BIJVOEGSEL VAN DE IHIÜDELBURGSCIIE COURANT van zaturdag 13 februarij 1864. No 25. Gemeenteraad van Middelburg. (Vervolg.) Voor kennisgeving worden aangenomen de mededee- lingen des voorzitters van de goedkeuring door gedepu teerde staten van de volgende raadsbesluiten, betreffende a. de begrinding van den weg loopende over den Zaag molen-dijk naar den straatweg van Middelburg naar het Sloe, waarvan de voorwaarden zijn gearresteerd en de aanbesteding den 10 maart a. s. zal plaats hebbenb. de verordening op het begraven van afgestorven of afgemaakte dieren; c. de verhuring van het gebouw der linnen-we verij en het zoogenaamde W.-I. pakhuis. Naar aanleiding van een ingekomen adres en het daarop ingewonnen advies van den gemeente-bouwmeester, is besloten aan J. M. van Ditmars voor 50 jaren ad ƒ2 's jaars in erfpacht af te staan 56 vierk. el grond, gelegen achter het huis op den Kinderdijk, wijkP.no. 119, bij het scheeps- dok, om daarvan een bleek te maken, onder bepaling dat het plaatsen en het onderhoud eener behoorlijke beschoei- jing voor rekening van den adressant blijft. Op een verzoek van K. I. II. Wasch, koopman in meel alhier, om op den eersten bovenzolder van het pakhuis, wijk P no. 89, op den Kinderdijk, eene bergplaats voor gebuild meel in doorloopend krediet te mogen opslaan, is de beslissing aangehouden. Aan A. J. Èekelaert, deurwaarder belast met het tee kenen van stukken voor vervolging wegens plaatselijke belasting, is op zijn verzoek, naar aanleiding van een in der tijd te dien aanzien genomen besluit, eene gratifikatie van 45,20 toegestaan, zijnde het bedrag van hetgeen hij in bovengenoemde betrekking in het vorige jaar minder dan 52 heeft ontvangen. De rekeningen van inkomsten en uitgaven der wissel bank en van het reservefonds, door kommissarissen ingezonden, zijn met algemeene stemmen goedgekeurd. De voorzitter deelt mede dat van den heer J. F. Schutz is ingekomen eene missive, houdende aanbieding eener door hem vervaardigde schilderij der viering van het oranjefeest op de Groote markt alhier den 17 november jl., welk geschenk onder dankbetuiging aan den gever is aanvaard en alsnu bij de andere schilderijen zal worden opgehangen en deel der oudheidskamer zal uitmaken dat van de heeren J. C. W. Altorffer eenige boek werken voor de bibliotheek der oudheidskamer zijn ont vangen, waarvoor hun dank is betuigd; en dat de heer mr. J. H. de Stoppelaar, archivaris der gemeente, een afdruk der teekening van het huis, vroeger door Jacob Cats bewoond, ten geschenke heeft aange boden, waarvoor dien heer den dank is overgebragt, ter wijl ook dit geschenk zal worden geënkadreerd en bij de schilderijen opgehangen. Al deze mededeelingen zijn voor kennisgeving aangenomen. Het suppletoir kohier no. 2 van den hoofdelijken omslag over 1863 wordt gearresteerd tot een bedrag van 62,304 Het kohier voor 1864 wordt voor belangstellenden op de sekretarie ter inzage gelegd. De staat van te verleenen restitutie van hoofdelijken omslag voor 1863 wordt vastgesteld ten gezamenlijke bedrage van 9,04daarop komen voor de heer W. H. Muntendam voor 2 maanden, de heer B. Locker de Bruijne voor 3 maanden en mejufvr. P. de Bruijne, wed. Hainan, voor 2 maauden verblijf buiten de gemeente. [De heer van Diggelen komt ter vergadering.] Volgens vroegere daartoe gedane verzoeken is besloten tot wijziging van eenige bepalingen in de verordening op de buiten- en binnenhavens, voor zoo veel betreft het laten hangen van ankers voor de boeg, het branden van vuur en het meren van kettingen op de schepen. Volgens ingekomen rapport van den gemeentebouw- raeester en den havenmeester zijn de zaten in de kaden op sommige plaatsen zeer slecht en hebben de schepen veel last van het zuigen, hetgeen zeer gevaarlijk is, zoo dat het wenschelijk is die zaten met een zinkstuk te bevloeren, en wel die langs de Rotterdamsche kaai, in gebruik bij de Handelmaatschappij, die bij deNieuwstraat en die bij het rotterdamsche veer. De kosten daarvoor zijn geraamd op 560, 130 en ƒ110, alzoo te zamen/'800. De voorzitter deelt mede dat burgemeester en wethou ders den architekt voor het eerste reeds den uoodigen last hebben verstrekt, daar onlangs een schip des nachts bijna onder water is geraakt, waarvan men toen door vereende hulp gelukkig is afgekomen, doch waardoor de dringende noodzakelijkheid tot herstelling dier zaten gebleken is. Zij hebben echter gemeend aan de beide laatstgenoemde herstellingen voor alsnog geen gevolg te moeten geven. Daar deze beide slechts eene meerdere uitgaaf van ƒ240 