MIDDELBÜRGSCHE COURAN T. r us. Donderdag 1863. 1 Oktober. \AMK.\ Editie van woensdag avond 8 ure. Middelburg 30 september. Heden middag hield de gemeenteraad alhier de aange kondigde zitting. Onder anderen is daarin medegedeeld eene missive van de kamer van koophandel en fabrieken alhier, waarin deze te kennen geeft dut zij, naar aanleiding van een ontvangen afschrift van het adres ran den raad aan den minister van binnenlandsche zaken ten opzigte van het kanaal door Walcheren enz., het besluit had genomen om eene kommissie uit haar midden naar den minister af te vaardigen om dat adres te bespreken. Tot dat einde had zij bij zijne excellentie audiëntie verzocht, waarop echter een brief van den minister is ingekomen, wiens inhoud haar het zenden der kommissie onnoodig heeft doen achten. De raad heeft, na beraadslaging in eene gesloten zitting, besloten dien brief niet voor te lezen, maar eerst van de kamer van koophandel en fabrieken te vernemen, of zij de meening deelt dat het publiek met den inhoud daarvan niet in ken nis mag worden gesteld en de brief als een geheim stuk moet worden aangemerkt. Voorts is mededeeling gedaan van het antwoord der rege ring op den brief ran burgemeester en wethouders, waarin deze namens het gemeentebestuur het verlangen hebben te kennen gegeven dat ook in deze gemeente eene rijks bur gerschool met Sjarigen kursus worde gevestigd. De minister geeft de verzekering dat hij de behoefte van Zeeland's hoofd stad aan zulk eene school erkent en het verzoek gaarne in overweging zal nemen. Zijne exc. wenscht echter te ver nemen of en in hoever de gemeente genegen is mede te wer ken aan het tot stand brengen van zulk eene school, en ver langt daarom in de eerste plaats mededeeling of de gemeente de noodige lokalen voor eene rijks burgerschool beschikbaar stelt; ten andere of er zekerheid bestaat voor de aanschaf fing van hetgeen tot het natuur* wetenschappelijk onderwijs behoort, terwijl het lager onderwijs met het hooger in ver band zal moeten worden gebragt. De raad heeft besloten zich bereid te verklaren om de noodige lokalen beschikbaar testellen en het lager met het hooger onderwijs in verband te brengen. Aan den heer J. de Waal qq. is, op zijn verzoek, een gedeelte gemeentegrond aan het einde van de nieuwe haven, onder Kleverskerke, gemeente Arnernuiden, in erfpacht uitgegeven voor 25 jaren, ingaande met 1 juni] 1863, tegen een jnarlijksche cijns van f 5. Voorts is rapport uitgebragt op de gemeentehegrooting voor 1S61 en daartoe behoorende of daarmede in erband staande andere begrootingen en stukken. Dit rapport is voor de leden ter inzage gelegd eri"de beraadslaging daaromtrent alsmede de behandeling der gemeentebegrooting door den voorzitter tegen woensdag li oktober vermoedelijk aan de orde gesteld. In de zitting van het provinciaal geregtshof is dingsdag 11. eene remise verzocht en verleend voor het houden der pleidooijen in een der procedures van de erven graaf van Dainme tegen den staat, daar tusschen partijen, behoudens nadere goedkeuring, eene voorloopige overeenkomst tot stand was gekomen. Het haagschegenootschap tot verdediging van de christe lijke godsdienst heeft eene verhandeling over de mis bruikte bijbelplaatsen van dr. E. Moll, pvedikant te Goes, met goud bekroond. De minister van binnenlandsche zaken heeft bepaald dat de verkiezing van een lid voor de tweede kamer der staten generaal, in het hoofd-kiesdistrikt Assen, noodzakelij k ge worden ten gevolge van het aannemen door den heer uir. L. graaf