ambtenaren, die, geen vermogen bezittende, toch beweer den „te moeten leven!" het bekende antwoord over hebben „ik zie daarvan volstrekt de noodzakelijkheid niet in Het antwoord van den oostenrijkschen aartshertog aan de mexikaansche deputatie schijnt op deze geen gunstigen indruk te hebben gemaakt. Zij is dan ook, naar men verzekert, vrij ontmoedigd van Miraraare teruggekeerd in het volle, besef der onmogelijkheid van eene vervulling der door Maxirniliaan van Oostenrijk gestelde voorwaarden. Vooral schijnen de mexikaansche afgezanten zeer ver baasd te zijn geweest over het verschil, hetwelk bestond tusschen den aartshertog en den toekomstigen opvolger van Iturbide, gelijk zij zich dien hadden voorgesteld. In plaats van een ietwat spaansch gekleurden capitano, die zij reeds in hunne vevbeelding den uiexikaanschen troon zagen bestijgen, vonden zij teMiramare gelijk het Journal des débats zegt „een jong mensch met blaauwe oogen" die met waardigheid in de gematigde bewoordingen aan eene europesche natie eigen, niet een soort van Olympus wilde bestijgen van waar de soeverein den bliksem naar be neden zou slingeren, maar misschien in lateren tijd plaats zou willen nemen op een minder verheven keizerszetel en volgens eene konstitutie het bestuur uitoefenen. In plaats van een kleinzoon van denCid, dien zij zich gedroomd hadden vonden zij te Miraraare den schoonzoon van koning Leopold. Men zal zich herinneren dat er behalve ten opzigte van het paleis, weleer door koning Otto te Athene bewoond, nog kwestie bestaat omtrent de door dezen vorst achtergelatene korrespondentie. Omtrent dit laatste punt is dezer dagen door de nationale vergadering een besluit genomen, strek kende om het diplomatiek gedeelte daarvan ongeopend aan den vroegeren koning terug te zenden en de brieven en me- dedeelingen betrekkelijk de binuenlandsche aangelegenhe den openbaar te maken. Tegen dergelijken maatregel hebben evenwel Engeland en Denemarken geprotesteerd. Mcxiko. De Ost-deutsche Post beweert dat de toespraak van den aartshertog Maxirniliaan aan de raexikaansche deputatie overal een gunstigen indruk heeft te weeg gebragt. Men onderstelde in het algemeen, met bet oog op de taal der fransche dagbladpers, dat de aartshertog, zonder acht te slaan op de positie, welke hij in zijn vaderland bekleedt, aan de afgevaardigden der vergadering van aanzienlijken zon verklaren dat hij volkomen bereid was om den nog zoo wankelenden troon van Mexiko te bestijgen. De toe spraak van den aartshertog heeft echter een geheel ander licht over deze kwestie geworpen. Na de woorden van den aartshertog geanalyseerd en de door hem gestelde voor waarden besproken ie hebben, verklaart de Ost-deutsche Post niet te begrijpen hoe men er toe zal geraken om aan deze voorwaarden te voldoen en het blad konstateert dat uit den algemeenen indruk der toespraak dan ook voort vloeit dat er eene prijzenswaardige politieke voorzigtigheid bij den aartshertog bestaat en hij zich altijd nog een defini tief besluit voorbehoudt. De toespeling van deu aartshertog op de toestemming van het doorluchtig hoofd van zijn stamhuis is voorts nog, volgens de Ost-deutsche Post, een der meest belangrijke en geruststellende punten, omdat zij doet voorzien dat men geenerlei overijling zal te vreezen hebben De Ost-deutsche Post besluit eindelijk haar artikel met de volgende opmerkiugen „Het beknopt programma, hetwelk tie doorluchtige prins ten opzigte van den vorm en de tendenz van zijn eventueel goevernement geeft, is wel geschrikt om hem tie sympathiën der liberale frakuën in Europa te verzekeren. „Het nieuw keizerrijk toch zal volgens eene konstitutie be stuurd worden en de aartshertog verklaart reeds nu dat hij gereetl is om het fundamenteel pactum, hetwelk hein met de mexikaansche natie moet verbinden, met een eed te bezege len. Het is ontwijfelbaar dat de -clioonzoon van koning Leopold zich het voorbeeld van zijn schoonvader voor oogen stelt, evenzeer als de geschiedenis en den oorsprong van het koningrijk België. De verwantschap met den doorlucluigen koninklijken grijsaard, die het geluk heeft gehad om in eenigzins overeenkomstige omstandigheden een nieuwen troon te stichten en hem