MIDDELBÜRGSCHE COURANT. N°: 146. Donderdag 1863. 3 December. ''j Editie van woensdag avond 8 ure. Middelburg 2 december. De beraadslagingen over hoofdstuk V (binnenlandsche zaken) der staatsbegrooting voor 1861 zijn, nadat daaraan vijf zittingen waren gewijd, heden door de tweede kamer ten einde gebragt. Ten slotte is het hoofdstuk aangenomen met 50 tegen LI stemmen. In de zelfde zitting is ingekomen een wetsontwerp tot herziening van de tabel der kieswet. Ook in deze provincie, o. a. te Zierikzee en te Neuzen, is de dag waarop Z. K. H. de prins van Oranje vóór 50 jaren te Scheveningen aan wal stapte, door het uitsteken van vlaggen als anderzins herdacht. Gisteren heeft de heer mr. Johannes Erraerins, in eene openbare zitting voor burgerlijke zaken van het provinciaal geregtshof in Zeeland, den eed als advokaat afgelegd. Door de arrondisseraents-regtbank te Goes zijn op hare aanbevelingslijst voor de thans vacerende betrekking van kantonregter te Hulst geplaatst: de heeren mr. J. W. A. Schneiders van Greijffenswertb, griffier van het kantonge* regt te Vlissingen mr. J. C. E. baron van Lijnden, advo kaat te Middelburg en schoolopziener in het 6e distrikt van Zeeland, eu mr. W. van der Os, advokaat te Vlissingen. Goessche cour.) Op het zevende Zeeuwsche muziekfeest, in 1864 te Zierik zee te houden, zullen worden uitgevoerd: het oratorium Jozua, van Mandel; desymphonia Eroïca, van Beethoven; Sommernachts-tranm met koren en deklamatorinm, van Mendelsohn Bartholdy en Hymne (Machtigster) van WVA. Mozart. Giteren zijn door den Moniteur beige de verklaringen medegedeeld, tusschen de nederlandsc'ne en belgische rege ringen gewisseld, betrekkelijk den waterstand in het kanaal van Brugge naar Sluis. Daarbij is vastgesteld dat de over eenkomst van 3 oktober 1851 zoodanig is gewijzigd, dat voortaan de hoofdingenieurs der bruggen en wegen in West-Vlaanderen en de hoofdingenieurs van den waterstaat in Zeeland zich onmiddellijk in betrekking zullen stellen, ten einde zich te verstaan over de aftapping van genoemd kanaal, op de wijze zqoals zulks ten opzigte van het kanaal van Gent naar Neuzen plaats heeft. Onder dagteekening van gisteren wordt ons uit de residentie het volgende gemeld „Men verzekert mij dat het antwoord onzer regering, op de uitnoodiging om aan een algemeen kongres deel te nemen, naar Parijs afgezonden is en de verklaring bevat, dat Nederland tot deelneming bereid is, indien „alle" andere mogendheden daar ook toe besluiten. „Het is der kombinatie van het Nieuwe dagblad van 's Gravenhage in der daad gelukt, na vele aangewende moeite het kapitaal bijeen te krijgen, vereischt om het (oude) Dagblad van Zuidholland en 's Gravenhage over te nemen. Ik meldde u vroeger, dat de gevraagde koopsom f200.000 bedroeg. De koopers hebben weten af te dingen tot op f160.000, en'voor dien prijs is het koop-kontrakt zeer weinige dagen geleden geteekend. Of de spekulatie zoo voordeelig zal zijn als zij schijnt valt te betwijfelen." De heer F. J. Stieltjes, ontslagen adviseur voor techni sche zaken bij het departement van koloniën, is dezer dagen uit Oost-Indië te 's Hage aangekomen. Men schrijft ons nit 's Gravenhage, 30 november: „Heden, de «lag waarop vóór 50 jaren de soevereine vorst te Scheveningen onder het gejubel der talrijke menigte aan wal stapte, wapperde de vlag alhier weder van den toren, het stadhuis en zeer vele partikuliere gebouwen, terwijl velen zich ook weder met de oranjekokarde getooid