met Noord Amerika gesloten traktaat zal worden gcplu- bliceerd, zoodra het zal zijn geratificeerd. Het wetsontwerp werd1 hierop met algemeene stemmen aangenomen. Goedkeuring van hel verdrag van handel en scheepvaart tusschen Nederland en Italië. De heer Heydcnrijck Iaat daar, of wel al de resultaten zullen verkregen worden die men verwacht, daar geene vermindering van invocr- rcgten voor de geraffineerde suiker is kunnen verkregen worden, maar in ieder geval is een onregt hersteld. Bij die gelegenheid (Long spreker aan op een handelstrak taat met Frankrijk. De heer Wintgens wees op den ver ouderden toestand van het postverdrag met Italië en wensclite daarvan in verschillende öpzigtcn herziening. Voorts vroeg hij wat gebeuren zal voor het geval dat Italië met eene andere mogendheid in oorlog geraakt, met de ladingen van nederlandsche rcedors in vreemde schepen, waarop italiaausche kruisers jagt maken. Zijn daartegen geen vertoogen te doenof is de regering nog van oordeel dat daaraan niets te doen is? Ilij betwijfelt dit, met het oog op de bepalingen van het kongres van Parijs van 1856, waarbij een nieuw maritiem regt is geschapen. De heer van Ileukelom betoogde dat de kwestie, in de laatste plaats door den heer Wintgens behandeld, thans niet te pas kwam. Bovendien, wie zon kunnen beletten dat schepen werden opgebragt om onderzocht te worden, of de lading werkelijk eene nederlandsche lading is. De heer Blussé betreurde het dat hij het traktaat van Parijs onzijdig goed in een vijandigschip nietgerespekteerdis, maar dit is nu eenmaal zooen nu is liet niet te vergen dat Nederland het initiatief neme om daarin verandering te brengen, nu Engeland stil zit. De minister van buitenlandsche zaken antwoordde op de vraag van den heer Wintgens dat geene officiële stappen bij de regering van Turijn, in geval van oorlog, zouden gedaan worden, omdat het kleine Nederland niet kan voorgaan, waar groote mogendheden stil zitten. De heeren Cool, Heemskerk Az. en de minister voer den nog het woord. De laatste persisteerde bij het ge voelen, dat het Nederland niet paste vertoogen of eisehen aan groote mogendheden te doen, betreffende beginselen van maritiem regt, die nog niet in het volkenregt waren aangenomen. De minister van financiën verklaarde dat het nieuwe postverdrag met Italië zou steunen op de zelfde liberale beginselen als dat met Pruissen. Het wetsontwerp werd hierop met algemeene stemmen goedgekeurd. Wijziging van art. 5 der wel van 30 april 1815 op de mili taire Willemsorde. Bij die gelegenheid betoogde de heer Gevers Deynoot dat het eene onbillijkheid was, dat inlandsche officieren en soldaten in Indië de militaire Willemsorde niet kunnen bekomen. Hij hoopte dat de regering die zaak spoedig zou regelen, en drong ook aan op een speciaal ondcrscheidingsteeken voor verdienste lijke militaire en civiele beambten in Indië. De minister van koloniën antwoordde dat het Staatsblad van 1839 niet verbood aan inlandsche officieren en soldaten de Willemsorde uit te reiken, en dat verschillende javanen daarmede dan ook versierd waren. Het wetsontwerp werd met algemeene stemmen goed gekeurd. Verder zijn nog de wetsontwerpen op de volgende onderwerpen betrekking hebbende met algemeene stem men aangenomen, meestal zonder cenige diskussie Verhooging van hoofdstuk III B der staaislegrooling voor 1863. Onteigening van peróeelen voor den spoorweg Zioolle-Kampen. Onteigeningswet voor den spoorweg van ZmUe-Neeenter. Onteigeningswet voor den spoorweg Kuilenhurg-Zalt-Bommel. Uitbreidhcg van de wet van 19 augustus 1861 (no. 72) op de nationale milide. Onteigeningswet voor den spoorweg van Almelo naar de gren zen in de rigling van Salsbergen. Onlcigeningsioel ten behoeve der verbreeding eener straat te Maastricht. Nadat de konklusiën op een tal regeringsverslagen waren goedgekeurd, is de vergadering tot nadere bijeen roeping gescheiden. 