MÏDDELBURGSCHE
COURANT.
Donderdag
W
10 December.
N"-149.
Editie van woensdag avond 8 ure.
AAXBESTEDiXG.
Op vrijdag den 18 december 1863, des voormiddags ten 1.0
lire, zal.'onder nadere goedkeuring, door den commissaris
des konings in de provincie Zeeland, of. bij zijne afwezig
heid, door een der leden van de gedeputeerde staten, en in
bijzijn van den hoofdingenieur van den waterstaat, in het
lie district, aan het lokaal van het provinciaal bestuur, te
Middelburg, worden aanbesteed:
Het leveren en storten van 1740 last steen tot
voortzetting van de oeververdediging we
derzijds de Ravendijken van het kanaal
vanNeuzen.
Deze aanbesteding zal geschieden bij enkele inschrijving.
Het bestek ligt ter lezing aan het lokaal van het ministe
rie van binneniandsche zaken, aan dat van het provinciaal
bestuur van Zeeland, te Middelburg, en op alle zoodanige
plaatsen alwaar gewoonlijk de bestekken van waterstaats
werken in gemelde provincie ter lezing gelegd worden.
Zullende den 7en en 'Jen dag vóór de besteding de noo-
dige aanwijzing in loco worden gedaan, en voorts nadere
inlichtingen te bekomen zijn aan hetbureauvan den hoofd
ingenieur van den waterstaat jhr. Ortt, te Middelburg, en
bij den ingenieur Rose, te Neuzen.
's Gravenhage21 november 1863.
Van wege den minister,
De secretaris-generaal
J. SCHRöDER.
BIAXEVUANÖ.
MldUlelUmrg 9 dU;ccmR>er.
De tweede kamer der staten-generaal heeft heden hoofd
stuk Vlil (oorlog) der staatsbegrooting voor 1864 aange
nomen met 40 tegen 26 stemmen. Morgen zal hoofdstuk IX
(koloniën) in behandeling worden genomen.
De gemeenteraad alhier hield heden de aangekondigde
zitting, waarin onder meerder de volgende zaken zijn be
handeld.
Aan den heer J. Snijders, waag- en kraan meester, is op
zijn verzoek een aarden graf voor vier kisten op de burger
lijke begraafplaats in koop afgestaan.
Mede is besloten tot de verbetering van den weg, loopende
van een gedeelte van den Zaagmolendijk bij den nieuwen
grindweg tot den straatweg van Sloe naar Middelburg,
waartoe aan gedeputeerde staten een renteloos voorschot
van f 4500 zal worden aangevraagd, op de voorwaarden
genoemd in het Provinciaal blad no. 26 van 1863. De helft
der kosten van aanleg en onderhoud van den weg zal wor
den gedragen door de gemeente Arnemuiden en de weder
helft door deze gemeente.
Aan het burgerlijk armbestuur is eene verhooging van
subsidie van f800 uit de onvoorziene uitgaven voor het
loopende jaar toegestaan, ter bestrijding van meerdere uit
gaven wegens bedeeling. geneesmiddelen enz.
Nog zijn ingekomen eene kennisgeving van den heer J.
•Snijders dat zijn zoon A. J. Snijders, adjunkt waag-en
kraanmeester alhier, is overleden, alsmede een rekest van
den heer C. Snijders, om in de plaats van wijlen zijn broe
der, tot adjunkt waag-en kraanmeester te worden benoemd.
De benoeming ter vervulling der vakatureis tot de volgende
zitting aangehouden.