hadden. Doch vooral te Scheveningen was het feest, waar alle ge bouwen met groen en vlaggen versierd waren. De gansche bevolking van het dorp was in feestgewaad op de been, vermeerderd met honderde, zoo niet duizende hagenaars en vreemdelingen, die door het schoone, wel koude, doch zeer helder weder tot de wandeling uitgelokt waren. Eene rijk met vlaggen versierde pink aan het strand moest het vaartuig voorstellen, waarmede tie prins indertijd naar het vaderland terug gekeerd was. Nadat onder gezang van de schooljeugd een krans aan een mast was opgehangen, en de feestgenooten zich inde sociëteit Zeerust (vroeger de uit spanning van Maas) vereenigd hadden, begaven zij zich met de feesikommissie aan het hoofd, te voet, voorafgegaan door prins Frederik gearmd met zijne gemalin, naar de woning waar de soevereine vorst voor 't eerst weder den voet in een hollandsch huis gezet had. Dit alles geschiedde onder mu ziek, zang en onder de uitbundigste bewijzen van geestdrift. Een der merkwaardigste onderdeden van het programma was een optogt van visschers met voorwerpen van hun beroep, volgenderwijze zamengesteld 1. een korps muziekanten 2. eene eerewacht van een dertigtal voerlieden (bazen) te paard meerendeels goede rui.eis, goed bereden en met oranje getooid werkelijk eene eerewacht: 3. een model pink, gevolgd door scheepstimmerlieden met banier, van de heeren P. Varkevisser en Co. 4. een wagen met al de benooiligdheden voor de haring- visscherij, de netten met versehen haring als overladen gevolgd door zeelieden (reederij P de Niet); 5. een wagen metal de benoodigdheden voor de schrob- visscherij, met bijbehoorend personeel (reederij M. M.Teeu- wisse) 6. een wagen met de benoodigdhedenvoor de beugvis- scherij, met zeelieden (reederij P. Varkevisser P.zoon); 7. een wagen met planken, rollen, vijzel en kettingen, met bijbehoorend personeel (reederij J. v. d. Toorn) 8. een mallejan, met scheepsbenoodigdheden, gevolgd door scheepstimmerlieden, met banier (werf F. de Jager) 9. de korporatie van de scheepssmeilen. met banier; 10. de korporatie van de zeilmakers, met banier 11. de korporatie der bokkingrookers, met banier; 12. de korporatie van de haringtellers, met hoofdlieden en rondklinkers 13. een pinksleper, in tenue, te paard; 14. de korporatie der mandenmakers, met banier; 15. de korporatie der kuipers, met banier, en 16 de reddingsboot der Noord- en Zuid-IIollandsche redding-maatschappij, met kompiete bemanning in haar kostuum. „Heden middag heeft een diner der feestgenooten op Zeerust plaats gehad, tegen het suikerprijsje van f 10 per koevert, en het feest wordt dezen avond besloten met het branden van teertonnen aan het strand, het afsteken van eenig vuurwerk en het verlichten van den Scheveningschen weg met bengaalsch vuur." Jl. zaturdag is te Utrecht net feest der verlossing van de fransche heerschappij luisterrijk gevierd. Het begin werd 's morgens ten 8 ure door 21 kanonschoten, het gelui dei- klokken en het bespelen van het kariljon aangekondigd. De hoogleeraar Buys Ballot hield in het groot auditorium eene feestrede, welke met muziek werd afgewisseld en door zeer velen werd aangehoord Vervolgens had er in de Maliebaan eene groote parade van het geheele garnizoen en de schutterij plaats, waarbij de leden van de utrechtsche afdeeling van het Metalen kruis en de oude strijders van 1813 en 1 SI5 tegenwoordig waren deze laatsten werden zeer gehuldigd. Nadat voorts de gemeenteraad eene buitengewone