vorderen en het gevaar ook bij de Nieuwstraat bestaat, geeft de heer Fokker in overweging de drie aangegeven plaatsen te gelijk te herstellen. Dit voor stel wordt door de heeren N. J. C. Snouck Hurgronje en de Jonge ondersteund. De eerste acht het goed tijdig voorzorgen te nemen, hoewel hij niet gelooft dat er groote haast nooclig is, daar de schepen.aldaar gewoonlijk niet zwaar geladen zijn en men ze des noods eene andere ligplaats kan aanwijzen; laatstgenoemde deelt mede dat de gemeentebouwmeester heeft gezegd dat de zinkstuk- ken, als zij volgens de gedane opgave gelegd worden, wel vijftig jaar duren kunnen. Op de vraag van den heer Lantsheer, of bedoelde herstelling niet tot het volgende jaar kan wachten om niet buiten de begrooting te moeten gaan, is het antwoord des voorzitters ontkennend.Nadat de heer Lambrechtsen vanltitthem eenige inlichting heeft gevraagd en bekomen omtrent den aard der herstelling, stelt de heer van Uije voor het rapport tot nader onder zoek in handen te stellen van de kommissie van fabrikage, daar hij met verwondering heeft gehoord dat het zink stuk eene dikte van 80 duim moet hebben, hetgeen hij overdreven acht. Overeenkomstig dit voorstel is beslo ten de verdere beraadslaging omtrent dit punt aan te houden. De voorzitter legt over eene lijst van 24 obligatiën van 500 ieder ten laste dezer gemeente, welke staande de vergadering zijn vernietigd. Overeenkomstig het advies der plaatselijke schoolkom- missie is besloten aan mevrouw Roland-Chedaneau, wed. S. A. Rochat, het door haar gevraagd eervol ontslag als hoofdonderwijzeres op de school voor gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs voor meisjes met 1 april a. s. te verleenen. Met betrekking tot het toe te kennen pen sioen merkt de voorzitter op dat de bepaling daarvan, volgens de voorschriften der wet, niet tot de bevoegdheid van den raad behoort maar het verzoek daartoe aan de regering moet worden gedaan. Voor de vervulling der door dit ontslag te ontstane vakature, waartoe bij de wet- een termijn van zes maanden is gesteld, zullen burge meester en wethouders, in overleg met den schoolopziener, de noodige maatregelen nemen. De stukken betreffende de verzekering van den abdij toren tegen brandschade, welke voor de leden ter inzage hebben gelegen, worden thans goedgekeurd. Alleen is na eenige gedachtenwisseling, ten gevolge eener opmer king van den heer Lantsheer, besloten dat die goedkeu ring alleen dan van kracht zal zijn, zoo burgemeester en wethouders slagen in hun ve?-zoek aan de assuradeuren om uit de opgemaakte polis eenige bepalingen betref fende brandwacht bij onweder, waterbakken, bliksem afleider enz. weg te nemen, welke later mogelijk tot moei- jelijkheclen zouden kunnen aanleiding geven. Deze verzekering zal tot een bedrag van 300.000 tegen eene premie van 1 per mille plaats hebben bij vijf maatschap pijen, zijnde Fortuna, te Rotterdam, en Holland, te Zut- phen, beide vertegenwoordigd door den heer P. de Bruijne alhier; Nederlanden, te Zntphen, en Assurantie maatschappij tegen brandschade, mede aldaar, beide alhier vertegenwoordigd door den heer J. de Kanter; en Assurantie-compagnie te Amsterdam (direktie van den Broecke en Momma), vertegenwoordigd door den heer J. A. Tak. De begrooting voor den rijweg van MiddelburgVlis- singen, met een vermoedelijk goed slot van 670, welke ter inzage heeft gelegen, wordt gearresteerd Sommige door gedeputeerde staten ingezonden beden kingen tegen de gewijzigde Verordening van algemeene plaatselijke policie gesteld zijnde in handen der kom missie voor de verordeningen tegen wier overtreding straf is bedreigd, legt de voorzitter over het te dien aan zien door de kommissie opgemaakt rapport. Naar aanlei ding daarvan en na gevoerde beraadslaging is besloten a. niet toe te geven aan de bedenking tegen art. 46, volgens welke het vervoeren van huisraad na tien ure des avonds niet alleen met toestemming van den burgemeester, maar volgens art. 179 a der gemeentewet met toestemming- van „burgemeester en wethouders" zou moeten geschieden; b. niet toe te geven aan de bedenking tegen art. 63 bis volgens welke omtrent het opslaan van mestspeciën in kelders is voorzien bij koninklijk besluit van 31 januarij 1824met de bedenking van gedeputeerde staten vereenig- den zich de heeren de Jonge, N. J. C. Snouck Hurgronje, Fokker, Lambrechtsen van Ritthem, Lantsheer en van Uije; c. te gemoet te komen aan de bedenking tegen de artt. 110 en 110 bis (bepalingen omtrent bergplaatsen van brandbare voorweipen), dat volgens de