theol. doet. en pred. te HoornJ. P. Jorissen, pred. te Gro ningen J. Posthumus Meyjes, pred. te Groningen F. C. A; Pantekoek, pred. te Schiedam; J.C.Tol. pred. te Meppel. H. de Veer, pred. te Delft; W. P. Wolters, pred. te Harlin- gen. Tot predikant bij de waalsche hervormde gemeente te 's Hage is beroepen de beer E. Rochedieu, thans predi kant bij de waalsche gemeente te Delft. Marine en leger. Naar wij vernemen, is het door den kapitein-luitenant ter zee Geerling uitgedachte toestel voor hei laden der stuk ken aaD boord der oorlogschepen, waardoor de manschap pen, die het geschut bedienen, bij de lading minder aan het vijandelijke vuur zouden zijn blootgesteld, op last van den minister van marine door eene kommissie van deskundigen onderzocht. De uitslag van dat onderzoek moet niet aan de verwachting van den uitvinder hebben voldaan. Naar men verneemt zijn er van de 44-jongelingen, die den 3 dezer tot eene dienstverbindtenis bij het instruktie- bataljon te Kampen waren opgeroepen, 35 opgekomen; van deze zijn er voor hier te lande 31 in dienst gesteld en 1 voor de oost-indische dienst, terwijl er 3 zijn afgekeurd, waaronder 1 voor het indische leger bestemd. De overigen hebben deels bedankt of zijn niet opgekomen. Gemengde bcrigten. Van de 26 jongelieden, die in de vorige week te Delft examen hebben afgelegd om tot de akademie-lessen te wor den toegelaten,hebben slechts 7 voldaan. Zaturdag is te Scheveningen door de pink Neêrlands koning de eerste steurharing aangebragt. De vangst bestond uit 47,000 stuksde prijs was van f 33 tot f 28 per duizend. Men schrijft uit Vlaardingen dat de aanwezige haring, bedragende ongeveer 900 tonnen, zaturdag door de koop lieden bij inschrijving is genomen, zoo dat alles bij de ree- ders op dit oogenblik is opgeruimd. De aanbrengst per schip was tot heden van 30 tot 160 tonnen; de meesten bragten echter omtrent 100 tonnen aan. De berigten aan gaande de nog van hunne eerste reis in zee zijnde schepen luiden zeer uiteenloopende, zoo dat hierop niet veel te rekenen valt. Het wachtschip te Portsmouth heeft vrijdag de neder- landsche vlag geheschen en er werd door het garnizoen een salvo gelost ter gelegenheid van den geboortedag van den prins van Oranje. Wat tot deze demonstratie heeft aanlei- ding gegeven, begrijpt te Londen niemand men verdiept zich in gissingen. Uit Savoije verneemt men het volgende verschrikke lijke voorval. Pierre Raymond, herbergier en gemeentebode in de stad Bozel, verkeerde sedert gevuimen tijd in geldver legenheid, en alseen gevolg daarvan, lag hij nog al dikwijls overhoop inet zijn jonge vrouw. Den 27 augustus ontving hij twee tonnetjes buskruid, met welker verder transport hij belast was. Reeds des middags vertelde hij aan zijne gasten in de gelagkamer, dat hij met zijn huisin de lucht zou sprin gen men hield dit voor gekscheren en had weinig vermoe den. dat hel vreeselijke ernst zou worden. Vroeg in den vol genden morgen werd de geheele bevolking van het stadje door eene geweldige ontploffing opgeschrikt. liet huisje van Raymond was werkelijk in de lucht gesprongen onder de rockende puinhoopen vond men zes lijken Raymond zelf, zijne 23jarige vrouw, zijn Gjarig kind, de dienstmeid van het gezin en twee daglooners waren de slagtoiiers ge worden van deze gruwelijke daad. De vensters van de in de nabijheid staande huizen werden verbrijzeld. Als een staaltje van den hoog geklommen