MIDBËLBURGSCHÉ C 0 U R A N T. r 43. Dingsdag v -j 1-864. 15 Maart. - ''Vi i s Editie van maandag avond 8 ure. Middelbarg 14 maart. Het wetsontwerp regelende de wijze van beheer en verantwoording der geldmiddelen in Nederlandsch-Indiê, is in de zitting van de tweede kamer van heden aange nomen met 38 tegen 12 stemmen. Tegen woensdag zijn verschillende wetsontwerpen van ondergeschikt belang aan de orde gesteld. lieden werd de eerste steen gelegd voor het nieuw te bouwen gasthuis op het Noordpoortplein alhier. D.e bur gemeester, mr. J. F. Bijleveld van Serooskerke, daartoe door het bestuur der godshuizen uitgenoodigd, verrigtte deze plegtigheid in tegenwoordigheid van onderschei dene tot dat bestuur in betrekking staande kollegiën en personen. De voorzitter, de heer H. Rekker, hield eene rede waarin hij herinnerde hoe sedert jaren de gebreken van het gasthuis in den Langendelft levendig waren ge voeld en algemeen was erkend dat die inrigting, vol doende waarschijnlijk voor de behoeften in de eerste eeuwen na de stichting, in het geheel niet meer voldeed aan de eischen van den tegenwoordigen tijd en den tegenwoordigen stand der wetenschap; hoe naar aanlei ding van eene memorie van bezwaren, in 1819 door de toenmalige stads-geneesheeren ingediend, in de verga dering van den 1 oktober van dat jaar, eenparig besloten werd „als principe van volgende deliberatiën aan te nemen dat het gasthuis niet doelmatig is ingerigt maar dringende verbetering vereischt;" hoe men sedert dien tijd bijna onafgebroken is werkzaam geweest tot bet bera men van plannen die telkens om verschillende redenen moesten worden opgegeven, tot eindelijk in 1860 een ontwerp werd vastgesteld dat de goedkeuring van alle deskundigen mogt verwerven. Toch zou de uitvoering welligt nog jaren vertraagd zijn indien niet een hier bestaand famielje-fonds de vereisehte gelden ter leen had aangeboden tegen een niet noemenswaardige intrest en geringe jaarlijksche aflossing, voor welke edelmoedige hulp dan ook de welverdiende hulde werd toegebragt. Na bekomene magtiging van gedeputeerde staten had de aanbesteding plaats op den 29 decem ber 1862. De voorloopige werkzaamheden zijn nu zoo verre gevorderd dat aan het hoofdgebouw kan worden begonnen. Niet oneigenaardig was hierbij de opmerking dat op die zelfde fondamenten in het begin der 17e eeuw een gebouw was opgetrokken dat ook eenigen tijd bestemd scheen om het gasthuis in den Langendelft te vervangen, doch later tot armweeshuis werd ingerigt. De burgemeester, na verzocht te zijn tot de eigenlijke plegtigheid over te gaan, legde den eersten steen op het voetstuk van den regter luchttoren van het hoofdgebouw. Hierop betuigde de heer Rekker hem dank voor de eer het bestuur der godshuizen bewezen, en al de genoodig- den voor de belangstelling door hen aan den dag gelegd. Het was den burgemeester vergund geweest in den korten tijd van zes jaren aan twee gestichten den eersten steen te leggen, en hij hoopte dat hij ook dit gasthuis even als het armweeshuis op de Heereugracht voltooid zal mogen zien, als een sieraad en weldaad voor Middel burg. Verder uitte de heer Rekker den wensch dat het nuttig leven van den burgemeester nog jaren zal blij ven gespaard en hij in zijne vaak moeijelijke betrekking lang tot zegen der gemeente werkzaam zal mogen zijn. Ook totdenarchitektder godshuizen, den heer C. Krij ger, den opzigter, den heer J. C. van der Heil, en den aannemer, den heer P. W. Schrauwen, werden door den heer Rekker eenige woorden van hulde^erigt. De burgemeester verklaarde zich zeer vereerd te gevoe len door de wijze waarop hem door het bestuur der godshuizen het verrigten dezer plegtigheid was aange boden. Hij betuigde daarvoor zijnen dank, even als namens