6uitrntanii AlgCEiiccm overzigt. Dat Denemarken liet konferentic-voorstel niet lieeft aangenomen gelijk liet in overweging is gegeven kan thans als vrij zeker worden aangenomen. De deensclie regering schijnt de in de staatkunde niet onbekende houding te hebben aangenomen, waarbij men zich gaarne bereid verklaart om te doen hetgeen zekere mogendheid voorstelt, maar daarbij eene kleine voorwaarde voegt, waardoor juist de toetreding dier zekere mogendheid onmogelijk wordt. Vergissen'wij ons niet dan is dit de stand der decnsch- duitsche kwestie, en de diplomatie kan derhalve hare pen, de krijgskunde hare lans met nieuwen ijver opvatten. Wat dit liatste betreft worden in sommige duitsche dagbladen geheimzinnige toespelingen aangetroffen op 22 maart, den geboortedag van koning Wilhelm. Men verwacht derhalve op dien dag eene krachtige militaire beweging tegen de deensclie defeiisie-linicn. Voorloopig heeft het pruissisch ministerie bij cirkulaire aan de goe- Yerneurs der provinciën den last opgedragen om kennis te geven aan de verschillende dagblad-redaktiën dat zij zich van de vermelding moeten ontbonden van bijzon derheden omtrent de krijgsbewegingen der geallieerden, daar de vijand hierdoor van de plannen der troepen on- derrigt zou worden. In den fransehen senaat heeft dezer dagen eene niet onbelangrijke diskussie plaats gehad over eene petitie, ingekomen tegen de „ongodsdienstige schriften," welke men door de gestrenge hand der justitie wilde zien getroffen. Het was natuurlijk dat de aartsbisschop van Rouaan, onlangs tot kardinaal en als zoodanig tot senator benoemd, de heer de Bonecliose, niet kon nalaten een dergelyk terrein met ingenomenheid te betreden, nadat de baron de Cliapnys Montlaville bem daartoe den weg had bereid en de heer de la Gueronnière den verderen loop geregeld. De heer de Bonecliose dan, kon niet nala ten het bekende werk van Ernest Renan te bespreken en als zijne overtuiging te doen kennen dat het onder het bereik van de strafwet viel als beleedigend voor de gods dienst. De heer Dclangle verdedigde daarop een tegen overgesteld gevoelen en de senaat ging over tot de orde van den dag. Het dagblad van St. Petersburg bestrijdt thans ook van russische zijde alle geruchten omtrent eene herstel ling van liet heilig verbond, hetwelk sommige, gelijk wij onlangs bespraken, weder aan den europcschen horizon meenen te zien. Het russisch orgaan beweert dat Rus land bovendicu rust noodig heeft en derhalve geene alllantiën zoekt dan diegene, welke in het belang zijn van den vrede, den vooruitgang en liet algemeen wel zijn. Wij behoeven niet te betoogen dat al deze schoone woorden aller zonderlingst in tegenspraak zijn met al de berigten van krijgstoerustingen, welke uit alle oorden van liet russisch rijk worden aangebragt. Naauwelijks hebben wij dezer dagen gemeld dat het grieksch ministerie eene wijziging had ondergaan of thans wordt weder uit Athene berigt dat dit kabinet ten gevolge van verschillende volksdemonstratiën zijn ont slag genomen heeft. Een nieuw ministerie is thans zamengcstcld uit de heeren: Zaimis, buitenlandsche zaken, Omunduros, financiën, Elegiansis, onderwijs, Deligeorgi, justitie, Cristides, hinnenlandsclic zaken, Caroreos, oorlog, Zaimis, marine (tevens president). Volgens het dagblad La France zullen de keizer en keizerin van Mexiko op 2 april zich te Triest naar hunne staten inschepen op liet fregat Novara. Het franseh stoomschip Themis, hetwelk de Novara zal vergezellen, zal binnen een paar dagen Toulon verlaten om naar Triest' te stevenen. Dc laatste tijdingen uit Mexiko zelf melden de overgave der stad Tabasco aan de fransche troepen. Het ooiiogstooneel. De preussisclier Staats-Anzeiger bevat een rapport omtrent het eerste zeegevecht tusschen pruissische en deensclie oorlogsschepen. De kapitein ter zee Jaclimann, kommandant van het pruissisch eskader stelt de zaak al dus voor: „De schepen der koninklijke marine Arcona en Nymph hebben zich heden van Swinemuude naar Divenow en vervolgens naar Arcona begeven, zonder deensclie kruis- sers te ontmoeten. Ten halfeen uur had ik zeven deensclie vaartuigen in het gezigt, ten noordwesten van Arcona en de kapitein Ruim, die zich met de Loreley, van Thiessow komende, bij mij kwam voegen, berigtte dat bet fregatten waren. Ik gaf bevel dat de kanonneerbooten naar de kust moesten terugtrekken en viel met de Arcona, de Nympli en de Loreley, in slagorde geschaard, den vijand aan. De vijand stelde zijne schepen in twee kolonnes, en toen wij deze naderden, bemerkte ik dat de deensclie schepen be stonden uit een linieschip, twee fregatten, twee korvetten en een gepaniserden schoener, alle sc.Iiroefsfooniscliepen. Ten twee ure openden onze schepen het vuur, hetwelk door de denen onmiddellijk werd beantwoorddeze kanon- nade duurde tot vijf uren. De denen vervolgden daarop de Arcona en de Nymph tot ip de hoogte van Swinemundc. Wij hebben vijf dooden en acht gekwetsten; onder de laatste bevindt zich de eerste officier aan boord van uwer majesteits korvet, de luitenant Berger, die in het