Voorts is een aanvang gemaakt ruet de behandeling der
voorgedragen wijziging in of aanvulling van de verordening
van algemeene plaatselijke policie voor deze gemeente. De
drie eerste hoofdstukken zijn afgedaan. Wij geven hiervan
in een volgend nommer een meer uitvoerig verslagen ver
melden hier alleen dat er eene verbodsbepaling, op eene
boete van f 1 tot f 3. is ingesteld tegen „het zich op de open
bare straat, in kennelijken staat van dronkenschap bevinden
of het zich als zoodanig gedragen''dat het voortaan is ver
boden „in de binnenwijken varkens te houden zonder vooraf
daartoe de vergunning van burgemeester en wethouders te
hebben verkregen en met in achtneming der voorwaardeu
waarop die vergunning wordt erleend"alsmede dat het
is verboden „de straat te schuren", terwijl „het nieuw aan
gelegd straatwerk niet van het zand zal mogen worden
ontdaan [door vegen] dan nadat twee maanden na het
legden zullen verloopen zijn."
De behandeling zal dingsdag morgen ten 11 ure worden
voortgezet.
Het Zeeuwsch genootschap der wetenschappen heeft
gisteren in eene buitengewone vergadering het besluit
genomen zich tot Z. M. den koning te wenden, met een
adres waarin de wenschelijkheid wordt uitgesproken van
de afschaffing der doodstraf.
Belangrijk was de diskussie die daarover gevoerd werd.
De bekende argumenten die voorde afschaffing zoo dikwijls
zijn aangevoerd, werden door eenige leden helder uiteen
gezeten toegelicht. Overliet algemeen oordeelde men op het
eigenlijke terrein van regtsfilosofie zich niet te moeten bege
ven, en alzoo de vraag in hoeverre de zorg voorde veiligheid
van het algemeen mag veroorloven over het leven van enke
len te beschikken, onaangeroerd te laten. Van een zuiver
praktische zijde beschouwd meende men dat de geschie
denis der regtspleging, de ervaring met hel oog op
andere landen verkregen en de geanrdheid der bevolking
van Nederland allezins aanwijzen dat men van eene
afschaffing der doodstraf in ons vaderland niet dan heilzame
gevolgen verwachten kan. Dit althans was het gevoelen
derovergroote meerderheid van de aanwezige leden. Slechts
eene enkele stem verhief zich nadrukkelijk hiertegen, op
grond dat er gevallen denkbaar zijn waarin de maatschap
pelijke veiligheid den dood van een individu schijnt te
vorderen.
Meer uiteenloopend waren de gevoelens omtrent de
vraag: of het van 's genootschaps be voegdheid kon gere
kend worden zich betrekkelijk deze aangelegenheid tot den
koning te wenden, en, zoo ja, of het geschikte oogenblik
daartoe gekomen was? De aarzeling die eenige leden aan den
dag legden om het eerste gedeelte dezer vraag toestemmend
te beantwoorden, werd krachtig bestreden. Wendde men
zich tot den koning met een geformuleerd voorstel tot wets
verandering, waarbij werd te kennen gegeven door welke
straf de doodstraf zou kunnen worden vervangen, dan voor
zeker zou het genootschap haar werkkring de beoefe
ning van wetenschappen te buiten gaan, maar geheel
iets anders is het. ten opzigte van een zoo groot maat
schappelijk belang, de overtuiging van het genootschap, op
wetenschappelijke gronden rustende,openlijk uit te spreken.
De resultaten van zijn onderzoek behoefden geenszins
binnen de lokalen waar het vergadert, besloten te blijven, en
het was in overeenstemming met den geest des tijds, dat
ook vereenigingen van mannen die de wetenschap beoefenen,
den invloed welken zij op de openbare meening kun
nen uitoefenen, niet opzettelijk ongebruikt laten. Men
moest niet voorbij zien dat naar liet oordeel van bevoegden
eerst dan bezwaar gezien werd in de afschaffing der dood
straf wanneer tie openbare nieening nog ten gunste van het
behoud gestemd was. en het is daarom te meer zaak dat de
openbare meening zich uitspreke, vooral en zoo kwam
men tot de beantwoording van het tweede gedeelte der
vraag nu het Utrechtsche genootschap voor kunsten en
wetenschappen hierin is voorgegaan.
Deze gevoelens, welke wij in zeer algemeene trekken
maar met getrouwheid hebben getracht te resumeren, be
hielden de overhand, em »et eene groote meerderheid werd
besloten aan het bestuur het opstellen van een adres in
!«)vengeinelden geest op te dragen.