het kollegie van burgemeester en wethouders, voor de uitnoodiging om daarbij tegenwoordig te zijn. Had hij voor 6 jaren den eersten steen gelegd aan een gebouw ter opvoeding van weezen en verlaten kinderen, hij ver heugde zich dat hij dat nu ook had mogen verrigten aan een gesticht ter verpleging der lijdende menschheid. Het armweeshuis had onder de leiding van het bestuur der godshuizen nu vijf jaren uitmuntend aan zijne be stemming beantwoord dat was genoeg gezegd om nu ook met vertrouwen het-zelfde van het gasthuis te verwachten. Hij weuschte het bestuur geluk dat eindelijk zijne langdurige moeiten en opoffering van tijd met een goeden uitslag waren bekroond en niet minder de geneeskundigen dat aan hunne lang gekoesterde ver wachtingen naar een goed ingerigt gasthuis spoedig zal zijn voldaan; hij eindigde met den wensch dat het aan allen die hier bijeen waren zou gegund worden om na de voltooijing van dit gebouw bij zijne inwijding tegenwoordig te zijn. In een lokaal van een der achtergebouwen, waarin men zich nog eenigen tijd vereenigde, waren de teekeningen van de vroegere plannen voor een gasthuis en ook van het tegenwoordige met al zijne details ten toongesteld, alsmede de teekeningen der gedenksteenen welke in de heide luchttorens zullen worden geplaatst. In een ander lokaal van dat gebouw verzamelden zich de werklieden en werden daar voor rekening van den burgemeester onthaald. De Nederlandsehe handelmaatschappij heeft 28 schepen bevracht, waaronder 2 voor Middelburg, zijnde Louis Meijer, gezagvoerder Gr. Iloltgreve, en Salatiga, gezag voerder J. Kettler. Wij vernemen dat de raad der gemeente Neuzen in eene zijner laatste vergaderingen het besluit heeft ge nomen tot het laten opmaken van een uitgewerkt plan ter verbetering van den bestaandën toestand en ter uit breiding der bebouwde kom der gemeente. In de Staatscourant van zatnrdag is opgenomen een staat van nalatenschappen, ten gevolge van het over lijden of het vermist geraken van manschappen behoord hebbende tot de koninklijke nederlandsehe marine open gevallen en, als niet opgeëischt door de erfgenamen, in bewaring van het departement van marine en het korps mariniers gebleven. Daarop komen o. a. voor Cornelis Jans Groot, geboren alhier, matroos le klasse op het schroefstoomschip Haarlemmermeer, overleden 15 augus tus 1862 in het hospitaal te Riouw, nalatende/101,44j; Jacobus Sandertse, geboren te Kloetinge, marinier 2e klasse, overleden 9 december 1862 in het hospitaal te Macassar, nalatende 104,26j en Izaak Suwïjn, geboren te Oostburg, ligtraatroos op het schroefstoomschip Reinier Claeszen, overleden 12 februarij 1862 in het hospitaal te Riouw, nalatende ƒ87,781. Om eenigzins te kunnen oovdeelen over de werking der schoolwet van augustus 1857, die thans hare eerste zes proefjaren heeft doorgestaan, diene men te weten, dat alleen over het jaar 1861 voor bijna een millioen gulden (namelijk voor 977.604,35) aan nieuwe school lokalen is gebouwd. Het getal hulponderwijzers was in dat jaar 123 grooter dan het vorige, en sedert de invoe ring der wet waren er 585 hulponderwijzers en 47 onder wijzeressen meer werkzaam. Aan pensioenen voor onderwijzers werd door het rijk verstrekt f 42.056,99 doch de onderwijzers stortten aan bijdragen voor het pensioenfonds 39.878,271, zoodat zij nagenoeg zeiven hunne ouden en ongeschikten pensioneerden. Benoemingen en beslatten. me lasting en enz. Benoemd tot ontvanger der direkte belastingen, in- en uitgaande regten en akcijnsen te Terborgh c. a. de heer A. n. R. Metelerkamp, thans ont vanger der direkte belastingen en akcijnsen te Varsse- veld; en tot ontvanger der direkte belastingen en akcijnsen te Borculo c. a. de heer D. Winkler, eervol ont slagen meter-taxateur