van Heiden Reinestein van zijne benoeming tot kan- tonregter te Asseu, zal geschieden op dingsdag den 20 okto ber aanstaande, eri dat, zoo eene herstemming noodig is, deze zal plaats hebben op dingsdag den o november daar aanvolgende. De kollekte voor de oprigting van een nationaal gedenk- teeken voor november 1S13 enz. heeft te Zoeterwoude (Zuid-Holland), met eene bevolking van 2730 zielen, opge- bragt eene som van f90,10, ofgemuldeld 3 ct. per hoofd. Te Aalsmeer (Noord-I-Iolland), met 2672 zielen, was die opbrengst f 61,03 of gemiddeld 2 ct. per hoofd. Te Peize (Drenthe), met 1270 zielen, bedroeg zij f70, of gemiddeld cent per hoofd. De konsul-generaal der Nederlanden heeft, onder dag- teekening van 17 julij 1SG3, het volgende relaas openbaar gemaakt van het gebeurde met het stoomfregat Medusu „Ten einde alle mogelijke verkeerde uitleggingen te voor komen van het voorgevallene met Zr. Ms. stoomkorvet Medusa, op den 11 dezer bij het passeren van de straat van Simouoseki, of westelijken ingang der japansche Binnenzee, hei ft de ondergeteekeude D. de Graetf van Polsbroek, kon sul-generaal der Nederlanden in Japan, de eer hiervan een waar verslag aan te bieden. „Op den 9 julij de baai van Nagasaki verlatende, ont moetten wij de fransehe pakketboot Kiui-chin, onder bevel van den luitenant ter zee der fransehe keizerlijke marine Lafont, die ons mededeelde dat ,1p zijnen bodem door de japansche batterijen in straat Simouoseki, alsmede door twee europesche vaartuigen onder japansche vlag. aldaar ten anker liggende, met scherp gevuurd was geworden. „De kommanciant derMedusa, vroeger besloten hebbende door de Binnenzee zijn koers te nemen, washij daartoe door den goeverneur van Nagasaki van een japanschen loods voorzien geworden. „Den ll julij 's morgens ligtte de Medusa vroegtijdig het anker van de reede van Ay-Siina, alwaar de dag was afge wacht geworden o;n Simonoseki-straat in te loopen. „Aan den ingang der straat aankomende, weiden twee losse schoten van een der batterijen gelost, welke door acht losse schoten werd beantwoord door de voor de stad lig gende brik, hetgeen bij ons toen nog geen vermoeden van vijandelijkheden te weeg bvagt, te meer daar tegenover Simonoseki, aan den kant van Kiu Sin, de reede vol japan sche praauwen lag. „Dwars van gemelde brik zijnde, opende deze tot onze groote verbazing, te gelijk met een van zwaar geschut gewa pende batterij aan wal, een hevig vuur met stherp op de Medusa, bij welk vuur zich toen nog dat eener bark zonder vlag voegde. Van den voortop der brik woei de vlag van den landsheer van Nagato (zijnde geheel blaauw met drie ivitte ballen in een driehoek en een witte streep daarboven) terwijl van den gaffel geene vlag woei. Beide vaartuigen lagen achter eene bank in ongeveer 2 vadem diepte ten an ker, waardoor zij door de Medusa op niet minder dan drie kabellengten konden genaderd worden. „Zoo als op alle oorlogschepen waren ook aan boord van de Medusa de stukkeu met scherp geladen, waardoor zij dit vuur onmiddellijk met kogelsen granaten beantwoordde. „Langzaam iu den stroom 0|wtcomende, vuurde de Me dusa zonder tusschenpozing op deze vaartuigen en batte rijen, welke allen van zwaar geschut voorzien (meest 24 ponders en 16 duiras granaten), nu reeds tot het getal van zes waren toegenomen. De grootste dezer batterijen, naar gissing van acht zware stukken, wenl echter door ons juist gerigt vuur tot zwijgen gebragt. terwijl de anderen achter bosschen en rotsen op aanmerkelijke hoogte boven den waterspiegel