koninklijke be sluiten van 31 januarij 1824 en 13 januarij 1847 de raad niet bevoegd is omtrent magazijnen als bewaarplaatsen policiebepalingen vast te stellen, door de bij voeging achter het woord bergplaatsen, van: „(daaronder niet begrepen magazijnen, bedoeld bij het koninklijk besluit van 31 janu arij 1824)." Overigens zijn deze artikelen onveranderd gelaten. Op eene vraag van den heer van Uije, of er uitzigt. bestaat dat eerlang over de kwestie van de boomen in de lijnbaan nader rapport zal worden uitgebragt, wordt door den voor zitter bevestigend geantwoord. Daarna is de openbare zitting gesloten. Gemeenteraad van Vlissingen. Zitting van 8 februarijAdres aan de staten generaal tegen wijziging gemeentewetvaststelling tarief en veror dening keibank; oprigtiug pensioenfonds; beslissing kwestie bout werf; af-en overschrijving begrooting dia kenen lutkersche gemeente en regenten urm-gast- en weeshuis; ontslag hulponderwijzer; idem onderwijzer teekenschool; benoeming lid direktie teekenschoolmede deelingen. Voorzitter de heer Callenfels. Afwezig de heeren Wels en Thierens. De notulen der jongste zitting, alsmede die der gehou den buitengewone zitting, worden gelezen en na eenige geringe wijziging goedgekeurd. Namens burgemeester en wethouders vestigt de voor zitter de aandacht van den raad op het bij de tweede kamer ingediende wetsontwerp tot wijziging dei- gemeentewet. Ten gevolge der bepaling dat geene belas ting zal mogen worden geheven dan van voorwerpen waarop het rij k akcij ns heft, zal de begrooting der gemeente ongeveer ƒ60.000 moeten missen, waartegen alleen over staan de opcenten op de personele belasting en het geslagt, welke verre van voldoende zijn tot dekking dier minde ring. Burgemeester en wethouders stellen voor zich met een adres aan de beide kamers der staten generaal te wenden, ten einde te trachten die bezwaren voor de gemeente te doen wegnemen. Dit voorstel wordt door den heer Ruijsch, vooral wegens den exceptionelen toe stand van Vlissingen uithoofde van hare marine en haar garnizoen, ten sterkste ondersteund, waarna het met alge meene stemmen is goedgekeurd. Het koncept adres wordt vervolgens voorgelezen. De bezwaren tegen de wijziging der gemeentewet worden daarin uiteengezet, terwijl ten slotte verzocht wordt dat de staten generaal die bezwaren in overweging mogen nemen en de gemeente Vlissingen vrijstelling worde ver leend of wel dispensatie tot voortdurende heffing van gemeentebelasting op gemaal en brandstoffen. Na eenige diskussie waarbij vooral werd gesproken over het al of niet wenschelijke om speciaal aan te drin gen op art. 255, hetwelk bepaalt dat bijzondere wetten de gemeenten aanwijzen in wier belang, uithoofde van bij zondere omstandigheden, van de gestelde bepalingen kan worden afgeweken is het ontwerp-adres goedgekeurd, waarvan aan de betrokken ministers, alsmede aan de leden der beide kamers van de staten generaal, afschrift zal worden gezonden. Alsnu komt aan de orde de beraadslaging over het tarief, de verordening op de invordering der huur, en de verordening regelende het gebruik der keibank, welke alle worden gearresteerd. Alleen de heer de Groof stemde tegen de verordening, omdat de konstruktie der keibank zijns inziens niet goed is. Het tarief voor het gebruik der keibank is nu als volgtvoor zeeschepen van 100 ton en daarbeneden 6, van 101 tot 120 ton ƒ8, van 121 tot 160 ton ƒ10, van 161 ton en daarboven ƒ12, alles voor 4 achtereenvolgende dagen. Voor langer gebruik zal moeten worden betaaldin de le kategorie 75 cent, in de 2e 1, in de 3e 1,25 en in de 4e ƒ1,50 per dag. Binnen vaartuigen betalen 1 cent per ton daags, loodsvaartuigen ƒ1,50 per dag. De tonnen-inhoud zal bij meetbrief wor den opgemaakt. Het rapport der kommissie tot het doen van een voor stel omtrent de bestemming van het fonds der zeemans- en visschersbeurs bij de leden rondgezonden zijnde, acht de heer Uijttenhooven, als rapporteur, de voorlezing van dat stuk onnoodig. De konklussie er van strekt om te bepalen dat de gelden, uit dat fonds voortspruitende, zullen worden aangewend tot oprigting van een pensi oenfonds. Uit het antwoord van den heer Uijttenhooven op eene vraag van den heer Mestdagh blijkt dat de bedoeling is het fonds te behouden, maar de revenuen er van te bestemmen tot een pensioenfonds voor zeeva renden en tegelijk voor gemeente-ambtenaren. De heer Pot zou ook gaarne een pensioenfonds voor trouwe ambtenaren der gemeente zien tot stand gebragt,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1864 | | pagina 5