ongeschonden en in eere te hand haven, terwijl hij de genegenheid en den eerbied van zijn land in de ruimste mate verwierf deze vevwantschap is zekerlijk wel een groote psychologische hulp voor den aarts hertog in zijne besluiten betrekkelijk de mexikaansche kwestie. De omstandigheid voorts dat deze talentvolle koning, die zoo veel ondervinding bezit, de neigingen van zijn schoonzoon aanmoedigt en begunstigt, moet zekerlijk ook de hoop der mexikaansche deputaiie op het welslagen barer pogingen niet weinig verlevendigen." De Wiener Presse bevat een zeer uitgebreid stuk over dit zelfde vraagstuk. Ditdugblad meent dat de toespraak van den aartshertog even duister is als de toekomst van het rijk, hetwelk men hem komt aanbieden. Het dagblad meent dan ook geenszins eau eene aanneming te moeten gelooven. Ieder zegt de Presse die zijne toestemming van eene niet te ver» uilen voorwaarde doet afhangen neemt, voor het oogenblik ten minste, niet aan hetgeen men hem aan biedt, maar hij kiest om zijne weigering uit te drukken den meest passenden en den minst kwetsenden vorm." Ten opzigte van de handelwijze des oostenrijkschen aartshertogs betrekkelijk den mexikaansche kroon,beweren de engelsche dagbladen dat de aartshertog geenszins de hoop moet voeden dat Engeland hem, zoo noodig, in zijn nieuw keizerrijk zou handhaven. The daily news zegt dat het bespreken der waarborgen tegen de gevaren, welke de onschendbaarheid en onafhankelijkheid van Mexikozouden kannen bedreigen eerst dan te pas zal komen als de fransche troepen zich weder in hun vaderland bevinden. The globe merkt op dat dergelijke waarborgen niet zoo gemakkelijk zullen gegeven worden, terwijl The times formeel verklaart dat Engeland nimmer eene gewapende tusschenkorast zal toezeggen ten voordeele der nieuwe monarchie. Polen. Volgens de Bresl. Zeitung zullen op nieuw 50,000 man poolsche troepen Polen binnen rukken, terwijl alle kleine steden gedurende den winter een garriisoen zullen ontvan gen. Behalve dergelijke vermeerdering van russische troe pen in Polen, zijn door het hoofd der russische policie te Warschau de volgende bepalingen gemaakt. „De pogingen tot moord welke in den laatsten tijd hebben plaats gehad overtuigden ons dat de bewoners dezer stad zich niet alleen onthouden van hulpte verleenen aan de autoriteiten om zich van de schuldigen meester te maken, maar dat zij hun ook de middelen verschaffen om zich aan de nasponngen der policie te onttrekken. „Op last der hooge autoriteiten breng ik derhalve het volgende ter kennisse van het publiek „1. In geval van moord of poging daartoe op de openbare straat zullen alle getuigen van het feit die hunne medewer king mogten weigeren om den schuldige op te sporen, als medepligtigen worden beschouwd en als zoodanig worden gestraft met al de gestrengheid der wet. in werking ten ge volge van het in staat van beleg stellen. „2. Indien de misdadiger na volvoering van het misdrijf in een huis zijne toevlugt raogt zoeken en aldaar niet door de eigenaars of bewoners van het huis wordt aangehouden, zal het huis door de militaire autoriteit worden bezet, zonder het verleenen van eenige schadeloosstelling, en tot kazerne ring der troepen worden gebruikt na voorafgaande ver drijving van alle bewoners. „3. Indien een moord of poging daartoe plaats heeft in een huis of in eenige daarbij behoorende lokaliteit, zonder dat de schuldige worde aangehouden door de eigenaars of bewoners, zullen deze eene zware verantwoordelijkheid op zich laden en met al de gestrengheid der krijgswetten wor den behandeld, behalve nog dat het huis en al hetgeen zich daarin bevindt ter dispositie der militaire autoriteiten zal gesteld worden. „4. Op den eigenaar en de bewoners van ieder huis waar uit een moordaanslag mogt worden gedaan, tegen wien ook, door een geweerschot of op eenige andere wijze zullen de zelfde straffen van toepassing wezen. „Ten einde de eigenaars der huizen te Warschau inde gelegenheid te stellen zich te bevrijden van dezware verant woordelijkheid, welke ten opzigte hnnnev huurders op hen rust, breng ik op last der hooge autoriteiten de volgende bepalingen ter hunner kennisse. „De eigenaars van huizen zijn bevoegd om zonder