In de gisteren gehouden vergadering van het departe
ment Middelburg der Nederlandsclie maatschappij tot
bevordering van nijverheid, is door de kommissie, benoemd
in de vergadering van 19 augustus JI., voor eene tentoon
stelling van brandspuiten, brandblusch- en brandreddings-
toestellen, rapport uitgebragt. Daaruit bleek dat van
verschillende brandassurantie-maatschappijen zoo in Ne
derland, als buitenlandsche in Nederland vertegenwoor
digd, alsmede van het departement Rotterdam de noodige
fondsen waren verkregen tot het uitlogen van premiën.
De kommissie stelde dien ten gevolge voor de voorgestelde
tentoonstelling in julij van het volgende jaar te gelijk met
de algemeene vergadering te doen plaats hebben, waartoe
werd besloten.
Wij vernemen dat uit 's Gravenhage van den minister
van marine het bevel is ontvangen dat de adelborsten, tegen
wie door de policie alhier proces-verbaal is opgemaakt
ten gevolge hunner baldadigheden op zaturdag avond 11.,
door Zr. Ms. korvet Prins Maurits der Nederlanden, bij
zijn vertrek naar de Middellandsche zee, te Vlissingen
zullen moeten worden achtergelaten.
Morgen middag ten 1 ure zal van de marinewerf te Vlis
singen te water worden gelaten het schroefstoomsebip der
le klasse Curasao.
De Staats-courant behelst de volgende mededeeling van
wege het departement van buitenlandsche zaken, van het
schrijven, hetwelk Z. M. de koning op den 29 november jl.
heeft gerigt aan Z. M. den keizer der fransehen, in antwoord
op de uitnoodiging tot een kongres te Parijs
„Monsieur mon Frère. L'invitation aussi cordiale que
„gracieuse que Votre Majesté m'a aclressée par sa lettre
„en date du 4 novembre, a pour but de réunir les Puis
sances de rEurope a un congrès. afin d'aviser sans
„systême pre'congu aux moyens d'établir sans seconsse,
„sur des bases équitables, la paix et la tranquilité de
„i'Europe.
„Je rends hommage a cette généreuse pensee de Votre
„Majesté, et jeserai heureux, en m'associant a cette idee,
„de eontribuer de commun accord avec tous les autres
„Souverains de I'Europe, a réaüser le but si noble que
„Votre Majesté s'est proposé d' atteindre.
„Je. saisis cette occasion de Vous renouveler les assu-
„rances de la haute estime et de l'inviolable araitié, avec
„lesquelles je suis, „Monsieur mon Frère.
„de Votre Majesté
„le bon Frère,
„(Signé Guil.la.ume.
„La I-Iaye, le 29 novembre 1863."
Bij het wetsontwerp tot herziening der tabel houdende
verdeeling van het rijk in kiesdistrikten, is de vorming van
drie nieuwe distrikten voorgesteld. liet pene is Winschoten
en de beide andere bestaan in de verdubbeling van de dis-
tiikten Haarlem en Deventer, die voortaan elk 2 afgevaar
digden zullen zenden in plaats van 1. Blijkens de hierbij
overgelegde stukken bedroeg de bevolking des rijks op 31
december 1862 3,416,146 zielen. Wordt dit wetsontwerp
aangenomen, dan zal het getal leden der tweede kamer
daardoor van 72 op 75 gebragt worden.
Men sehrijftons uit Dordrecht, den 5 dezer
„Ik kan u iets berigten dat mij met vreugde vervult, en
mijn gansehe sympathie heeft. Elfen daaronder van onze
aanzienlijkste ingezetenen, allen reeds hier ter stede woon
achtig in het gedenkwaardige jaar 1813. hebben een uit
noodiging gerigt tot al hunne medeburgers van wat stand
of rang, om hunne handteekening te komen plaatsen in een
albuin, dat zij voornemens zijn op een nader te bepalen
dag te gaan overhandigen aan de famielje Beelaerts. de
kinderen van wijlen den heer Matthijs Beelaerts, die in
1813 aan onze stad de gewigtigste diensten bewezen beeft.
