MIDDELBÜRGSCHE COURANT. r m. Donderdag 15 Oktober. 1863. t i Bij deze courant behoort een bijvoegsel. Editie van woensdag' avond 8 ure. Middelburg 14 oktober. Onze gemeenteraad besloot heden middag een krediet van f 1200 aan burgemeester en wethouders te verleenen. om daaruit, bij gelegenheid van de herdenking van Neder lands herkregen onafhankelijkheid op 17 november, de armen in de verschillende gestichten en de kinderen op de scholen voor min- en onvermogenden buitengewoon te onthalen. Hiertoe zal f 700 a f 800 noodig wezen, en de gelden die na aftrek daarvan van de f 1200 overschieten, zijn voor feestelijkheden bestemd. De gemeentebegrooting voor 1864, welke in deze zitting behandeld werd, is in ontvang en uitgaaf vastgesteld tot een bedrag van f266.205,37 of f 1.536 meer dan geraamd was. Tot vijfden hulponderwijzer op de school voor onver mogenden is benoemd H. A. Luijk, hulponderwijzei te Tholen. In ons volgend nommer geven wij van deze zitting een verslag. Voor de oprigting van een nationaal gedenkteeken voor november 1813 enz., is gisteren in deze gemeente gekollek- teerd f 641,45. Berekend naar het aantal inwoners volgens de volkstelling van december 1859, zijnde 16,088 zielen, is het bedrag bijna 4 cent per hoofd. Het totaal zal echter nog eenigzins verhoogd worden, daar de kollekte in de buiten wijken nog niet geheel is afgeloopen. De kollekte voor de oprigting van een gedenkteeken voor november 1813 enz., heeft te Heinkenszand, met 1583 zielen, opgebragt f 110,15£ of gemiddeld 7 cent per hoofd. In de school aldaar is f6.18 gekollekteerd Te Utrecht hebben de inschrijvingen f2250 bedragen, zijnde, bij eene bevolking van 52,894 zielen, gemiddeld 4cent per hoofd terwijl het gemeentebestuur is aangezocht ook van harentwege eene kollekte te doen en deze te laten voorafgaan van de noodige opwekking. Te Laren (Noord-Holland), met eene bevolking van 1933 zielen, heeft de kollekte voor het gedenkteeken opge bragt f72,47, zijnde gemiddeld ruim 3^ cent per hoofd. Op de werf De volharding alhier is heden de kiel gelegd van een barkschip dat den naam zal dragen van Luctor et Emergo. De gemeenteraad van Vlissingen hield eergisteren en gisteren eene zitting, waarvan wij in het bij dit nommer behoorende Dij voegsel een beknopt verslag geven. Onder meerder is de begrooting der gemeente voor 1864 behandeld en vastgesteld tot een bedrag van f 128.450,22i-. Tevens is besloten een belasting op de petroleum te hef fen van 2^ cent per ned. kan, en de belasting op de raap- en patentolie en andere vloeibare lichtstoffen, met uitzondering van steenkolengas, tot dat bedrag te verminderen. Tot lid der plaatselijke schoolkomrnissie is benoemd de beer B. J. Tideman, en tot brandmeester de beer C. J. van Reijn in de plaats van den heer II. Heijblom, wien op ver zoek eervol ontslag is verleend. Overigens verwijzen wij onze lezers naar iiet verslag der zitting. Z. K. II. de prins van Oranje is zondag avond van hoogst deszelfs buitenlandsche reis in de resideutie teruggekeerd. Men verneemt dat Z. M. thans jhr. mr. F. L. W. de Koek. op zijn verzoek, ook eervol ontslagen heeft als direkteur van het kabinet des konings en hem heeft benoemd tot minister van staat. Van de statuten der Maatschappij tot exploitatie van staatsspoorwegen wordt in de Staatscourant van heden het tweede gedeelte medegedeeld. Onder de deelnemers daarin komen voor Z. M. de koning voor twee honderd en Z. K. H. prins Hendrik der Nederlanden voor vijftig aandeelen van twee honderd vijftig