nood in Hongarije, deelt een korres; ondent van den Peslh. Hirnök uit Nagylak de volgende treurige bijzonderheden mede Den winter gingen de lieden bij ons barrevoets, dewrjl liet droog was. en gedurende de hondsdagen liepen zij met laarzen, omdat de aarde brandend heet is. De menschen eten gras en de varkens vleeseh, genen omdat zij geen brood .hebben, dezen omdat zij zich met het aas der gestorven paarden voeden. Meloenen en paarden hebben gel.jken prijs, van ieder kost het stuk 26 groschen. Een man uit Apatsalva bood aan een ander uit Nagylak een paard aan voor een aarden pijp, doch deze laatste nam den ruil niet aan. De internationale landbouwtentoonstelling te Ham burg heeft eene winst van thai, 20,000 opgeleverd, welke som waarschijnlijk ten behoeve van eeneof andere inrigting van algemeen nut zal besteed worden. Een landbouwer te Palfsen. die dezer dagen op eene openbare markt twee koeijen kocht, zonder ze te betalen, kreeg een paar dagen later een bezoek van den verkooper; deze haalde de twee koeijen weder uit de weide, zonder weten van den kooper, die dan ook deze zaak als diefstal heeft aangegeven. De uitslag wordt daar ter plaatse met belangstelling te gemoet gezien. Prins Ameileus van Savoije heeft tijdens zijn verblijf te Brussel jl. vrijdag het slagveld van "Waterloo bezigtigd. Te Berlijn kwam eene net gekleede dame, die zich echter in hare keuken met koken bezig hield, te digt bij bet vuur, zoo dat eene vonk op haar kleed viel en daarin een gat brandde, te groot om gestopt te worden. Daar zij bij eene maatschappij tegen brandschade was verzekerd, gaf zij van het gebeurde kennis en verlangde zij óf een nieuw kleed, óf het daarvoor noodige geld. liet antwoord der maatschappij is nog onbekend, maar de policie heeft ook een verlangen, namelijk dat op de dame 288 van het wet boek van strafvordering worde toegepast, waarbij brand stichting door onachtzaamheid met eene gevangenisstraf tot zes maanden wordt bedreigd. Volgens het oordeel der policie toch is het duidelijk dat hier brandstichting door onachtzaamheid heeft plaats gehad, daar eene dame, in licht ontvlambare stof gekleed, in de keuken en bij den haard niets te doen heeft: nadert zij het vuur, waaruit natuurlijk vonken spatten, dan handelt zij niet met die om- zigtigheid, welke men van ieder staatsburger en van elk verstandelijk wezen eischen mag- In de vorige week is te Ostende eene voorstelling in» het circus Rancy, welke de hertogin van Braband bij woonde, door een zeer onverwacht incident besloten. Er werd een hertenjagt voorgesteld, en het hert, in het naauw gebragt, deed een sprong uit den circus in de koninklijke loge, waar het vlak voorde voeten der hertogin teregtkwam, en sprong vervolgens over de afscheiding heêu den trap af, de deur uit en de straten door. tot dat men het uit het oog verloor. Tot dus ver is het nog niet teruggevonden. Deze scène, welke niet op het programma stond, deed alle toe schouwers en voornamelijk de hertogin hartelijk lagchen. Men schrijft uit Londen dat de koninklijke kommis- savissen voor de landverhuizing het schip Erin-go-bragh hebben gehuurd voor het overbrengen tegen 12 oktober van emigranten naar Sydney. Voorts hebben zij den wensch geuit om nog twee schepen te huren tot het uitzenden van landverhuizers naar Sydney en Adelaide. Men meldt uit Soetermeer: De door de plaatselijke kommissie tot het oprigten van een nationaal