Immers als kommandant der stad aangesteld, leidde hij
met veel omzigtigheid en verstand het werk dei' verdediging.
Maar daarenboven ontzag hij zich niet onder een kogelre
gen, terwijl de stad gebombardeerd werd, in een vaartuigje
over te steken om met de franschen in onderhandeling te
treden en het bombardement te doen staken. Hij stelde
vrijwillig zijn leven in gevaar om Dordrecht te redden. Bij
onze feestviering van U. 24 november, waar zoo veel sere
nades gebragt zijn aan verschillende personen en de over
geblevenen van 1813 zoo veel eer ontvingen, heeft men het
verzuim gepleegd (met of zonder opzet, dat weet ik niet,
tnaar het laatste is baast niet denkbaar) oiu de nagedach
tenis van dien wakkeren burger niet te vereeren door eenige
hulde te brengen aan zijne alhier woonachtige kinderen,
den gepensioneerden kapitein-luitenant ter zee Beelaerts en
diens beide zusters. Algemeen heeft dit verzuim opzien
gebaard, menig woord -is er over gevallen, van ganscher
harte juicht men dan ook algemeen het plan toe dier elf
stadgenooten die hunne medeburgers hebben uitgenoodigd
door middel van een album der famielje het bewijs te geven
hoezeer Dordrechts ingezetenen de verdiensten van wijlen
rar. M. Beelaerts oj) prijs stellen en zijne nagedachtenis eeren.
„Is er dan op 24 november hiertoe niets gedaan op offi
ciële wijze, ik vertrouw dat deze manifestatie, die geheel
uit eigen beweging geschiedt en uit den boezem der burgerij
voortkomt, voor de miskende famielje oneindig, meer waarde
zal hebben dan eene serenade of iets dergelijks. Het albuim
zal blijven getuigen ook over vele jaren van de hulde hun
vader gebragt. Ik hoop dat duizenden gehoor zullen
geven aan de roepstem des heeren Marits van Cravenstein
c. s., en dus een verzuim goedmaken, dat onze feestviering
heeft ontsierd.
„De japansche zee-officieren de werkman die hem ver
gezelt. over wie ik u vroeger schreef, zijn gearriveerd. Den
eerste heb ik ontmoet. Hij spreekt tamelijk goed hollandscli,
maar verstaat het uitstekend. Hij is geheel gekleed op zijn
europeesch en lijkt een goede 20 jaren oud. Al» men hem te
Delft tegenkwam zou men hem houden voor een delfteche
student, zoon van een europeër en een javaansche, die daar
opgeleid wordt voor de dienst in de Oost Indiën. Het
eenigste wat hem onderscheidt is dat zijn haar van achteren
te zatnen gevoegd is en vastgehouden wordt door een kleine
koperen of gouden ring, zoo dat hij een klein staartje heeft.
Maar als hij zijn hoed op heeft, merkt inen het niet op. Hij
is hier, gelijk ik u vroeger meldde, geplaatst om bij den
bouw van het. bij de heeren Gips op stapel gezette japan
sche oorlogschip het toezigt te houden of den bouw na te
gaan en af te zien. De werkman verstaat geen woord
hollandsch.''
Het feest van den 30 november den dag op welken de
stad Arnhem vijftig jaren geleden door de pruissiscbe troe
pen is bezet, en zij van de fransche heerschappij is verlost,
is ook aldaar, volgens een vooraf bepaald piogramma, zeer
luisterrijk gevierd. Het is den vorigen avond door eene
groote laptoe met fakkellicht aangekondigd, en den 30 door
het lossen van het geschut geopend. De volksvermaken heb
ben plaats gehad, en de optogten van dertien korporatiën
zijn in orde volbragt, terwijl even als elders de meest wen-
schelijke eendragt is waargenomen. Het uur ran één, des