verscholen liggende, voortdurend bleven doorvuren. Eenige goed ge- ngte schoten der Medusa op de brik, zoowel als op de bark. deden ook deze hun vuur kort daarop voor eenigen tijd staken; des te heviger vuur ondervonden wij van de batte rijen, onder welker bereik wij achtereenvolgens, de straat opstoomende, geraakten. „Door liet kruisvuur van vier batterijen, waaraan wij voor de stad van Simonoseki blootgesteld waren, te meer nog door het toenemen der juistheid waarmede de vijande lijke kogels en granaten door den romp der Medusa begon nen te treffen, besloot de kommaiidant het voornemen om die vaartuigen in den grond te boren, op te geven, welke jammer genoeg op te ondiep water lageu om beënterd te kunnen worden. „Het werd nu onmogelijk met juistheid op alle batterijen, die hun vuur op de Medusa uitbraakten, tegelijk terug te vuren. Bovendien waren wij in de onzekerheid of aan stuurboord zijde (de kaut van Kin-sin), alwaar zich ook enkele batterijen bevonden, men ons ongedeerd zoude laten, waarom besloten werd langzaam stoomende en zoo veel mogelijk snel vurende de straat door te varen. „Ter voorkoming van het groote onheil dat ons ieder oogenhlik wachtte, numelijk dat óf de stoomketels, óf de schroef, óf het roer getroffen werden door het zwaar kaliber waarmede de batterijen hun vuur met meer en meer juist heid vervolgden, kwam het er nu vooral op aan oiu op eer volle wijze langzaam door te stoomeu, het vuur van den vijand steeds blijvende beantwoorden. „Wanneer men nagaat dat wij ongeveer anderhalf uur aan het vuur van minstens zeven batterijen achtereenvol gens zijn blootgesteld geweest en twee achtereen volgende malen ons in een kruis van vieren van drie batterijen be vonden, is het te verwonderen dat de Medusa niet in den grond is geboord, of dat wij het verlies van niet meerder manschappen te betreuren hebben. „Van de 31 vijandelijke schoten, waaronder 3 granaten van 16 düi. binnen boord gesprongen zijn, en er 17 den romp doorboorden, terwijl de overige het tuig, den grooten mast en schoorsteen troffen, doodde een 30pondskogel drie onzer manschappen in de batterij te gelijk, en twee anderen wer den door het zelfde schot gekwetst. Daarop trof een derge lijke kogel een der raatrozen le klasse, kommandeur van een stuk, die kort daarop aan zijne hevige wonden overleed, bij welk schot de ondergeteekende bijna was getroffen ge worden. Een kogel aan bakboord voor de bezaanmast inkomende, verbrijzelde een rak inet pistolen, waarvan de splinters twee matrozen zeer zwaar gewond hebben, welke manschappen helaas nog in levensgevaar verkeeren. „Deze kogel ging tusschen den kommaudanten den adel borst Wessel door, waarbij zij gelukkigerwijze slechts door eenige splinters vau het rak ligt getroffen werden. „Bij een ander inkomenden kogel, waarbij de luitenant ter zeeThurkow en een onder-officier op wonderbare wijze zijn gespaard gebleven, was de verspreiding van splinters en bouteu onbeschrijfelijk. In een woord na aifoop van het gevecht de plaatsen opnemende waar de vijandelijke kogels en granaten ilen romp hebben doorboord en waarde grana ten zijn gesprongen, is het onbegrijpelijk dat de officieren en adelborsten allen op hunnen post er zonder verwonding ziju afgekomen, en er van de manschappen slechts 4 man gesneuveld en 5 gewond zijn geraakt. „Door allea werden met de grootste kalmte en bedaard heid de bevelen vau den komuiaudant uitgevoerd eu kan het hieraan worden toegeschreven dat eene ekipage,waarvan het meerendeel voor het eerst in het vuur