medewerking der policie huiszoekingen te bewerkstelligen bij alle hunne huurders om zich te vergewissen dat zich geene verdachte personen, of zoodanige, die niet voldoende inlichtingen omtrent hunne tegenwoordigheid kunnen ge- veD, in hunne eigendommen bevinden of dat daarin geene verbodene voorwerpen of wapenen verborgen zijn. Mogt de policie bij huiszoeking in eenig huis verbodene voor werpen of verdachte personen aantreffen, welke zich al daar zonder voorafgaande kennisgeving ophoudenzullen de eigenaars, hunne rentmeesters of intendanten even als de schuldige bewoners voor den krijgsraad worden ge bragt. De bewoners van huizen, die de eigenaars of hunne rentmeesters mogten beletten om bovenbedoelde huiszoe kingen te doen. zullen zich daaromtrent moeten verant woorden en volgens de krijgswetten gestraft worden. „Wavschau 29 september L863. „Lowchin." Volgens mededeelingen uit Warschau is aan dit besluit o. a. uitvoering gegeven bij den moord, in het Hotel de l'Europe aan een russischen spion gepleegd. Alle manne lijke bewoners van het hotel zijn in hechtenis genomen en het gebouw is door troepen bezet. Het fransch dagblad La patrie meent te weten dat prins Czartoryski uit naam van het geheim poolsch bewind bij de kabinetten van Parijs en Londen een formelen stap heeft gedaan om de erkenning van Polen als oorlogvoerende staat te verkrijgen. L'indépendance beige doet het voorko men als zou daartegen eene onoverkomelijke hinderpaal bestaan. „In de allereerste plaats toch zoo beweert men moet het zedelijk ligchaam bestaan, waaraan men het voor- regt der oorlogvoerende partijen wil toekennen. Nu zijn er in de poolsche gewesten wel polen, die blijken geven van onwrikbaren moed, vaTieene energie en levenskracht, welke men gaarne geneigd is bij een volk. hetwelk zijne autonomie terug verlangt, te huldigen -, ev zijn wel opperhoofden, die aan de russische strijdkrachten het hoofd bieden er is wel een geheim bestuur, hetwelk zich naast de openbare regering doet gehoorzamen, maar dit alles is niet genoeg ora, volgens de allereerste beginselen van het volkenregt, eenige erken ning te veroorloven. Een geheim bestuur is geene regering: men kan daarmede evenmin onderhandelen als inet de verschillende benden, welke het land doorkruissen. Zoolang de opstand niet het rustig en ongestoord bezit zal hebben erlangd van een gedeelte gronds, van waar hunne opper hoofden hunne dekreten kunnen dagteekenen en uitzenden, met het buitenland in onderhandeling treden, in een woord een verantwoordelijk gezag in welken vorm ook, uitoefe nen, zullen noch Engeland noch zelfs Frankrijk tot de voorstellen van prins Czartoryski kunnen toetreden." Het betoog van het belgisch dagblad is zekerlijk in het algemeen juist te achten, doch wij gelooven dat de „onover komelijke hinderpaal" van L'indépendance door Napoleon, wanneer hij dit noodig achtte, spoedig uit den weg zou kunnen geruimd worden. De eene of andere bevelhebher eener afdeeling polen, die. als diktator, zijne dekreten uit zijn legerkamp dagteekende, zou des noods reeds het ver- eischte openbaar bestuur kunnen vormen, waardoor Polen de erkenning a!s oorlogvoerende partij zou kunnen erlan gen. De vraag is slechts of Napoleon tot deze erkenning zal willen overgaan zonder Engeland, welke laatste mogend heid daartoe zoo ligtelijk niet over te halen zal wezen. Frankrijk. Le pays bevat het volgende: „In sommige fransche en buitenlandsche dagbladen wordt de fransche diplomatie voorgesteld als zich met zekere koortsachtige bedrijvigheid bezig houdende met de pool sche kwestie. Men spreekt hier van gedachtenwisselingen in depeches of door ambassadeurs, daar van afgezonden notas, van ontwerpen, van cirkulaires. „Wij gelooven dat er in al deze geruchten omtrent eene buitengewone beweging onder de fransche diplomatie niets waars is. Onze redenen voor deze onderstelling zijn overi gens vrij eenvoudig. „In de poolsche kwestie heeft Frankrijk in zijn te dien opzigte genomen besluit Engeland en Oostenrijk vooruit gestreefd. Frankrijk heeft namelijk aan deze mogendheden medegedeeld dat het van zijne zij de gereed was tot de daden waardoor zij hunne diplomatieke ouderhandelingen wilden