gulden. De belgische ministers hebben maandag avond eene audiëntie gehad bij Z. M. den koning welke ruim een uur geduurd heeft. Gisteren zijn zij, vergezeld van den belgi- schen gezant, naai' Leiden vertrokken om de merkwaardig heden van die stad te bezigtigen. *Uit 's Hage schrijft men ons van 13 dezer: „Sints eenige dagen hebben zich de zamenscholingen en volksoptogten, die in 't vorige jaar zoo veel onrust veroor zaakten, in miniatuur herhaald. Gelukkig neemt men thans bij tijds de noodige maatregelen. Heden namiddag zijn alom aangeplakt twee verordeningen van den gemeente raad. In de le worden alle zamenscholingen en optogten verboden in de 2e wordt straf bedreigd tegen het afsteken van vuurwerk. Even als in het vorige jaar zijn het de leerlin gen der teeken-akaderaie, aan wiemen de schuld geeft. Dat echter eenige kwalijk gezinden uit de lagere volksklassen onder den hoop schuilen, schijnt te blijken uit het feit dat men een armen drommel die de „Oranje-liederen" van C. Meyer uitventte, mishandeld heeft. Het is toch niet aan nemelijk, dat fatsoenlijke lieden of jongens zich aan eene dergelijke onbegrijpelijke eD hoogst onbetamelijke hande ling zouden schuldig maken. „Ik kan u mededeelen dat de geruchten omtrent de ver loving van den prins van Oranje voor alsnog van stelligen grond ontbloot zijn. Alleen onder de meest mogelijke reserve geef ik u dan ook kennis van een nieuw gerucht, volgens 't welk op den 17 november,a. s., bij gelegenheid van het nationale feest, den volke de verloving zou worden kenbaar gemaakt van genoemden prins met de prinses Frederika Sophia Maria Henrika Amalia Theresia, oudste dochter van Z. M. George V, koning van Hannover. Deze priuses, geboren den 9 januarij 1848, heeft haar 16e levens jaar nog niet vervuld." Gisteren is aan den gemeenteraad van Delft mededeeling gedaan van eene missive van den minister van binnenland- sche zaken, waaruit blijkt dat die gemeente bepaald is aan gewezen voor de oprigting eener polytechnische school, indien de gemeente gezind is een belangrijk deel van de som van f 100.000, noodig tot uitbreiding van het akademie- gebouw, voor hare rekening te nemen. Er is besloten aan de regering de vraag te rigteu of eene bijdrage van f 50.000 genoegzaam kan worden geacht. Uit de diskussien bleek echter dat men zoo noodig tot grootere opoffering zou bereid zijn. Men schrijft uit 's Hertogenbosch aan de Amsterdamsche courant, dat als schrijver van het geïnkrimineerde artikel van Noorilbrabanter. (over de behandeling van de zaak, den aanslag op het leven van den aartsbisschop Zwijsen betreffende, door de justitie) bij de policie thans is bekend geworden de heer van Logchem, rustend pastoor te Arnhem. Beuoeiuinüeu en besluiten. ridderorden. Vergunning verleend aan mr. W. J. baron d'Ablaing van Giessenburg, raad-adviseur bij het departement van justitie, tot het aannemen en dragen der versierselen van eereridder der Johanniter-order, hem door Z. M. den koning van Pruissen geschonken. leger. Benoemd bij het wapen der infanterie, bij het 3e regement, tot majoor, de kapitein der le klasse G. A. de Gelder, van het 5e regement; tot len luitenant (naar ouderdom van rang) de 2e luitenant W. L. de Petit van het korps; bij het 5e regement. tot kapitein van de 3e klasse (naar ouderdom van rang) de le luitenant E. W. Wichers, van het 2e regement. v In aktiviteit- gesteld bij het 7e regement de le luitenant W. J. F. van der Blom. die bij besluit van den S november 1862 voor den tijd vau één jaar