gedenkteekeu voor november 1813 enz. alhier gehouden kollekte, heeft opgebragt de som van f98.80, dat is, gerekend over eene bevolking van 1000 zielen, nagenoeg 10 cent per hoofd. De Posener Zeitung bevat een berigt uit Augustowa, meldende dat eene bende insurgenten in eer. naburig dorp vallende de geheele jeugdige vrouwelijke bevolking door de spitsroeden heeft doen loopen, omdat zij met de russisehe soldaten hadden gedanst. In de kerk St. Roch te Parijs is dezer dagen het huwelijk ingezegend van graaf Emanuel de la Vallette met de baronnes van Tuyll van Serooskerken. Tot de getuigen der bruid behoorde de heer Lightenvelt,nederlandsch ge zant bij het fransche hof. Urker-visscherlieden rapporteren dat door eenige hunner van tijd tot tijd wordt ontdekt op de Noorder Haaks en mitsdien in het noordwesten van Callantsoog, op 15 vadem water, een mast drijvende met het onderste ge deelte naar boven, zittende het top-end bepaald nog aan het tuig van een aldaar gezonken schip vast. Deskundigen ver moeden dat dit zeer goed de in het barre najaar van 1S61 verongelukte pruissisehe oorlogsbodem Amazone kan zijn, welke bodem zeer waarschijnlijk op die hoogte, opdiep water zeilende of achter zijne ankers, is gezonken, het laatste vermoedelijk meer waarschijnlijkzij gronden hun opgaaf hierop dat tijdens het vergaan van het schip de pruissisehe vlag op het strand bij Callantsoog is aangedreven, alzoo in de i'igting van gemelden nog drij venden mast. Wij hebben onlangs medegedeeld dat de eigenaar van het nominer waarop in de „loterie des orphelines," te Parijs, de prijs van 100,000 franken was gevallen, zich nog niet had opgedaan. Thans meldt La patrie dat dit de heer Ver- liaeghe van Poueke is, wonende te Gent. Deze had eenige loten genomen, met andere papieren in zijne sekretaire gedeponeerd en daarop geheel vergeten, daar de foriuin hem nooit in loterijen begunstigd had. Op verzoek van zijn homme d'affaires werden echter die loten dezer dagen nage zien en overtuigde deze zich dat de prijs van 100,000 fran ken op een dezer was gevallen. De lieer Verhaeghe, die te Gent een prachtig hotel bewoont, gaf den volgenden zondag daarop een faraielje-diner, waarbij hij aan zijne dochter en zijn schoonzoon eene verrassing beloofde op het dessert. Toen eindelijk dit met nieuwsgierigheid verwacht oogen blik gekomen was, stelde de gastheer voor om een dronk te wijden aan den heer Verhaeghe van Poueke, die 100,000 franken had gewonnen. Le temps meldt dat men van een madonnabeeld in een Benediktijner kerk van Affile verhaalt, hetwelk niet alleen de oogen verdraait, maar zelfs met de handen de vliegen van haar gezigt verjaagt Uit Madrid meldt men dat madame Poitevin, die vroeger op een paard gezeten meteen luchtballon opsteeg, thans een luchtreis zal doen, gezeten op een stier. Wij deelden dezer dagen onder de „gemengde berigten" het spoorwegongeluk te Beaucaire mede. Het Journal des débats bevat thans een levendig gekleurd verhaal daarom trent van den geneesheer Donne', die daarbij tegenwoordig was. Wij vatten dit aldus zeer kort te zamen Men kan derhalve nog deraillerenDit roept men treurig uit sedert het betreurenswaardig ongeluk van 23 augustus op de spoorweglijn van Cette naar Tarascon, en men be gint het vertrouwen te verliezen, hetwelk zich langzamer hand gevestigd had in het gemoed dergenen, die zich dagelijks op het uitgebreid spoorwegnet bewegen, hetwelk