bezegelen. Wij gelooven dat Frankrijk zelfs bij hen had aangedrongen om reeds vooraf den te volgen gedragslijn te bespreken voor het geval de tot St. Petersburg gerigte ver- toogen niet tot het doel zouden leiden, hetwelk men zich had voorgesteld. „Frankrijk was derhalve geneigd ora met Engeland en Oostenrijk verder te gaan dan deze mogendheden dienstig schijnen te hebben geacht. „In dergelijke positie heeft Frankrijk dus niets nieuws te verrigten en niets voor te stellen. Het moet slechts wachten tot dat de beide andere mogendheden tot de raee- ning der fransche regering beginnen over te hellen en aan haar voorstellen doen. „Men moet derhalve de oogen rigten naar de beide mo gendheden, om, zoo mogelijk, nieuwe gebeurtenissen te ontdekken, „Wat ons betreft, wij willen ons aan geene andere stel lingen wagen. Wij slaan slechts acht op feiten. „Aan de zijde van Oostenrijk zien wij niets, geen enkele handeling, geen enkele stap welke als nieuw element iu de kwestie eene plaats komt innemen. „Aan de zijde van Engeland is slechts e'én feit te konsta- teren: de redevoering van lord John Russell. Daarin wordt eene belangrijke opinie ontwikkeld omtrent een ernstig punt der kwestie en daarin schijnt een voorstel van Engeland te zijn vervat. Immers, het is geen partikulier persoon die op het banket te Blairgouri gesproken heeft, het is de engelsche minister, en hij zal zonder twijfel geen andere taal voeren in het parlement. „Frankrijk heeft de verklaring van den edelen lord, be trekkelijk de traktaten van 1S15, ten opzigte van Polen, slechts kunnen goedkeuren. Aan Engeland behoort echter de taak ora aan deze verklaring eene officiële waarde te geven en naar eene bekrachtiging daarvan te trachten. De engelsche regering kan overigens wel ver/.ekevd zijn bij Frankrijk gevoelens te zullen aantreffen, welke met de hare overeenstemmen, als zij door handelingen have woorden wil bekrachtigen." Le teinps zegt omtrent dit artikel van het officieus dag blad het volgende „De omstandigheden worden zoo ernstig sedert eenige dagen, dat wij met de grootste zorg alles moeten opteekenen wat eenig licht kan verspreiden. Daarom hebben wij ook het stuk van Le pays overgenomen. Wij kunnen diteven- wel niet doen zonder ter zelfder tijd te doen opmerken dat de houding, welke door Le pays aan de fransche politiek wordt toegeschreven, weinig in overeenkomst zou zijn met de eer en de ware belangen van ons land. Het is niet aan te nemen dat de eerste mogendheid van het vaste land zich vrijwillig door Engeland en Oostenrijk op sleeptouw zou laten nemen in eene kwestie, welke ten zeerste met onze positie in Europa in verband staat. De engelsche dag bladen beweren dat liet de taak van Frankrijk is om te handelen-, Le pays beantwoordt deze bewering met het gezegde dat Frankrijk de voorstellen van Engeland en Oostenrijk afwacht. Intusschen wrijft Rusland zich in de handen, terwij! het Journal de Saint Petersbourg doet op merken „dat de pogingen der engelsche en fransche dag bladpers om de waardigheid van het andere land als geschonden voor te stellen zich wederkeerig neutraliseren. „Het Journal de Saint Petersbourg heeft gelijk, maar hoe lang zullen wij aan do russen nog de voldoening geven van dergelijk schouwspel." Woensdag zeilde van de reede van llammekens naar zee het barkschip Baron van Heemstra, gezagv. F. Nepperus, bestemd naar Batavia. Den 19 augustus is vanBatavia naar Middelburg ver trokken het bavkschip Noordster, gezagv. I. Luteiju. Alles wel aan boord. lIA&öjELSJaKlUGTJSüï. Graanmarkten enz. Amsterdam 9 oktober. Tarwe en gerst onveranderd. Raapolie op zes weken f ilj. Lijnolie op zes weken f 47j. Dohdhfxht 8 oktober. Voor jarige witte tarwe bestond heden weinig vraagbij geringen aanvoer van nieuwe dito was deze tot vovigen prijs goed te verkoopen -, rogge bleef onveranderd. Gerst in puike kwaliteit is gewild; haver in een doen; paardenboonen bij kleinigheden iets hooger. Bruineboonen werden 50 cent lager betaald; blaauwe erw ten werden iets lager afgegeven. Koolzaad is 10 a 20 cent hooger betaald. Raapolie zonder handel, men noteert f 39| en lijnolie f 47 a kontant.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1863 | | pagina 3