op non-aktiviteit is gesteld. Gesteld op non-aktiviteit, op verzoek, de majoor J. P. Doelen, van het 3e regement, in afwachting dat nader om trent hem zal worden beschikt. Op verzoek eervol ontslag uit de militaire dienst verleend aan den len luitenant R. J. C. van der Meulen, van het 5e regement infanterie, en aan den 2en luitenant bij het korps der genie en sapeurs in Nederlandsch-Iudie II. S. Nederburgh, die is benoemd tot aspirant-ingenieur van den waterstaat en 's lands burgerlijke openbare werken in Nederlandsch-Indië. Berk- en schoolnleuws. Bij het elfde beroep in de zelfde vakature bij de her vormde gemeente te Wolfaartsdijk is beroepen de heer W. van den Bijtel, predikant te Nnnspeet. Door den kerkeraad der hervormde gemeente te Har derwijk is, wegens het bedanken van den heer Merens, het volgende zestal geformeerd: tie heeren Bax, te Vuursche; ten Bokkel Huinink, te Oud-Alblas; Couvée, te Doesburg Drost, te Goes; Slothouber, te Doornspijk, en Vermeer te Genemuiden. Dezer dagen zijn alhier geëxamineerd 4 personen als hoofd-ondervvijzer, 1 als hoofd-onderwijzeres, 8 als hulp onderwijzer, 3 als onderwijzer in de fransche en 2 in de engelsche taal, 2 in de wiskunde en 2 in de gymnastiek. 1 als onderwijzeres in de fransche taal en 1 in de handwer ken voor meisjes. Daarvan zijn toegelateu 1 als hoofd onderwijzer, 1 als hoofd onderwijzeres, 3 als hulponder wijzer, 1 als ouderwijzer in de fransche en 2 in de engelsche taal, 1 in de wiskunde en 2 in de gymnastiek, 1 als onder wijzeres in de fransche taal en 1 in de nuttige handwerken. Regtszakeu. In ons nommer van zaturdag maakten wij met een enkel woord melding van de behandeling voor het provinciaal ge- regtshof in Zeeland der zaak van Maarten Huibregtse, 39 jaren, en Jan Jacob de Pagter, 31 jaren, beide dijkwerkers te Westkapelle, beschuldigd van diefstal met uitwendigebraak en inkliraining op de aanhoorigheitl van een bewoond huis. Wij meldden daarbij dat, na liethooren der twaalf opgeroe pen getuigen, het hof de dagvaarding van eenige andere getuigen, op grond van een rekwisitoir van den prokureur- generaal,tegen den volgenden dag had bevolen en de tweede beschuldigde, die tot dusver in vrijheid was geweest, op 'shofs bevel in hechtenis werd gesteld. Zaturdag is de behandeling dezer zaak voortgezet en ge~ eindigd. De hoofdzaak van hetgeen wij uit de voorgelezen processtukken en de verklaringen van achttien beledigde getuigen opteekenden komt op het volgende neder In den nacht van 27 op 2S junij jl. is uit de bakkeet op het erf der woning van den landbouwer H. Koppejan. on der Meliskerke, ontvreemd eenig linnengoed, bestaande uit hemden, mutsen, lakens enz. hetwelk zich bevond ineen waschtobbe. Desavonds was de bakkeet,even alsaltijd, door de dienstmeid gesloten. De knecht, des nachts van de dom- burgsche kermis thuis komende,zag dat de keet en de luiken openstonden doch had daar geen acht opgeslagen.. Des morgens evenwel zagen de vrouw des huizes en de meid ook dat de keet niet gesloten was, waarna de ku. .ht ieh herin - nerde die des nachts reeds geopend te hebben gezien. Bij een onderzoek bleek nu dat het genoemde linnengoed ge stolen, de spanning voor het raam losgerukt en de kram aan (le bovenzijde uitgewrongen was,waartoe men waarschijnlijk een daar voorhanden vaamhout had gebezigd. De zekerheid van den diefstal bragt echter geene aanwijzing der daders met zich; doch bij het ruchtbaar worden der zaak ontston den er bij de justitie vermoedens tegen de beide beschuldig