen uit mijnen naam en dien
mijner broeders, maar uit naam van mijn vaderland, dat
er staat op maakt van Engeland al den bijstand te ont
vangen dien het in den oorlog verlcenen kan. Zeker
kunnen mijne landgenooten het engelsche volk niet
dankbaar genoeg zijn voor zijn steun en sympathie,
zoowel als voor zijn hulp van materiëlen aard in elke
omstandigheid. De tegenwoordige is niet de eenige
gelegenheid waarin ik mij met de engelschen gelukkig-
heb gevoeld. Op al de punten van den aardbodem en in
velerlei omstandigheden was ik met hen gelukkig, inliet
bijzonder in Amerika, en in sommige gevallen ben ik aan
de bescherming der engelsche natie mij n heil verschuldigt.
In China heb ik aan het engelsche volk een hulp te dan
ken die het mij onmogelijk is te vergeten en ik gaf toen
de verzekering dat mijn dankbaarheid en genegenheid
en mijne liefde voor de engelschen steeds onuitputtelijk
zouden zijn. Ik herhaal het, uit naam van mijn vaderland
ben ik aan Engeland grooten dankschuldig."
Deze woorden werden op oorverdoovende wijze toege
juicht. Toen de generaal de gouden doos ontvangen had,
welke het besluit van den raad der city bevatte, bragt
hij haar aan zijne lippen en overhandigde haar aan zijn
zoon llicciotti met de woorden „Ik geef dit kostbare
souvenir aan mijne zónen over, opdat zij het als eene
dierbare nalatenschap in mijne fainieljc bewaren."
De Morningpost behelst omtrent het vertrek van
Garibaldi het volgende
„Men zal niet zonder verbazing vernemen dat onze
italiaansche gast, generaal Garibaldi, Engeland gaat
verlaten, om naar het eiland Caprera terug te keeren.
Die verwondering zal veel verminderen, wanneer men
in het oog houdt dat de generaal, sedert zijne komst te
Londen, in eene groote overspanning heeft verkeerd en
genoodzaakt is geweest tot eene inspanning, waardoor
het gestel van menig jeugdig en krachtig persoon op eeno
te zware proef zou gesteld zijn geworden en waardoor,
gelijk men thans ziet, zijn herstel aanmerkelijk vertraagd
of welligt zijne gezondheid ernstig in gevaar gebragt zal
worden. Ofschoon men tot in de vorige week geene vrees
koesterde dat Garibaldi zich niet naar het noorden van
Engeland kon begeven en-de bezoeken niet kon afleggen,
die hij had toegezegd en waarnaar hij verlangend was,
zoo verklaren evenwel zijne geneésheeren thans bepaal-