van den turf, op wachtgeld, te Wolvega; en te Ingen de heer C. A. Penning jr., thans klerk bij 's rijks entrepöt te Rotterdam. Gemengde bcrigten. Volgens het voorstel, door den heer Goldsmit aan den gemeenteraad te 's Hage gedaan, wenscht hij het badhuis te Scheveningen met al de gebouwen, gronden en goe deren, daartoe behoorende, voor de som van 200.000 aan te koopen. Voor twee jaren zond de beeldhouwer Mayer, te Rome tijdelijk gevestigd, twee marmeren statuetten, voorstellende „het gebed" en „de onschuld" naar Ham burg met verdere bestemming naar Berlijn. Het schip waarin zij waren geladen, de Hazard, strandde onder weg en de kunstprodukten gingen verloren. Degeen voor wien zij waren bestemd, vernemende hetgeen had plaats gehad, verzocht den beeldhouwer dat hij twee andere statuetten zou vervaardigen. Dit geschiedde en de heer Mayer verzond andermaal twee statuetten, het gebed en de onschuld voorstellende en nu met liet neder landsehe schip de Eensgezindheid, gezagvoerder Duiven. Op reis naar Hamburg verging ook dit schip en de arbeid des hecren Mayer werd andermaal een prooi der golven. In eene dezer dagen gehouden vergadering van het departement Groningen der Maatschappij van nijverheid werd eene mededeeling gedaan van wege den heer H. Deutgen, over het gebruik van petroleum in boomolie, die tot het smeren van groote uur- en speelwerken dient. Wanneer zulk een mengsel tot smeren wordt aangewend, heeft men geen last van de verdikking der olie in den winter door de vorst. Dit mengsel heeft buitendien boven een ander tot dusver gebruikt middel (terpentijnolie) vooruit, dat het niet zoo als de terpentijnolie deoxydatie der metalen en daardoor weder voortgebragte verdikking der olie bevordert. Het smeren behoeft dus veel minder te geschieden, de gang van liet uurwerk blijft geregel der. Eene toevoeging van 4 petroleum bij de boomolie is gebleken in dit opzigt voldoende te zijn. In de jongste zitting van den gemeenteraad te Rot terdam verlangde een der toehoorders op de tribune, die de beraadslaging over het onbewoonbaar verklaren van huizen met blijkbare belangstelling had aangehoord, eenige woorden daaromtrent tot den voorzitter te rigten. De bode bragt hem evenwel onder het oog dat zijn ver langen niet kon worden bevredigd, daar niemand van de tribune tot de vergadering liet woord mag voeren. De gemeenteraad van Molcnbeek-Saint-Jeanin België, beeft besloten de straten van wege de gemeente te doen schoonhouden en daarvoor van de ingezetenen eene belasting te heffen van 6 centimes per vierkante el straat voor liunne woningen, tot een maximum van 72 centimes per strekkende el. Naar wij vernemen is het Kon. zoöl. bot. genoot schap van aklimatatie te 's Hage dezer dagen verrijkt met eene prachtige verzameling opgezette vogels, waar onder vele zeldzame exemplaren, toebehoord hebbende aan wijlen mevrouw de douairière van Lansberge, geb. van Oldenbarneveld gen. Tnllingh en ingevolge den wensch der overledene door de famieljebetrekkingen aan het genootschap ten geschenke afgestaan. Meteorologische waarnemingen, gedaan op 's rijks werf te Ylissingen, des middags 2 ure Maart 1864. Wind. Aanmcrkingch W. fc.N. I 28 West. 31 West. 21 W.t.N. 11 W. t.N. 8 ZWest.1 19 W.NW i 6 74-2.S 740.2 74-07 739.1 757.8 754.-4- 8.8 0.80] 7-20 12 0 betr. mistbuij. rep. 7.20 5.5 7.95 7.0 6.88 (17.3 5.54, 21.7 7.4-0 766.3 I 7-0 0.75 I 6.10 - 3.3 Tiiern» o meters tand. bcw.buij.reg. dond. dik bew. buij. rog. bew.betr.buij. r. sti. held.lieij.dik bew.r. bewolkt lieij. reg. helder bew. buijig. 12 maart 's av. 11 u. 42 gr. 13 'smorg. 7 u. 42 'smidd. 1 u. 49 gr. 'sav. 11 u. 46 gr. 14 's morg. 7 u. 45 's midd. 1 u. 50 gr.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1864 | | pagina 1