zitting had gehouden ter herdenking der feiten welken vóór eene hal ve eeuw hebben plaats gehad, nam de groote optogt een aanvang. Hij bestond uit de werklieden van 's rijks munt, voorafgegaan door de kapel van het regeraent rijdende artillerie uit Arnhem, de zilver fabriekanten, de rijn-spoorweg-uiaatsehappij, voorafgegaan door de muziek van het 4de regement infanterie uit Gouda, de staats-spoorweg exploitatievoorafgegaan door de muziek van het 7de regement infanterie uit Utrecht, de utrechtsche ijzergieterij, voorafgegaan door de muziek van het korps mariniers uit Amsterdam, de vereenigde timmer lieden. voorafgegaan door een muziekkorps, de meubelma kers, eene eerewacht te paard en geleide van eenige rijtuigen met oude strijders van IS 13 en 1815, de typografische ver- eeniging, met alle overige typografen en litografen. voorafgegaan door de kapel van het tweede bataljon dei- dienstdoende schutterij van Amsterdam, de sigaren-fabrie kanten. voorafgegaan door de kapel van het 3de regement dragonders uit Haarlem, de stedelijke brandweer, vooraf gegaan door de kapel van de amsterdamsche dienstdoende schutterij, de vereenigde werklieden van letter A, de jagers en kommissarissen van de keulsche vaart. Van 10 tot 4 ure hadden er van wege het gemeentebestuur op het Vreeburg volksverinakelijkheden plaats. Ook werd eene matinee- en soirée-musicale door het muziekkorps der schutterij gegeven. Des avonds gaf de kapel der veldartil lerie een koncert op den Domtoren, die prachtig was ver licht door bengaalsch vuur. De illuminatie was algemeen en fraai en het vuurwerk wordt zeer geroemd. IScnocniinscai er» 8»esJUaiten. leger. Eervol ontslag verleend aan den 2en luitenant B. J. Rademakers, uit zijne betrekking van direkteur van het garnizoens hospitaal te Vlissingen en hem benoemd tot administrateur van kleeding en wapening bij het 3e rege ment dragonders. Aangesteld tot direkteur van het garnizoens hospitaal te Vlissingen, de kapitein, administrateur van kleeding en wapening op non-aktiviteit, J. Engeringh. Kerk- en schoolnïeuws. De jongste mail-editie van het Kaapscbe volksblad deelt het uitvoerig verslag mede eener zitting van de synode der nederduitsehe gereformeerde kerk van Zuid-Afrika, gehou den 17 oktober 11., waarin onder anderen het rapport voorkomt eener kommissie, aangesteld om te adviseren hoe er gehandeld moest worden ten aanzien van den heer Johannes Jacobus Kotzé Pzoon, leeraar van Darling, die geweigerd had zekere uitdrukkingen, door hem gebezigd in de synodale zitting van 19 november 1862, terug te trekken. Gemelde predikant Kotzé namelijk bad bezwaren ge opperd tegen de 60ste vraag van den Catechismus, en beweerd dat de woorden „en nog steeds tot alle boosheid geneigd ben" een taal behelzen, die niet eens in den mond van een heiden waarheid zon bevatten, of hij moesteen duivel zijn, vee! minder nog in dien van een christen. De kommissie, op grond van het stellig en herhaalde verzet van den heer Kotzé, die zelfs betuigd had, indien mogelijk, het gezegde nog krachtiger te zullen uitdrukken dan hij reeds gedaan had, en overtuigd dat in dezen van de zijde der synode alle geduld en lankmoedigheid rijkelijk was betoond, adviseert dat de synode besluite den heer Kotzé te schorsen in zijne evangeliebediening en in alle deelen van zijn ambt met behoud van traktement tot de eerstvolgende bijeenkomst der synodale kommissie in het jaar 1864, als wanneer, bijaldien aan gemelde kommissie door den