Frankrijk en Europa doorkruist. Men kan derhalve nog zonder eenige bijzondere omstandigheid, zonder het breken van een as, van een wiel of van een stuk der rails, zonder eenigen hinderpaal, door misdadige handen op den weg geplaatst, nog derailleren Onder zekere omstandigheden, welke echter wel is waar zeer zeldzaam zijn, derailleert men alleen ten gevolge van het mechanisme en de voortstuwende kracht, door oorzaken, welke moeijelijk te kennen zijn zie daar het verschrikkelijke! Bij dit ongeluk heeft men wel beweerd dat de slechte toestand van den weg reeds dikwijls was opgemerkt, dat de lokomotiefin minder goeden staat was, dat de machinist reeds dikwijls zijne chefs gewaar schuwd had, dat hij haar niet meer kon besturen enz. enz. en dat men op al deze opmerkingen geen acht had geslagen. De ongelukkige machinist is dadelijk gedood, zoo dat men omtrent de juistheid dier beweringen geen onderzoek kan doen, maar mij komt het voor dat al deze geruchten onwaar zijn. Vooral hecht ik geen geloof daaraan omdat men van dergelijke achteloosheid geene administratie kan beschuldigen als die van den spoorweg van Parijs naar de Middellandsche zee, welke zoo uitmuntend georganiseerd is, en waarbij zulke talentvolle en kundige personen aan het hoofd staan. Ik had plaatsgenomen in den trein, welke ten 11 ure 30 min. van Montpellier vertrekt, en zat in den derden wagon na de lokomotief. Het aantal passagiers was zeer kleinwij waren, heeft men gezegd, slechts met vijf en twintig perso nen. Ik had mij in den wagon aan de linkerzijde geplaatst, terwijl ook op de linkerzijde van den weg het derailleren plaats had, eene omstandigheid, welke mij in degele^enheid stelde om goed te zien wat er gebeurde. Wij waren naau- welijks een of twee mijlen van Beaucaire verwijderd toen men een ligten schok gevoeldevervolgens hoorde ik de lokomotief den grond doorwoelen, terwijl dit een dikke stofwolk te weeg bragt. In het eerst maakte ik mij niet ern stig ongerust, ofschoon mij de uitroepwij derailleren ontsnapte. Ik wist evenwel niet dat wij ons op eene opge hoogd terrein bevonden en meende op een vlak te rijden, zoo dat ik mij voorstelde dat de lokomotief nog eenige oogenblikken parallel met de rails zou loopen en vervolgens ophouden. Deze gedachte kwam lichtsnel bij mij op, toen ik plotse ling de lokomotief zag verdwijnen, onzen wagon ter linker zijde voelde overhellen en met schokken naar alle kanten, te midden van allerlei stukken hout, in eene digte duisternis naar beneden voelde storten. Wij waren langs de helling der hoogte gevallen, welke op die plaats niet minder dan tien metres bedraagt en eerst geheel beneden ter neder gekomen, het een door het andere op gestuwd. Toen brak er een onbeschrijfelijk oogenblik aan nadezen verschrikkelij- ken val als in een onbegrensden afgrond. Eindelijk hield alles op. elke beweging, elk geluid. Er ontstond eene stilte des doods. De lokomotief zelfs zweeg, op zijde geval len en naauwelijks eenig geluid meer gevende. Ik bemerkte spoedig dat ik arm noch been gebroken had en geen enkele belangrijke kwetsuur had ontvangen, welke den dood na zich sleept. Ik verhief nu mijne stem om te weten of mijn reisgenoot, die met mij in den zelfden wagon had gezeten nog leefde. In het eerst kreeg jk geen ant woord; eindelijk zag ik te midden van het stof, hetwelk mijn gezigt belemmerde, eene tnenschelijke gedaante en hoorde ik eene stem. Mijn