den. De rijksveld wacht stelde, met behulp der maréchaussée en in tegenwoordigheid van den burgemeester, een onder zoek in op den 3 juüj.Bij de huiszoeking weiden in de woning van Huibregtse een hemd en een laken gevonden. De kraag en de knoopen waren van het hemd afgenomen. De vrouw van Huibregtse wendde voor dat zij het van haar zoon had gekregen en het nu wilde vermaken, terwijl zij het laken had gekocht. Ook werden een paar schoenen gevonden, die evenals het hemd door de bestolenen zijn herkend. Inde wouing van de Pagter werd niets gevonden doch zag men. alleen een laken met een kruisnaad, dat echter bij een vol gend bezoek verdwenen was. Zulk een gekruist laken was ook door vrouw Koppejan vermist, doch het is niet in beslag genomen. Bij het vinden der goederen zeide de vrouw van Hui bregtse eerst dat haar ruan daarmede was thuis gekomen later heeft zij echter opgegeven dat zij, ten gevolge van den schrik bij het zien van den veldwachter, niet wist wat zij zeide. Haar man en de Pagtergaven echter op van niets te weten, daar zij beide naar de kermis te Domburg waren geweest. Wel was er eenig verschil in de aanvankelijke op gaven van het uur van vertrek en thuiskomst alsmede van den genonen weg. maar dat verschil hield ook met den eer sten schrik op. Beide toch waren gedurende de gansche zitting van het hof onuitputtelijk in betuigingen van on schuld en hielden steeds vol dat zij te Domburg en niet bij de hofstede van Koppejan waren geweest; dat zij gezamen lijk zijn weggegaan, langs het schelppad door den Aagte- kerkschen zandweg voorbij Sintjan ten Heere naar Dom burg, steeds bij elkander zijn gebleven en ook te zamen zijn thuis gekomen. De eerste hielil mede vol dat hij niet wist hoe het gestolen goed bij hem in huis is gekomende laatste dat het laken, hetwelk bij hem op het bed is gezien, zijn eigendom en daar nog steeds te vinden is. Dat niemand hen te Domburg gezien heeft, ook niet de aldaar gestatio neerde rijksveldwachter Kroes, is bij de op kermis aldaar heerschende drukte volgens hen niet bevreemdend en wat de veldwachter betreft, meent de tweede beschuldigde dat diens verklaring hieromtrent weinig beduidt, want dat het toch wel niet noodig is als men te Domburg komt tot den veldwachter te zeggen „hier ben ik, heer Kroes!" Dat ook zij niemand kunnen opgeven dien zij gezien hebben of door wien zij gezien zijn is mede aan de groote drukte te wijten. Zijn de beschuldigden op Domburg, waar zij zeggen in den avond van 27 junij geweest te zijn niet gezien,men heeft toch gemeend hen te zien in de rigting van de woniug van Koppejan waar zij zeggen dien avond niet te zijn geweest. Een getuige heeft omstreeks 7 ure onder Aagte- kerke twee persouen ontmoet, en hoewel niet wetende of dit de twee beschuldigden zijn geweest, zoo schenen zij hem half toe de zei file personen te zijn eene andere getuige heeft hen ontmoet op den weg naar Aagtekerke en hen goeden avond gewenscht, hoewel zij niet weet welken weg zij verder zijn gegaan. Een derde getuige heeft twee westkapelsche dijkwerkers gezien aan den zandweg tusschen Aagtekerke en St. Jan ten Heere, terwijl zij niet links langs den krom men weg naar Domburg gingen; hij heeft daarover zelfs gesproken met zijn dienstmeid, die de beschuldigden zeiven heeft gezien, en tot haar gezegd met het oog op den toestand van den dijk: wat moeten die mannen hier doen? Een arbeider heeft twee persouen en voor zoo ver hij zien kan de

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1863 | | pagina 1