predikant J. J. Kotzé geene schriftelijke herroe ping wordt toegezonden, hij van zijn status als herder en leeraar der nederduitsehe gereformeerde kerk van Zuid- Afnka zal zijn vervallen en alzoo afgezet van zijne bediening. In geval van schriftelijke terugtrekking evenwel verzoekt zij magtiging om hem namens de synode in al zijne regten en voorregten als leeraar te herstellen. Het rapport is geteekend door P. E. Faure, Win. Ro bertson, J. H. Neethling Hz., J. Hofmeyr en J. H. du Plessis. Bij de diskussies door dit adres uitgelokt liepen de ge voelens der leden nog al uiteen. Sommigen waren van oordeel, dat „aangezien de predikant van Darling niet des menschen bederf door de zonde had ontkend, en het verschil tusschen hem en deze hoog eerw. vergadering slechts bestond in de opvatting van de woorden: „nog steeds tot alle boosheid geneigd" en niet in het leerstuk van 's inenschen verderf de synode kon volslaan met hare diepe verontwaardiging uit te drukken over de onbeschei den wijze, waarop hij, ongeroepen en ongevraagd, het 60e antwoord van den Heidelbergschen catechismus voor onge rijmd had durven verklaren, en verder de zaak als afgehan deld kon beschouwen." Men besloot eindelijk den leeraar van Darling in de gele genheid te stellen nog iets te zeggen, als hij zich daartoe geroepen mogt gevoelen. Dit geschiedde. De uitslag der geheele zaak is geweest de aanneming van het rapport der kommissie met 56 tegen 24 stemmen, ten gevolge waarvan de predikant Kotzé gesuspendeerd en vervolgens afgezet zal worden in overeenstemming met de aanbeveling in genoemd rapport. Uit dit staaltje kan men eenigzins den geest der neder duitsehe gereformeerde kerk van Zuid-Afrika proeven. Men waant z ch in de dagen van Bogennan verplaatst en kan naauwelijks gelooven dat deze dingen „en plein dix- neuvième siècle", 17 oktober jl., aldus geschied zijn. Edoch de feiten spreken. Dat een man als Colenso door deze heeren kettermeesters minstens als de anti christ inoet worden beschouwd. Iaat zich gereedelijk gissen. Verheugen wij ons nu we dien naam noemen dat ten minste één, zij 't ook op een naburig veld, openlijk den krijg heeft begonnen tegen een kerkelijk christendom, dat tot zulk een laag peil is gezonken of zoo middeleeuwsch nog van gehalte is, als uit bovengenoemd rapport ons is gebleken. Regtszaken. De hooge raad der Nederlanden heeft gisteren het vonnis der arrondissementsregtbank te Middelburg vernietigd, waarbij, met bevestiging van een vonnis van het kantonge- regt te Oostburg, Gorris Schot, schipper in dienst van het belgiseh loodswezen te Vlissingen, was schuldig verklaard aan overtreding van liet reglement op het overzetveer tusschen Vlissingen en Breskens, en ten principale regt- doende, den rekwirant ontslagen van alle regtsvervolging te dier zake. Gemengde berigten. Maandag is II. M. dekoningin-moedergelukkigaan een haar dreigend gevaar ontsnapt. Door de gladheid van den weg struikelde het tweedespan van het rijtuig, waarin H.M. was gezeten en hetwelk bereden werd door den postiljon Greef, waardoor het rijtuig op de paarden viel. Door de bijzondere vlugheid van den postiljon en de hulp van een juist aankomend piket dragonders, slaagde men er in de paarden zoodra mogelijk af te spannen, zoo dat H. M. er gelukkig met den schrik af is gekomen en de postiljon, die ouder de paarden lag, zonder eenig letsel, weêr heeft kun nen opstaan.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1863 | | pagina 1