was, zoo aanhou dend het vijandelijk vuur heeft beantwoord. „Het verlies van den kant van den vijand ,s onmogelijk te bepalen, doch moet zeer aanzienlijk geweest zijn inde batterijen, die van veel volk voorzien waren, waardoor elk treffend schot, vooral van onze granaten vnn 20 dm. en schrootbossen, eene groote verwoesting moet hebben te weeg gebragt. Daarenboven kwamen alle onze kogels die de batterijen niet troffen voor een groot gedeelte in de stad van Simouoseki teiegt, terwijl daurentegen alle ons missende vijandige kogels op den wal van Kiu-Sin en op de daaron der ten anker liggende praauwen schade moeten hebben veroorzaakt (zijnde deze straat niet breeder dan hoogstens 1200 ned. ellen en in het smalst gedeelte slechts 900 ellen). „In de onzekerheid verkeerende omtrent den politieleen toesiund van Japan, sedert het verlaten van Nagasaki, be sloot de ondergeteekeude, in overleg met den kommandant, de veis niei door de binnenzee te vervolgen, doch die door het Bungo kanaal naar Kanagawa te bepalen, alwaar wij heden behouden aankwamen. „De konsul-generaal der Nederlanden in Japan, d. de graeff van polsbroek." JSeasoeïsaisisesa ca besluiten. ridderorden. Benoemd tot ridder der Militaire Wil lemsorde 4e klasse, de kapitein-luitenant ter zee jhr. F. de Casembroot, adjudant ties konings in gewone dienst, ter zake van zijn moedig en beleidvol gedrag, als kommandant van Zr. Ms. korvet met stooinvermogen Medusa, toen bij in de maand julij ji. op eenen togt in de binnenzee van Japan door japansche batterijen vijandelijk werd aange vallen. ministeriele departementen. Benoemd tot referen daris bij het departement van binnenlandsche zaken ilr. L. J. Egeling. kegteulijke magt. Benoemd tot kautonregter teZierik- zee rar, P. van der Meer Mohr, thans kautonregter te Hulst. Üerk- en ^chooinieuws. De heer J.S. Broeke, pastoor bij de roomseh-katholieke gemeente te Zierikzee, heeftjl. zondag zijn dienstwerk aldaar geëindigd, daar hij is verplaatst naar Vlaardingen. Tot zijn opvolger is benoemd de heer A. Heuvels, van Volendam bij Edam. De kerkeraau der nederduitsche hervormde gemeente te Utrecht heeft hei volgende drietal van predikanten op gemaakt; de heeren J. W. Felix, te Katwijk aan den Rijn F. L. Merens Lz., te Vlissiugen, en H. G. C. Schij vliet, te Hilversum. -De heer Rochedieu, predikant bij de waalsche gemeente te Delft, heeft voor het beroep naar 's Huge bedankt. Siariue esi leger. Zr. Ms. korvet Prins Maurits der Nederlanden, maan dag middag in het drooge dok gezet, is den volgenden dag, behoorlijk nagezien, reeds weder daaruit gehaaldterwijl, met het zelfde tij, een ander groot schip, het vroegere stoom fregat De Ruyter, thans ger ed om te worden gepantserd daar binnen is gebragt. Omtrent den staat onzer vloot zegt de mininister vau marine in de memorie van toelichting bij zijne begrooting hoofdzakelijk het volgende: „Evenmin nis tijdens de indiening der begrooting voor 18*.)3 komt bet nu raadzaam voor groote oorlogsschepen op stapel te zetten, daar de vraag nog altijd onbeslist is, of men gepautserde of oiigepantserde oorlogsschepen zal bouwen, en zoo ja, welke soort het geschiktste zal worden bevonden voor de vaart op den Oceaan. Intusschen heeft men in 1863 te Amsterdam een schip op stapel gezet, hetwelk een verbe terd model Reteh (de Watergeus) mag worden genoemd. „Het schip bestemd ouideCjcloop te vervangen (deValk) is eveneens te Amsterdam op stapel gezet; beiden zullen in

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1863 | | pagina 1