bcgirr van het gevecht aan mijne zijde ernstig gekwetst werd. „Ik acht mij gelukkig aan uwe majesteit te kunnen berigten, dat officieren en soldaten zich met moed en vastberadenheid gedurende dit gevecht hebben gedragen- Van de Loreley heb ik nog geen rapport ontvangen; deze is naar Thiessow teruggekeerd. Het deenscli eskader was in allen opzigte sterker dan het onze; de verliezen der denen zullen iutussclicn ongeveer aan de onze ge lijk zijn." De koning van Pruissen heeft op 19 maart den pnüssischen scheepsbevelhebber Jaclimann tot schout bij nacht benoemd. In eene mededeeling uit Sonderbnrg aan The times, afkomstig van den gewonen kórrespondent, welken dit dagblad aldaar bezit, lezen wij het volgende Van 1 tot 20 februari) is de eugelsche en europcsche dagbladpers in het deenscli hoofdkwartier door uw lcor- respondent alleen vertegenwoordigd geweest. Twee redakteurs van koppenhaagsche dagbladen maakten met mij het geheel etat-major der dagbladpers uit iu Slees- wijk. Sedert 20 februari] zijn hier een aantal journalisten aangekomen,niet alleen als korrespondenten van engel- sclie dagbladen, maar ook om feuilletons zamen te stellen voor panjssche dagbladen. Terwijl zij intusschen op liet oorlogstooneel zijn aangekomen met liet levendig verlan gen om gevechten bij te wonen, liebben zij reeds dadelijk moeten kampen met allerlei onaangenaamheden, ver moeienissen, slechte spijzen en verdere ellende van allerlei aard. Velen hebben dien ten gevolge reeds weder voor al deze vijanden den terugtogt aangeuomen en verlietenSon- derburg twee of drie dagen na hunne aankomst. Er be hoort dan ook zeer veel geluk toe om een bed of een sofa in de logementen of huizeu van partikulieren magtig te worden, welke zich in dc omstreken der stad bevinden en de ongelukkige, die zich eindelijk in liet bezit van eene kamer mag verheugen, wordt eens op de twintig raaien daaruit verjaagd door al het rumoer in zijne nabij heid of de ellende waaraan hij bloot staat, en vooral door dc afschuwelijke vuilheid, welke hier allcrwege licevscht. Eenige dezer Sonderbnrg bezoekende vreem delingen van meer avontuurlijken aard of, gelijk zij misschien meenden, van meer praktischen zin, hebben gedacht een bewijs van enorme wijsheid te leveren door zich een verblijf te verschaffen aan boord van stoombootcn, welke in groot aantal langs de kaden liggen. Men heeft daarvan echter een afschrik gekregen sedert een hunner, des avonds van een gezelschap terug- keereude, dc drijvende woning met zijne koffers en goed verdwenen zag en vernam dat hij reeds vele uren in zee was zonder zich te bekommeren om den gast, die daarin verblijf vond en thans den nacht op straat moest door brengen. Als er niet veel kans was dat er meer gevechten zul len geleverd worden dan in de laatste maand het geval was, dan zou deze stad het meest heldhaftig geduld doen ophouden en veel twijfel bestaan of de volharding der korrespondenten van de niet-deensehe dagbladpers in staat zou zijn om een onzer nog een week langer te doen blijven in een stad, welke zoo aller versmarlijkst verve lend en van alle belang ontbloot is als deze. Het zou zijn om van verveling te sterven, iets waarbij het lezend publiek juist niet veel zou winnen. Op 18 maart hebben drie pruissische oorlogssche pen een aanval gedaan op het voor Greifswald liggend deensch eskader. Na een gevecht van twee uren trokken de pruissische schepen terug. Zaturdag heeft de prins van Pruissen eene verken ning gedaan tot in dc nabijheid van Fredcricia. De deensclie veldpiketten werden daarbij teruggedreven. Een paar pruissische officieren en cenige weinige man schappen werden daarbij gewond. Uit Koppenhage wordt gemeld dat gisteren morgen ten half zes uur het bombardement van Fredericia en ten elf uur dat aan de zuidelijke zijde van Dnppcl dooi de gcalliëerden is aangevangen. Jectijömijcn. Zaturdag is van de roede van Yeere naar zee gezeild het kofschip Johannagezagv. E. .11. Oldenburger, van Middelburg, in ballast, op avontuur naar Newcastle. i)anöi-lsbcrifitni. Mc cü» ra pp rij zen. Rotteudam 21 maart. In tegenstelling van de vorige week werd heden veel geveild. De stemming was flaauw en de handel gering. Giaasmiarlikn enz. -• ..Amsterdam 21 maart. Tarwe en gerst onveranderd. R^Apolie op zes weken 42. Lijnolie op zes weken 39-j. Èottekdam 21 maart. Tarwe en paardenboonen waren hedënflO ccnthoogererwten daarentegen 20 cent lager.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1864 | | pagina 3