reisgenoot was, hoewel ernstig gekwetst, nog in leven. Wij kwamen nu uit den half gebroken wagon en gingen eenige oogenblikken onder de schaduw van eenige boomen zitten. Rondom ons waren verscheidene wagons, welke ge deeltelijk verbrijzeld waren, terwijl niet ver van ons af het deerlijk verminkt lijk van den machinist lag. Een paar wagons waren ongedeerd op den weg achtergebleven. Na de eerste hulp te hebben verschaft aan mijn reisge noot. kwam er weldra hijstand opdagen en verscheen ook spoedig de aan het station Beaucaire geatiacheerde genees heer, die ons kompressen met koud water op het hoofd legde, daar wij door het gebroken glas van het rijtuig waar schijnlijk gewond waren, ofschoon wij ons daarvan niets herinnerden. De overige gewonden waren het voorwerp van de grootste bezorgdheid.Van de vijfentwintig personen welke inden trein zaten, waren zes gedood en zeventien gekwetst. Na mijne tehuiskomst duurde het nog eenigen tijd alvorens ik geheel hersteld was, daar een dergelijk geval geheel het lichaamsgestel schokt. Burgerlijke stand. Middelburg. Eerste huwelijksafkondigingden Gdezer: A. Ursen, jm. 30 j. met P. Bnljé, wed. 30 j. J. II. Fransella, jm. 23 j. met 11. Soorwold, jd. 19 j. II. van Retliis. jm. 35 j. met W. Hornd, jd. 24 j. C. L. D. Muscharts, jm. 33 j. met O. II. van den Oosterkamp, jd. 36 j. L. J. Hamelink, jm. 33 j. met P. Stevens, jd. 27 j. P. Pieterse, weduvvn. 69 j. met A. Schout, wed. 59 j. (Van 29 augustus tot 5 september.) Vljssingen. Gehuwd: A. de Vries, jm. 33 j. met M. S. Leendertsen, jd. 23 j. C. Ilendrikse, weduvvn. van J. Via- nen. 29 j. met M. C. Vianen, jd. 29 j. Bevallen T. de Pagter, geb. de Wolf, z. M. E. Kom, geb. Korsmit, d. Overleden P. L. Ivesteloo, z. 3 m. S. Maas, d. 2 j. J. S. de Boer, z. 2 j. L. Wolff, z. 19 <1. J. van Boven, d. 19 d. A. L. Meijer, d. 2 m. C. J Pietersen. d. 10 w. P. A. J. Kries, d. 17 m. R. J. Nusteleijn, d. 2 m. F. G. Schultz, wed. van A. van der Griendt, 78 j. Goes. Gehuwd: F. Simons, jm. 35 j., met M. II. B. Bastian, jd. 42 j. F. Boddingius, jm. 25 j., met M. J. Oli- vierse.jd. 24j. Bevallen: M. Dagevos, geb. Allemekinders, z. D. Roos, geb. Sloover, d. P. van Hoorn, geb. Brouwer, (1. J. B. van Calmthout, geb. Warrens, d. C. Hermans, geb Janssen, d. C. Bannet, geb. Frank, z. E. M. Plompe, geb. Leenpoel, z. Overleden: J. Okké, d. Ij. ABodbijl, z. 4 ra. J. van Hoorn, d. 1 dag. J. Mulder, z. 1 j. C. A. Verduin,man van C. Opperman, 29 j. A. I. Keetlaer, d. 6 m. Zieiiikzee. Gehuwd J. Phernambucq, wedn. 41 j., met P. Timmermans, jd. 39 j. Bevallen: N. lluhaak, geb. Koole, d. C. van Westen, geb. van der Jagt, d. J. van Westen, geb. Neerhout, z. E. Orne'e, geb. Slager, z. Overleden: C. II. Berg, d. 9 d. P. Luijcx, man van J. Schreurs, 68 j. J. van der Ploeg, z. 3 j. A. van der Ree, z. 2 m. A. Botbijl, z. 4 in. In de maand augustus 1863 zijn in de registers van den burgerlijken stand ingeschreven: Te Middelburg7 huwelijken43 geboortenals 20 zoons en 23 dochters; 33 sterfgevallenals 14 van het mannelijk en 19 van het vrouwelijk geslacht. Levenloos geborenen 3. (Van dr 'geschrevenen was één elders overleden.) Oude.i om der overledenenheneden het jaar 14, en van 1_ 5.O. 5 -10,1.10 -15,0.15—20,1.20 25,3. 25 30,0. 30—35,0. 35—40,2. 40 45,1. 45 -50,1. 50 55,1. 55—60,3. 60 65,1. 65—70,0. 70 75,2. 75—80,0. 85 —90, "I.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1863 | | pagina 2